Herziening richtlijnmodules geboortezorg

Herziening richtlijnmodules geboortezorg

Drie richtlijnen op het gebied van geboortezorg zijn aangepast en aangevuld.

 

Het gaat om de richtlijnen Beleid bij sectio in de voorgeschiedenis, cardiovasculair risicomanagement (CVRM) na een reproductieve aandoening en zwangerschap bij obesitas. Thuisartsteksten over deze aandoeningen zijn momenteel in ontwikkeling.

 

Beleid bij sectio in de voorgeschiedenis

Soms heeft een zwangere vrouw in het verleden een keizersnede gehad. Dit heeft gevolgen voor de nieuwe zwangerschap – er bestaat een hogere kans op complicaties. Om deze complicaties zoveel mogelijk te voorkomen zijn er extra aandachtspunten voor de gynaecoloog. In deze richtlijn wordt hier aandacht aan besteed. Er zijn drie nieuwe modules toegevoegd aan de richtlijn.

De volgende onderwerpen worden behandeld:

 

  1. Modus partus na premature sectio caesarea in de voorgeschiedenis
  2. Epidurale analgesie
  3. Modus partus bij twee sectio’s in de voorgeschiedenis

CVRM na een reproductieve aandoening

De richtlijn heeft betrekking op vrouwen die complicaties hebben tijdens de reproductieve levensfase, bij conceptie, tijdens de zwangerschap en rond de menopauze. Er is behoefte aan duidelijke informatie hoe het vervolgbeleid dient te zijn bij deze groep vrouwen. De richtlijn geeft hier handvatten voor. Er zijn twee nieuwe modules ontwikkeld:

 

Zwangerschap bij obesitas

Deze richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is voor vrouwen met obesitas tijdens de zwangerschap en de bevalling. Er is nieuwe literatuur verschenen in de afgelopen jaren over beleid bij epiduraal, profylactische antistolling en antibiotica profylaxe bij vrouwen met obesitas tijdens de zwangerschap en bevalling. Deze inzichten zijn verwerkt in de richtlijn. Er zijn vier modules ontwikkeld over beleid bij vrouwen met obesitas tijdens de zwangerschap en bevalling:

 

Samenwerking

Deze modules zijn ontwikkeld op initiatief de Nederlandse vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG) in samenwerking met vertegenwoordigers vanuit de kinderartsen (NVK), anesthesiologen (NVA), medisch microbiologen (NVMM), Patiëntenfederatie Nederland, verloskundigen (KNOV) en Care4Neo. De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten en werd gefinancierd uit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).