Repositiemanoeuvres als behandeling BPPD
Uitgangsvraag
Zijn repositiemanoeuvres geschikt als therapie om patiënten met BPPD te behandelen?
Aanbeveling
BPPD posterieure kanaal
Behandel objectieve en subjectieve BPPD van het posterieure kanaal met een Epley- of een Semontmanoeuvre.
Behandel objectieve en subjectieve BPPD van het posterieure kanaal door een arts of specifiek daartoe geschoold persoon, zoals een fysiotherapeut of klinisch fysisch laborant.
Raad de patiënt in principe niet aan om de Epley- of Semontmanoeuvre zelf uit te voeren.
BPPD horizontale kanaal
Behandel patiënten met BPPD van het horizontale kanaal (geotrope variant) met een Gufonimanoeuvre of de barbecuemanoeuvre (Lempert).
Verwijs patiënten met verdenking op BPPD van het horizontale kanaal (apogeotrope variant) naar een centrum of collega met veel ervaring in de behandeling van BPPD.
Behandel patiënten met BPPD van het horizontale kanaal door een arts of specifiek daartoe geschoold persoon, zoals een fysiotherapeut of klinisch fysisch laborant.
BPPD anterieure kanaal
Verwijs patiënten met verdenking op BPPD van het anterieure kanaal naar een centrum of collega met veel ervaring in de behandeling van BPPD.
Overwegingen
Voor de diagnose van BPPD worden de internationale criteria aangehouden die zijn geformuleerd door de ‘Committee for Classification of Vestibular Disorders of the Bárány Society’ (Von Brevern et al., 2015).
Posterieur kanaal BPPD
Er kan onderscheid gemaakt worden tussen verschillende typen p-BPPD (zie tabel 1). De diagnose p-BPPD is zeker als bij de Dix-Hallpike test zowel duizeligheid als nystagmus kan worden opgewekt. Er wordt dan gesproken van ‘objectieve BPPD’. Als er bij de Dix-Hallpike wel duizeligheid, maar geen nystagmus kan worden opgewekt, wordt de term ‘subjectieve BPPD’ gebruikt. De behandeling van beide types BPPD is hetzelfde. Als de anamnese typisch is voor BPPD, maar bij de Dix-Hallpike test geen duizeligheid of nystagmus kan worden opgewekt, is herbeoordeling op een ander tijdstip (met herhaling van de Dix-Hallpike test) gewenst (Alvarenga et al., 2011; Balatsouras et al., 2012; Haynes et al., 2002; Huebner et al., 2013; Jung et al., 2016; Tirelli et al., 2001; Weider et al., 1994).
Tabel 1: onderscheid tussen de verschillende typen p-BPPD.
|
Anamnestisch verdacht |
Dix Hallpike test |
|
Nystagmus |
Duizeligheid |
||
Objectieve p-BPPD (definitive) |
+ |
+ |
+ |
Subjectieve p-BPPD (possible) |
+ |
- |
+ |
Anamnestische p-BPPD (probable) |
+ |
- |
- |
Behandeling van posterieur kanaal BPPD geschiedt bij voorkeur met een Epley- of Semontmanoeuvre. De effectiviteit van deze manoeuvres is het meeste onderzocht. Daarnaast is al jarenlang ervaring met deze manoeuvres opgedaan, de kans op complicaties is uitermate klein en de kwaliteit van leven lijkt ook te verbeteren (Gupta, 2018). De belangrijkste complicatie is conversie naar de horizontale kanaal BPPD-variant. Beide manoeuvres zijn makkelijk en snel uit te voeren en brengen weinig kosten met zich mee. De manoeuvres zijn uitvoerbaar door de behandelend arts of een daartoe geschoold persoon (bijvoorbeeld fysiotherapeut, KNF-laborant).
In het algemeen wordt het thuis, door de patiënt zelf, uitvoeren van een Epleymanoeuvre niet aanbevolen. De patiënt moet namelijk precies weten welke kant behandeld dient te worden en hoe de manoeuvre uitgevoerd moet worden. Het is ook nog niet aangetoond dat een ‘thuis-Epley’ even effectief is als een Epley uitgevoerd door een zorgprofessional. Daarnaast is de toegang tot hulpverleners, bijvoorbeeld fysiotherapeuten, in Nederland makkelijk. Patiënten kunnen er snel naartoe, zonder verwijzing. In uitzonderlijke gevallen en op basis van klinische expertise kan een ‘thuis-Epley’ wel zinvol zijn, bijvoorbeeld bij patiënten die al lang bekend zijn met het ziektebeeld, de zijdigheid van de aandoening kennen en getraind zijn in het uitvoeren van de Epley.
In de behandeling van BPPD zijn er ook andere manoeuvres beschikbaar, zoals de Quick Liberatory Rotation en Li Quick manoeuvre, maar deze manoeuvres zijn nog niet zo bekend en de bewijskracht voor deze behandelmethodes is minder groot dan voor de Epley en Semont.
Horizontaal kanaal BPPD
Geotrope variant
Behandeling van de geotrope variant van horizontaal kanaal BPPD geschiedt bij voorkeur met een Gufoni- of barbecuemanoeuvre (Lempert). Deze behandelingen zijn het meest bekend en hebben de hoogste bewijskracht voor wat betreft effectiviteit. Ze zijn makkelijk uitvoerbaar en gaan niet gepaard met hoge kosten. De behandeling geeft weinig complicaties.
De ‘Li Quick repositiemanoeuvre’ is mogelijk ook effectief in de behandeling van de geotrope variant van h-BPPD, maar deze verdient niet de voorkeur aangezien deze behandeling minder goed is onderzocht en de effectiviteit nog niet duidelijk is aangetoond.
Apogeotrope variant
De apogeotrope variant van horizontaal kanaal BPPD komt minder vaak voor dan de geotrope variant en de behandeling is minder goed onderzocht. Het advies is daarom bij verdenking op de apogeotrope variant van h-BPPD door te verwijzen naar een centrum of collega met veel ervaring in de behandeling van BPPD.
Complicerende factor is namelijk dat men vooraf niet weet waar het otoconiaal debris zich precies in het semicirculaire kanaal bevindt en of het debris los zit in het kanaal (canalolithiasis) of vastzit aan de cupula (cupulolithiasis). In de behandeling van de apogeotrope variant lijkt een ‘head-shaking’ manoeuvre effectiever dan de Semontmanoeuvre. De gemodificeerde Gufonimanoeuvre en mastoidoscillatie lijken effectiever dan een shammanoeuvre in het verdwijnen van vertigo en nystagmus. Echter voor het goed uitvoeren van deze manoeuvres is uitgebreidere expertise nodig.
Anterieur kanaal BPPD
Anterieur kanaal BPPD is uitermate zeldzaam. Behandeling van a-BPPD is gebaseerd op expert opinion en observationeel onderzoek. Het advies is om patiënten met een verdenking op a-BPPD daarom door te sturen naar een centrum of collega met veel ervaring in de behandeling van BPPD.
Onderbouwing
Achtergrond
Canalith repositiemanoeuvres kunnen zorgen voor een aanzienlijke vermindering van de duizeligheidssymptomen bij benigne paroxysmale positie duizeligheid (BPPD). De effectiviteit van de Epley- en Semontmanoeuvre bij BPPD van het posterieure semicirculaire kanaal (p-BPPD) is bekend. Sinds 2011 zijn er nieuwe repositiemanoeuvres beschikbaar, zowel voor BPPD van het posterieure als het horizontale kanaal en is er meer bekend over de behandeling van BPPD van het horizontale kanaal (h-BPPD). Specifiek voor h-BPPD, wordt onderscheid gemaakt tussen de geotrope en apogeotrope vorm (afhankelijk van de richting van de nystagmus tijdens de zogenaamde ‘supine roll test’) en hangt de behandeling af van het gevonden type. In deze module wordt uitgezocht welke repositiemanoeuvres geschikt zijn als therapie voor patiënten met BPPD.
Conclusies
Posterieur kanaal BPPD
Uitkomstmaat: verdwijnen van symptomen
Redelijk GRADE |
In de behandeling van BPPD van het posterieure kanaal zijn de Epley- en Semontmanoeuvre effectief in het verdwijnen van de symptomen.
Bronnen: (Zhang, 2017; Hilton, 2014; van Duijn, 2014; Saberi, 2017; Li, 2017; Mandalà, 2012; Karanjai, 2010) |
Laag GRADE |
In de behandeling van BPPD van het posterieure kanaal is mogelijk de Li Quick repositiemanoeuvre effectief in het verdwijnen van de symptomen.
Bronnen: (Li, 2017)xxx) |
Uitkomstmaat: conversie naar een negatieve Dix-Hallpike
Redelijk GRADE |
In de behandeling van BPPD van het posterieure kanaal zijn de Epley- en de Semontmanoeuvre effectief in de conversie naar een negatieve uitkomst in de Dix-Hallpike test.
Bronnen: (Liu, 2016; Hilton, 2014; Van Duijn, 2014; Helminski, 2010; Saberi, 2017; Califano, 2003) |
Laag GRADE |
In de behandeling van BPPD van het posterieure kanaal is mogelijk de Quick Liberatory Rotation effectief in de conversie naar een negatieve uitkomst in de Dix-Hallpike test.
Bronnen: (Califano, 2003) |
Horizontaal kanaal BPPD - geotrope variant
Uitkomstmaat: verdwijnen van symptomen
Laag GRADE |
In de behandeling van de geotrope variant van BPPD van het horizontale kanaal zijn de Gufonimanoeuvre, de barbecuemanoeuvre en de ‘Li Quick repositiemanoeuvre’ effectief in het verdwijnen van de symptomen.
Bronnen: (Li, 2018; Testa, 2012; Van den Broek, 2014) |
Horizontaal kanaal BPPD - apogeotrope variant
Uitkomstmaat: verdwijnen van symptomen
Laag GRADE |
In de behandeling van de apogeotrope variant lijkt een ‘head-shaking’ manoeuvre effectiever dan de Semontmanoeuvre. De gemodificeerde Gufonimanoeuvre en mastoidoscillatie lijken effectiever dan een shammanoeuvre in het verdwijnen van de symptomen.
Bronnen: (Kim, 2017; Kim, 2012a; Oh, 2009) |
Anterieur kanaal BPPD
- GRADE |
Geen vergelijkend onderzoek heeft de behandeling van anterieur kanaal BPPD bekeken. |
Uitkomstmaat: kwaliteit van leven
- GRADE |
Geen enkele studie heeft kwaliteit van leven meegenomen als uitkomstmaat, daarom kunnen daar geen conclusies over worden geformuleerd. |
Samenvatting literatuur
Voor het bestuderen van de effectiviteit van repositiemanoeuvres als behandeling van Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid (BPPD) is het ideale studiedesign een RCT waarin de effectiviteit van een repositiemanoeuvre zoals de Epleymanoeuvre, de barbecuemanoeuvre of de Gufonimanoeuvre bij patiënten met BPPD wordt vergeleken met geen behandeling, placebo of een andere repositiemanoeuvre. Allereerst zijn er zes systematische reviews geïncludeerd met betrekking tot de probleemstelling (op basis van RCT’s). Daarnaast zijn er negen RCT’s geïncludeerd die nog niet zijn opgenomen in de geïncludeerde systematische reviews. De meeste studies rapporteerden verdwijnen van symptomen en/of een conversie naar een negatieve Dix-Hallpike als uitkomstmaten. Geen enkele studie heeft kwaliteit van leven meegenomen als uitkomstmaat.
De studies waren heterogeen wat betreft het type interventie en het subtype BPPD waarbij de interventie werd ingezet; om deze reden was er geen pooling van data mogelijk. De resultaten van de studies zijn daarom afzonderlijk beschreven.
Beschrijving studies
Systematic reviews
Six systematic reviews were selected based on full text.
PC-BPPV
Four SRs performed a systematic review in which the efficacy of the Epley manoeuvre was compared with the Semont’s Liberatory manoeuvre (Zhang, 2017; Liu, 2016) or placebo (Hilton, 2014) or watchful waiting (van Duijn, 2014) in patients with PC-BPPV.
One SR compared the canalith repositioning procedure (CRP) with the Liberatory manoeuvre or sham in patients with PC-BPPV (Helminski, 2010).
HC-BPPV (geotropic)
One SR described results of RCTs comparing the Gufoni manoeuvre compared to the barbecue or sham manoeuvre in patients with the geotropic type of HC-BPPV (van den Broek, 2014).
Outcome measures were recovery rate (Zhang, 2017), a negative Dix-Hallpike test (Liu, 2016; Hilton 2014; van Duijn, 2014; Helminski, 2010), complete resolution of vertigo symptoms (Hilton, 2014), adverse effects of treatment (Hilton, 2014) and success percentage, defined as the resolution of vertigo (van den Broek, 2014).
RCTs
Posterior canal BPPV (PC-BPPV)
Saberi (2017) performed a randomized clinical trial in patients with PC-BPPV. Patients were randomized over two groups; 30 patients received the Epley manoeuvre and were compared to another group of 30 patients receiving the Gans manoeuvre.
Li (2017) performed a single blinded prospective controlled study on 120 patients with PC-BPPV. Patients were randomly assigned to the Li quick repositioning manoeuvre or the Epley manoeuvre.
Mandalà (2012) performed a double-blind randomized trial on the short-term efficacy of the Semont’s Liberatory Manoeuvre (SLM) for the treatment of PC-BPPV. A total of 342 patients with unilateral PC-BPPV were recruited for a multicenter study. Patients were randomly assigned to treatment by SLM (n = 174) or sham treatment (n = 168). Subjects were followed up twice (1 and 24 h) with the Dix–Hallpike manoeuvre by blinded examiners.
Karanjai (2010) performed a prospective randomised clinical trial in which they compared the Semont’s manoeuvre, the Epley manoeuvre and Brandt-Daroff exercises in the treatment of BPPV. In total 48 patients diagnosed with PC-BPPV were randomized over the three different treatment groups. Follow-up was at 2 weeks and 3 months.
Califano (2003) performed a randomized trial to compare three treatment options for BPPV. Three hundred patients with posterior canalo/cupulolithias were divided into 3 treatment groups: 100 treated by Semont Technique; 100 by a Repositioning procedure (Parnes technique); 100 by a new manoeuvre called “Quick Liberatory Rotation”.
Horizontal canal BPPV (HC-BPPV) (geotropic)
Li (2018) performed a single blinded prospective controlled study on 120 patients with geotropic HC-BPPV. Patients were randomly assigned to the Li quick repositioning manoeuvre (n=60) or the barbecue repositioning manoeuvre (n=60).
Testa (2012) performed a randomized controlled trial to compare the effectiveness of a new technical variant of the Gufoni manoeuvre as treatment of HC-BPPV. Patients were randomized over the two different treatment groups (N=87).
Horizontal canal BPPV (HC-BPPV) (apogeotropic)
Kim (2017) performed a randomized, prospective, sham-controlled study to determine the immediate and short-term effect of mastoid oscillation versus modified Gufoni manoeuvre in patients with the apogeotropic type of HC-BPPV. Patients were randomly assigned to receive a single application of Gufoni (n= 70), mastoid oscillation (n= 67), or sham manoeuvre (n= 72).
Kim (2012a) performed a randomized, prospective, sham-controlled study to determine the immediate and long-term therapeutic efficacies of Gufoni and head-shaking manoeuvres in apogeotropic type of HC-BPPV. Patients were randomized to Gufoni (n= 52), head-shaking (n=54), or sham maneuver (n= 51).
Oh (2009) performed a prospective randomized trial to compare therapeutic head-shaking and the modified Semont manoeuvre in apogeotropic HC-BPPV. Patients were alternately assigned to each treatment arm (N=103).
Anterior canal BPPV (AC-BPPV)
There were no studies that described manoeuvres for the treatment of AC-BPPV.
Resultaten
SRs
PC-BPPV
Outcome: resolution of symptoms
Zhang (2017) concluded that the Semont’s liberatory manoeuvre is as effective as the Epley Manoeuvre and Brandt-Daroff Exercises for PC-BPPV treatment.
Outcome: conversion to negative Dix-Hallpike
Liu (2016) concluded that the Epley manoeuvre was similar to the Semont manoeuvre in both efficacy and safety for PC-BPPV in short-term effects, and both were superior to the sham treatment. However, in the long run the Epley manoeuvre being superior to the Semont manoeuvre (based upon five included studies).
Helminski (2010) concluded that randomized controlled trials provided evidence that the Canalith Repositioning Procedure (CRP) resolves PC-BPPV, and quasi-RCTs suggested that the CRP or the Liberatory Manoeuvre performed by a clinician or with proper instruction at home by the patient resolves PC-BPPV. There were no data on the effects of the manoeuvres on outcomes relevant to patients.
Both outcomes reported
Van Duijn (2014) concluded that all data of the selected studies show a benefit in favour of the Epley manoeuvre at 1-week follow-up in the management of PC-BPPV.
Conclusions made in the Cochrane review by Hilton (2014) concluded that there is evidence that the Epley manoeuvre is a safe, effective treatment for PC- BPPV, based on the results of 11, mostly small, RCTs with relatively short follow-up. The recurrence rate of BPPV after initial successful treatment with the modified Epley manoeuvre is 36%, although evidence is conflicting and based on only two small trials. Outcomes for Epley manoeuvre treatment are comparable to treatment with Semont and Gans manoeuvres, but superior to Brandt- Daroff exercises.
HC-BPPV (geotropic)
Outcome: resolution of symptoms
Van de Broek (2014) concluded that given the variety in the treatments compared and follow-up duration, all three studies included showed that the Gufoni manoeuvre was more effective than the sham manoeuvre or treatment with vestibular suppressants in patients with HC-BPPV. All three studies mentioned that the manoeuvre was easy to perform, which made it suitable for older, immobile, and obese patients. However, there were insufficient data to establish the relative efficacy of the Gufoni manoeuvre compared with other manoeuvres.
RCTs
PC-BPPV
Outcome: resolution of symptoms
Saberi (2017) reported that after one day of intervention by Epley manoeuvre, 86.7% of patients (n= 26) showed subjective improvement, whereas 60% of patients (n= 18) treated by Gans manoeuvre reported subjective response; the difference was statistically significant (p= 0.02).
Li (2017) reported that there was no statistically significant difference between the Li manoeuvre and the Epley manoeuvre group in terms of the 3-day and 1-week success rates of treatment. In the Li manoeuvre group (n=56), 35 (62.5%) and 49 (87.5%) exhibited successful repositioning at 3 days (one repositioning cycle) and 1 week (two repositioning cycles) after the first repositioning, respectively. Seven (12.5%) failed to respond to two cycles treatment. In the Epley manoeuvre group (n= 57), 34 (59.6%) and 52 cases (91.2%) exhibited successful repositioning at 3 days and 1 week, respectively, after the first repositioning. Five (8.8%) failed to respond to two cycles treatment.
Mandalà (2012) showed that a the 1 and 24 h follow-up, 138 and 151 (79.3 and 86.8%), respectively, patients undergoing the Semont’s Liberatory Manoeuvre (SLM) had recovered from vertigo, compared to none of the patients undergoing the sham manoeuvre (p<0.0001).
Karanjai (2010) showed that at two weeks, the reported resolution of symptoms was 75% (n=12) in the Semont’s group, 87.6% (n=14) in the Epley group and 56.25% (n=9) in the group who underwent Brandt-Daroff exercises. The authors conclude that performance of any of the three manoeuvres can be expected to give good results in the management of BPPV and that Epley manoeuvre appears to give better results that the other two. However, no statistical analysis was performed to confirm this conclusion.
Outcome: conversion to negative Dix-Hallpike
Saberi (2017) showed that one day after the intervention a significant objective improvement was found among Epley-treated group compared with the Gans group (86.7 %, n= 26 versus 56.7 %, n= 17, p= 0.01). Bivariate analysis indicated that the relative chances of subjective and objective responses to Epley manoeuvre rather than Gans after 1 day were 4.32 (95 % CI 1.2 to 15.6) and 4.97 (95 % CI 1.38 to 17.8) and after 1 week were 2.66 folds (95 % CI 0.92 to 7.69). For the long term this study revealed similar efficacy of Epley and Gans manoeuvre for the treatment of BPPV. Cervical pain was most frequent complication of Epley manoeuvre.
Califano (2003) showed that success rates of the different treatments were 97% (n=97) for the Semont’s manoeuvre, 98% (n=98) for the Quick Liberatory Manoeuvre and 96% (n=96) for the Canalith Repositioning Manoeuvre. The primary outcome was the absence of paroxysmal positional nystagmus induced by Dix-Hallpike. There were no significant differences between the groups.
HC-BPPV (geotropic)
Outcome: resolution of symptoms
Li (2018) reported successful repositioning rates of 53.3% (n=32), 70.4% (n=38), 90.7% (n=49) and 92.3% (n=48) in barbecue manoeuvre group and 61.7% (n=37) , 80.7% (n=46), 93.0% (n=53) and 96.3% (n=52), in Li manoeuvre group at 1-day, 3-day, 1-week and 1-month follow-up respectively. Differences in success rates of repositioning between Li and barbecue manoeuvre groups at 1 day, 3 days, 1 week and 1 month after initial treatment were not statistically significant using the Kaplan–Meier survival curve with a log-rank test (p=0.270).
This study shows that there are no significant differences in short-term efficacy between the Li quick positioning manoeuvre and the classic barbecue manoeuvre in the treatment of HC-BPPV. However, as the Li manoeuvre is rapid, well-tolerated and does not require specific body positions, it can be used for treating patients who are elderly, obese, intolerant of slow manoeuvres, or who have a limited range of motion of the cervical spine.
Testa (2012) reported that after the modified Gufoni, 41 patients (93%) were cured after the first session of which 40 patients (91%) had a complete resolution of symptoms without conversion to PC-BPPV and 1 patient (2%) had a conversion to PC-BPPV and was successfully treated with Semont’s manoeuvre. Three patients (7%) did not show any benefit after the treatment. After treatment with Gufoni 38 patients (88%) were cured of which 31 patients (72%) had a complete resolution of vertigo and nystagmus without conversion to PC-BPPV and 7 patients (16%) had a conversion to PC-BPPV, and were successfully treated with Semont’s manoeuvre. Five patients (12%) did not have any benefit after the treatment. The percentage of symptoms resolution after the first session with the modified Gufoni’s manoeuvre was not statistically different than those observed with the Gufoni’s manoeuvre (93% versus 88%), but the modified Gufoni’s manoeuvre appears more effective than Gufoni’s manoeuvre (χ2 = 6.13, P = 0.047) to reduce the percentage of conversion of HSC-BPPV into PSC-BPPV (2% versus 16%).
HC-BPPV - apogeotropic
Outcome: resolution of symptoms
Kim (2017) reported that the immediate responses of the modified Gufoni manoeuvre (33/70, 47.1%) and mastoid oscillation (32/67, 47.8%) were better than the sham manoeuvre (14/72, 19.4%) (p<0.0001). The second-day results did not differ among the three groups (p = 0.76). The short-term responses showed better efficacies with the Gufoni manoeuvre (51/70, 76.1%) and mastoid oscillation (46/67, 71.9%) than with the sham manoeuvre (38/72, 53.5%) (p= 0.02). Therapeutic efficacies did not differ between the Gufoni and mastoid oscillation groups in terms of both immediate and short- term outcomes (p= 0.94, 0.57).
Kim (2012a) showed that after a maximum of two manoeuvres on the initial visit day, Gufoni (38/52, 73.1%) and head-shaking (33/53, 62.3%) manoeuvres showed better responses than the sham maneuver (17/49, 34.7%). The cumulative therapeutic effects were also better with Gufoni (p< 0.001) and head-shaking (p= 0.026) manoeuvres compared with the sham maneuver. However, therapeutic efficacies did not differ between the Gufoni and head-shaking groups in terms of both immediate (p= 0.129) and long-term (p= 0.239) outcomes.
Oh (2009) showed that in the head-shaking group 37.7% of the patients showed resolution of vertigo and nystagmus (n=17) or transition of apogeotropic into geotropic HC-BPPV (n=2). In the modified Semont group only 17.3% of the patients showed resolution of vertigo and nystagmus (n=7) or transition into the geotropic HC-BPPV. So, the head-shaking manoeuvre described by the authors proved more effective than the modified Semont manoeuvre in treating apogeotropic HC-BPPV.
Overzicht resultaten per subtype BPPD*
|
|||
|
|
Gemaakte vergelijking |
Resultaten en conclusies |
P-BPPD |
|||
Zhang (2017) |
SR |
Semont versus. Epley en/of versus. Brandt-Daroff |
Semont en Epley even effectief en effectiever dan Brandt-Daroff |
Liu (2016) |
SR |
Semont versus. Epley |
Epley en Semont even effectief en effectiever dan Sham |
Hilton (2014) |
SR |
Epley versus. placebo |
Epley is effectief |
Van Duijn (2014) |
SR |
Epley versus afwachtend beleid |
Epley is effectief |
Helminski (2010) |
SR |
Canalith repositiemanoeuvre versus. Sham/Liberatory |
CRP en LM zijn beide effectief |
Saberi (2017)
|
RCT |
Epley versus. Gans |
Op korte termijn is Epley effectiever dan Gans, op lange termijn even effectief |
Li (2017) |
RCT |
Li quick repositiemanoeuvre versus. Epley |
Li en Epley beide effectief, geen verschil tussen beide behandelingen |
Mandalà (2012)
|
RCT |
Semont versus. Sham |
Semont is effectief |
Karanjai (2010)
|
RCT |
Semont versus. Epley versus. Brandt-Daroff |
Semont, Epley en Brandt-Daroff zijn effectief. Epley lijkt effectiever dan de andere twee behandelingen, maar statistische onderbouwing ontbreekt |
Califano (2003)
|
RCT |
Semont versus. Canalith repositiemanoeuvre (Parnes) versus. Quick Liberatory Rotation |
Semont, Canalith repositiemanoeuvre en Quick alledrie effectief |
H-BPPD - geotrope variant |
|||
Li (2018) |
RCT |
Li quick repositiemanoeuvre versus. barbecue |
Beide effectief, geen verschil |
Testa (2012)** |
RCT |
Modified Gufoni versus. Gufoni |
Beide effectief, geen verschil |
Van den Broek (2014) |
SR |
Gufoni versus. barbecue/sham |
Gufoni effectiever dan sham. Onduidelijk of Gufoni ook beter is dan barbecue |
H-BPPD - apogeotrope variant |
|||
Kim (2017) |
RCT |
Modified Gufoni versus mastoid oscillation versus. sham |
Modified Gufoni en mastoid oscillation effectiever dan sham, geen verschil tussen modified Gufoni en mastoid oscillation |
Kim (2012a) |
RCT |
Gufoni versus. Head-shaking versus. sham |
Gufoni en head-shaking effectiever dan sham, geen verschil tussen Gufoni en head-shaking |
Oh (2009) |
RCT |
Therapeutisch ‘head-shaking’ versus. Semont |
‘Head-shaking’ effectiever dan Semont
|
*in de studies worden verschillende termen voor dezelfde manoeuvres gebruikt. De Canalith repositiemanoeuvre is hetzelfde als de Epleymanoeuvre en de Semontmanoeuvre is hetzelfde als de Liberatory manoeuvre. **subtype niet gespecificeerd naar geotrope/apogeotrope variant |
Bewijskracht van de literatuur
De kracht van het wetenschappelijk bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methode en is gerapporteerd per uitkomstmaat.
Posterieur kanaal BPPD
Epley- en Semontmanoeuvre
De bewijskracht voor de uitkomstmaten ‘verdwijnen van symptomen’ en ‘conversie naar een negatieve Dix-Hallpike’ is met 1 niveau verlaagd van hoog naar redelijk bewijs gezien de beperkingen in heterogeniteit van de geïncludeerde studies (inconsistentie).
Li Quick repositiemanoeuvre en Quick Liberatory Rotation,
De bewijskracht voor de uitkomstmaten ‘verdwijnen van symptomen’ en ‘conversie naar een negatieve Dix-Hallpike’ is met 2 niveaus verlaagd van hoog naar laag bewijs gezien beperkingen in de onderzoeksopzet (risk of bias) en het geringe aantal patiënten (imprecisie).
Horizontaal kanaal BPPD
Gufonimanoeuvre, gemodificeerde Gufonimanoeuvre, barbecuemanoeuvre, Li Quick repositiemanoeuvre, head-shaking, mastoidoscillatie
De bewijskracht voor de uitkomstmaten ‘verdwijnen van symptomen’, is met 2 niveaus verlaagd van hoog naar laag bewijs gezien beperkingen in de onderzoeksopzet (risk of bias) en heterogeniteit van de geïncludeerde studies (inconsistentie).
Zoeken en selecteren
Om de uitgangsvraag te kunnen beantwoorden is er een systematische literatuuranalyse verricht naar de volgende zoekvraag:
Wat is de effectiviteit van repositiemanoeuvres, zoals de Epleymanoeuvre, barbecuemanoeuvre (Lempert) of de Gufonimanoeuvre bij patiënten met BPPD in vergelijking met geen behandeling of placebo?
P: patiënten met BPPD, verschillende groepen:
1. posterieur kanaal BPPD;
2a. horizontaal kanaal BPPD, geotrope variant;
2b. horizontaal kanaal BPPD, apogeotrope variant;
3. anterieur kanaal BPPD.
I:
1. Epleymanoeuvre;
2a. barbecuemanoeuvre (Lempert), Gufonimanoeuvre;
2b. gemodifeerde Gufonimanoeuvre, head-shakemanoeuvre;
3. reversed Epley manoeuvre, Yacovinomanoeuvre.
C:
1. geen behandeling/placebo/Brandt-Daroff/Semontmanoeuvre (bevrijdingsmanoeuvre)/Foster manoeuvre/Somersault manoeuvre;
2. geen behandeling/placebo/andere manoeuvres;
3. geen behandeling/placebo/andere manoeuvres.
O: verdwijnen van symptomen, kwaliteit van leven, conversie naar een negatieve Dix-Hallpike.
Relevante uitkomstmaten
De werkgroep achtte verdwijnen van symptomen, kwaliteit van leven en conversie Dix-Hallpike voor de besluitvorming cruciale uitkomstmaten.
De werkgroep definieerde niet a priori de genoemde uitkomstmaten, maar hanteerde de in de studies gebruikte definities.
Zoeken en selecteren (Methode)
In de databases Medline (via OVID) en Embase is op 7 februari 2019 met relevante zoektermen gezocht naar systematische reviews (SRs) en randomized controlled trials (RCT’s). De zoekverantwoording is weergegeven onder het tabblad Verantwoording. De literatuurzoekactie leverde 300 treffers op (63 SR en 237 RCT’s). Studies werden geselecteerd op grond van de volgende selectiecriteria: vergelijkende studies waarin de effectiviteit van repositiemanoeuvres bij BPPD wordt vergeleken met placebo of met elkaar. Op basis van titel en abstract werden in eerste instantie 67 studies voorgeselecteerd (17 SRs en 50 RCT’s). Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 51 studies geëxcludeerd (11 SRs en 40 RCT’s) (zie exclusietabel onder het tabblad Verantwoording) en 16 studies definitief geselecteerd (6 SRs en 10 RCT’s).
Resultaten
Zes SRs en tien RCT’s zijn opgenomen in de literatuuranalyse. De belangrijkste studiekarakteristieken en resultaten zijn opgenomen in de evidencetabellen. De beoordeling van de individuele studieopzet (risk of bias (RoB)) is opgenomen in de risk-of-biastabellen.
Referenties
- Alvarenga, G. A., Barbosa, M. A., & Porto, C. C. (2011). Benign paroxysmal positional vertigo without nystagmus: diagnosis and treatment. Brazilian journal of otorhinolaryngology, 77(6), 799-804.
- Balatsouras, D. G., & Korres, S. G. (2012). Subjective benign paroxysmal positional vertigo. Otolaryngology--Head and Neck Surgery, 146(1), 98-103.
- Califano, L., Capparuccia, P. G. G., Di Maria, D., Melillo, M. G., & Villari, D. (2003). Treatment of benign paroxysmal positional vertigo of posterior semicircular canal by" Quick Liberatory Rotation Manoeuvre". Acta otorhinolaryngologica italica, 23(3), 161-167.
- Fife, T.D., Iverson, D.J., Lempert, T., Furman, J.M., Baloh, R.W., Tusa, R.J., Hain, T.C., Herdman, S., Morrow, M.J., Gronseth, G.S. (2008) Practice parameter: therapies for benign positional vertigo (an evidence-based review). Report of the quality standards subcommittee of the American academy of neurology. Neurology; 70, 2067-2074.
- Gupta, A. K., Sharma, K. G., & Sharma, P. (2019). Effect of Epley, Semont Maneuvers and Brandt–Daroff Exercise on Quality of Life in Patients with Posterior Semicircular Canal Benign Paroxysmal Positional Vertigo (PSCBPPV). Indian Journal of Otolaryngology and Head & Neck Surgery, 71(1), 99-103.
- Haynes, D. S., Resser, J. R., Labadie, R. F., Girasole, C. R., Kovach, B. T., Scheker, L. E., & Walker, D. C. (2002). Treatment of benign positional vertigo using the semont maneuver: efficacy in patients presenting without nystagmus. The Laryngoscope, 112(5), 796-801.
- Helminski, J. O., Zee, D. S., Janssen, I., & Hain, T. C. (2010). Effectiveness of particle repositioning manoeuvres in the treatment of benign paroxysmal positional vertigo: a systematic review. Physical therapy, 90(5), 663-678.
- Hilton, M. P., & Pinder, D. K. (2014). The Epley (canalith repositioning) manoeuvre for benign paroxysmal positional vertigo. Cochrane database of systematic reviews, (12).
- Huebner, A. C., Lytle, S. R., Doettl, S. M., Plyler, P. N., & Thelin, J. T. (2013). Treatment of objective and subjective benign paroxysmal positional vertigo. Journal of the American Academy of Audiology, 24(7), 600-606.
- Jung, J. Y., & Kim, S. H. (2016). Comparison between objective and subjective benign paroxysmal positional vertigo: clinical features and outcomes. Acta oto-laryngologica, 136(12), 1267-1272.
- Karanjai, S., & Saha, A. K. (2010). Evaluation of vestibular exercises in the management of benign paroxysmal positional vertigo. Indian Journal of Otolaryngology and Head & Neck Surgery, 62(2), 202-207.
- Kim, J. S., Oh, S. Y., Lee, S. H., Kang, J. H., Kim, D. U., Jeong, S. H., ... & Kim, H. J. (2012). Randomized clinical trial for apogeotropic horizontal canal benign paroxysmal positional vertigo. Neurology, 78(3), 159-166.
- Kim, H. A., Park, S. W., Kim, J., Kang, B. G., Lee, J., Han, B. I., ... & Lee, H. (2017). Efficacy of mastoid oscillation and the Gufoni maneuver for treating apogeotropic horizontal benign positional vertigo: a randomized controlled study. Journal of neurology, 264(5), 848-855.
- Li, J., Zou, S., & Tian, S. (2018). A prospective randomized controlled study of Li quick repositioning manoeuvre for geotropic horizontal canal BPPV. Acta oto-laryngologica, 138(9), 779-784.
- Li, J., Tian, S., & Zou, S. (2017). Efficacy of the Li manoeuvre in treating posterior canal benign paroxysmal positional vertigo. Acta oto-laryngologica, 137(6), 588-592.
- Liu, Y., Wang, W., Zhang, A. B., Bai, X., & Zhang, S. (2016). Epley and Semont manoeuvres for posterior canal benign paroxysmal positional vertigo: A network meta‐analysis. The Laryngoscope, 126(4), 951-955.
- Mandalà, M., Santoro, G. P., Libonati, G. A., Casani, A. P., Faralli, M., Giannoni, B., ... & Vannucchi, P. (2012). Double-blind randomized trial on short-term efficacy of the Semont manoeuvre for the treatment of posterior canal benign paroxysmal positional vertigo. Journal of neurology, 259(5), 882-885.
- Oh, S. Y., Kim, J. S., Jeong, S. H., Oh, Y. M., Choi, K. D., Kim, B. K., ... & Lee, J. J. (2009). Treatment of apogeotropic benign positional vertigo: comparison of therapeutic head-shaking and modified Semont manoeuvre. Journal of neurology, 256(8), 1330-1336.
- Saberi, A., Nemati, S., Sabnan, S., Mollahoseini, F., & Kazemnejad, E. (2017). A safe-repositioning manoeuvre for the management of benign paroxysmal positional vertigo: Gans versus. Epley manoeuvre; a randomized comparative clinical trial. European Archives of Oto-Rhino-Laryngology, 274(8), 2973-2979.
- Testa, D., Castaldo, G., De Santis, C., Trusio, A., & Motta, G. (2012). Treatment of horizontal canal benign paroxysmal positional vertigo: a new rehabilitation technique. The Scientific World Journal, 2012.
- Tirelli, G., D'Orlando, E., Giacomarra, V., & Russolo, M. (2001). Benign positional vertigo without detectable nystagmus. The Laryngoscope, 111(6), 1053-1056.
- van den Broek, E. M. J. M., van der Zaag-Loonen, H. J., & Bruintjes, T. D. (2014). Systematic review: efficacy of gufoni manoeuvre for treatment of lateral canal benign paroxysmal positional vertigo with geotropic nystagmus. Otolaryngology--Head and Neck Surgery, 150(6), 933-938.
- van Duijn, J. G., Isfordink, L. M., Nij Bijvank, J. A., Stapper, C. W., van Vuren, A. J., Wegner, I., ... & Grolman, W. (2014). Rapid systematic review of the epley manoeuvre for treating posterior canal benign paroxysmal positional vertigo. Otolaryngology--Head and Neck Surgery, 150(6), 925-932.
- Von Brevern, M., Bertholon, P., Brandt, T., Fife, T., Imai, T., Nuti, D., & Newman-Toker, D. (2015). Benign paroxysmal positional vertigo: diagnostic criteria. Journal of Vestibular Research, 25(3, 4), 105-117.
- Weider, D. J., Ryder, C. J., & Stram, J. R. (1994). Benign paroxysmal positional vertigo: analysis of 44 cases treated by the canalith repositioning procedure of Epley. The American journal of otology, 15(3), 321-326.
- Zhang, X., Qian, X., Lu, L., Chen, J., Liu, J., Lin, C., & Gao, X. (2017). Effects of Semont manoeuvre on benign paroxysmal positional vertigo: a meta-analysis. Acta oto-laryngologica, 137(1), 63-70.
Evidence tabellen
Evidence table for systematic review of RCTs and observational studies (intervention studies)
Research question: What is the effect of reposition maneuvers, such as the Epley maneuver, the Barbecue maneuver (Lempert) or the Gufoni maneuver in patients with BPPD in comparison to no treatment or placebo?
Study reference |
Study characteristics |
Patient characteristics |
Intervention (I) |
Comparison / control (C)
|
Follow-up |
Outcome measures and effect size |
Comments |
PC-BPPV |
|||||||
Zhang, 2017
|
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to June 2015
A: Anagnostou, 2014 B: Chen, 2012 C: Dispenza, 2012 D: Lee, 2014 E: Radtke, 2004 F: Salvinelli, 2002 G: Salvinelli, 2004 H: Soto, 2000 I: Wang, 2014 J: Zhang, 2012
Study design: RCTs of which two double-blind
Setting and Country: China
Source of funding and conflicts of interest: The authors report no conflicts of interest.
Study was supported by Natural Science Foundation-Youth fund of Jiangsu Province of china, project number: BK20160125. Supported by grants from the National Natural Science Foundation of China, project number: 81500790. Supported by the Fundamental Research Funds for the Central Universities, project number: 021414380037.
|
Inclusion criteria SR: (a) studies were RCTs for BPPV treatment with SM; (b) at least one of the outcomes, such as ‘recovery rate’, ‘recurrence rate’, or ‘side-effects’ were measured; and (c) if multiple articles were published based on the same dataset, only the one with higher quality and more complete data was selected.
Exclusion criteria SR: (a) the study was a review, a letter, or an abstract from a meeting; (b) duplicate publications; and (c) the outcomes were unavailable or insufficient.
10 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N A: 51 B: 51 (Epley) and 65 (Semont) C: 63 (Sham) and 30 (Semont) D: 27 (Epley), 32 (Semont) E: 36 (Epley), 31 (Sham), 32 (Semont) F: 37 (Epley), 40 (Semont) G: 40 (no treatment), 52 (Semont) H: 52 (no treatment), 35 (Semont) I: 42 (Epley), 29 (BDE), 44 (Semont) J: 53 (Epley), 43 (Semont) 45 (Epley), 40 (BDE), 40 (Sham)
BPPV type: A: Unilateral PC-BPPV B: Unilateral PC-BPPV C: PC-BPPV D: PC-BPPV E: Unilateral PC-BPPV F: BPPV G: PC-BPPV H: BPPV I: PC-BPPV J: PC-BPPV
Diagnosis: A: DHT or side-lying test B: DHT C: Clinical exam with side-lying test D: DHT E: Dizziness clinic and neurologist’s practice F: DHT G: DHT H: History and DHT I: Roll Test, DHT J: DHT
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: Semont B: Epley and Semont C: Semont and Sham D: Epley and Semont E: Epley, Sham, Semont F: Epley and Semont G: No treatment and Semont H: No treatment and Semont I: Epley, BDE and Semont J: Epley and Semont, Epley BDE and Sham
|
Describe control:
A: Semont B: Epley and Semont C: Semont and Sham D: Epley and Semont E: Epley, Sham, Semont F: Epley and Semont G: No treatment and Semont H: No treatment and Semont I: Epley, BDE and Semont J: Epley and Semont, Epley BDE and Sham
|
End-point of follow-up:
A: NA B: 7 days C: 4 weeks D: 7 days E: 7 days F: 6 months G: 6 months H: 3 months I: 3 months J: 6 months
|
Outcome measure-1 Defined as recovery rate. Four subgroups were made based on four different comparisons.
Semont versus. no treatment: Effect measure: RR, (95% CI): F: 2.47 (1.64, 3.72) G: 2.72 (1.86, 3.98)
Pooled effect (fixed effects model): 2.60 (95% CI 1.97 to 3.44) favoring Semont Heterogeneity (I2): 0%
Semont versus. sham Effect measure: RR, (95% CI): B: 5.92 (3.21, 10.94) J: 3.57 (1.62, 7.85)
Pooled effect (fixed effects model): 4.89 (95% CI 3.01 to 7.94) favoring Semont Heterogeneity (I2): 0%
Semont versus. Epley Effect measure: RR, (95% CI): A: 0.87 (0.68, 1.12) C: 1.16 ( 0.92, 1.46) E: 0.61 ( 0.45, 0.82) H: 0.83 ( 0.68. 1.01) I: 0.95 (0.73, 1.24) J: 0.62 (0.46, 0.83)
Pooled effect (random effects model): 0.83 (95% CI 0.68 to 1.00) favoring Epley Heterogeneity (I2): 72%
Semont versus. Brandt and Daroff H: 1.24 (0.89, 1.74) J: 1.53 ( 0.92, 2.53)
Pooled effect (fixed effects model): 1.32 (95% CI 1.00 to 1.75) favoring Semont Heterogeneity (I2): 0%
Other outcomes: Recurrence rate and side effects not reported in this table.
|
Facultative:
SM is as effective as EM and BDE for BPPV treatment.
Level of evidence: GRADE (per comparison and outcome measure) including reasons for down/upgrading
|
Liu, 2016 |
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to April, 2015
A: Bruintjes, 2014 B: Chen, 2012 C: Von Brevern, 2006 D: Salvinelli, 2004 E: Yimtae, 2003 F: Lynn, 1995 G: Radtke 2004 H: Dispenza, 2012 I: Xiong, 2014 J: Wang, 2014 K: Dong, 2012 L: Zhang, 2012
Study design: RCTs of which three double-blind, sham controlled trials
Setting and Country: China
Source of funding and conflicts of interest: The authors report no conflicts of interest.
|
Inclusion criteria SR: 1) the study was performed on PC-BPPV patients (with age > 18 years); 2) outcome measures were recovery rate in 1 week, recovery rate at the end of study, and recurrence rate; d) Jadad score > 2.
Exclusion criteria SR: 1) it had a single-arm design; 2) primary data were missing, or 3) there were dual submissions.
12 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N A: 44 B: 128 C: 66 D: 104 E: 58 F: 36 G: 70 H: 88 I: 118 J: 150 K: 60 L: 88
BPPV-type All: PC-BPPV
Diagnosis All: Dix-Hallpike
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: Epley B: Semont C: Epley D: Semont E: Epley F: Epley G: Epley H: Epley I: Epley J: Epley K: Epley L: Epley
|
Describe control:
A: Sham B: Sham C: Sham D: Control E: Sham F: Sham G: Semont H: Semont I: Semont J: Semont K: Semont L: Semont
|
End-point of follow-up:
A: 12 months B: 1 week C: 1 week D: 6 months E: 4 weeks F: 5 weeks G: 1 week H: unclear I: 4 weeks J: 3 months K: 3 months L: 6 months
|
Outcome measure-1 A negative Dix- Hallpike test was defined as treatment success, namely, recovery. Effect measure: OR, (95% CI):
Recovery rate in 1 week: Pooled effect (random effects model): Epley versus. Semont 1.8 (95% CI 0.48, 7.0). Epley as efficacious as Semont.
Pooled effect (random effects model): Epley versus. Sham: 16 (95% CI 3.8, 70), favoring Epley Semont versus. Sham: 9 (95% CI 1.7, 45), favouring Semont
Recovery rate at the end of the study Epley versus. Semont: Effect measure: OR, (95% CI): G: 12.89 (2.65, 62.81) H: 2.57 (0.57, 11.51) J: 1.18, (0.49, 2.83) K: 1.00 (0.13, 7.60) L: 7.39 (1.53, 35.69)
Pooled effect (random effects model): 2.99, (95% CI 1.09-8.18), favoring Epley Heterogeneity (I2): 58.8%, p=0.046
|
The Epley maneuver was similar to the Semont maneuver in both efficacy and safety for posterior canal benign paroxysmal positional vertigo in short-term effects, and both were superior to the sham-controlled treatment.
However, a difference existed in the recovery rate at the end of study, with five studies included. The Epley maneuver may be superior in the long run to the Semont maneuver. |
Hilton, 2014 |
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to 23 January 2014
A: Amor Dorado, 2012 B: Bruintjes, 2014 C: Dispenza, 2012 D: Froehling, 2000 E: Liang, 2010 F: Lynn, 1995 G: Mazoor, 2011 H: Munoz, 2007 I: Von Brevern, 2006 J: Xie, 2012 K: Yimtae, 2003
Study design: RCTs
Setting and Country: Cochrane Review, UK
Source of funding and conflicts of interest: The authors report no conflicts of interest.
|
Inclusion criteria SR: Randomised controlled trials of the Epley manoeuvre versus placebo, no treatment or other active treatment for adults diagnosed with posterior canal BPPV (including a positive Dix-Hallpike test).
Exclusion criteria SR: Not specified
11 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N A: 81 B: 44 C: 88 D: 50 E: 87 F: 36 G: 60 H: 81 I: 67 J: 103 K: 58
BPPV-type All: BPPV not further specified
Diagnosis A: DHT B: history and DHT C: side-lying maneuver D: positional vertigo and nystagmus on DHT E: History and DHT F: NA G: history and DHT H: DHT I: history and DHT J: history and DHT K: history and DHT
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: modified Epley B: modified Epley C: modified Epley D: modified Epley E: Epley + medication F: modified Epley G: modified Epley H: standard Epley I: Epley J: modified Epley + postural restrictions K: modified Epley
|
Describe control:
A: Brandt-Daroff exercises B: Sham maneuver (Semont diagnostic maneuver) C: Semont versus ‘hybrid’maneuver D: Sham (lying on affected side) E: medication only F: Sham (lying in 1st lateral position Semont) G: Semont H: Sham (Epley as if for opposite ear) I: Sham (Epley as if for opposite ear) J: postural restrictions only K: untreated control
|
End-point of follow-up:
A: 48 months B: 12 months C: 2 months D: 43 days exp, 35 days sham E: not specified F: NA G: 30 days H: NA I: 24 hours J: NA K: 1 month
|
Outcome measure-1 The primary outcome of interest was complete resolution of vertigo symptoms. Secondary outcomes were conversion of a ’positive’ Dix-Hallpike test to a ’negative’ Dix-Hallpike test and adverse effects of treatment.
Complete resolution of vertigo, Epley versus. placebo: Effect measure: OR (95% CI): D: 4.20 (1.19, 14.83) F: 6.29 (1.29, 30.54) H: 1.43 (0.53, 3.84) I: 37.33 (8.75, 159.22) K: 3.30 (0.97, 11.29)
Pooled effect (fixed effects model): 4.42, (95% CI 2.62,7.44), favoring Epley Heterogeneity (I2): 71%, p<0.00001)
Conversion positive to negative Dixx-Hallpike, Epley versus. placebo: Effect measure: OR (95% CI): F: 22.00 (3.41, 141.73) D: 3.20 (1.00, 10.20) K: 3.95 (0.87, 17.99) H: 3.03 (1.01, 9.07) I: 37.33 (8.75, 159.22) B: 12.00 (2.24, 64.28) E: 12.35 (1.51, 101.36) J: 41.73 (12.29, 141.65)
Pooled effect (fixed effects model): 9.62 (95% CI 6.00, 15.42), favoring Epley Heterogeneity (I2): 63%, p<0.00001)
Resolution of symptoms and nystagmus on Dix-Hallpike test, Epley versus. Brandt-Daroff: Effect measure: OR (95%, CI): A: 12.38 (4.32, 35.47) |
There is evidence that the Epley manoeuvre is a safe, effective treatment for posterior canal BPPV, based on the results of 11, mostly small, randomised controlled trials with relatively short follow-up. There is a high recurrence rate of BPPV after treatment (36%). Outcomes for Epley manoeuvre treatment are comparable to treatment with Semont and Gans manoeuvres, but superior to Brandt- Daroff exercises. |
Van Duijn, 2014 |
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to 23 October 2013
A: Asawavichianginda, 2000 B: Blakley, 1994 C: Richard, 2005 D: Seo, 2007 E: Sekine, 2006 F: Waleem, 2008 G: Wolf, 1999 H: Yimtae, 2003
Study design: SR of original data only (RCTs and prospective cohort studies)
Setting and Country: The Netherlands
Source of funding and conflicts of interest: No sponsorships or competing interests have been disclosed for this article. |
Inclusion criteria SR: • Original data • Adults • BPPV of the posterior canal • Compared to a control group
Exclusion criteria SR: • No posterior BPPV • No Epley maneuver • Systematic reviews • Opinion papers • Animal studies • Laboratory studies • Case reports
8 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N A: 85 B: 38 C: 81 D: 34 E: 127 F: 44 G: 41 H: 58
BPPV-type and Diagnosis All included studies adults with posterior-BPPV, objective with positive DHT, except for Sekine: children included, not confirmed with DHT
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: Epley maneuver B: Epley maneuver C: Epley maneuver D: Epley maneuver E: Epley maneuver F: Epley maneuver G: Epley maneuver H: Epley maneuver I: Epley maneuver
|
Describe control:
A: Watchful waiting B: Watchful waiting C: Watchful waiting D: Watchful waiting E: Watchful waiting F: Sham or other treatment G: Watchful waiting H: Watchful waiting I: Watchful waiting
|
End-point of follow-up:
At least 1 month, not further specified per study
|
Outcome measure-1 Defined as subjective recovery of symptoms and/or recovery of nystagmus upon performing the Dix–Hallpike maneuver;
Effects at 1 week:
Symptom relief: Effect measure: RD (95% CI): A: -0.20 (-0.37, -0.05) B: Not reported C: Not reported D: -0.47 (-0.69, -0.14) F: -0.59 (-0.76, -0.32)
Pooled data: -0.39 (-0.51, -0.25), favoring Epley
Neg DHT: A: -0.17 (-0.37, 0.05) E: -0.29 (-0.44, -0.13) G: -0.64 (-0.79, -0.29) H: -0.38 (-0.56, -0.16)
Heterogeneity (I2): NA
|
All data of the selected studies show a benefit in favor of the Epley maneuver at 1- week follow-up in the management of p-BPPV. The Epley maneuver should be considered in all patients with p-BPPV.
|
Helminski, 2010 |
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to September 2009
A: Lynn, 1995 B: Massoud and Ireland, 1996 C: Froehling, 2000 D: Sherman and Massoud, 2001 E: Soto Varela, 2001 F: Salvinelli, 2003 G: Radtke, 2004 H: Salvinelli, 2004 I: Tanimoto, 2005 J: Von Brevern, 2006
Study design: RCT s, quasi-RCTs
Setting and Country: USA
Source of funding and conflicts of interest: No information about funding or conflict of interest was reported by the authors
|
Inclusion criteria SR: 1. Study design was an RCT or quasi-RCT. 2. Clinical diagnosis of unilateral typical BPPV on the basis of the findings on the DHT. 3. Manual particle repositioning maneuver was performed. If CRP, all 4 positions described originally by Epley were used. 4. The successful outcome of a particle repositioning maneuver was defined as the conversion of a positive to a negative DHT or side-lying test result 24 hours or more after the initial treatment procedure 5. Proportion of participants who showed conversion from nystagmus to no nystagmus on the DHT at the time of follow-up was reported.
Exclusion criteria 1. Study was cohort study, a retrospective study, a casecontrol study, or a case study. 2. No inclusion criteria were described. 3. Participants had a clinical diagnosis of atypical BPPV, bilateral PC BPPV due to confounding variables, or central vestibular deficit. 4. The head positions of the CRP originally described by Epley were modified. 5. The successful outcome of a particle repositioning maneuver was defined only as the resolution of vertigo. 6. A successful outcome was assessed less than 24 hours after treatment. 7. The proportion of participants who showed successful conversion from nystagmus to no nystagmus on the DHT at the time of follow-up was not documented.
10 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N: A: 33 B: 96 C: 50 D: 71 E: 106 F: 80 G: 70 H: 156 I: 79 J: 66
BPPV-type and Diagnosis All: PC-BPPV based on DHT
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: Canalith Repositioning Procedure (CRP) B: CRP C: CRP D: CRP E: CRP F: Liberatory maneuver G: self-administered CRP H: Liberatory maneuver I: CRP only J: CRP
|
Describe control:
A: Sham B: Liberatory maneuver C: Sham D: Sham and Control E: - Brandt-Daroff exercises - Liberatory maneuver F: Control G: self-administered Liberatory maneuver H: - Flunarizine - Control I: CRP and self-administerd CRP J: Sham
|
End-point of follow-up:
Outcome assessed ≥ 24 and < 1month after treatment for all studies
|
Outcome measure-1 Defined as percentage of patients cured, conversion to negative DHT
Effect measure: OR (95% CI): A: 22.0 (3.41, 141.71) B: 0.80 (0.17, 3.79) C: 3.20 ( 1.00, 10.20) D: 24.75 (4.31, 142.02 E: BD versus CRP: 0.13 (0.04, 0.38) LM versus CRP: 1.16 (0.42, 3.18) F: 6.67 (2.44, 18.21) G: 0.08 (0.02, 0.38) H: 10.39 (4.04, 26.74) I: 3.54 (1.02, 12.30) J: 37.33 (8.75, 159.22)
No pooled effect was calculated
|
Randomized controlled trials provided strong evidence that the CRP resolves PC BPPV, and quasi-RCTs suggested that the CRP or the LM performed by a clinician or with proper instruction at home by the patient resolves PC BPPN. There were no data on the effects of the maneuvers on outcomes relevant to patients. |
HC-BPPV – geotropic |
|||||||
Van den Broek, 2014
In this rapid systematic review, we focus on the treatment of lateral canal BPPV with geotropic nystagmus; we study the efficacy of the Gufoni maneuver and compare the Gufoni maneuver with a sham maneuver or a roll maneuver. |
SR and meta-analysis of RCTs Literature search up to 23 April, 2013
A: Mandala, 2013 B: Kim, 2012 C: Casani, 2011
Study design: SR of RCTs
Setting and Country: The Netherlands
Source of funding and conflicts of interest: No sponsorships or competing interests have been disclosed for this article.
|
Inclusion criteria SR: • Therapeutic study design • Corresponding domain, determinant and outcome
Exclusion criteria SR: • Language other than Dutch or English • Systemic reviews • Opinion articles • Case reports
3 studies included
Important patient characteristics at baseline:
N: A: 72 B: 170 C: 147
BPPV-type and Diagnosis Lateral canal BPPV with geotropic nystagmus, elicited by supine roll test.
Groups comparable at baseline? |
Describe intervention:
A: Gufoni Maneuver B: Gufoni Maneuver C: Gufoni Maneuver
|
Describe control:
A: Sham B: BBQ and Sham C: BBQ and Forced prolonged position
|
End-point of follow-up:
A: 2 weeks B: 1 month C: 1 month
|
Outcome measure-1 Defined as success percentage
After application of second maneuver (best results): A: 89% B: 61% C: 90%
No pooled effect was calculated |
Given the variety in the comparative treatments and follow-up duration, all 3 studies showed that the Gufoni maneuver was more effective than the sham maneuver or treatment with vestibular suppressants. All agreed that the maneuver was easy to perform, which made it suitable for older, immobile, and obese patients. However, there were insufficient data to establish the relative efficacy of the Gufoni maneuver compared with other maneuvers. |
Table of quality assessment for systematic reviews of RCTs and observational studies
Based on AMSTAR checklist (Shea, 2007; BMC Methodol 7: 10; doi:10.1186/1471-2288-7-10) and PRISMA checklist (Moher, 2009; PLoS Med 6: e1000097; doi:10.1371/journal.pmed1000097)
Research question: What is the effect of reposition maneuvers, such as the Epley maneuver, the Barbecue maneuver (Lempert) or the Gufoni maneuver in patients with BPPD in comparison to no treatment or placebo?
Study
First author, year |
Appropriate and clearly focused question?1
Yes/no/unclear |
Comprehensive and systematic literature search?2
Yes/no/unclear |
Description of included and excluded studies?3
Yes/no/unclear |
Description of relevant characteristics of included studies?4
Yes/no/unclear |
Appropriate adjustment for potential confounders in observational studies?5
Yes/no/unclear/notapplicable |
Assessment of scientific quality of included studies?6
Yes/no/unclear |
Enough similarities between studies to make combining them reasonable?7
Yes/no/unclear |
Potential risk of publication bias taken into account?8
Yes/no/unclear |
Potential conflicts of interest reported?9
Yes/no/unclear |
Zhang, 2017 |
yes |
yes |
no |
yes |
unclear |
yes |
yes |
no |
no |
Liu, 2016 |
yes |
yes |
no |
no |
unclear |
no |
unclear |
no |
no |
Hilton, 2014 |
yes |
yes |
no |
yes |
unclear |
yes |
Yes |
unclear |
yes |
Van Duijn, 2014 |
yes |
yes |
no |
no |
unclear |
yes |
unclear |
no |
no |
Helminski, 2010 |
yes |
yes |
yes |
yes |
unclear |
yes |
unclear |
no |
no |
Van den Broek, 2014 |
yes |
yes |
no |
yes |
unclear |
yes |
unclear |
no |
no |
- Research question (PICO) and inclusion criteria should be appropriate and predefined.
- Search period and strategy should be described; at least Medline searched; for pharmacological questions at least Medline + EMBASE searched.
- Potentially relevant studies that are excluded at final selection (after reading the full text) should be referenced with reasons.
- Characteristics of individual studies relevant to research question (PICO), including potential confounders, should be reported.
- Results should be adequately controlled for potential confounders by multivariate analysis (not applicable for RCTs).
- Quality of individual studies should be assessed using a quality scoring tool or checklist (Jadad score, Newcastle-Ottawa scale, risk of bias table et cetera).
- Clinical and statistical heterogeneity should be assessed; clinical: enough similarities in patient characteristics, intervention and definition of outcome measure to allow pooling? For pooled data: assessment of statistical heterogeneity using appropriate statistical tests (for example Chi-square, I2)?.
- An assessment of publication bias should include a combination of graphical aids (for example funnel plot, other available tests) and/or statistical tests (for example Egger regression test, Hedges-Olken). Note: If no test values or funnel plot included, score “no”. Score “yes” if mentions that publication bias could not be assessed because there were fewer than 10 included studies.
- Sources of support (including commercial co-authorship) should be reported in both the systematic review and the included studies. Note: To get a “yes,” source of funding or support must be indicated for the systematic review AND for each of the included studies.
Evidence table for intervention studies (randomized controlled trials and non-randomized observational studies (cohort studies, case-control studies, case series))1
Research question: What is the effect of reposition maneuvers, such as the Epley maneuver, the Barbecue maneuver (Lempert) or the Gufoni maneuver in patients with BPPD in comparison to no treatment or placebo?
Notes:
- Prognostic balance between treatment groups is usually guaranteed in randomized studies, but non-randomized (observational) studies require matching of patients between treatment groups (case-control studies) or multivariate adjustment for prognostic factors (confounders) (cohort studies); the evidence table should contain sufficient details on these procedures.
- Provide data per treatment group on the most important prognostic factors ((potential) confounders).
- For case-control studies, provide sufficient detail on the procedure used to match cases and controls.
- For cohort studies, provide sufficient detail on the (multivariate) analyses used to adjust for (potential) confounders.
Risk of bias table for intervention studies (randomized controlled trials)
Research question: What is the effect of reposition maneuvers, such as the Epley maneuver, the Barbecue maneuver (Lempert) or the Gufoni maneuver in patients with BPPD in comparison to no treatment or placebo?
Study reference
(first author, publication year) |
Describe method of randomisation1 |
Bias due to inadequate concealment of allocation?2
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to inadequate blinding of participants to treatment allocation?3
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to inadequate blinding of care providers to treatment allocation?3
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to inadequate blinding of outcome assessors to treatment allocation?3
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to selective outcome reporting on basis of the results?4
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to loss to follow-up?5
(unlikely/likely/unclear) |
Bias due to violation of intention to treat analysis?6
(unlikely/likely/unclear) |
PC-BPPV |
||||||||
Saberi, 2017 |
Not specified |
Unclear |
Unclear |
Likely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Li, 2017 |
Randomization of groups according to a randomly computer generated comparison table. |
Unlikely |
Unlikely |
Likely |
Unlikely |
Unlikely |
Likely |
Likely |
Mandalà, 2012 |
The patients were randomly assigned by a computer- generated eight-block code to treatment by GLM or sham treatment |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unclear |
Unclear |
Karanjai, 2010 |
Not specified |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Likely |
Unclear |
Unclear |
Califano, 2003 |
Not specified |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Unlikely |
Unclear |
Unclear |
HC-BPPV - geotropic |
||||||||
Li, 2018 |
Single blinded. 150 Numbers were randomly arranged by a random number Generator. The first 75 numbers listed in ascending order were assigned to group A, and the remaining 75 numbers listed in ascending order were assigned to group B. Number was the sequence number of the patient’s visit. |
Unlikely |
Unlikely |
Likely |
Likely |
Unlikely |
Unclear |
Likely |
Testa, 2012 |
Not specified |
Unclear |
Unclear/unlikely |
Unclear/likely |
Unclear |
Unlikely |
Unclear |
Unclear |
HC-BPPV - apogeotropic |
||||||||
Kim, 2017 |
A randomization program on the Internet. |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unclear |
Kim, 2012a |
For registration and randomization, we developed our own program on the Internet. Only the authorized personnel were allowed to enter the program for randomization, registration, and analyses of the patients’ data. |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unlikely |
Unclear |
Oh, 2009 |
Not specified |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Unclear |
Unlikely |
Unclear |
Unclear |
- Randomisation: generation of allocation sequences have to be unpredictable, for example computer generated random-numbers or drawing lots or envelopes. Examples of inadequate procedures are generation of allocation sequences by alternation, according to case record number, date of birth or date of admission.
- Allocation concealment: refers to the protection (blinding) of the randomisation process. Concealment of allocation sequences is adequate if patients and enrolling investigators cannot foresee assignment, for example central randomisation (performed at a site remote from trial location) or sequentially numbered, sealed, opaque envelopes. Inadequate procedures are all procedures based on inadequate randomisation procedures or open allocation schedules.
- Blinding: neither the patient nor the care provider (attending physician) knows which patient is getting the special treatment. Blinding is sometimes impossible, for example when comparing surgical with non-surgical treatments. The outcome assessor records the study results. Blinding of those assessing outcomes prevents that the knowledge of patient assignment influences the process of outcome assessment (detection or information bias). If a study has hard (objective) outcome measures, like death, blinding of outcome assessment is not necessary. If a study has “soft” (subjective) outcome measures, like the assessment of an X-ray, blinding of outcome assessment is necessary.
- Results of all predefined outcome measures should be reported; if the protocol is available, then outcomes in the protocol and published report can be compared; if not, then outcomes listed in the methods section of an article can be compared with those whose results are reported.
- If the percentage of patients lost to follow-up is large, or differs between treatment groups, or the reasons for loss to follow-up differ between treatment groups, bias is likely. If the number of patients lost to follow-up, or the reasons why, are not reported, the risk of bias is unclear.
- Participants included in the analysis are exactly those who were randomized into the trial. If the numbers randomized into each intervention group are not clearly reported, the risk of bias is unclear; an ITT analysis implies that (a) participants are kept in the intervention groups to which they were randomized, regardless of the intervention they actually received, (b) outcome data are measured on all participants, and (c) all randomized participants are included in the analysis..
Exclusietabel
Auteur en jaartal |
Redenen van exclusie |
SR |
|
Sim, 2019 |
SR heeft alleen observationele studies en prospectieve experimentele designs geïncludeerd. Geen goed vergelijkend onderzoek. |
Rodrigues, 2018 |
Gaat over vestibular rehabilitation |
Ribeiro, 2018 |
Andere vergelijking: gaat over vestibular rehabilitation, medicatie. Salvinelli, 2004 geïncludeerd in andere reviews. |
Bhattacharyya, 2017 |
Dezelfde artikelen als review Hilton, 2014 |
Oron, 2015 |
Narrative review |
Reinink, 2014 |
Gaat over repeated application of the Epley manoeuvre |
Teixeira, 2006 |
Niet beperkt tot repositiemanoeuvres, maar ook positional excercises, habituation, adaptation or compensation vergeleken met andere interventies zoals placebo, medicatie of chirurgische handelingen. |
White, 2005 |
Voldoet niet aan PICO |
Woodworth, 2004 |
Methodologisch van onvoldoende kwaliteit |
Hilton, 2004 |
Recenter review uit 2014 |
Hilton, 2002 |
Recenter review uit 2014 |
RCT |
|
Moreno, 2019 |
Primary care |
Tian, 2016 |
Andere vergelijking: number of accelerations and rotation angle |
Sridhara Narayanan, 2015 |
Geen RCT |
Shan, 2015 |
Andere vergelijking: Computer-controlled CRP |
Shan, 2015 |
Andere vergelijking: computer-controlled and modified roll manoeuvre (CMRM) versus conventional roll manoeuvre (RM) |
Organ, 2016 |
Voldoet niet aan PICO: I=gebruik van iPhone |
Hwang, 2015 |
Gaat over verschillende snelheden van Gufoni manoeuvre |
Badawy, 2015 |
Gaat over Gans repositioning manoeuvre (GRM) |
Tan, 2014 |
Andere vergelijking: rehabilitation chair (TRV) |
Sacco, 2014 |
Andere vergelijking: medicatie |
Lee, 2014 |
Geïncludeerd in review Zhang, 2007 |
Bruintjes, 2014 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Mandala, 2013 |
Geïncludeerd in review vd Broek, 2014 |
Herdman, 2013 |
Overview, geen review |
Toupet, 2012 |
Semont en Epley gevolgd door post-manoeuvre restricties |
Maslovara, 2012 |
Andere vergelijking: medicatie |
Kim, 2012b |
Geïncludeerd in review vd Broek, 2014 |
Dispenza, 2012 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Chen, 2012 |
Geïncludeerd in reviews Zhag, 2017 en Liu, 2016 |
Amor-Dorado, 2012 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Korres, 2011 |
Methodologisch van onvoldoende kwaliteit |
Casani, 2011 |
Geïncludeerd in review vd Broek, 2014 |
Vital, 2010 |
Studie niet gerandomiseerd |
Sugita-Kitajima, 2010 |
Methodologisch van onvoldoende kwaliteit |
Cohen, 2010 |
Geen randomisatie |
Bhattacharyya, 2008 |
Recenter review uit 2017 |
Munoz, 2007 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
von Brevern, 2006 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Salvinelli, 2004 |
Geïncludeerd in reviews Zhang, 2017, Liu, 2016 en Helminski 2010 |
Yimtae, 2003 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Sridhar, 2003 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: Assessors were not blinded to treatment group of patient |
Salvinelli, 2003 |
Geïncludeerd in review Helminski, 2010 |
Simhadri, 2003 |
Type BPPD niet gespecificeerd |
Soto Varela, 2001 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: 1. No description of randomisation strategy 2. Assessors not blinded to treatment group |
Sherman, 2001 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: 1. Inadequate randomisation; allocation by date of clinic visit 2. High drop-out rate |
Froehling, 2000 |
Geïncludeerd in review Hilton, 2014 |
Asawavichianginda, 2000 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: 1. No blinding of outcome assessors 2. Performance bias: control group received no exposure to clinical staff during the trial other than assessments, compared to frequent attendance in experimental group |
Cohen, 1999 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: 1. Inadequate randomisation strategy - sequential allocation 2. No blinding of outcome assessors 3. Risk of attrition bias: complete follow-up for only 58 of 87 participants |
Vannucchi, 1997 |
Andere vergelijking: prolonged position |
Steenerson, 1996 |
Geexcludeerd uit review Hilton, 2014: 1. Inadequate randomisation: alternative allocation to 2 treatment groups. Control group were patients who refused active treatment 2. No blinding of outcome assessors |
Verantwoording
Autorisatiedatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 01-02-2020
Laatst geautoriseerd : 01-02-2020
Geplande herbeoordeling : 01-01-2025
Uiterlijk in 2024 bepaalt het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Keel-Neus-Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied of de module van deze richtlijn nog actueel is. Bij het opstellen van de richtlijnmodule heeft de werkgroep een inschatting gemaakt over de maximale termijn waarop herbeoordeling moet plaatsvinden en eventuele aandachtspunten geformuleerd die van belang zijn bij een toekomstige herziening (update). De geldigheid van de module komt eerder te vervallen indien nieuwe ontwikkelingen aanleiding zijn een herzieningstraject te starten.
Module |
Regiehouder(s) |
Jaar van autorisatie |
Eerstvolgende beoordeling actualiteit richtlijn |
Frequentie van beoordeling op actualiteit |
Wie houdt er toezicht op actualiteit |
Relevante factoren voor wijzigingen in aanbeveling |
Repositie-manoeuvres |
NVKNO |
2019 |
2024 |
5 jaarlijks |
NVKNO |
Nieuwe literatuur |
De Nederlandse Vereniging voor Keel-Neus-Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied is regiehouder van deze richtlijnmodule en eerstverantwoordelijke op het gebied van de actualiteitsbeoordeling van de richtlijnmodule. De andere aan deze module deelnemende wetenschappelijke verenigingen of gebruikers van de module delen de verantwoordelijkheid en informeren de regiehouder over relevante ontwikkelingen binnen hun vakgebied.
Algemene gegevens
De richtlijnontwikkeling werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).
De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijn.
Doel en doelgroep
Doel
Deze module heeft als doel het stimuleren van het gebruik van repositiemanoeuvres als therapie voor BPPD. Daarnaast beoogt deze module een uniform beleid ten aanzien van het doorverwijzen en terugverwijzen van de patiënt te geven.
Doelgroep
Deze module is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de tweede en derde lijn zorg voor volwassenen en kinderen met BPPD. Voor de eerste lijn wordt verwezen naar de NHG-Standaard Duizeligheid.
Samenstelling werkgroep
Voor het ontwikkelen van de module is in 2018 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met BPPD.
De werkgroepleden zijn door hun beroepsverenigingen gemandateerd voor deelname. De werkgroep is verantwoordelijk voor de integrale tekst van deze module.
Samenstelling huidige werkgroep:
- Dr. Tj.D. (Tjasse) Bruintjes, KNO-arts, Gelre Ziekenhuizen, Apeldoorn, NVKNO (voorzitter)
- Dr. R.B. (Roeland) van Leeuwen, neuroloog, Gelre ziekenhuizen, Apeldoorn, NVN
- Dr. R. (Raymond) van de Berg, KNO-arts/vestibuloloog, Maastricht UMC+, Maastricht, NVKNO
- Dr. M. (Marloes) Thoomes-de Graaf, fysiotherapeut/manueel therapeut/klinisch epidemioloog, Fysio-Experts, Hazerswoude, KNGF en NVMT
- R.A.K. (Sandra) Rutgers, arts, MPH en voorzitter Commissie Ménière Stichting Hoormij, Houten, Stichting Hoormij
Met ondersteuning van:
- D. (Dieuwke) Leereveld, MSc., senior adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
- Drs. M. (Monique) Wessels, informatiespecialist Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
Belangenverklaringen
De KNMG-code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement, kennisvalorisatie) hebben gehad. Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.
Werkgroeplid |
Functie |
Nevenfuncties |
Gemelde belangen |
Ondernomen actie |
Bruintjes, voorzitter |
KNO-arts, Gelre ziekenhuizen Apeldoorn (1 fte) |
Geen |
We zijn bezig met het opzetten van een patiëntenorganisatie voor evenwichtsklachten, inclusief BPPD |
Geen |
Van Leeuwen |
Neuroloog, Gelre Ziekenhuizen Apeldoorn, afdeling neurologie |
Lid regionaal Tuchtcollege van de gezondheidszorg te Zwolle (betaald) |
We zijn bezig met het opzetten van een patiëntenorganisatie voor evenwichtsklachten, inclusief BPPD |
Geen |
Thoomes-de Graaf |
Fysiotherapeut, manueel therapeut, klinisch epidemioloog en eigenaar Fysio-Experts |
Voorzitter wetenschappelijke commissie en organisatie jaarlijks congres manueel therapie (betaald) |
Ik ben fysio-manueel therapeut in een gespecialiseerde praktijk waar ik mensen met duizeligheidsklachten zie. |
Geen |
Van de Berg |
KNO-arts / vestibuloloog Maastricht UMC+ (1fte) |
Assistant professor in physics, tomsk, rusland (betaald aan onderzoeks-budget KNO) |
Medel (CI fabrikant) betaalt reiskosten voor presentaties over inner ear imaging en het kunstmatig evenwichtsorgaan. Dit gaat over evenwichtsuitval en niet over BPPD.
Onderzoek naar het kunstmatig evenwichtsorgaan en bilaterale vestibulopathie wordt door Medel betaald. Dit gaat over evenwichtsuitval en niet over BPPD. Daarnaast financiert de Russische staat onderzoek naar evenwichtsbehandelingen.
We zijn bezig met het opzetten van een patiëntenorganisatie voor evenwichtsklachten, inclusief BPPD |
Geen, presentaties en onderzoek gaan over evenwichts-uitval en niet over BPPD |
Leereveld (Kennisinstituut) |
Adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten |
Geen |
Geen |
Geen |
Inbreng patiëntenperspectief
Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door een afgevaardigde van de Commissie Ménière van Stichting Hoormij in de werkgroep. Stichting Hoormij heeft input gegeven tijdens de knelpuntenanalyses en op de teksten, waaronder de overwegingen. De conceptmodule is tevens voor commentaar voorgelegd aan Stichting Hoormij.
Methode ontwikkeling
Evidence based
Implementatie
In de verschillende fasen van het ontwikkelproces is rekening gehouden met de implementatie van de richtlijnmodule en de praktische uitvoerbaarheid van de aanbevelingen. Daarbij is uitdrukkelijk gelet op factoren die de invoering van de module in de praktijk kunnen bevorderen of belemmeren. De implementatietabel is te vinden bij de aanverwante producten.
Werkwijze
AGREE
Deze module is opgesteld conform de eisen vermeld in het rapport Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 van de adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. Dit rapport is gebaseerd op het AGREE II instrument (Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation II; Brouwers, 2010), dat een internationaal breed geaccepteerd instrument is. Voor een stap-voor-stap beschrijving hoe een evidence-based module tot stand komt wordt verwezen naar het stappenplan Ontwikkeling van Medisch Specialistische Richtlijnen van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.
Knelpuntenanalyse
Op basis van de gereviseerde richtlijn van de American Academy of Otolaryngology-Head and Neck Surgery ‘Clinical practice guideline: Benign paroxysmal positional vertigo’ uit 2017 en uit de inventarisatie van knelpunten door de werkgroep bleek dat er een noodzaak was voor herziening van deze richtlijnmodule. Tijdens deze inventarisatie zijn er schriftelijk knelpunten aangedragen door het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) in afstemming met de Nederlandse Vereniging voor Manuele Therapie (NVMT) (ingebracht door Marloes Thoomes en Bart Zwaneveld) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) (ingebracht door Jip de Jong).
Uitgangsvraag en uitkomstmaten
Op basis van de uitkomsten van de knelpuntenanalyse is door de werkgroepleden en de adviseur een uitgangsvraag opgesteld. Vervolgens inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant zijn, waarbij zowel naar gewenste als ongewenste effecten werd gekeken. De werkgroep waardeerde deze uitkomstmaten volgens hun relatieve belang bij de besluitvorming rondom aanbevelingen, als cruciaal (kritiek voor de besluitvorming), belangrijk (maar niet kritiek) en onbelangrijk. Tevens definieerde de werkgroep tenminste voor de cruciale uitkomstmaten welke verschillen zij klinisch (patiënt) relevant vonden.
Strategie voor zoeken en selecteren van literatuur
Aan de hand van specifieke zoektermen werd gezocht naar gepubliceerde wetenschappelijke studies in (verschillende) elektronische databases. Tevens werd aanvullend gezocht naar studies aan de hand van de literatuurlijsten van de geselecteerde artikelen. In eerste instantie werd gezocht naar studies met de hoogste mate van bewijs. De werkgroepleden selecteerden de via de zoekactie gevonden artikelen op basis van vooraf opgestelde selectiecriteria. De geselecteerde artikelen werden gebruikt om de uitgangsvraag te beantwoorden. De geselecteerde databases waarin is gezocht en de gehanteerde selectiecriteria zijn te vinden in de module met desbetreffende uitgangsvraag. De zoekstrategie is opvraagbaar bij de Richtlijnendatabase, zie het tabblad ‘Zoekverantwoording’ voor verdere details.
Kwaliteitsbeoordeling individuele studies
Individuele studies werden systematisch beoordeeld, op basis van op voorhand opgestelde methodologische kwaliteitscriteria, om zo het risico op vertekende studieresultaten (risk of bias) te kunnen inschatten. Deze beoordelingen kunt u vinden in de Risk of Bias (RoB) tabellen. De gebruikte RoB instrumenten zijn gevalideerde instrumenten die worden aanbevolen door de Cochrane Collaboration: AMSTAR voor systematische reviews en de Cochrane RoB tool voor gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek.
Samenvatten van de literatuur
De relevante onderzoeksgegevens van alle geselecteerde artikelen werden overzichtelijk weergegeven in evidencetabellen. De belangrijkste bevindingen uit de literatuur werden beschreven in de samenvatting van de literatuur.
Beoordelen van de kracht van het wetenschappelijke bewijs
De kracht van het wetenschappelijke bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methode. GRADE staat voor ‘Grading Recommendations Assessment, Development and Evaluation’ (zie http://www.gradeworkinggroup.org/).
GRADE onderscheidt vier gradaties voor de kwaliteit van het wetenschappelijk bewijs: hoog, redelijk, laag en zeer laag. Deze gradaties verwijzen naar de mate van zekerheid die er bestaat over de literatuurconclusie (Schünemann, 2013).
GRADE |
Definitie |
Hoog |
|
Redelijk* |
|
Laag |
|
Zeer laag |
|
*in 2017 heeft het Dutch GRADE Network bepaald dat de voorkeursformulering voor de op een na hoogste gradering ‘redelijk’ is in plaats van ‘matig’
Formuleren van de conclusies
Voor elke relevante uitkomstmaat werd het wetenschappelijk bewijs samengevat in een of meerdere literatuurconclusies waarbij het niveau van bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methodiek. De werkgroepleden maakten de balans op van elke interventie (overall conclusie). Bij het opmaken van de balans werden de gunstige en ongunstige effecten voor de patiënt afgewogen. De overall bewijskracht wordt bepaald door de laagste bewijskracht gevonden bij een van de cruciale uitkomstmaten. Bij complexe besluitvorming waarin naast de conclusies uit de systematische literatuuranalyse vele aanvullende argumenten (overwegingen) een rol spelen, werd afgezien van een overall conclusie. In dat geval werden de gunstige en ongunstige effecten van de interventies samen met alle aanvullende argumenten gewogen onder het kopje 'Overwegingen'.
Overwegingen (van bewijs naar aanbeveling)
Om te komen tot een aanbeveling zijn naast (de kwaliteit van) het wetenschappelijke bewijs ook andere aspecten belangrijk en worden meegewogen, zoals de expertise van de werkgroepleden, de waarden en voorkeuren van de patiënt (patient values and preferences), kosten, beschikbaarheid van voorzieningen en organisatorische zaken. Deze aspecten worden, voor zover geen onderdeel van de literatuursamenvatting, vermeld en beoordeeld (gewogen) onder het kopje ‘Overwegingen’.
Formuleren van aanbevelingen
De aanbevelingen geven antwoord op de uitgangsvraag en zijn gebaseerd op het beschikbare wetenschappelijke bewijs en de belangrijkste overwegingen, en een weging van de gunstige en ongunstige effecten van de relevante interventies. De kracht van het wetenschappelijk bewijs en het gewicht dat door de werkgroep wordt toegekend aan de overwegingen, bepalen samen de sterkte van de aanbeveling. Conform de GRADE-methodiek sluit een lage bewijskracht van conclusies in de systematische literatuuranalyse een sterke aanbeveling niet a priori uit, en zijn bij een hoge bewijskracht ook zwakke aanbevelingen mogelijk. De sterkte van de aanbeveling wordt altijd bepaald door weging van alle relevante argumenten tezamen.
Randvoorwaarden (Organisatie van zorg)
Bij de ontwikkeling van de module is expliciet rekening gehouden met de organisatie van zorg: alle aspecten die randvoorwaardelijk zijn voor het verlenen van zorg (zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, menskracht en infrastructuur). Randvoorwaarden die relevant zijn voor het beantwoorden van een specifieke uitgangsvraag maken onderdeel uit van de overwegingen bij de bewuste uitgangsvraag.
Kennislacunes
Tijdens de ontwikkeling van deze module is systematisch gezocht naar onderzoek waarvan de resultaten bijdragen aan een antwoord op de uitgangsvraag. Er is nagegaan of (aanvullend) wetenschappelijk onderzoek gewenst is om de uitgangsvraag te kunnen beantwoorden. Mocht dit bij deze module het geval zijn, dan is er een aanbeveling voor het doen van onderzoek opgenomen in de Kennislacunes. Deze is te vinden onder de aanverwante producten.
Commentaar- en autorisatiefase
De conceptmodule werd aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen, instanties en (patiënt)organisaties voorgelegd ter commentaar. De commentaren werden verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren werd de conceptmodule aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep. De definitieve module werd aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt)organisaties voorgelegd voor autorisatie en door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd.
Literatuur
- Brouwers, M. C., Kho, M. E., Browman, G. P., Burgers, J. S., Cluzeau, F., Feder, G., ... & Littlejohns, P. (2010). AGREE II: advancing guideline development, reporting and evaluation in health care. Canadian Medical Association Journal, 182(18), E839-E842.
- Hultcrantz M, Rind D, Akl EA, et al. The GRADE Working Group clarifies the construct of certainty of evidence. J Clin Epidemiol. 2017 Jul;87:4-13.
- Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten. Ontwikkeling van Medisch Specialistische Richtlijnen: stappenplan. Utrecht, 2015.
- Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 (2012). Adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. https://www.demedischspecialist.nl/publicaties/medisch-specialistische-richtlijnen-20-rapport
- Schünemann H, Brożek J, Guyatt G, et al. GRADE handbook for grading quality of evidence and strength of recommendations. Updated October 2013. The GRADE Working Group, 2013. Available from http://gdt.guidelinedevelopment.org/central_prod/_design/client/handbook/handbook.html.
- Schünemann, H. J., Oxman, A. D., Brozek, J., Glasziou, P., Jaeschke, R., Vist, G. E., ... & Bossuyt, P. (2008). Rating Quality of Evidence and Strength of Recommendations: GRADE: Grading quality of evidence and strength of recommendations for diagnostic tests and strategies. BMJ: British Medical Journal, 336(7653), 1106.
- Wessels, M., Hielkema, L., & van der Weijden, T. (2016). How to identify existing literature on patients' knowledge, views, and values: the development of a validated search filter. Journal of the Medical Library Association: JMLA, 104(4), 320.
Zoekverantwoording
Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.