Startpagina – Dementie en lichte cognitieve stoornissen (Mild Cognitive Impairment, MCI)
| Wat is nieuw? | Publicatiedatum | 
|---|---|
| Startpagina – Dementie en lichte cognitieve stoornissen (Mild Cognitive Impairment, MCI) | 03-11-2025 | 
| Diagnostiek cognitieve stoornissen en dementie | 03-11-2025 | 
| Definitie en diagnose MCI | 03-11-2025 | 
| Neuropsychologisch onderzoek | 03-11-2025 | 
| Aanvullend onderzoek bij MCI en dementie | 03-11-2025 | 
| Leefstijladviezen bij MCI | 03-11-2025 | 
| Behandeling en begeleiding van Lichte Cognitieve Stoornissen (MCI) en dementie | 03-11-2025 | 
| Antipsychotica bij dementie | 03-11-2025 | 
| Antidepressiva bij dementie | 03-11-2025 | 
| Follow-up MCI | 03-11-2025 | 
| Liquoronderzoek bij vermoeden op de ziekte van Alzheimer | 25-11-2024 | 
Waar gaat deze richtlijn over?
De richtlijn Dementie en lichte cognitieve stoornissen (mild cognitive impairment, MCI) richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is voor patiënten met cognitieve stoornissen. De richtlijn berust daar waar mogelijk op wetenschappelijk onderzoek aangevuld met overwegingen en patiëntenvoorkeuren. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Diagnostiek van lichte cognitieve stoornissen en dementie
 - Behandeling van lichte cognitieve stoornissen en dementie
 - Besluitvorming
 - Organisatie dementiezorg
 - Cognitieve stoornissen als comorbiditeit in het ziekenhuis
 
Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
Deze richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de in de tweede- en derde lijn zorg voor patiënten met cognitieve stoornissen of verdenking daarop.
Voor patiënten
Dementie is de naam voor een combinatie van symptomen waarbij de verwerking van informatie in de hersenen is verstoord. Dementie kenmerkt zich door een geleidelijke achteruitgang van het geestelijk functioneren. Vaak vallen in het begin van de ziekte vooral de geheugenstoornissen op. Later krijgt de patiënt problemen met denken en taal. Ook kunnen het karakter en gedrag veranderen. Naarmate de ziekte vordert, verliest iemand met dementie steeds meer de regie over zijn eigen leven. De patiënt wordt meer afhankelijk van de hulp van anderen en dagelijkse handelingen worden steeds moeilijker.
De meest voorkomende oorzaken van dementie zijn de ziekte van Alzheimer, vasculaire dementie, fronto-temporale dementie, dementie met gemengde etiologie, dementie met Lewy bodies en dementie bij de ziekte van Parkinson. Eén op de vijf mensen krijgt dementie. Bij vrouwen is de kans nog groter: één op de drie vrouwen krijgt gedurende haar leven dementie. De kans op dementie neemt toe met het ouder worden.
Meer informatie over dementie en lichte cognitieve stoornissen is te vinden op Thuisarts:
Meer informatie over dementie en lichte cognitieve stoornissen is ook te vinden op de website van Alzheimer Nederland:
Mild Cognitive Impairment (MCI)
Het syndroom ‘Mild Cognitive Impairment’ (MCI) wordt in het Nederlands met ‘lichte cognitieve stoornis’ aangeduid. Voor de patiënt is het het duidelijkst om de Nederlandse term ‘lichte cognitieve stoornis’ te blijven gebruiken, in de richtlijn spreken we verder kortheidshalve over MCI. Iemand met MCI heeft problemen met het geheugen, cognitief functioneren of met een andere hersenfunctie, waarbij vaak ook emotioneel-gedragsmatige veranderingen een belangrijke rol spelen. Maar hij/zij kan vaak nog zo goed als normaal functioneren in het dagelijks leven. MCI kan een voorstadium van dementie zijn, maar dit hoeft niet (bron: Alzheimer Nederland).
Mensen met een MCI hebben vaak last van geheugenproblemen. Maar ze kunnen ook moeite hebben met het overzicht houden, of het uitvoeren van handelingen. De klachten en stoornissen zijn minder ernstig dan bij dementie. Vaak vergeet iemand de details van een gebeurtenis of handeling, terwijl mensen met dementie de hele gebeurtenis vergeten (bron: Alzheimer Nederland).
Een bijzondere groep van patiënten met cognitieve stoornissen betreft de groep met een verstandelijke beperking en dan met name de groep met een Down syndroom, bij wie vaak cognitieve stoornissen en dementie ontstaan in de loop van hun ziektetraject. Voor diagnostiek van deze speciale groep patiënten is in samenwerking met de NVAVG een aparte module gemaakt (NVKG, 2023).
Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?
Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie (NVKG) en wordt vanaf 2022 modulair herzien door het cluster Cognitieve stoornissen en dementie. Het NVN Addendum MCI is geïntegreerd tijdens cyclus 3, waarbij deze startpagina en de boomstructuur van de richtlijn zijn aangepast. De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de huisartsen, internisten, klinisch chemici, laboratoriumartsen, neurologen, nucleair geneeskundigen, psychiaters, psychologen, arts verstandelijk gehandicapten, radiologen, sociaal geriaters, specialisten ouderengeneeskunde, verpleegkundigen, verzorgenden en ziekenhuisapothekers. De samenstelling van het cluster kunt u vinden bij de ‘verantwoording’. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door inbreng van de patiëntenvereniging Alzheimer Nederland ten aanzien van communicatie met de patiënt. Daarnaast is de richtlijn ter commentaar opgestuurd naar Alzheimer Nederland.
Geldigheid van de richtlijn
De richtlijnen in het cluster Cognitieve stoornissen en Dementie worden modulair onderhouden. Het cluster Cognitieve stoornissen en Dementie omvat de richtlijn Dementie en MCI, en de richtlijn Delier bij volwassenen en ouderen. In de derde cyclus ‘24-‘25 zijn onderstaande modules ontwikkeld:
- Richtlijn Dementie en MCI: Module ‘Behandeling van neuropsychiatrische symptomen met antipsychotica bij dementie’
 - Richtlijn Dementie en MCI: Module ‘Behandeling van neuropsychiatrische symptomen met antidepressiva bij dementie’
 - Richtlijn Dementie en MCI: Module ‘Aanvullend onderzoek bij MCI’
 - Richtlijn Dementie en MCI: Module ‘Leefstijladviezen bij MCI’
 - Richtlijn Dementie en MCI: Module ‘Follow-up bij MCI’
 
In onderstaande tabel is te zien wat de geldigheid is van de richtlijnmodules. Tevens zijn de aandachtspunten vermeld die van belang zijn voor een herziening. Het cluster Cognitieve stoornissen en Dementie is als houder van deze richtlijn de eerstverantwoordelijke voor de actualiteit van deze richtlijn. Jaarlijks wordt vastgesteld welke modules worden herzien. Meer informatie over werken in clusters en modulair onderhoud vindt u hier.
| 
 Richtlijn Dementie  | 
 Geautoriseerd in  | 
 Laatst beoordeeld in  | 
 Geplande herbeoordeling  | 
 Wijzigingen meest recente versie  | 
| 
 1– Startpagina – Dementie en MCI  | 
 2025  | 
 2025  | 
 1 jaar  | 
 Geüpdatet  | 
| 
 2. Diagnostiek cognitieve stoornissen en dementie  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Geüpdatet  | 
| 
 2.1 Definitie en diagnose MCI  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Geüpdatet  | 
| 
 2.2 Etiologie en prognose MCI  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.3 Classificatie van dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4 Diagnostische criteria  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.1 Dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.2 Ziekte van Alzheimer  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.3 Dementie met Lewy Bodies (DLB)  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.4 Fronto-temporale dementie (FTD)  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.5 Vasculaire dementie (VaD)  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.4.6 Ziekte van Creutzfeldt-Jakob (CJD)  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.5 Diagnostiek van dementie bij personen met een verstandelijke beperking  | 
 2023  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.6 Screening cognitieve stoornissen - Mensen met een migratieachtergrond  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.6.1 Screeningsinstrumenten  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.6.2. Tolken  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.7 Neuropsychologisch onderzoek  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.7.1 Neuropsychologisch onderzoek bij progressie van MCI naar dementie  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.7.2 Neuropsychologisch onderzoek en cognitieve screeningsinstrumenten bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8 Aanvullend onderzoek bij MCI en dementie  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.1 Biomarkers bij MCI  | 
 2014  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.2 Structurele beeldvorming dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.3 Klinisch neurofysiologisch onderzoek dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.4 Liquoronderzoek bij vermoeden op de ziekte van Alzheimer  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.5 Diagnostiek met SPECT of PET  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.5.1 Amyloïd PET-scan  | 
 2021  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.5.2 18F-FDG PET bij onderscheid AD-FTD  | 
 2021  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.8.5.3 PET/SPECT in de etiologische diagnostiek  | 
 2021  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 2.9 Genetische risicofactoren  | 
 2023  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 3. Preventie  | 
 
  | 
 
  | 
 
  | 
|
| 
 3.1 Preventie cognitieve achteruitgang en dementie  | 
 2023  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 3.2 Effectiviteit van lichaamsbeweging op cognitief functioneren bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 3.3 HERZIENING module 4: Leefstijladviezen bij MCI  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Herziening module  | 
| 
 3.4 Domotica en e-health bij dementie  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4. Behandeling en begeleiding van MCI en dementie  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Geüpdatet  | 
| 
 4.1 Neurotransmitter-modulerende geneesmiddelen  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.1.1 Cholinesteraseremmers bij dementie  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.1.2 Memantine bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.2 Medicatie neuropsychiatrische symptomen  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.2.1 HERZIENING module 1: Antipsychotica bij dementie  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Herziening module  | 
| 
 4.2.2 HERZIENING module 2: Antidepressiva bij dementie  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Herziening module  | 
| 
 4.2.3 Anticonvulsiva bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.3 Psychosociale non-farmacologische interventie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.3.1 Cognitieve stimulatie en realiteitsoriëntatie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.3.2 Psychologische behandeling MCI  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 4.3.3 Cognitieve revalidatie bij MCI  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5. Besluitvorming bij cognitieve stoornissen en dementie  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.1. Voorlichting over MCI  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.2. HERZIENING module 5: Follow-up bij MCI  | 
 2025  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 Herziening module  | 
| 
 5.3 Wilsbekwaamheid medische besluitvorming  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.4 Gezamenlijke besluitvorming (shared decision making)  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.5 Voorlichting over rijvaardigheid bij MCI  | 
 2018  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.6 Rijgeschiktheid bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 5.7 Bespreken levenseinde bij dementie  | 
 2024  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 6. Organisatie  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 6.1 Regionale samenwerking dementiezorg  | 
 2014  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 6.2 De zorgstandaard dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 6.3 Casemanagement bij dementie  | 
 2021  | 
 2025  | 
 3 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 6.4 Scholing verzorgend personeel bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7. Cognitieve stoornissen als comorbiditeit in het ziekenhuis  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.1 Herkennen van cognitieve stoornissen op de Spoedeisende Hulp  | 
 2021  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.2 Screening op dementie/ cognitieve stoornissen in het ziekenhuis  | 
 2023  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.3 Wils&oordeelsbekwaamheid en behandelbeperking  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.4 Informatie, communicatie en bejegening  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.5 Omgeving en voorzieningen opname en verblijf  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.6 Beoordeling van pijn bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.7 Voedings&vochtproblemen bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
| 
 7.8 Procedure ontslag uit ziekenhuis bij dementie  | 
 2014  | 
 2025  | 
 5 jaar  | 
 n.v.t.  | 
Verantwoording
Beoordelingsdatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 23-10-2025