Leidraad Starten of Verbeteren van een Geriatrische Trauma Unit (GTU)

Initiatief: NVKG / NVVH Aantal modules: 10

Opvang SEH

Uitgangsvraag

Hoe moet de zorg op de spoedeisende hulp (SEH) worden ingericht voor oudere patiënten met een heupfractuur?

 

Deelvraag 1: Welke aspecten van zorg moeten als eerste worden geborgd tijdens de opvang op de SEH voor oudere patiënten met een heupfractuur wanneer er wordt gestreefd naar geïntegreerde zorg?

 

Deelvraag 2: Welke aspecten van zorg dragen bij aan optimaal geïntegreerde zorg op de SEH voor oudere patiënten met een heupfractuur?

Aanbeveling

Aanbeveling-1

Overweeg om een start te maken met de integratie van zorg voor oudere patiënten met een heupfractuur, door rekening te houden met de volgende aspecten van zorg:

Verwijsbrief

  • Maak afspraken met de verwijzers uit de eerste lijn over welke onderdelen benoemd moeten worden in de verwijsbrief. Sluit aan bij lokale protocollen en de NHG-richtlijn Richtlijn Gegevensuitwisseling acute zorg.
  • Benoem altijd de behandelcode/ behandelafspraken/beleidsafspraken in de verwijsbrief.

Diagnostiek en medicatieverificatie

  • Verricht bij elke patiënt op de SEH de volgende diagnostiek (naast het vaststellen van de heupfractuur op X-bekken, X-heup of CT): laboratoriumonderzoek (globaal intern en uitgebreid geriatrisch lab, conform de richtlijn Comprehensive geriatric assessment (CGA)), ECG en bladderscan.
  • Verricht een X-thorax op indicatie, bijvoorbeeld bij afwijkende vitale parameters of afwijkend lichamelijk onderzoek.
  • Zorg bij opname voor een medicatieverificatie binnen 24 uur.
  • Start met het verrichten van een valanalyse conform de richtlijn Preventie van valincidenten bij ouderen tijdens opname, maar niet op de SEH.

Pijnbestrijding

  • Biedt elke patiënt met een heupfractuur, waarbij operatie naar verwachting niet binnen 6 uur/op korte termijn zal plaatsvinden, locoregionale anesthesie aan (Fascia Iliaca Compartiment Blok (FICB) of femoraalblok).

Multidisciplinaire Samenwerking

  • Betrek de klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde bij elke patiënt op de SEH, in de vorm van consultatie of medebehandelaar. Het hoofdbehandelaarschap hoeft niet bij dit specialisme belegd te worden.
  • De fysieke beoordeling door de klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde hoeft niet plaats te vinden op de SEH, maar moet wel preoperatief plaatsvinden.

Samen Beslissen

  • Voer met iedere patiënt een gesprek gericht op verwachtingsmanagement, specifiek over het verwachte beloop van opname, de behandel- en revalidatiedoelen en verwachtingen. Deel bij voorkeur een informatiefolder uit.
  • Bespreek ten minste met patiënten met een slechte functionele status (wonend in een verpleeghuis of thuis met een vergelijkbare zorgzwaarte en minstens één van de volgende criteria: ASA 4-5, BMI <18,5 of geen zelfstandige mobiliteit) in een Samen Beslismoment de opties rondom wel of niet operatief behandelen. Betrek altijd een naaste bij dit gesprek. Organiseer zo nodig een multidisciplinair overleg met de klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde, chirurgie/orthopedie, eerste lijn (eventueel telefonisch) en eventueel anesthesie.
  • Voer een tweede gesprek met de patiënt op een later moment, indien het Samen Beslismoment gericht op wel of niet operatief behandelen ingewikkeld is of geen consensus oplevert. Neem de patiënt hiervoor op.
  • Draag zorg voor een protocol met randvoorwaarden voor het Samen Beslissen en wel/niet opereren en verwerk hierin ten minste de benodigde achtergrond/medische informatie rondom de verschillende behandelopties, het betrekken van naasten, het creëren van rust en het zo nodig (vooraf) overleggen met of betrekken van de huisarts, specialist ouderengeneeskunde of andere medisch specialismen.

Aanbeveling-2

Overweeg om de integratie van zorg voor oudere patiënten met een heupfractuur verder te optimaliseren, door rekening te houden met de volgende aspecten van zorg:

Diagnostiek

  • Verricht, naast de bovenstaande diagnostiek uit aanbeveling-1, ook een urinescreening op de SEH.

Multidisciplinaire Samenwerking

  • Betrek de klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde in de vorm van medebehandelaar op de SEH.

Samen Beslissen

  • Wanneer het Samen Beslismoment gericht op wel/niet opereren ingewikkeld is of geen consensus oplevert, organiseer dan ad hoc een multidisciplinair overleg.

Logistiek

  • Streef ernaar dat de patiënt met een heupfractuur maximaal 90 minuten op de SEH verblijft.
  • Veranker de zorg van de patiënt met een heupfractuur in een Fast track-zorgpad.

Overwegingen

Verwijsbrief

Vaak komen patiënten bij een acute presentatie zonder verwijsbrief. Er is echter breed draagvlak dat juist in het acute moment deze verwijsbrief van toegevoegde waarde is om snel toegang en inzicht te krijgen in patiëntgegevens zoals adequate voorgeschiedenis, medicatie overzicht, behandelafspraken, mate van kwetsbaarheid, cognitieve stoornis, een eerder delier en behandelwensen en beperkingen. Transmurale afspraken over onderdelen die in de verwijsbrief moeten staan, kunnen aansluiten bij de Richtlijn Gegevensuitwisseling acute zorg (NHG, 2022) en er kunnen aanvullende lokale afspraken gemaakt worden.

 

Diagnostiek en medicatieverificatie

Oudere patiënten met een heupfractuur zijn meestal gevallen en hebben bij die val een fractuur opgelopen. Een val is één van de atypische ziektepresentaties en een geriatrisch syndroom. Patiënten vallen doorgaans niet zomaar, meestal is er op dat moment een onderliggende acute ziekte of aandoening aanwezig. Dit is vaak een infectie, zoals een urineweginfectie of een lage luchtweginfectie (ook virale infecties als covid/influenza), electrolytstoornis of een urineretentie. Maar ook een stil hartinfarct is in deze groep veel voorkomend (Appeadu, 2023). Het is dus essentieel dat in de eerste opvang van een oudere met een heupfractuur ook gezocht wordt naar onderliggende acute aandoeningen. Op basis van de Delphi-studie wordt uitgebreid (geriatrisch) lab, ECG en bladderscan geadviseerd. Door deze aandoeningen direct vast te stellen en mee te nemen in het behandelplan is er een grotere kans op goed herstel. Verdere valanalyse naar meer chronische problematiek wordt op de SEH niet aanbevolen maar dient wel plaats te vinden gedurende opname (NVKG, 2024). Een urinescreening kan op indicatie worden afgenomen. Omdat hiermee vaak gewacht wordt tot een katheter geplaatst is, kan dit leiden tot vertraging en een langer verblijf op de SEH. Optimaal gezien zou dit, indien het geen vertraging oplevert, op de SEH kunnen plaatsvinden. Uit de Delphi-studie volgt dat het afnemen van een urinescreening op de SEH hoort bij het verder optimaliseren van zorg.

De noodzaak van het wel of niet maken van een echo cor voorafgaand aan een operatie blijft een punt van discussie. Er is momenteel geen Nederlandse richtlijn die de criteria voor het wel of niet preoperatief uitvoeren van een echo cor goed beschrijft. In de Delphi-studie is dit daarom niet meegenomen.

 

Pijnbestrijding
Uit de Delphi-studie blijkt dat elke patiënt die niet binnen 6 uur/op korte termijn geopereerd wordt locoregionale pijnstilling moet worden aangeboden, inclusief patiënten die ogenschijnlijk weinig pijn lijken te hebben. Dit hoeft niet op de SEH plaats te vinden, maar zou ook op de afdeling kunnen. De perifere zenuwblokkade is een superieure vorm van pijnstilling in de kwetsbare patiënt met een heupfractuur. Het vermindert niet alleen de pijn maar ook het gebruik van systemische analgetica en daarmee het risico op delier en pulmonale infecties (Guay, 2020). Patiënten met een perifere zenuwblokkade mobiliseren eerder dan patiënten zonder perifere zenuwblokkade. Het is een kosteneffectieve methode van pijnstilling (Wan, 2020). Uit de Delphi-studie blijkt dan ook dat elke patiënt met een heupfractuur een perifere zenuwblokkade aangeboden zou moeten krijgen. Perifere zenuwblokkades kunnen gegeven worden met een tijdelijke verdoving (FICB of femoraalblok). Ook definitieve denervatie van de heup vindt steeds vaker plaats bij inoperabele heupfracturen. Deze chemische neurolyse van de n. femoralis en n.obturatorius zenuwtakken, vaak bekend onder de naam PENG-blokkade (peri-capsulaire zenuwblokkade), is een veilige en kosteneffectieve manier van langdurige pijnbestrijding bij inoperabele heupfracturen (Kwun-Tung, 2020). Deze PENG-blokkade wordt nog onderzocht in de Nederlandse context, er is momenteel onvoldoende evidence. Om deze reden doen we hierover geen aanbevelingen in de leidraad. In de toekomst kunnen er mogelijk gerichte evidence-based aanbevelingen gedaan worden.

 

Multidisciplinaire samenwerking

Een multidisciplinaire benadering van de kwetsbare oudere met een heupfractuur geeft een afname in morbiditeit en mortaliteit (Van der Vet, 2017). Een verwijsbrief met informatie volgens de lokale protocollen en een actueel behandelbeleid draagt bij aan de multidisciplinaire benadering van de kwetsbare oudere met een heupfractuur. Er is breed draagvlak voor het betrekken van de klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde op de SEH (bijvoorbeeld in de vorm van een Geriatric Emergency Medicine (GEM)-team (Tergooi MC, 2024)), al hoeft dat niet direct fysiek te worden vormgegeven (Kates, 2010). Hierbij dient ervoor gezorgd te worden dat de operatie niet onnodig vertraagd wordt. De richtlijn Chirurgie bij kwetsbare ouderen legt ook de nadruk op multidisciplinaire samenwerking en besluitvorming (NVKG, 2024).

 

Samen Beslissen

Samen Beslissen over wel of niet opereren moet plaatsvinden bij alle patiënten met een slechte functionele status. Een heupfractuur is vaak een voorbode van het einde van leven bij ouderen met dementie in het verpleeghuis, met een mortaliteitsrisico van 55% binnen 6 maanden (Morrison, 2000). Niet-operatieve behandeling bij kwetsbare patiënten met een korte levensverwachting is een reële overweging en kan bijdragend zijn aan de kwaliteit van leven en humane kwaliteit van overlijden (Loggers, 2022). De werkgroep hanteert ASA 4-5, BMI <18,5 en geen zelfstandige mobiliteit als criteria voor een slechte functionele status. Voor patiënten met een ASA 5-score die zich in de stervensfase bevinden, behoort een operatieve ingreep niet tot de mogelijkheden. Een Samen Beslisgesprek over wel of niet opereren is bij deze groep patiënten met ASA-5 dus niet van toegevoegde waarde.

Het bespreken van behandeldoelen bij de kwetsbare oudere en samen met de patiënt en naasten beslissen over wel of niet opereren, draagt bij aan het verwachtingsmanagement (Johnston, 2010; NHG, 2022). Een voorbeeld van een protocol met randvoorwaarden voor het Samen Beslissen rondom operatief dan wel palliatief niet-operatief management is bijgevoegd (zie deel 2 van bijlage B).

Uit de Delphi-studie blijkt dat, indien Samen Beslissen moeizaam is, er ad hoc of tijdens opname een MDO zou moeten plaatsvinden met de huisarts of specialist ouderengeneeskunde en klinische geriatrie/interne ouderengeneeskunde. De werkgroep vult hierbij aan dat de chirurgie/orthopedie ook bij deze besluitvorming betrokken moet zijn, en bij voorkeur ook de anesthesie. Het zal een logistieke uitdaging zijn om binnen afzienbare tijd een MDO op de SEH te laten plaatsvinden. De werkgroep adviseert dan ook de patiënt hier laagdrempelig voor op te nemen indien dit niet goed realiseerbaar is.
Scholing en protocollering van het Samen Beslisgesprek is bijdragend, en er zijn meerdere hulpmiddelen beschikbaar voor implementatie.

 

Logistiek
Uit de Delphi-studie blijkt dat er breed draagvlak is om de zorg voor kwetsbare patiënt met een heupfractuur te verankeren in een Fast track SEH-zorgpad met een maximale verblijfsduur van 90 minuten op de SEH. Een langere verblijfsduur op de SEH is in verband gebracht met hogere mortaliteit bij deze groep patiënten (Burgess, 2022). Tijdige opname op de verpleegafdeling geeft een vermindering van postoperatieve complicaties en totale opnameduur (Sivanathan, 2023). De haalbaarheid van de tijdsindicatie in deze aanbeveling gaat gepaard met een grote logistieke uitdaging en er moet steeds een afweging worden gemaakt of korte duur op de SEH een goed diagnostisch proces in de weg staat. Als de Fast track ten koste gaat van het goed in kaart brengen van de onderliggende problematiek, heeft deze waarschijnlijk geen meerwaarde. Er zal dan ook optimalisatie van het gehele proces van de patiënt met een heupfractuur op de SEH aan vooraf moeten gaan. Deze aanbeveling behoort daarom niet tot de basiszorg, maar zou bij kunnen dragen aan optimalisatie van het zorgproces. Een voorbeeld van een protocol van een Fast track SEH-zorgpad is bijgevoegd (zie deel 1 van bijlage B). Hoewel meer bewijs voor de effectiviteit nog ontbreekt, laat een grote observationele studie zien dat Fast track-zorg voor heupfractuurpatiënten veilig is (Pollmann, 2019).

 

Bij patiënten met een heupfractuur wordt vaak al op de SEH een inschatting gemaakt wanneer de operatie plaatsvindt. Zorg ter voorkoming van spierverlies en decubitus, dat patiënten die moeten wachten op OK op een (antidecubitus-)bed worden gelegd en eten en drinken krijgen.

 

Bevindingen Delphi-studie

Onderbouwing

De ziekenhuiszorg voor de patiënt met een heupfractuur begint vaak op de afdeling SEH. Op de SEH wordt diagnostiek verricht en worden de eerste stappen gezet in het behandeltraject. Deze module richt zich op wat volgens de huidige maatstaven belangrijke stappen zijn om de zorg voor patiënten met een heupfractuur te optimaliseren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de eerste belangrijke stappen om de zorg te integreren (aanbeveling-1) en vervolgstappen om geïntegreerde zorg te optimaliseren (aanbeveling-2).

Aan bod komt de overdracht van thuis/eerste lijn naar ziekenhuis, multidisciplinaire opvang, hoofdbehandelaarschap, noodzaak en moment van aanvullende diagnostiek, het bespreken van behandelopties en de tijdsduur op de SEH.

  1. Appeadu MK, Bordoni B. Falls and Fall Prevention in Older Adults. 2023 Jun 4. In: StatPearls [Internet]. Treasure Island (FL): StatPearls Publishing; 2024 Jan–. PMID: 32809596.
  2. Burgess L, Ray-Barruel G, Kynoch K. Association between emergency department length of stay and patient outcomes: A systematic review. Res Nurs Health. 2022 Feb;45(1):59-93. doi: 10.1002/nur.22201. Epub 2021 Dec 21. PMID: 34932834. Guay J, Kopp S. Peripheral nerve blocks for hip fractures in adults. Cochrane Database Syst Rev. 2020 Nov 1;11:CD001159.
  3. Johnston CB, Holleran A, Ong T, McVeigh U, Ames E. Hip Fracture in the Setting of Limited Life Expectancy: The Importance of Considering Goals of Care and Prognosis. J Palliat Med. 2018 Aug;21(8):1069-1073. doi: 10.1089/jpm.2018.0029. Epub 2018 May 24. PMID: 29792735. Kates SL, Mendelson DA, Friedman SM. Co-managed care for fragility hip fractures.
  4. Kwun-Tung Ng T, Chan WS, Peng PWH, Sham P, Sasaki S, Tsui HF. Chemical Hip Denervation for Inoperable Hip Fracture. Anesth Analg. 2020 Feb;130(2):498-504. doi: 10.1213/ANE.0000000000004172. PMID: 30985383.
  5. Loggers SAI, Willems HC, Van Balen R, Gosens T, Polinder S, Ponsen KJ, Van de Ree CLP, Steens J, Verhofstad MHJ, Zuurmond RG, Van Lieshout EMM, Joosse P; FRAIL-HIP Study Group. Evaluation of Quality of Life After Nonoperative or Operative Management of Proximal Femoral Fractures in Frail Institutionalized Patients: The FRAIL-HIP Study. JAMA Surg. 2022 May 1;157(5):424-434. doi: 10.1001/jamasurg.2022.0089. PMID: 35234817; PMCID: PMC8892372.
  6. Morrison RS, Siu AL. Survival in end-stage dementia following acute illness. JAMA. 2000 Jul 5;284(1):47-52. doi: 10.1001/jama.284.1.47. PMID: 10872012. https://www.nhg.org/ [Internet]. [cited 2024 May 22].
  7. Pollmann CT, Røtterud JH, Gjertsen JE, Dahl FA, Lenvik O, Årøen A. Fast track hip fracture care and mortality - an observational study of 2230 patients. BMC Musculoskelet Disord. 2019 May 24;20(1):248. doi: 10.1186/s12891-019-2637-6. PMID: 31122228; PMCID: PMC6533651.
  8. Preventie van valincidenten bij ouderen - Richtlijn - Richtlijnendatabase [Internet]. [cited 2024 May 22]. Available from: https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/preventie_van_valincidenten_bij_ouderen/startpagina_-_preventie_van_valincidenten_bij_ouderen.html
  9. (Rochester model). Osteoporos Int J Establ Result Coop Eur Found Osteoporos Natl Osteoporos Found USA. 2010 Dec;21(Suppl 4):S621-625.
  10. Sivanathan M, Rabes C. Fast-track and person-centred care in geriatric traumatology in a German-speaking Swiss hospital - A practice development project. Int J Orthop Trauma Nurs. 2023 Nov;51:101065. doi: 10.1016/j.ijotn.2023.101065. Epub 2023 Nov 10. PMID: 37979241.
  11. Tergooi MC. (2024, October 10). Handboek Geriatric Emergency Medicine (GEM) - Tergooi MC. https://www.tergooi.nl/gem/.
  12. van der Vet P, Kussen J, van Dijk M, Houwert RM, Verleisdonk EJMM, van der Velde D. Heupfractuur bij ouderen [Hip fracture in elderly patients; additional value of a multidisciplinary approach and concentration of care]. Ned Tijdschr Geneeskd. 2017;161:D1563. Dutch. PMID: 28488559.
  13. Wan HY, Li SY, Ji W, Yu B, Jiang N. Fascia Iliaca Compartment Block for Perioperative Pain Management of Geriatric Patients with Hip Fractures: A Systematic Review of Randomized Controlled Trials. Pain Res Manag. 2020;2020:8503963.

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 19-02-2025

Laatst geautoriseerd  : 19-02-2025

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
  • Nederlandse Vereniging voor Heelkunde
Geautoriseerd door:
  • Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie
  • Nederlandse Internisten Vereniging
  • Nederlandse Orthopaedische Vereniging
  • Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulp Artsen
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
  • Vereniging van Specialisten Ouderengeneeskunde
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland
  • Ergotherapie Nederland
  • Nederlandse Vereniging van Diëtisten
  • Osteoporose Vereniging
  • Landelijke Adviesgroep Eerstelijnsgeneeskunde voor Ouderen

Algemene gegevens

De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).

De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijnmodule.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijnmodule is in 2023 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen (zie hiervoor de Samenstelling van de werkgroep) die betrokken zijn bij de zorg voor kwetsbare ouderen met een heupfractuur.

 

Werkgroep

  • Dr. H.C. (Hanna) Willems, klinisch geriater en internist, werkzaam in het Amsterdam UMC te Amsterdam, NVKG, voorzitter van de werkgroep
  • Dr. R.A. (Richard) Faaij, klinisch geriater, werkzaam in het Diakonessenhuis te Utrecht, NVKG, vicevoorzitter van de werkgroep
  • Dr. E.R. (Elvira) Flikweert, traumachirurg, werkzaam in het Deventer Ziekenhuis te Deventer, NVvH, vicevoorzitter van de werkgroep
  • Drs. H.H. (Hugo) Wijnen, klinisch geriater, werkzaam in het Rijnstate te Arnhem, NVKG
  • Dr. B.P.A. (Bart) Spaetgens, internist-ouderengeneeskunde, werkzaam in het MUMC te Maastricht, NIV
  • Drs. A.J. (Arthur) Kievit, orthopedisch chirurg, werkzaam in het Amsterdam UMC te Amsterdam, NOV
  • Dr. H.P.A. (Eric) van Dongen, anesthesioloog-pijnspecialist, werkzaam in het St. Antoniusziekenhuis te Nieuwegein, NVA
  • Dr. N.P. (Nanda) Gubbels, SEH-arts, werkzaam in het St. Antoniusziekenhuis te Utrecht, NVSHA
  • Mw. A. (Agnes) Bruijn-Leemrijse, bestuurslid, werkzaam bij de Osteoporose Vereniging te Den Haag, Osteoporose Vereniging
  • Mw. S. (Sophie) Osseweijer-Bronsgeest, verpleegkundig specialist AGZ, werkzaam in het Spaarne Gasthuis te Haarlem, V&VN
  • Mw. D. (Debbie) Loeters, geriatriefysiotherapeut, werkzaam in het Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk, KNGF/NVFG

Klankbordgroep

  • Drs. J. (Janita) Minderhoud, huisarts/specialist ouderengeneeskunde, werkzaam bij Laego te Utrecht, Laego
  • Mw. J. (Joyce) Vink, voorzitter bestuur, werkzaam bij de Vereniging Diëtisten Geriatrie & Ouderen (DGO) te Alkmaar, NVD
  • Dr. E.F. (Leonoor) van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde, werkzaam bij Pieter van Foreest te Delft, Verenso
  • Mw. L. (Linda) Vink-van Klooster, beleidsmedewerker, werkzaam bij EN te Utrecht, EN

Met ondersteuning van

  • Drs. E.A. (Emma) Gans, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
  • Dr. J.F. (Janke) de Groot, senior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
  • Drs. M. (Mischa) Lenaers, junior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Belangenverklaringen

De Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement) hebben gehad. Gedurende de ontwikkeling of herziening van een module worden wijzigingen in belangen aan de voorzitter doorgegeven. De belangenverklaring wordt opnieuw bevestigd tijdens de commentaarfase.

 

Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en klankbordgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.

 

Betrokkenen

Functie

Nevenfuncties

Gemelde belangen

Ondernomen actie

Werkgroep

Bruijn-Leemrijse

Bestuurslid Osteoporose Vereniging

Al meer dan 12 jaar met pensioen, alleen onbetaald bestuurslid

 

Mogelijk: meer bekendheid onze vereniging

Geen actie

Dongen, van

Anesthesioloog-pijnspecialist. Maatschap anesthesiologie, intensive care en pijnbestrijding

Geen

Geen, ter info medeoprichter AGE project St Antonius ziekenhuis, bestuurslid E infuse

Geen actie

Faaij

Vice-voorzitter

Coördinatie/ redacteur van het Handboek GTU

Geen

Geen actie

Flikweert

Traumachirurg Deventer Ziekenhuis

Bestuurslid Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie

Voorzitter Clinical Audit Board DHFA

Geen

Geen actie

Gubbels

SEH-arts St. Antonius ziekenhuis

Geen

Geen

Geen actie

Kievit

Orthopedisch chirurg, AUMC, betaald

Geen

Geen

Geen actie

Loeters

Geriatriefysiotherapeut bij Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk, betaald. Secretaris bij Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie in de Geriatrie, betaald.

Docent Fysiotherapie bij Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, betaald.

Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie, onbetaald

Geen

Geen actie

Osseweijer-Bronsgeest

Spaarne gasthuis

Geen

Geen

Geen actie

Spaetgens

Internist-Ouderengeneeskunde, Maastricht UMC+

Geen

Geen

Geen actie

Wijnen

Klinisch geriater Rijnstate Arnhem

Geen

Geen

Geen actie

Willems*

Klinisch geriater en internist, Amsterdam UMC

Wervelfracturen richtlijn NOV, Bestuurder stichting zorgevaluatie en voorzitter werkgroep Leading the change 0,1 FTE. Betaald, hoofd afdeling ouderengeneeskunde. Betaald omvang 0,9FTE

Advisoryboard AMGEN en UCB, gelden werden gedoneerd aan onderzoek van de afdeling ouderengeneeskunde, neergelegd per 2021. Speakersfee voor neutrale nascholingen over osteoporose, welke gesponsord worden door industrie.

 

FRAIL HIP 2018 gefinancierd door ZonMW (grant 843004120) en Osteosynthese and traumacare foundation nederland (OTC) (grant 2019-PJKP). Reeds afgerond, HW was niet de principal investigator.

Geen actie

 

Onderwerp van de gesponsorde nascholing valt buiten de afbakening van het handboek.

Klankbordgroep

Minderhoud

Huisarts/specialist ouderengeneeskunde

Bestuurslid van LAEGO

Nee

Geen actie

Van Dam van Isselt

Specialist Ouderengeneeskunde, Pieter van Foreest; 0.5fte

Senior onderzoeker, LUMC; 0.5fte

Geen

Extern gefinancierd onderzoek: ZonMw

Geen actie

Vink

Voorzitter bestuur Vereniging Diëtisten geriatrie & Ouderen (DGO) - Vacatiegelden.

Careyn Dietist Utrecht West werkzaam op de GR, 1e lijn zorg, beleid - loondienst

Netwerk DGO

De leden zijn belangrijk bij de vakinhoudelijke ontwikkeling en de positionering van het eigen specialisme.

 

Geen

Geen actie

Vink-Van Klooster

Clusterexpertise groep Vaatchirurgie.

Beleidsmedewerker Ergotherapie Nederland.

Geen

Geen

Geen actie

*Voorzitter van de werkgroep

 

Inbreng patiëntenperspectief

Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door het betrekken van een afgevaardigde van de Osteoporose Vereniging in de werkgroep. Ook werden er patiënten betrokken in de Delphi-studie, waarvan de uitkomsten de basis voor de leidraad hebben gevormd. Tevens werd deze leidraad ter commentaar voorgelegd aan de Osteoporose Vereniging en andere patiëntenorganisaties zoals de Patiëntenfederatie Nederland.

 

Wkkgz & Kwalitatieve raming van mogelijke substantiële financiële gevolgen

Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de Wkkgz.

Bij de leidraad is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling zijn leidraadmodules op verschillende domeinen getoetst (zie het stroomschema op de Richtlijnendatabase).

 

Uit de kwalitatieve raming blijkt dat er waarschijnlijk geen substantiële financiële gevolgen zijn, zie onderstaande tabel. Hoewel de werkgroep wel aanbevelingen doet over een – voor sommige ziekenhuizen – nieuwe organisatie van zorg, is dit geen vereiste of verplichting.

 

Module

Uitkomst raming

Toelichting

Module Opvang SEH

Geen financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (tussen 5.000 en 40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Volgende:
Niet-operatieve behandeling