Preventie van postoperatieve pulmonale complicaties bij pulmonaal belaste patiënten

Initiatief: NVA Aantal modules: 15

Startpagina - Preventie van postoperatieve pulmonale complicaties bij pulmonaal belaste patiënten

Waar gaat deze richtlijn over?

De richtlijn behandelt inzichten over pulmonale complicaties bij niet-pulmonale chirurgie die een belangrijke oorzaak van morbiditeit en sterfte zijn bij patiënten met een verhoogd risico op pulmonale complicaties na een operatie. Dit zijn patiënten die behandeld worden voor astma, COPD, interstitiële longfibrose of pulmonale hypertensie, maar ook patiënten die recent (minder dan een maand voorafgaand aan de ingreep) een pneumonie hebben gehad.

 

Bij de bestudering van de literatuur heeft de werkgroep geconcludeerd dat de definitie van pulmonale complicaties divers is, waardoor het lastig was de literatuur goed te vergelijken. Bovendien is deze richtlijn specifiek voor pulmonaal belaste patiënten en zijn veel studies uitgevoerd in algemene populaties. De werkgroep heeft daarom gekozen om de aanbeveling van Abbott (2018) over te nemen en postoperatieve pulmonale complicaties (PPC’s) te definiëren als een groep diagnoses die een gemeenschappelijk pathofysiologisch mechanisme kent met pulmonale collaps en contaminatie van de luchtwegen, zoals atelectase, pneumonie, exacerbatie COPD, aspiratie en ARDS, waarvoor een ongeplande behandeling met medicatie, intubatie en beademing noodzakelijk is. Daarbij is ook gekeken naar complicaties die perioperatief ontstaan en postoperatief doorwerken.

 

De volgende onderwerpen komen in de richtlijn aan bod:

  • Screening van patiënten op een verhoogd risico
  • Aanvullende diagnostiek
  • Perioperatieve medicatie
  • Uitstel van operatie bij pneumonie
  • Dagbehandeling versus klinische opname
  • Intensieve bewaking
  • Postoperatieve ademhalingsondersteuning      
  • Pre-, peri- en postoperatieve longfysiotherapie
  • Anesthesietechniek
  • Opheffen van spierverslapping
  • Postoperatieve pijnstilling

De behandeling van kinderen, behandeling van volwassenen en kinderen met OSAS en behandeling van patiënten met cystic fibrosis vallen buiten de afbakening van deze richtlijn.

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

De richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners in de tweede lijn die betrokken zijn bij de zorg voor PPC’s bij pulmonaal belaste patiënten. De richtlijn kan ook worden gebruikt bij het geven van voorlichting aan patiënten en het maken van lokale protocollen.

 

Voor patiënten

PPC’s staat voor postoperatieve pulmonale complicaties, oftewel complicaties in de longen die na een operatie optreden. Dit betreft onder andere problemen met het ophoesten van slijm, longontsteking, afwezige of gebrekkige ontplooiing van longblaasjes (atelectase), onvoldoende gaswisseling in de longen en verslikken. PPC’s komen voor bij gemiddeld 3% tot 5% van de operaties. Patiënten met longproblemen, zoals patiënten met COPD en astma, hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van PPC’s. De frequentie kan oplopen van 20% tot 55%.

 

Als u een longziekte heeft en geopereerd moet worden, bespreekt de arts met u welke keuzes voor u van belang zijn. Dit gaat bijvoorbeeld om:

  • welke keuzes u heeft bij de verdoving
  • wat de voor- en nadelen van die keuzes zijn
  • het belang van het goed innemen van uw medicijnen voor uw longen rondom de operatie
  • of u pijn heeft na de operatie en wat daar tegen te doen is
  • of u na de operatie naar een speciale afdeling gaat, bijvoorbeeld de intensive care.

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Vereniging voor Anesthesie (NVA). De in 2012 verschenen richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de anesthesiologen, fysiotherapeuten, internisten, longartsen, thoraxchirurgen, ziekenhuisapothekers en intensivisten. In 2022 is herziening van de richtlijn gestart door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de anesthesiologen, longartsen en intensivisten. Er is vertegenwoordiging van de chirurgen en klinisch geriaters gevraagd, maar het is niet gelukt deze in de werkgroep af te vaardigen. Er is aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door het uitnodigen van de Patiëntenfederatie Nederland en Longfonds voor de knelpunteninventarisatie en deelname van Longfonds aan de klankbordgroep. In de klankbordgroep waren verder de fysiotherapeuten, KNO-artsen en anesthesiologen vertegenwoordigd.

 

Onderbouwing

  1. Abbott TEF, Fowler AJ, Pelosi P, Gama de Abreu M, Møller AM, Canet J, Creagh-Brown B, Mythen M, Gin T, Lalu MM, Futier E, Grocott MP, Schultz MJ, Pearse RM; StEP-COMPAC Group. A systematic review and consensus definitions for standardised end-points in perioperative medicine: pulmonary complications. Br J Anaesth. 2018 May;120(5):1066-1079. doi: 10.1016/j.bja.2018.02.007. Epub 2018 Mar 27. PMID: 29661384.

Beoordelingsdatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 09-07-2025

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
Volgende:
Screening