Startpagina - Kleincellig longcarcinoom
Waar gaat deze richtlijn over?
De richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de zorg is voor patiënten met kleincellige longkanker. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Epidemiologie en pathogenese (invloed van roken)
- Diagnostiek en behandeling kleincellige longkanker
- Terugkerend kleincellige longkanker
- Paraneoplastische syndromen: verschijnselen die op afstand van de tumor ontstaan, vaak onder invloed van hormonen die door de tumor of reactie op de tumor worden geproduceerd
- Verschillende facetten van de zorg: nacontrole en nazorg, organisatie van zorg, psychosociale zorg, palliatieve zorg
Een aantal algemene onderwerpen die met kleincellige longkanker samenhangen staan in de richtlijn ‘diagnostiek en behandeling van het niet-kleincellig longcarcinoom’.
Voor wie is de richtlijn bedoeld?
De richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die zich bezighouden met de zorg voor patiënten met kleincellige longkanker.
Voor patiënten
Kleincellig longcarcinoom is een vorm van longkanker. In Nederland krijgen per jaar bijna 12.000 mensen longkanker. Er zijn twee verschillende vormen: kleincellige longkanker en niet-kleincellige longkanker. Ongeveer 15 procent is kleincellig. De indeling is gebaseerd op het type cellen dat in de tumor voorkomt. Bij kleincellige longkanker gaat het om kleine cellen die snel delen.
Meer informatie over longkanker is te vinden op Thuisarts:
https://thuisarts.nl/longkanker
Meer informatie over longkanker is ook te vinden op kanker.nl:
https://www.kanker.nl/bibliotheek/longkanker/wat-is/2226-longkanker
Meer informatie over longkanker is ook te vinden op de website van de patiëntenvereniging Longkanker Nederland
Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?
Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van de Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose (NVALT). De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de longartsen, radiotherapeuten, oncologen, chirurgen en pathologen.