Startpagina - Clostridioides difficile
Wat is nieuw? | Publicatiedatum |
---|---|
Startpagina - Clostridioides difficile | 03-09-2024 |
Waar gaat deze richtlijn over?
Deze richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is met betrekking tot infectiepreventie en Clostridioides difficile. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Isolatiemaatregelen bij Clostridioides difficile
- Handhygiëne Clostridioides difficile
- Reiniging en desinfectie bij Clostridioides difficile
De richtlijn beschrijft de infectiepreventiemaatregelen ter voorkoming van transmissie van Clostridioides difficile in zorginstellingen (ziekenhuizen, verpleeghuizen, woonzorgcentra, gehandicaptenzorg, revalidatiecentra, GGZ-instellingen) en de wijkverpleging.
Wanneer in de richtlijn gesproken wordt over de patiënt worden hiermee zowel de patiënt, cliënt en bewoner bedoeld, tenzij anders aangegeven.
Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
De beoogde gebruikers van de richtlijn betreffen al diegenen die betrokken zijn bij het opstellen van het infectiepreventiebeleid in zorginstellingen en de wijkverpleging.
Voor patiënten
Clostridioides difficile is een bacterie die darmproblemen veroorzaakt. Een infectie met Clostridioides difficile kan diarree, koorts of buikpijn veroorzaken. Sommige patiënten ontwikkelen een ernstige (levensbedreigende) ontsteking van de dikke darm (colitis).
Patiënten met een Clostridioides difficile infectie scheiden grote hoeveelheden bacteriën en sporen uit, welke kunnen leiden tot infecties bij andere mensen of tot herbesmetting van de (al behandelde) patiënt. Het toepassen van maatregelen is nodig om verspreiding te voorkomen.
In deze richtlijn wordt beschreven welke maatregelen zorginstellingen moeten nemen om verspreiding van Clostridioides difficile te voorkomen. Meer informatie in begrijpelijke taal is te lezen op Thuisarts.nl.
Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?
De richtlijn betreft de herziening van de WIP-richtlijnen Infectiepreventieve maatregelen bij Clostridium difficile. Deze richtlijnen herzien tot één overkoepelende richtlijn infectiepreventie die voor de verschillende zorgdomeinen toepasbaar is. De aanbevelingen zijn generiek opgesteld en gelden voor de genoemde zorgdomeinen. Indien noodzakelijk zijn er per zorgdomein specifieke en/of afwijkende aanbevelingen geformuleerd. Met het uitbrengen van deze richtlijn komen bovengenoemde richtlijn te vervallen.
De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire werkgroep met vertegenwoordigers van de NVMM, NIV/NVII, VHIG, RIVM en Verenso. Hierbij heeft de vertegenwoordiger van de Verenso afgestemd met NVAVG om zo beide partijen te vertegenwoordigen. De richtlijn is in de commentaarfase voorgelegd aan onder andere de Patiëntenfederatie, de koepels van ziekenhuizen en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.
Het SRI is als houder van deze richtlijn de eerstverantwoordelijke voor de actualiteit van deze richtlijn. De Federatie Medisch Specialisten heeft namens het SRI de leidende rol gehad bij de richtlijnontwikkeling. De richtlijnontwikkeling wordt ondersteund door het Kennisinstituut van de federatie medisch specialisten. De andere aan deze richtlijn deelnemende wetenschappelijk verenigingen of gebruikers van de richtlijn delen de verantwoordelijkheid en informeren de eerstverantwoordelijke over relevante ontwikkelingen binnen hun vakgebied.
De modules over Clostridioides difficile zijn afzonderlijk tevens te lezen in de richtlijnen Handygiëne, Isolatie en Reiniging en desinfectie Ruimten.