CIN, AIS en VAIN - Radicaliteit snijvlakken
Disclaimer In aanvulling op de gebruikersvoorwaarden, die in deze onverkort van toepassing zijn, geldt hetgeen hierna staat. Deze richtlijn is eerder geplaatst geweest op Oncoline en is vooruitlopend op het actualiseren ervan, nu in deze database opgenomen. De richtlijn zoals die nu is opgenomen voldoet nog niet aan alle kwaliteitseisen die aan publicatie in de Richtlijnendatabase worden gesteld en is daarom als PDF geplaatst. De richtlijn zal modulair worden geactualiseerd in nog volgende onderhoudsronden. |
Zie het PDF-bestand 'Radicaliteit snijvlakken' in de bijlagen.
Onderbouwing
Conclusies
[Papakonstantinou, 2014 (5), Wright, 2003 (7)]
Het is aangetoond dat een positief snijvlak voor AIS een hoger risico heeft op residu/recidief dan een negatief snijvlak.
[Baalbergen, 2014 (9)]
Samenvatting literatuur
Veel studies hebben aangetoond dat indien CIN2+ (CIN2, CIN3 en invasief carcinoom) in het snijvlak van lisexcisies en/of exconisaties aanwezig is, het risico op residu of recidief significant is verhoogd [Ghaem-Maghami, 2007 (1), Livasy, 1999 (2), Robboy, 2009 (3), Simoes, 2013 (4)]. Er is een substantieel lager risico op CIN2+ na behandeling indien complete verwijdering wordt bereikt bij eerste behandeling [Papakonstantinou, 2014 (5)]. Er zijn maar enkele multivariate studies beschikbaar die wijzen op een positief snijvlak als de belangrijkste onafhankelijke voorspeller voor residu/recidief van CIN2+ [Serati, 2012 (6), Wright, 2003 (7)].
Enkele zeer recente studies hebben aangetoond dat met name een positief endocervicaal snijvlak (i.t.t. positief ectocervicaal snijvlak) significant geassocieerd is met residu of recidief van CIN2+ [Kong, 2014 (8), Papakonstantinou, 2014 (5)]. In de laatste studie bleken naast een positief endocervicaal snijvlak, ook de cytologie na behandeling en hrHPV-status na behandeling beide goede voorspellers te zijn voor residu of recidief van CIN2+ [Kong, 2014 (8)].
In lijn met CIN is het te verwachten dat de kans op residu of recidief eveneens toeneemt bij positieve snijvlakken voor AIS. In een recente grote review van 35 studies is gevonden dat de kans op residu voor AIS toeneemt van 17% naar 49% bij positief snijvlak [Baalbergen, 2014 (9)].
In de Europese richtlijn wordt geadviseerd om in het pathologieverslag de status van de snijvlakken aan te geven, maar alleen als er sprake is van een duidelijke markering en met name bij exconisaties [IARC, 2008 (10)].
Referenties
- 2 - Livasy CA, Maygarden SJ, Rajaratnam CT et al. Predictors of recurrent dysplasia after a cervical loop electrocautery excision procedure for CIN-3: a study of margin, endocervical gland, and quadrant involvement. Modern pathology : an official journal of the United States and Canadian Academy of Pathology, Inc. 1999;12(3):233-8 [link]
Verantwoording
Autorisatiedatum en geldigheid
Laatst beoordeeld :
Laatst geautoriseerd : 12-11-2015
Geplande herbeoordeling :
Methode ontwikkeling
Evidence based