Dermatologie
Uitgangsvraag
Wat is de optimale behandeling van dermatologische problemen bij kinderen met downsyndroom?
Aanbeveling
Aanbeveling-1
Diagnostiek dermatologische problemen:
- Kijk bij lichamelijk onderzoek de hele huid na
- Besteed hierbij ook aandacht aan nagels en haren
- Indien geen zekere diagnose: verwijs door naar dermatoloog.
- Denk bij vesiculopustuleuze huidafwijkingen bij de neonaat met syndroom van Down ook aan transiënte abnormale myelopoiese (TAM, zie hoofdstuk Hematologie)
Aanbeveling-2
Behandeling dermatologische problemen:
Zelf (be)handelen bij dermatologische problemen:
- Behandel xerosis cutis met emolliens (bijv, unguentum leniens, paraffine/vaseline in gelijke delen of vaseline 20% in lanettecreme
- Behandel dermatomycose met lokale antimycotica (bijv miconazolcreme 2%)
- Alopecia areata: houdt bij de voorlichting rekening met een ernstiger beloop
- Bespreek algemene huidverzorging
- Stel een diagnose bij nagelafwijkingen alvorens te behandelen
- Constitutioneel eczeem: behandel allereerst met lokale corticosteroïden en emollientia. Volg daarbij de richtlijn Constitutioneel eczeem en de leidraad Dermatocorticosteroïden
- Psoriasis: behandel allereerst met lokale corticosteroïden en/of vitamine-D-analogen en emollientia. Volg hierbij de richtlijn Psoriasis.
Verwijs naar dermatoloog:
- Therapieresistent eczeem of psoriasis (cave scabies crustosa)
- Papulopustuleuze afwijkingen/folliculitis: cave hidradenitis suppurativa, zie onder (UV)
Aanbeveling-3
Nagelproblemen:
- Toon onychomycose aan alvorens nagelafwijkingen te behandelen (mycologisch onderzoek)
- Behandel onychomycose met orale antimycotica in reguliere (kinder)dosering, terbinafine bij Trichophyton species, en itraconazol bij Candida, Trichophyton of andere dermatophyten species.
- Overweeg verwijzing naar dermatoloog indien geen onychomycose
Aanbeveling-4
Signaleer vroegtijdig:
- Vraag actief naar huidafwijkingen in plooigebieden, op de billen en de anogenitale regio
- Licht ouders voor over folliculitis en hidradenitis suppurativa (symptomen en risicofactoren)
- Kijk bij lichamelijk onderzoek de hele huid na: met name billen, liezen en oksels.
Aanbeveling-5
Volg de richtlijn hidradenitis suppurativa. Heb aandacht voor kwaliteit van leven, mate van pijn/jeuk, gedrag en seksualiteit. Denk aan leefmaatregelen (afvallen bij adipositas). Pas doseringen eventueel aan volgens het Kinderformularium.
Zelf (be)handelen:
- Adviseer het dragen van luchtige kleding die niet strak zit in de plooien.
- Bij kleine papels en pustels: start met clindamycine lotion 2 dd en evalueer het effect na twee tot drie maanden.
- Bij aanwezigheid van comedonen: start met resorcinolcreme 15%. Laat dit geleidelijk opbouwen: eerst 1x per 3 dagen (1 week), dan 1x per 2 dagen (1 week), daarna 1x daags als onderhoud.
Als dit onvoldoende effect heeft, verwijs dan naar een dermatoloog: behandeling van hidradenitis behoeft een totaal aanpak en maatwerk.
Besteed in de transitiefase (naar volwassenheid) aandacht aan zelfredzaamheid/zelf-management. Overweeg in dit kader eventueel biologics.
Overwegingen
Kwaliteit van het bewijs
De werkgroep heeft een PICO geformuleerd met betrekking tot de behandeling van hidradenitis suppurativa. Hier werd geen literatuur over gevonden. Wel zijn er de laatste jaren studies verricht naar de prevalentie van hidradenitis bij het syndroom van Down en naar (afwijkingen in) het klinisch beeld.
De aanbevelingen zijn gestoeld op expert opinion.
Waarden en voorkeuren van patiënten (en evt. hun verzorgers)
Patiënten met downsyndroom hebben last van hidradenitis en willen behandeld worden (Sokoloff, 2023)
Hidradenitis leidt tot schaamte en frustratie (Sokoloff, 2023)
Hidradenitis is pijnlijk (Sokoloff, 2023)
Exacerbaties van hidradenitis beperken sporten en sociale activiteiten (Sokoloff, 2023) en kunnen leiden tot (toename van) gedragsproblemen
Patiënten en hun verzorgers willen gehoord worden (ook in kader persoonlijke behandeling en preventie) (Sokoloff, 2023)
Patiënten en hun verzorgers hebben baat bij duidelijke verwijzingen naar dermatologen, en ze hebben baat bij de onderlinge afstemming van de dermatoloog en een dermatoloog die tevens kennis heeft over downsyndroom.
Kosten (middelenbeslag)
- Kosten van medicatie: exclusief afleverkosten. Wordt wel vergoed, na het bereiken van het eigen risico.
- Lokale therapie:
- clindamycine lotion €5 - €30 per flacon
- resorcinolcreme 15% varieert van €4,50 – €45,00 per tube
- Orale therapie:
- doxycycline circa €15-20 per maand
- cotrimoxazol €7,50 per maand
- Biologics (adalimumab):
- 1e maand oplaaddosis €1000 - €2000,
- onderhoud €580 - €1170 per maand
- Lokale therapie:
- Bij onvoldoende controle van de huidziekte:
- abcessen (kosten chirurgische interventie)
- pusuitvloed (verbandmiddelen en wondverzorging).
- pijn en ongemak van ontstekingen kan leiden tot gedragsproblematiek
Aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie
De dermatologische zorg voor hidradenitis is conform de reguliere dermatologische zorg, waarbij opgemerkt moet worden dat de eerste klachten van hidradenitis bij het syndroom van Down op jongere leeftijd beginnen, vaak al in de jonge pubertijdsjaren. In de beleving van de werkgroep lijken dermatologen terughoudender met behandeling, waarbij het onduidelijk is of dit op grond van de leeftijd of van de doelgroep is. Voor de implementatie van de aanbevelingen zou het wenselijk zijn om een dermatoloog als vast aanspreekpunt te hebben voor deze doelgroep. Hiervoor kan men beginnen bij de multidisciplinaire Downsyndroom-poliklinieken.
Rationale van aanbeveling-1:
Bij mensen met het syndroom van Down komen bepaalde huidafwijkingen (vaker) voor (Ryan 2021, Lam 2022):
- Infecties (met name dermatomycose, onychomycose, bacteriele infecties en scabies)
- Inflammatoire huidziekten (met name: hidradenitis, psoriasis, eczeem, cheilitis) en autoimmuun huidziekten (alopecia areata, vitiligo)
- Cutane neoplasmata en deposities (onder andere: syringoma, dermatofibromen, calcinosis cutis, elastosis perforans serpiginosa).
- Overige (onder andere: xerosis cutis, keratosis pilaris, acanthosis nigricans, cutis marmorata)
In een retrospectieve review werd over een periode van 22 jaar (totale cohort 1396 kinderen) gerapporteerd over 174 kinderen met downsyndroom met een dermatologische diagnose. In totaal werden 479 dermatologische diagnosen gesteld. De meerderheid had meer dan één diagnose, de helft had 2 tot 5 dermatologische diagnosen. Huisartsen en kinderartsen diagnosticeerden vaker dermatomycose, huidinfecties en dermatitis zonder nadere specificatie; dermatologen met name folliculitis en seborrhoisch eczeem. Van de (360) diagnosen die niet door een dermatoloog waren vastgesteld, werd 8% (n=28) verwezen, Hierna werd in 61% (n=17) een andere diagnose gesteld en bij 64% werd de behandeling aangepast (n=18). De gemiddelde follow-up bij de arts die de diagnose stelde was 5 jaar (Wentworth, 2021).
Vesiculopustuleuze afwijkingen bij neonaten heeft in het algemeen een uitgebreide differentiaal diagnose, met infectieuze en niet infectieuze oorzaken. Bij de neonaat met het syndroom van Down kan dit bovendien een vroeg symptoom zijn van een transiente leukemie (Brazzelli, 2019). De vesiculopustuleuze eruptie bij TMD bij neonaten met downsyndroom wordt al bij of kort na de geboorte gezien. Het betreft erytheem, vesikels en pusteltjes in het gelaat (vaak peri-orbitaal of rond de kaak) met caudaalwaartse en distaalwaartse uitbreiding naar de buik/romp en proximale extremiteiten. Het betreft doorgaans niet-zieke kinderen. In het bloed leucocytose en veel blasten. De huidafwijkingen zijn in tweederde van de gevallen binnen een maand verdwenen. Een deel van de kinderen ontwikkelt later een acute leukemie (Massey, 2006).
Voor de detectie van blasten in de pusteluitstrijk (Giemsa kleuring) bij de TMD (Uhara, 2009), dient men deze uitstrijk zo spoedig mogelijk te vervaardigen, aangezien het aantal blasten na 3 dagen reeds aanmerkelijk in aantal afnemen.
Rationale van aanbeveling-2:
Veel kinderen met syndroom van Down hebben xerosis cutis of keratosis pilaris. Een droge huid kan leiden tot jeuk en eczeem. Ter preventie is het goed om aandacht te besteden aan de algemene (huid)hygiene. Bespreek douchegedrag (niet te vaak, niet te heet, niet te lang), goed afdrogen in de plooigebieden en tussen de tenen (ook preventie dermatomycose) en het smeren van emolliens. Bevorder hierbij zoveel mogelijk de zelfredzaamheid van het kind.
Er verschijnen regelmatig case reports over scabies crustosa bij kinderen met Downsyndroom (Cebeci, 2022; Murugaiyan, 2015; Fonseca, 2014; Grodned, 2021). Immuunsupressie, neurologische afwijkingen en verstandelijke beperking zijn risicofactoren. De belangrijkste reden voor ontwikkelen van scabies crustosa bij kinderen (n=20, waarvan 1 met downsyndroom) was misdiagnose en het langdurig gebruik van lokale corticosteroiden (Grodned, 2021). Wees alert op scabies bij kinderen met downsyndroom met een psoriatiform beeld en hyperkeratotische huidafwijkingen, met name aan handen en voeten, welke niet reageren op lokale therapie en verwijs tijdig door naar de dermatoloog.
Nagelafwijkingen
Leden van de werkgroep stellen vast dat nagelproblemen bij kinderen met syndroom van Down vaak voorkomen en daar ook klachten van ondervinden (expert opinion). Alvorens te behandelen als een onychomycose verdient het aanbeveling om dit aan te tonen middels mycologisch onderzoek. Niet elke kalknagel (dystrofische verdikte nagelplaat) is een onychomycose. In de differentiaal diagnose worden nagelafwijkingen onder andere gezien bij huidziekten zoals psoriasis of lichen planus, door mechanische oorzaak (niet goed passend schoeisel), als onderdeel van ectodermale dysplasie, als geneesmiddelbijwerking, etc.
Behandel alleen als de verwekker (Trichophyton species) aangetoond is (pcr en/of kweek). Neem op de juiste wijze materiaal voor mycologisch onderzoek:
- op de grens van normale/afwijkende nagel en/of
- zachte hyperkeratose onder de nagelplaat.
Terbinafine is in reguliere dosering effectief bij mensen met syndroom van Down (Velthuis, 1995).
Rationale van aanbeveling-3:
Hidradenitis suppurativa
Hidradenitis suppurativa komt vaak voor bij mensen met syndroom van Down. Het klinisch beeld wijkt af van klinisch beeld in de algemene populatie en de aandoening begint op jongere leeftijd. In de praktijk wordt voor de behandeling hiervan door dermatologen de algemene richtlijn over hidradenitis suppurativa gevolgd, maar dit geeft vaak onvoldoende verbetering van de aandoening.
De vraag is of de effectiviteit van behandeling bij mensen met het syndroom van Down hetzelfde is als bij hidradenitis in de algemene populatie. Behandelen in een vroeg stadium lijkt blijvende schade zoals littekens en fistels te voorkomen. Er is behoefte aan een behandel-algoritme voor kinderen en jong volwasssenen met het syndroom van Down van lokale middelen, ontstekingsremmende orale antibiotica, orale retinoiden, immunosuppressiva en biologicals. Hierbij moet rekening gehouden worden met effectiviteit, bijwerkingen, veiligheid en self management (toediening medicatie en leefstijl).
Rationale van aanbeveling-4:
Het klinisch beeld van hidradenitis suppurativa bij downsyndroom verschilt van de algemene populatie (Lam 2020, Hernández 2022, Giovanardi 2018). Het ziektebeeld begint op jongere leeftijd. Inflammatoire lesies zitten niet alleen in de plooigebieden, maar vaak ook op de billen, boven- en soms ook onderbenen. Keratosis pilaris en kleinere folliculitiden gaan vaak vooraf (Sechi, 2019). Deze disseminated recurrent folliculitis kan gezien worden als hidradenitis stadium Ic.
Mensen met downsyndroom geven zelf spontaan minder goed pijn aan (Valkenburg 2015, Shaikh 2023). Zonder behandeling kunnen folliculitiden leiden tot abcessen met littteken- en fistelvorming (Hurley stadia II en III). Door alertheid van sociaal en (para)medisch netwerk is (ontwikkeling van) het ziektebeeld beter te monitoren en te behandelen.
Bij adipositas kan afvallen ook gunstig zijn voor beloop van de hidradenitis (zie richtlijn Hidradenitis).
Alhoewel er literatuur is dat het ziektebeeld bij mensen met downsyndroom afwijkt van de algemene populatie, is er geen literatuur beschikbaar dat vroegtijdige signalering het beloop van het ziektebeeld bij mensen met downsyndroom gunstig beïnvloedt. Dit is wel de ervaring van de werkgroep.
Rationale van aanbeveling-5:
Voor het beleid ten aanzien van folliculitis/hidradenitis bij kinderen en adolescenten met downsyndroom kan de huidige richtlijn hidradenitis in al zijn aspecten gevolgd worden.
Bijzondere aandachtspunten voor kinderen/jongeren met downsyndroom (ervaring werkgroep):
Als er verbaal geen hulpvraag wordt gesteld, dan kan gedrag(sverandering) een uiting zijn van pijn bij abcessen.
Gezien de localisatie van de huidafwijkingen, kan het verwarrend zijn voor het kind/de jongere met downsyndroom om een hulpvraag te uiten in het kader van seksuele opvoeding/grenzen bewaken, zeker als het ouderlijk huis verlaten wordt.
Er is geen reden om kinderen/jongeren met downsyndroom niet te behandelen. Bij patiënten in de algemene populatie behoeft behandeling van hidradenitis een totaal aanpak met soms combinatie van therapiemodaliteiten. Dit is voor mensen met een verstandelijke beperking nog belangrijker (Nosrati, 2023).
Als toevoeging op de behandeling in de richtlijn hidradenitis (doxycycline 1 dd 100 mg) kan bij adolescenten met downsyndroom als extra opties langdurig cotrimoxazol (1dd 960 mg langdurig) of zeer laag gedoseerd isotretinoine overwogen worden (expert opinion). Dit is echter sterk afhankelijk van het klinisch beeld en wordt best ingezet door een dermatoloog.
Veel jongeren met downsyndroom zijn therapietrouw. Als de jongere het ouderlijk huis verlaat, dan valt het toezicht van ouders op het beloop en de behandeling van de hidradenitis weg. Bij patiënten met een matige tot ernstige hidradenitis kan een biologic dan een optie zijn. Alhoewel er geen studies zijn van biologics op het beloop van hidradenitis bij downsyndroom, is er literatuur over de veiligheid en effectiviteit van biologics bij patiënten met downsyndroom en huidproblemen. (Westerkam 2024, Tancredi 2023, O’Connor 2023)
Onderbouwing
Achtergrond
Bij mensen met het syndroom van Down komen bepaalde dermatologische problemen (vaker) voor. In 2021 en 2022 zijn hier literatuurreviews over verschenen (Ryan 2021, Lam 2022). De diagnosen behoren met name tot de categorieën infectieziekten, inflammatoire huidziekten en auto-immuunhuidziekten, en (overwegend) cutane neoplasmata.
Bij neonaten met syndroom van Down kan een vesiculopustuleuze eruptie bij transient myeloproliferative disorder (TMD) voorkomen (Brazzelli 2019). Consulteer de dermatoloog vanwege de uitgebreide differentaal diagnose van vesiculopustuleuze huidafwijkingen bij neonaten.
Conclusies / Summary of Findings
Conclusions
No studies were included.
Samenvatting literatuur
Description of studies
Results
No studies were included.
Level of evidence of the literature
No studies were included.
Zoeken en selecteren
A systematic review of the literature was performed to answer the following question: what is the optimal treatment of hidradenitis suppurativa in children with Down?
P (Patients) |
children with Down syndrome and folliculitis/ hidradenitis suppurativa |
I (Intervention) |
topical resorcinol and azelaic acid, (and other local comedolytics), topical antibiotics (clindamycin, erythromycin), oral antibiotics (minocycline, doxycycline, doxycycline hyclate, clindamycin, rifampicin), biologicals (adalimumab, infliximab, ustekinumab, secukinumab), finasteride, Dapsone (diaminodiphenylsulfone, diphenylsulfone, DDS), cyproterone acetate, oral retinoids (isotretinoin, acitretin), surgical (deroofing) |
C (Comparison) |
charting for the different Hurley stages whether there is a difference for people with Down syndrome and patients in the general population. |
O (Outcomes) |
effectiveness, side effects, safety, self-management |
Relevant outcome measures
The guideline development group considered effectiveness as a critical outcome measure for decision making; and side effects, safety, and self-management as an important outcome measure for decision making.
Search and select (Methods)
The databases Medline (via OVID) and Embase (via Embase.com) were searched with relevant search terms until February 28th, 2024. The detailed search strategy is depicted under the tab Methods. The systematic literature search resulted in 34 hits. Studies were selected based on the following criteria: relevance to PICO, comparative study design, article written in English or Dutch. No studies were selected based on title and abstract screening.
Results
No studies were included in the analysis of the literature. Important study characteristics and results are summarized in the evidence tables. The assessment of the risk of bias is summarized in the risk of bias tables.
Referenties
- Brazzelli V, Segal A, Bernacca C, et al. Neonatal vesiculopustular eruption in Down syndrome and transient myeloproliferative disorder: A case report and review of the literature. Pediatric dermatology. 2019-9 2019;36(5):702-706.
- Cebeci F, Turgut Erdemir VA, Gürel MS, Akdeniz N, Aslan Kayıran M. Crusted scabies in a child with down syndrome. 2022-11 2022;21(11):6466-6467.
- Fonseca V, Price HN, Jeffries M, Alder SL, Hansen RC. Crusted scabies misdiagnosed as erythrodermic psoriasis in a 3-year-old girl with down syndrome. Pediatric dermatology. 2014-11 2014;31(6):753-754.
- Federatie Medisch Specialisten. Richtlijn Hidradenitis Suppurativa, Richtlijnendatabase. In: (FMS) FMS, ed2017.
- Giovanardi G, Chiricozzi A, Bianchi L, et al. Hidradenitis Suppurativa Associated with Down Syndrome Is Characterized by Early Age at Diagnosis. Dermatology (Basel, Switzerland). 2018 2018;234(1):66-70.
- Grodner C, Miquel J, Hadj-Rabia S, et al. Crusted scabies in children in France: a series of 20 cases. European journal of pediatrics. 2021-11-15 2021.
- Hernández-Rodríguez JC, Osorio-Gómez GF, Ortiz-Álvarez J, Lebrón-Martín JA, Conejo-Mir J, Pereyra-Rodríguez JJ. Hidradenitis suppurativa and Down syndrome in a single-centre sample: A cross-sectional study. The Australasian journal of dermatology. 2022-8 2022;63(3):e231-e237.
- Lam M, Lai C, Almuhanna N, Alhusayen R. Hidradenitis suppurativa and Down syndrome: A systematic review and meta-analysis. Pediatric dermatology. 2020-9-6 2020.
- Lam M, Lu JD, Elhadad L, Sibbald C, Alhusayen R. Common Dermatologic Disorders in Down Syndrome: Systematic Review. JMIR Dermatol. 2022;5(1):e33391.
- Lee K, Heresi G, Al Hammoud R. Norwegian Scabies in a Patient with Down Syndrome. The Journal of Pediatrics. 2019-6 2019;209:253-253.e251.
- Massey GV, Zipursky A, Chang MN, et al. A prospective study of the natural history of transient leukemia (TL) in neonates with Down syndrome (DS): Children's Oncology Group (COG) study POG-9481. Blood. Jun 15 2006;107(12):4606-4613.
- Murugaiyan R, Sengottian KL, Karthikeyan K. Crusted scabies presenting as palmoplantar psoriasis in Down's syndrome. Indian dermatology online journal. 2015-3 2015;6(2):140-141.
- Nosrati A, Torpey ME, Andriano TM, et al. Importance of a multi-tiered treatment approach for intellectually and developmentally disabled patients with hidradenitis suppurativa. Archives of dermatological research. 2023-8 2023;315(6):1827-1829.
- O'Connor C, Byrne B, Roche D, et al. Biological and JAK inhibitor therapy outcomes for severe psoriasis in trisomy 21. The Journal of dermatology. 2023-10 2023;50(10):1339-1342.
- Ryan C, Vellody K, Belazarian L, Rork JF. Dermatologic conditions in Down syndrome. Pediatric dermatology. 2021-11 2021;38:49-57.
- Sechi A, Guglielmo A, Patrizi A, et al. Disseminate Recurrent Folliculitis and Hidradenitis Suppurativa Are Associated Conditions: Results From a Retrospective Study of 131 Patients With Down Syndrome and a Cohort of 12,351 Pediatric Controls. Dermatology practical & conceptual. 2019-7 2019;9(3):187-194.
- Shaikh A, Li YQ, Lu J. Perspectives on pain in Down syndrome. Med Res Rev. Mar 16 2023.
- Sokoloff A, Dykman M, Sokoloff G, Vellody K, Holland K, Rork J. If my hidradenitis had a voice, this is what it would say: the perspective of a young woman with Down syndrome and hidradenitis suppurativa. The British journal of dermatology. 2023-7-17 2023;189(2):221-222
- Tancredi V, Licata G, Calabrese G, et al. Down syndrome and biological treatments in dermatology: Efficacy and safety in our real-life experience and review of literature. 2023-5 2023;64(2):285-288.
- Uhara H, Shiohara M, Baba A, Shiohara J, Saida T. Transient myeloproliferative disorder with vesiculopustular eruption: Early smear is useful for quick diagnosis. J Am Acad Dermatol. 2009-5 2009;60(5):869-871.
- Valkenburg AJ, Tibboel D, van Dijk M. Pain sensitivity of children with Down syndrome and their siblings: quantitative sensory testing versus parental reports. Dev Med Child Neurol. Nov 2015;57(11):1049-1055.
- Velthuis PJ, Nijenhuis M. Treatment of onychomycosis with terbinafine in patients with Down's syndrome. Br J Dermatol. 1995-7 1995;133(1):144-146.
- Wentworth AB, Hand JL, Davis DM, Tollefson MM. Skin concerns in patients with trisomy 21 (Down syndrome): A Mayo Clinic 22-year retrospective review. Pediatric dermatology. 2021-11 2021;38:73-78.
- Westerkam L, Pearson L, Sayed C. Safety and Efficacy of Biologic Medications and Janus Kinase Inhibitors in Patients with Down Syndrome: A Retrospective Cohort Study. Clin Drug Investig. Mar 2024;44(3):219-222.
Verantwoording
Beoordelingsdatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 17-04-2025
Voor meer details over de gebruikte richtlijnmethodologie verwijzen wij u naar de Werkwijze. Relevante informatie voor de ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule is hieronder weergegeven.
Algemene gegevens
De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).
De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijnmodule.
Samenstelling werkgroep
Voor het ontwikkelen van de richtlijnmodule is in 2021 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen (zie hiervoor de Samenstelling van de werkgroep) die betrokken zijn bij de zorg voor kinderen met downsyndroom.
Werkgroep
- Dr. H.B.M. (Helma) van Gameren-Oosterom, kinderarts, werkzaam in het Groene Hart Ziekenhuis te Gouda, NVK, voorzitter vanaf 11-12-2023
- R. (Regina) Lamberts, directeur, werkzaam bij Stichting Downsyndroom te Meppel
- H. (Hester) van Wieringen, kinderarts erfelijke en aangeboren aandoeningen, werkzaam in het St. Antonius Ziekenhuis te Utrecht, NVK
- A.M. (Anne-Marie) van Wermeskerken, kinderarts, werkzaam in het Flevoziekenhuis te Almere, NVK
- Dr. E.A. (Eveline) Schell-Feith, kinderarts, werkzaam in het Alrijne Ziekenhuis te Leiderdorp, NVK
- D.A.C.M. (Yvonne) Snepvangers, kinderarts, werkzaam bij Rivas Zorggroep (Beatrixziekenhuis) te Gorinchem, NVK
- Dr. P. (Pit) Vermeltfoort, oogarts, werkzaam in het Elkerliek ziekenhuis te Helmond, NOG
- K.M. (Kirsten) Vogelaar-Burghout, dermatoloog, werkzaam in het Zaans Medisch Centrum te Zaandam, NVDV
- K.C. (Käthe Christel) Noz, dermatoloog, werkzaam in het Adrz te Goes, NVDV
- Dr. C.D.L. (Christine) van Gogh, KNO-arts, werkzaam in Amsterdam UMC te Amsterdam, NVKNO
- Dr. M.E. (Michel) Weijerman, kinderarts, werkzaam in het Alrijne Ziekenhuis te Leiderdorp, NVK (voorzitter tot 11-12-2023)
Klankbordgroep
- L.C. (Lianne) Krab, arts Verstandelijk Gehandicapten, werkzaam bij Hartekamp Groep te Heemstede, NVAVG
- T.F.H. (Tom) Scheers, kinder- en jeugdpsychiater, werkzaam bij GGZ Drenthe te Assen, NVvP
- M.C. (Marianne) Kasius, kinder- en jeugdpsychiater, werkzaam bij Youz (Parnassia Groep), NVvP
- Dr. C. (Christine) de Weger, orthoptist, werkzaam in het RadboudUMC te Nijmegen, NVvO
- Prof. Dr. E. (Esther) de Vries, coördinator Data Science, werkzaam in het Jeroen Bosch Ziekenhuis te Den Bosch, NVK
- F. (Frank) Visscher, kinderneuroloog, werkzaam in Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis te Dirksland, NVN
- J.M. (Rien) Nijman, kinderuroloog, NVU
- E.H. (Erica) Gerkes, kindergeneticus, werkzaam in het UMCG te Groningen, VKGN
- Dr. M. (Mirjam) van Eck, kinderfysiotherapeut, werkzaam in het Amsterdam UMC te Amsterdam, NVFK/KNGF
- S.M. (Sonja) Kalf, tandarts gehandicaptenzorg, werkzaam bij Stichting Bijzondere Tandheelkunde te Amsterdam, KNMT
- H. (Heleen) Eijlders, arts maatschappij en gezondheid, werkzaam bij Ons Tweede Thuis te Amstelveen, AJN
- M. (Marjolein) Coppens, directeur/eigenaar, werkzaam bij ProNect te Ophemert, NVLF
- T.M.C. (Trea) Harperink-Oude Nijhuis, diëtist verstandelijke gehandicaptenzorg, werkzaam bij de Twentse Zorgcentra te Enschede, NVD/DVG
Met ondersteuning van
- Dr. T. (Tim) Christen, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
- Dr. R. (Renee) Bolijn, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
Belangenverklaringen
De Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement) hebben gehad. Gedurende de ontwikkeling of herziening van een module worden wijzigingen in belangen aan de voorzitter doorgegeven. De belangenverklaring wordt opnieuw bevestigd tijdens de commentaarfase.
Een overzicht van de belangen van (kern)werkgroepleden en klankbordgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.
Betrokkenen |
Functie |
Nevenfuncties |
Gemelde belangen |
Ondernomen actie |
Werkgroep |
||||
Gameren-Oosterom, van* |
Kinderarts, Groene Hart Ziekenhuis te Gouda. Betaald. |
Geen |
Geen |
Geen |
Gogh, van |
KNO-arts Amsterdam UMC |
Geen |
Geen |
Geen |
Lamberts |
directeur Stichting Downsyndroom |
Geen |
Geen |
Geen |
Noz |
Dermatoloog, 0,8 fte AMS Binnen deze functie mag ik 8 uur per week werkzaamheden verrichten als externe promovendus bij Tranzo (Tilburg University) met als onderwerp "huidafwijkingen bij Downsyndroom) |
Geen |
Ik heb een volwassen dochter met Downsyndroom. Van 2004-2012 zat ik in het bestuur van de Stichting Downsyndroom (SDS) en ik geef sinds jaren op verzoek onbezoldigd advies op vragen van de SDS, kinderartsen en artsen-VG. Voorheen was ik lid van de Domeingroep Kinderdermatologie van de NVDV. Met betrekking deze tot deze richtlijn zal ik een lid en de voorzitter van de Domeingroep ook op de hoogte houden. Door mee te werken aan deze richtlijn verwacht ik geen wezenlijke verandering van mijn reputatie op dit gebied. |
Geen |
Schell-Feith |
kinderarts Alrijne ziekenhuis |
Geen |
Geen |
Geen |
Snepvangers |
Kinderarts bij Rivas Zorggroep (Beatrixziekenhuis), volledige functie van kinderarts, betaald |
Geen |
Geen |
Geen |
Vermeltfoort |
Oogarts in Elkerliek ziekenhuis te Helmond |
Geen |
Takeda TAK-935-3001 en 3002 : Skyline and Skyway (LGS) study |
|
Vogelaar-Burghout |
Dermatoloog Zaans medisch centrum (0.75 FTE Dermatoloog VogelBloem (0.2 FTE) |
Lid domeingroep kinderdermatologie |
Meer expertise op het gebied van kinderen met Downsyndroom na medewerking aan deze richtlijn verwacht ik. Maar dat zal de zorg alleen maar ten goede komen. |
|
Weijerman |
Directeur, Stichting Artsen voor Kinderen |
Geen |
Geen |
Geen |
Wermeskerken, van |
Kinderarts, Flevo Ziekenhuis, Almere |
Geen
|
Ik ben als kinderarts betrokken bij de down poli in Almere |
Geen |
Wieringen, van |
kinderarts erfelijke en aangeboren aandoeningen, St. Antonius Ziekenhuis |
Geen |
Geen |
Geen |
Klankbordgroep |
||||
Coppens |
Directeur/eigenaar ProNect, werkend in opdrachten als wetenschappelijk onderzoeker, docent postacademische opleidingen, hoofdredacteur landelijk vakblad |
Geen |
Geen |
Geen |
Eck, van |
Kinderfysiotherapeut in het Amsterdam UMC |
Lid van Commissie Onderzoek en Ontwikkeling van de NVFK: (vacatievergoeding) Docent bij cursus loopproblemen bij kinderen van het NPI: betaald Gastdocent op Hogeschool Utrecht Master Kinderfysiotherapie: betaald Deskundige bij cyberpoli downsyndroom: onbetaald |
Geen |
Geen |
Eijlders |
Arts maatschappij en gezondheid. teamarts KDC;s bij Ons tweede Thuis betaald |
voorzitter cie. Zorg voor Zeldzaam AJN: onbetaald |
geen Ons Tweede Thuis is een instelling voor verstandelijk gehandicapten waaronder cliënten met Downsyndroom. Maar de financiering van het bedrijf en mij persoonlijk is onafhankelijk van de richtlijn. Vanuit de cie. Zorg voor Zeldzaam van de AJN ben ik afgevaardigd vanwege mijn expertise binnen de doelgroep kinderen met verstandelijke beperking, waaronder Down. De andere kant is dat de deelname aan de klankbordgroep dit beeld kan bevestigen. |
Geen |
Gerkes |
Klinisch geneticus in loondienst academisch ziekenhuis UMCG |
Geen |
Geen |
Geen |
Harperink-Oude Nijhuis |
Diëtist VG (in loondienst; 24 uur) De Twentse Zorgcentra Enschede |
Geen |
WUR Nut van voedingssupplementen bij kinderen met Down (2020-2021) Lid DVG (Diëtisten in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking) Lid NVD (Nederlandse vereniging van Diëtisten) |
Geen |
Kalf |
tandarts-gehandicaptenzorg bij Stichting Bijzondere Tandheelkunde, Amsterdam, loondienstverband 0,4. |
voorzitter Federatie Tandheelkundige Weenschappelijke Verenigingen FTWV onbetaald. |
Geen |
Geen |
Kasius |
PG YOUZ: Profielopleider K&J Psychiatrie, stageopleider Arts Verstandelijk Gehandicapten |
Geen |
Commissielid Kajak ( Academische werkplaat LVB) Onderzoek en Onderwijs |
Geen |
Krab |
Arts VG, VG Poli Hartekamp Groep te Heemstede/Velserbroek, loondienst. 0,2 FTE specifiek aan zorg voor mensen met genetische syndromen, binnen de Syndroompoli Hartekampgroep (o.a. voor cliënten met DS) en als lid en arts VG van de transitiepoli van het ENCORE-GRI expertise centrum Erasmus MC – Sophia Kinderziekenhuis – Hartekamp Groep. |
Lid Stuurgroep Richtlijn Ontwikkeling (SRO) van NVAVG t/m mei 2024. Onbetaald. |
Geen |
Geen |
Nijman |
Kinderuroloog n.p. |
|
|
|
Scheers |
Namens de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. Werkgever GGZ Drenthe te Assen |
consulent voor CCE, betaald |
Geen, behalve vergroten eigen kennis t.b.v. mijn werk. |
Geen |
Visscher |
Federatie Medisch Specialisten |
Neuroloog en kinderneuroloog in ziekenhuis Van Weel Bethesda, Dirklandarts GGZ Eleos |
Geen |
Geen |
Vries, de |
Coördinator Data Science (voormalig kinderarts) bij Jeroen Bosch Academie Wetenschap van het Jeroen Bosch Ziekenhuis & Bijzonder Hoogleraar bij Tranzo, TSB, Tilburg University. |
Lid Raad van Toezicht bij Het Laar (ouderenorganisatie in Tilburg) |
unPAD studie (financier: Takeda: primary unclassified antibody deficiency (heeft niet te maken met Downsyndroom) |
Geen |
Weger, de |
orthoptist en klinisch epidemioloog / onderzoeker Dondersinstituut /Radbouduniversiteit Nijmegen |
werkzaam bij Bartimeus |
Ik ben gepromoveerd op onderzoek naar de effecten van een bifocale bril bij kinderen met Downsyndroom |
Nee |
* Voorzitter
Inbreng patiëntenperspectief
Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door een afgevaardigde van Stichting Downsyndroom in de werkgroep. De conceptrichtlijn wordt tevens voor commentaar voorgelegd aan deze stichting en de eventuele aangeleverde commentaren worden bekeken en verwerkt.
Wkkgz & Kwalitatieve raming van mogelijke substantiële financiële gevolgen
Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de Wkkgz
Bij de richtlijn is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling zijn richtlijnmodules op verschillende domeinen getoetst (zie het stroomschema op de Richtlijnendatabase).
Uit de kwalitatieve raming blijkt dat er waarschijnlijk geen substantiële financiële gevolgen zijn, zie onderstaande tabel.
Module |
Uitkomst raming |
Toelichting |
|
Geen financiële gevolgen |
Module beschrijft zorg die voor het overgrote deel reeds aan deze aanbeveling voldoet. |
Zoekverantwoording
Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.