Psychomotorische therapie (PMT)
Uitgangsvraag
Wat is de plaats van vaktherapeutische interventies (psychomotorische-, muziek-, spel-, drama-, beeldende-, en dans- en bewegingstherapie) bij de behandeling van kinderen en jongeren met autisme?
Aanbeveling
Bied vaktherapeutische interventies niet standaard als op zich staande behandeling aan, de voorkeur gaat uit naar een multidisciplinaire setting, indien nodig gefaseerd (als opstap of versterking van andere (meer verbale) interventies) of in netwerk-samenstelling.
Verwijs naar een in autisme gespecialiseerd vaktherapeut voor de uitvoering en begeleiding van vaktherapeutische interventies.
Overweeg psychomotorische therapie (PMT) of muziektherapie aan te bieden nadat de diagnose autisme is gesteld, baseer de afweging op basis van beschikbaarheid en intrinsieke motivatie van het kind/de jongere.
- Bied PMT (sport/beweging/fysieke activiteit) aan, wanneer een verbetering van sociale vaardigheden, zelfvertrouwen en emotieregulatie wordt nagestreefd.
- Bied muziektherapie aan, wanneer een verbetering van sociale vaardigheden, communicatie of flexibiliteit wordt nagestreefd.
Overwegingen
Voor- en nadelen van de interventie en de kwaliteit van het bewijs
Er is een literatuuronderzoek verricht naar de effectiviteit van psychomotorische therapie (PMT) in de behandeling van kinderen en jongeren met autisme. Er werd één systematische review gevonden waarin twee relevante RCTs werden geanalyseerd, waarin verschillende vormen van PMT werden vergeleken met als controlegroep jongeren op een wachtlijst. De studiepopulaties in deze studies zijn echter relatief klein, met een hoog risico op bias door ontbrekende informatie over het randomisatieproces, geen blindering (met betrekking tot beoordeling van uitkomstmaten) en onduidelijkheid over ontbrekende uitkomstgegevens. De bewijskracht van de literatuur is daardoor zeer laag voor de cruciale uitkomstmaat ‘sociale communicatie’, en er werd geen literatuur gevonden over de cruciale uitkomstmaat ‘kwaliteit van leven’. Dit resulteert in een zeer lage algehele bewijskracht. Derhalve kunnen er op basis van de huidige literatuur geen sterke conclusies worden getrokken over de effectiviteit van PMT in de behandeling van kinderen en jongeren met autisme. Nieuwe studies kunnen in de toekomst leiden tot nieuwe inzichten.
Hoewel er weinig evidentie is, wil dit niet zeggen dat de inzet van PMT in de zorg voor kinderen en jongeren met autisme niet zinvol kan zijn. Er is veel kennis en inzicht op basis van practice based evidence en expert opinies. PMT is geen ‘one-size-fits-all’ aanpak. Elke sessie wordt op maat gemaakt, afhankelijk van de behoeften en voorkeuren van het kind/de jongere. Dit maakt het moeilijk om gestandaardiseerde procedures te ontwikkelen voor wetenschappelijk onderzoek met behulp van een RCT. De diversiteit aan interventies betekent dat wat effectief is voor de ene persoon niet noodzakelijkerwijs zinvol is voor een ander, waardoor het lastig is om algemene conclusies te trekken. Andere onderzoeksmethodes zouden derhalve meer geschikt kunnen zijn voor het in kaart brengen van evidentie rondom PMT.
Eén manier om aan deze uitdaging tegemoet te komen is door het gebruik van kwalitatief onderzoek. Interviews, observaties en casestudies kunnen diepgaande inzichten bieden in de ervaringen van individuen met bijvoorbeeld muziektherapie. Binnen de verschillende vaktherapeutische disciplines zijn er meerdere studies met een meer kwalitatief karakter beschikbaar die de mogelijke effecten beschrijven. Kwalitatieve, niet-vergelijkende studies voldoen niet aan de opgestelde PICO en selectiecriteria voor de literatuursamenvatting. Desalniettemin vindt de werkgroep het belangrijk deze te noemen in de overwegingen.
Kinderen en jongeren met autisme vertonen veelal een atypische motoriek, wat zich uit in problemen met lateralisatie, proprioceptie, coördinatie, gangpatroon, houdingscontrole, balanshandhaving, spiertonus en sociaal-motorische synchronisatie. Dit gaat vaak gepaard met problemen in de lichaamsbeleving, met name op het gebied van lichaamsbewustzijn en interoceptie. Het later bereiken van grof- en fijn-motorische mijlpalen is frequent bij autisme. Gedurende de ontwikkeling vertonen kinderen en jongeren met autisme mede hierdoor meer sedentair gedrag (veel zitten) en nemen zij minder deel aan fysieke activiteiten dan hun leeftijdgenoten, hetgeen ook samenhangt met gewichtsproblemen en (risico op) obesitas.
Gezien de samenhang van motorische problemen met andere ontwikkelingsdomeinen worden psychomotorische interventies sterk aanbevolen, hoewel de evidentie hiervoor nog beperkt is. Op basis van enkele systematische reviews lijken sport, bewegings- en of fysieke activiteit gebaseerde interventies het meest effectief te zijn op zowel motorische als psychosociale uitkomstdomeinen (Lang, 2010; Sowa, 2012; Bremer, 2016). Er zijn echter ook aanwijzingen dat kinderyoga, aquatische interventies (zwemmen) en balanstraining kunnen bijdragen aan zowel de motorische als de psychosociale ontwikkeling (Emck, 2021; Stins, 2015; Stins, 2028; van ’t Hooft, 2024).
De inzet van PMT kan bijdragen aan de ontwikkeling van lichaamsbewustzijn, lichaamsbeheersing en ruimtelijk inzicht, waardoor de algehele motorische vaardigheden verbeteren (ElGarhy, 2016). In de praktijk zien we dat kinderen en jongeren met autisme door PMT beter leren om hun lichaamssignalen te herkennen en naar hun lichaam te luisteren, waardoor zij beter hun grens aan kunnen geven. Daarnaast kan PMT van belang zijn bij het versterken van het zelfbeeld en het ontwikkelen van een eigen identiteit (Emck, 2005).
Omdat er binnen vaktherapie heel goed afgestemd kan worden op de behoefte en mogelijkheden van het kind/de jongere kan PMT ook geschikt zijn voor kinderen en jongeren met autisme en een (lichte) verstandelijke beperking. PMT richt zich op het verbeteren van het welzijn en het verminderen van gedrags- en emotionele problemen door middel van lichaamsgerichte en bewegingsactiviteiten. Voor kinderen en jongeren met autisme en een verstandelijke beperking kan PMT helpend zijn bij non-verbale communicatie, sensorische integratie, motorische vaardigheden, zelfregulatie, zelfvertrouwen en/of de sociale vaardigheden. Het is belangrijk dat de therapie wordt afgestemd op de individuele behoeften van het kind/de jongere. De therapeut moet ervaring hebben met zowel autisme als verstandelijke beperking en een veilige en ondersteunende omgeving kunnen bieden. In overleg met ouders, verzorgers en andere professionals kan een behandelplan worden opgesteld dat specifiek is afgestemd op de mogelijkheden en behoeften van het kind/de jongere.
Waarden en voorkeuren van patiënten (en evt. hun verzorgers)
Voor zover bekend zijn er geen nadelige gevolgen bekend over de inzet van PMT bij kinderen en jongeren met autisme. Een belangrijk uitgangspunt binnen vaktherapie is dat er wordt gewerkt vanuit de mogelijkheden van het kind/de jongere en er in eerste instantie aansluiting wordt gezocht. Er wordt gekeken naar welke fysieke werkvormen en spellen goed aansluiten bij het kind/de jongere. Dit zorgt voor een toegankelijke therapievorm die vaak niet als belastend wordt ervaren. Wel is het van belang om steeds weer de beoogde doelstellingen te evalueren en kritisch te kijken of de voorzetting van PMT nog steeds noodzakelijk is.
Kosten (middelenbeslag)
Kosteneffectiviteit wordt steeds belangrijker, aangezien het vaak bepaalt of een behandelmethode breed wordt ingezet. Er is echter geen onderzoek gedaan naar de kosteneffectiviteit van PMT bij autisme. Met betrekking tot de kosten kunnen de volgende aspecten worden overwogen: (1) de tijd van de vaktherapeut, afhankelijk van hun salarisniveau; (2) de tijd die zowel het kind/de jongere als de ouders investeren; en (3) de gezondheidswinst, wat op lange termijn kan resulteren in een vermindering van de zorgconsumptie voor zowel ouders als het kind/de jongere.
Niet alle (potentiële) voordelen zijn direct meetbaar in financiële termen. De impact op factoren zoals kwaliteit van leven, maatschappelijke inclusiviteit en lichamelijke gezondheid speelt ook een rol bij het evalueren van kostenefficiëntie.
Aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie
PMT wordt op verschillende plekken in de jeugd-ggz aangeboden. Eén van de meest voorkomende settingen waar PMT wordt aangeboden, is binnen gespecialiseerde zorginstellingen die zich richten op autisme. Vaak zie je dat het aanbod sterk kan wisselen tussen de instellingen.
Bij het kiezen van een psychomotorische therapeut is het belangrijk dat de therapeut professioneel gekwalificeerd is (geregistreerd vaktherapeut) en multidisciplinair samenwerkt met andere betrokken zorgverleners rond het kind/de jongere. Daarnaast is het van groot belang te zoeken naar therapeuten die ervaring hebben met het werken met kinderen en jongeren met autisme. De spreiding van het aanbod van PMT in Nederland is niet evenredig verdeeld. Het vinden van geschikte PMT voor een kind of jongere met autisme vereist zorgvuldig onderzoek naar lokale mogelijkheden.
In Nederland zijn de inzet van PMT en de mogelijke resultaten die het kan opleveren niet voor iedereen bekend. Dit maakt dat er binnen de hulpverlening (nog) niet altijd aan PMT gedacht wordt.
Rationale van de aanbeveling: weging van argumenten voor en tegen de interventies
De wetenschappelijke bewijskracht volgens GRADE is zeer laag. Daarom hanteert de richtlijn werkgroep de principes van evidence based medicine, waarbij binnen deze module voornamelijk aanbevelingen en overwegingen zijn geformuleerd op basis van “expert opinion”. Het inzetten van PMT is wenselijk wanneer een verbetering van sociale vaardigheden, zelfvertrouwen en/of emotieregulatie wordt nagestreefd en dit past bij de intrinsieke motivatie van het kind of jongere.
Ook kan aan één van de andere vaktherapeutische disciplines (muziek-, spel-, drama-, beeldende-, of dans- en bewegingstherapie) worden gedacht (zie module Muziek-, spel-, drama-, beeldende- en dans- en bewegingstherapie). Welke vorm van vaktherapie wordt gekozen, kan worden bepaald in overleg met het kind of de jongere met autisme, diens ouders en verzorgers, en collega hulpverleners. Hierbij wordt rekening gehouden met de intrinsieke motivatie van het kind/de jongere. Omdat alleen voor PMT en muziektherapie een studie gevonden werd die aan de PICO en overige selectiecriteria (zie ‘Zoeken en selecteren)’ van deze module voldeed, adviseert de richtlijn werkgroep om waar mogelijk in eerste instantie PMT of muziektherapie in te zetten.
Voor de richtlijn werkgroep is het non-verbale en laagdrempelige karakter van PMT een belangrijke meerwaarde om het op te nemen in het behandelaanbod voor kinderen en jongeren met autisme. Daarbij is het belangrijk dat dit geïntegreerd wordt in de totale multidisciplinaire benadering. Daarnaast is het van belang om te kijken welke behandelingen er nog meer aangeboden worden, om te voorkomen dat de belasting voor het kind of de jongere te groot wordt. Indien nodig kunnen behandelingen gefaseerd worden aangeboden.
Onderbouwing
Achtergrond
Een psychomotorisch therapeut behandelt cliënten met een hulpvraag op psychosociaal vlak, op methodische wijze gebruikmakend van interventies die gericht zijn op bewegingsgedrag en/ of lichaamsbeleving. Ook voor deze interventies geldt dat het doel niet ins om het kind gedrag af te leren of autisme weg te nemen, maar wel om het kind met behoud van zijn eigenheid in zijn eigen ontwikkeling te stimuleren.
Deze interventies worden methodisch aangeboden en zijn gebaseerd op wetenschappelijke kennis en ervaringskennis en bieden de cliënt de mogelijkheid om nieuwe vaardigheden eigen te maken, betekenisvolle en inzicht gevende ervaringen op te doen of intrapsychische, interpersoonlijke of systemische conflicten te bewerken. Naast curatieve zorg is psychomotorische therapie (PMT) inzetbaar in het kader van preventie en vroegtijdige signalering van dreigende psychosociale problematiek, waarbij mogelijkheden voor begeleidend en trainingsgericht werken worden ingezet. Het beroep wordt beoefend in diverse behandelcontexten, namelijk de domeinen van gezondheidszorg, (passend) onderwijs en welzijn. Centraal in elke psychomotorische behandeling staat de hulpvraag van de cliënt en/of diens omgeving. Uitgaande van deze hulpvraag wordt de behandeldoelstelling geformuleerd en wordt in zorgvuldige afstemming met de cliënt, het cliëntsysteem, de verwijzer of de regiebehandelaar bepaald welke psychomotorische interventie(s) worden ingezet. Op dit moment is er nog onvoldoende zicht op de evidentie omtrent de effectiviteit van PMT. De richtlijn werkgroep wil in deze module meer inzicht krijgen in deze kwestie.
Conclusies / Summary of Findings
1. Social communication (critical)
Very low GRADE |
The evidence is very uncertain about the effect of PMT on social communication when compared with waitlist control in children with ASD.
Source: Najafabadi, 2018; Zhao & Chen, 2018. |
2. Quality of life (critical), 3. Flexibility (important), 4. Stereotypy (important)
No GRADE |
No evidence was found regarding the effect of PMT on quality of life, flexibility, and stereotypy when compared with waitlist control or usual care in children with ASD.
Source: - |
Samenvatting literatuur
Description of studies
Chan (2021) performed a systematic review to examine the effectiveness of physical activity interventions on communication and social functioning in autistic children and adolescents. The electronic databases Medline, Embase, CINAHL, PsycINFO, CENTRAL and Web of Science were comprehensively searched until 6 May 2020. Studies were included if they (1) included individuals aged <18 years with a diagnosis of ASD, (2) had at least one validated outcome measure of communication or social functioning, (3) outcomes were administered before and after the intervention, (4) included more than one session of intervention, (5) were written in English. Studies were excluded if (1) they had a non-controlled design, (2) if individuals in the control group were engaged in social activity of other physical exercise. A total of twelve (randomized) controlled trials were included in the systematic review, of which two were conform the PICO and were therefore described and analyzed in the current literature analysis (Najafabadi, 2018; Zhao & Chen, 2018). Study characteristics of the included studies are shown in Table 1. The study received funding from the Basic Research of Knowledge Innovation Program of Shenzhen. Potential conflicts of interest were not reported.
Table 1. Characteristics of included studies in Chan (2021)
* Mean age and percentage females are reported for the total study population only |
Results
1. Social communication
Two studies reported on the outcome measure social communication.
Najafabadi (2018) reported on social communication assessed by Autism Treatment Evaluation Checklist (ATEC). The ATEC is a 77-item checklist comprised of four subscales: (1) communication/speech/language, (2) sociability, (3) sensory/cognitive awareness, and (4) health/physical/behavior. Total score ranges from 0 to 179, in which a lower score indicates less severe symptoms of ASD. The authors reported mean (SD) ATEC scores of 5.54 (4.22) for the PMT group (n = 12) and 10.85 (6.87) for the waitlist control group (n = 14). Mean difference was -5.31 (95%CI -9.63 to -0.99) in favor of PMT. This difference was considered clinically relevant.
Zhao & Chen (2018) reported on social communication assessed by Social Skills Improvement System Rating Scales (SSIS). The SSIS is a rating scale to evaluate socials skills in children aged 3-18 years. Higher scores represent better social skills. The authors reported mean (SD) SSIS scores of 51.57 (5.47) for the PMT group (n = 21) and 45.15 (5.03) for the waitlist control group (n = 20). Mean difference was -6.42 (95%CI -9.63 to -3.21) in favor of PMT. This difference was considered clinically relevant.
2. Quality of life, 3. Flexibility, 4. Stereotypy
None of the studies reported on the outcome measures quality of life, flexibility and stereotypy.
Level of evidence of the literature
1. Social communication
The level of evidence regarding social communication was downgraded by three levels to very low because of missing information about randomization and allocation concealment, uncertainty about incomplete outcome data, and lack of blind outcome assessment (risk of bias: -1), as well as wide confidence intervals in the individual studies and a low number of included participants (imprecision: -2).
2. Quality of life, 3. Flexibility, 4. Stereotypy
None of the studies reported on these outcome measures quality of life, flexibility, and stereotypy and could therefore not be graded.
Zoeken en selecteren
A systematic review of the literature was performed to answer the following question: What is the effectiveness of psychomotor therapy (PMT) in children with ASD compared to waitlist control or usual care?
P: |
Children with ASD (according to DSM-IV or DSM-5) |
I: |
PMT (stand-alone) (methodically presented with the aim of achieving a change) |
C: |
Waitlist control or usual care |
O: |
Social communication, quality of life, flexibility, stereotypy |
Relevant outcome measures
The guideline development group considered social communication and quality of life as critical outcome measures for decision making and flexibility and stereotypy as important outcome measures for decision making.
A priori, the working group did not define the outcome measures listed above but used the definitions used in the studies.
The working group defined a difference of 25% in the relative risk for dichotomous outcomes and 0.5 SD for continuous outcomes as a minimal clinically important difference for all outcome measures.
Search and select (Methods)
The databases Medline and PsycINFO (via OVID) and Embase (via Embase.com) were searched with relevant search terms from 2018 until 17 August 2023. The detailed search strategy is depicted under the tab Methods. The systematic literature search was a combined search for this module and the module about other expressive therapies. The systematic search resulted in 348 hits.
Studies were selected based on the following criteria:
- Systematic reviews of randomized controlled trials (search in at least two databases, detailed search strategy, risk of bias assessment and results of individual studies available) comparing PMT with waitlist control or usual care in children with ASD;
- Full-text English language publication;
- Studies according to PICO.
Twenty-two studies were initially selected based on title and abstract screening. After reading the full text, twenty-one studies were excluded (see the table with reasons for exclusion under the tab Methods), and one study was included (Chan, 2021). Chan (2021) is a systematic review also investigating other interventions that were not conform our PICO. Only studies that were conform our PICO were described here (Najafabadi, 2018; Zhao & Chen, 2018).
Results
One systematic review, including two relevant RCTs, was included in the analysis of the literature. Important study characteristics and results are summarized in the evidence tables. The assessment of the risk of bias is summarized in the risk of bias tables.
Referenties
- Bremer, E., Crozier, M., & Lloyd, M. (2016). A systematic review of the behavioural outcomes following exercise interactions for children and youth with autism spectrum disorders. Autism, 20(8), 899-915.
- Chan JS, Deng K, Yan JH. The effectiveness of physical activity interventions on communication and social functioning in autistic children and adolescents: A meta-analysis of controlled trials. Autism. 2021 May;25(4):874-886. doi: 10.1177/1362361320977645. Epub 2020 Dec 11. PMID: 33307759.
- ElGarhy, S., & Liu, T. (2016). Effects of psychomotor intervention program on students with autism spectrum disorder. School Psychology Quarterly, 31(4), 491–506. https://doi.org/10.1037/spq0000164.
- Emck, C., Aarts, J., Frazao, A., & Lebre, P (2021). Psychomotor interventions for children and adolescents with autism spectrum disorders. In Emck et al (eds.). Psychomotor interventions for mental health. Children & Adolescents, pp 139-187. Amsterdam: Boom.
- Emck, C., & Smit, C. (2005). Wat beweegt hen? Over psychomotoriek en adolescentie. In D. J. Lange (Ed.), Een vak apart. Artikelen over psychomotorische therapie (pp. 1-24). 't Web.
- Lang, R., Koegel, L.K., Ashbaugh, K., Regester, A., Ence, W., & Smith, W. (2010). Psysical exercise and individuals with autism spectrum disorders: A systematic review. Research in Autism Spectrum Disorders, 4(4), 565-576.
- Najafabadi MG, Sheikh M, Hemayattalab R, Memari AH, Aderyani MR, Hafizi S. The effect of SPARK on social and motor skills of children with autism. Pediatr Neonatol. 2018 Oct;59(5):481-487. doi: 10.1016/j.pedneo.2017.12.005. Epub 2018 Jan 6. PMID: 29402579.
- Sowa, M., & Meulenbroek, R. (1012). Effects of physical exercise on autism spectrum disorders: A meta-analysis. Research in Autism Spectrum Disorders, 6(1),46-57.
- Stins, J. F., Emck, C., de Vries, E. M., Doop, S., & Beek, P. J. (2015). Attentional and sensory contributions to postural sway in children with autism spectrum disorder. Gait and Posture, 42(2), 199-203. https://doi.org/10.1016/j.gaitpost.2015.05.010
- Stins, J. F., & Emck, C. (2018). Balance Performance in Autism: A Brief Overview: A brief
overview. Frontiers in Psychology, 9(JUNE), 1-6. Article 901. https://doi.org/10.3389/fpsyg.2018.00901.
- van 't Hooft, P., Moeijes, J., Hartman, C. A., van Busschbach, J. T., & Hartman, E. (2024).
Aquatic Interventions to Improve Motor and Social Functioning in Children with ASD: A Systematic Review. Review Journal of Autism and Developmental Disorders. Advance online publication. https://doi.org/10.1007/s40489-024-00464-z.
- Zhao M, Chen S. The Effects of Structured Physical Activity Program on Social Interaction and Communication for Children with Autism. Biomed Res Int. 2018 Jan 15;2018:1825046. doi: 10.1155/2018/1825046. PMID: 29568743; PMCID: PMC5820623.
Evidence tabellen
Study reference |
Study characteristics |
Patient characteristics |
Intervention (I) |
Comparison / control (C)
|
Follow-up |
Outcome measures and effect size |
Comments |
Chan, 2021
PS., study characteristics and results are extracted from the SR (unless stated otherwise) |
SR and meta-analysis of RCTs
Literature search up to May 2020
A: Najafabadi, 2018 B: Zhao & Chen, 2018
Study design: RCT [parallel]
Setting and Country: China Institute of Sport Science, Beijing, China.
Source of funding and conflicts of interest: Research was supported by the Basic Research of Knowledge Innovation Program of Shenzhen (grant no. JCYJ2019080 8115817044)
|
Inclusion criteria SR: - Studies that included participants <18 years with an ASD diagnosis; - Studies that had at least one validated outcome measure of communication or social functioning; - Studies that had outcome measures administered both before and after the intervention; - Studies that included >1 session of intervention; - Studies that were written in English.
Exclusion criteria SR: - Non-controlled trials; - Engagement in social activity or other physical exercise in the control group.
12 studies included of which 4 were conform our PICO
Important patient characteristics at baseline: N, mean age A: 26 participants, 7.61 (5-12) years B: 41 participants, 6.12 (5-8) years
Sex (%female): A: NR B: 29.3%
Groups comparable at baseline? Yes |
Describe intervention: A: Sports, play, and active recreation activities 3 days/week for 12 weeks (total time: 24h)
B: Group exercise 2 days/week for 12 weeks (total time: 12h)
|
Describe control: A: Waitlist control
B: Waitlist control |
Endpoint of follow-up: A: 12 weeks B: 12 weeks
For how many participants were no complete outcome data available? Not reported
|
Social communication Assessed by ATEC and SSIS
Effect measure: RR, RD, mean difference [95% CI]: A: I: 5.54 (4.22) C: 10.85 (6.87)
B: I: 51.57 (5.47) C: 45.15 (5.03)
|
Risk of bias (high, some concerns or low): Tool used by authors: Cochrane risk-of-bias tool
A: Higha,b,c B: Higha,c,d
a (Uncertainty about) incomplete outcome data b Uncertainty about blind outcome assessment c Missing information about randomization and allocation d No blind outcome assessment
Brief description of author’s conclusion Physical activity interventions have small to moderate benefits on communication and social functioning in autistic children and adolescents.
|
Table of excluded studies
Reference |
Reason for exclusion |
Arkesteyn A, Van Damme T, Thoen A, Cornelissen V, Healy S, Vancampfort D. Physical activity correlates in children and adolescents with autism spectrum disorder: a systematic review. Disabil Rehabil. 2022 Nov;44(22):6539-6550. doi: 10.1080/09638288.2021.1970251. Epub 2021 Aug 29. PMID: 34455885. |
Intervention is not conform the PICO of this module (habitual body movement in free living; no methodically presented intervention) |
Bodnar I, Pavlova I, Khamade A. Physical education of children with autism spectrum disorders: a systematic review of structure and effects of interventional programs. Physiotherapy Quarterly. 2020;28:61-70. doi: 10.5114/pq.2020.96232 |
Unclear if included studies are (R)CTs |
Ferreira JP, Ghiarone T, Júnior CRC, Furtado GE, Carvalho HM, Rodrigues AM, Toscano CVA. Effects of Physical Exercise on the Stereotyped Behavior of Children with Autism Spectrum Disorders. Medicina (Kaunas). 2019 Oct 14;55(10):685. doi: 10.3390/medicina55100685. PMID: 31615098; PMCID: PMC6843401. |
Includes only one suitable study, and is therefore less complete compared to Chan (2021) |
Huang J, Du C, Liu J, Tan G. Meta-Analysis on Intervention Effects of Physical Activities on Children and Adolescents with Autism. Int J Environ Res Public Health. 2020 Mar 17;17(6):1950. doi: 10.3390/ijerph17061950. PMID: 32192008; PMCID: PMC7142971. |
Comparator is not conform the PICO of this module (no intervention) |
Jia S, Guo C, Li S, Zhou X, Wang X, Wang Q. The effect of physical exercise on disordered social communication in individuals with autism Spectrum disorder: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials. Front Pediatr. 2023 Jun 30;11:1193648. doi: 10.3389/fped.2023.1193648. PMID: 37456563; PMCID: PMC10347521. |
Comparator is not conform the PICO of this module (no intervention) |
Peng S, Fang Y, Othman AT, Liang J. Meta-analysis and systematic review of physical activity on neurodevelopment disorders, depression, and obesity among children and adolescents. Front Psychol. 2022 Nov 30;13:940977. doi: 10.3389/fpsyg.2022.940977. PMID: 36533019; PMCID: PMC9747947. |
Outcomes are not conform the PICO of this module (neurodevelopmental disorders, depression, obesity) |
Ruggeri A, Dancel A, Johnson R, Sargent B. The effect of motor and physical activity intervention on motor outcomes of children with autism spectrum disorder: A systematic review. Autism. 2020 Apr;24(3):544-568. doi: 10.1177/1362361319885215. Epub 2019 Nov 29. PMID: 31782658. |
Control groups are unclear, results are narratively described |
Sung MC, Ku B, Leung W, MacDonald M. The Effect of Physical Activity Interventions on Executive Function Among People with Neurodevelopmental Disorders: A Meta-Analysis. J Autism Dev Disord. 2022 Mar;52(3):1030-1050. doi: 10.1007/s10803-021-05009-5. Epub 2021 Apr 15. PMID: 33856619. |
Outcome is not conform the PICO of this module (executive function) |
Tarr, C. W., Rineer-Hershey, A., & Larwin, K. (2020). The Effects of Physical Exercise on Stereotypic Behaviors in Autism: Small-n Meta-Analyses. Focus on Autism and Other Developmental Disabilities, 35(1), 26-35. https://doi.org/10.1177/1088357619881220 |
Included four aggregate score studies and six single subject design studies |
Teh EJ, Vijayakumar R, Tan TXJ, Yap MJ. Effects of Physical Exercise Interventions on Stereotyped Motor Behaviours in Children with ASD: A Meta-Analysis. J Autism Dev Disord. 2022 Jul;52(7):2934-2957. doi: 10.1007/s10803-021-05152-z. Epub 2021 Jul 8. PMID: 34236592. |
Includes only one suitable study, no useful outcome reporting (Hedge’s g) |
Wang S, Chen D, Yang Y, Zhu L, Xiong X, Chen A. Effectiveness of physical activity interventions for core symptoms of autism spectrum disorder: A systematic review and meta-analysis. Autism Res. 2023 Sep;16(9):1811-1824. doi: 10.1002/aur.3004. Epub 2023 Aug 4. PMID: 37539450. |
Control groups are unclear, no useful outcome reporting |
Zhang M, Liu Z, Ma H, Smith DM. Chronic Physical Activity for Attention Deficit Hyperactivity Disorder and/or Autism Spectrum Disorder in Children: A Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials. Front Behav Neurosci. 2020 Oct 22;14:564886. doi: 10.3389/fnbeh.2020.564886. PMID: 33192364; PMCID: PMC7642619. |
Includes only one suitable study, outcomes are not conform the PICO of this module (executive function and motor skills) |
Fang Q, Aiken CA, Fang C, Pan Z. Effects of Exergaming on Physical and Cognitive Functions in Individuals with Autism Spectrum Disorder: A Systematic Review. Games Health J. 2019 Apr;8(2):74-84. doi: 10.1089/g4h.2018.0032. Epub 2018 Oct 17. PMID: 30332294. |
Intervention is not conform the PICO of this module (exergaming) |
Healy S, Nacario A, Braithwaite RE, Hopper C. The effect of physical activity interventions on youth with autism spectrum disorder: A meta-analysis. Autism Res. 2018 Jun;11(6):818-833. doi: 10.1002/aur.1955. Epub 2018 Apr 25. PMID: 29693781. |
No useful outcome reporting (Hedge’s g and p-values) |
Lima JL, Axt G, Teixeira DS, Monteiro D, Cid L, Yamamoto T, Murillo-Rodriguez E, Machado S. Exergames for Children and Adolescents with Autism Spectrum Disorder: An Overview. Clin Pract Epidemiol Ment Health. 2020 Feb 12;16:1-6. doi: 10.2174/1745017902016010001. PMID: 32508964; PMCID: PMC7254818. |
Wrong publication type (non-systematic literature review) |
Monteiro CE, Da Silva E, Sodré R, Costa F, Trindade AS, Bunn P, Costa E Silva G, Di Masi F, Dantas E. The Effect of Physical Activity on Motor Skills of Children with Autism Spectrum Disorder: A Meta-Analysis. Int J Environ Res Public Health. 2022 Oct 28;19(21):14081. doi: 10.3390/ijerph192114081. PMID: 36360956; PMCID: PMC9655847. |
Intervention is not conform the PICO of this module (any type of physical activity) |
Tarr, C. W., Rineer-Hershey, A., & Larwin, K. (2020). The Effects of Physical Exercise on Stereotypic Behaviors in Autism: Small-n Meta-Analyses. Focus on Autism and Other Developmental Disabilities, 35(1), 26-35. https://doi.org/10.1177/1088357619881220 |
Duplicate |
Sefen JAN, Al-Salmi S, Shaikh Z, AlMulhem JT, Rajab E, Fredericks S. Beneficial Use and Potential Effectiveness of Physical Activity in Managing Autism Spectrum Disorder. Front Behav Neurosci. 2020 Oct 22;14:587560. doi: 10.3389/fnbeh.2020.587560. PMID: 33192368; PMCID: PMC7642468. |
Wrong publication type (non-systematic literature review) |
Wong T, Falcomata TS, Barnett M. The Collateral Effects of Antecedent Exercise on Stereotypy and Other Nonstereotypic Behaviors Exhibited by Individuals with Autism Spectrum Disorder: A Systematic Review. Behav Anal Pract. 2022 Sep 19;16(2):407-420. doi: 10.1007/s40617-022-00746-0. PMID: 37187841; PMCID: PMC10169941. |
Includes single subject design studies only |
Varigonda, A, Edgcomb, JB, Zima, B. The impact of exercise in improving executive function impairments among children and adolescents with ADHD, autism spectrum disorder, and fetal alcohol spectrum disorder: a systematic review and meta-analysis. Revista de Psiquiatria Clínica. 2020 Oct 01;47:146-156. doi: 10.1590/0101-60830000000251 |
Outcome is not conform the PICO of this module (execute function) |
Verantwoording
Beoordelingsdatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 19-05-2025
De Nederlandse Vereniging voor Autisme autoriseert de richtlijn maar niet de module ‘Vroege interventies’ omdat zij zich niet kan vinden in de inhoud.
Algemene gegevens
De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS). De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijnmodule.
Samenstelling werkgroep
Voor het ontwikkelen van de richtlijnmodule is in 2022 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen (zie hiervoor de Samenstelling van de werkgroep) die betrokken zijn bij de zorg voor kinderen en jeugd met autismespectrumstoornissen. Alle werkgroepleden hebben deelgenomen aan de werkgroep om het perspectief van de vereniging te vertegenwoordigen.
Werkgroep
- Mevr. dr. Anna van der Miesen, arts-onderzoeker, Amsterdam UMC, Amsterdam, NVvP
- Mevr. dr. Annelies de Bildt, psycholoog, Accare, Groningen, NIP
- Mevr. Claudette Nouris, patiëntvertegenwoordiger, Landelijke Oudervereniging Balans
- Mevr. dr. Els Blijd-Hoogewys, klinisch psycholoog, Psychiatrie Noord, Groningen, NIP
- Mevr. dr. Fleur Velders, kinder- en jeugdpsychiater, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht, NVvP
- Mevr. drs. Gemma Witteman, jeugdarts, Karakter kinder- en jeugdpsychiatrie, Enschede, AJN jeugdartsen
- Mevr. dr. Janneke Zinkstok, kinder- en jeugdpsychiater, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen, NVvP
- Dhr. Jasper Wagteveld, ervaringsdeskundige, NVA
- Mevr. dr. Jopje Ruskamp, kinderarts, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht, NVK
- Dhr. drs. Jos Boer, verpleegkundig specialist, Dimence Groep, Deventer, V&VN
- Dhr. dr. Mathieu Pater, muziektherapeut, Muziek en Therapie, Vaktherapie Nederland
- Dhr. dr. Richard Vuijk, klinisch psycholoog - psychotherapeut, SARR Autisme Rotterdam – onderdeel van Antes Parnassia Groep, Rotterdam, NIP
- Mevr. dr. Wietske Ester, kinder- en jeugdpsychiater, Curium Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden en Sarr Autisme Rotterdam-Youz Kinder- en jeugdpsychiatrie, Rotterdam NVvP
- Dhr. prof. dr. Wouter Staal, kinder- en jeugdpsychiater, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen, NVvP
Klankbordgroep
- Mevr. prof. dr. Maretha de Jonge, orthopedagoog-generalist, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht, NVO
- Mevr. prof. dr. Tjitske Kleefstra, klinisch geneticus, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen, VKGN
Met ondersteuning van
- Mevr. drs. Beatrix Vogelaar, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
- Mevr. drs. Laura van Wijngaarden, junior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
- Dhr. drs. Toon Lamberts, senior-adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten
Belangenverklaringen
De Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement) hebben gehad. Gedurende de ontwikkeling of herziening van een module worden wijzigingen in belangen aan de voorzitter doorgegeven. De belangenverklaring wordt opnieuw bevestigd tijdens de commentaarfase. Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.
Werkgroeplid |
Functie |
Nevenfuncties |
Gemelde belangen |
Ondernomen actie |
Mevr. dr. Anna van der Miesen |
02-2023--04-2024: CAMH, Toronto, Canada: post-doc onderzoeker 02-2023-heden: Amsterdam UMC, lokatie VUmc, post-doc onderzoeker 04-2024-heden: GGZ inGeest, arts-assistent in opleiding tot psychiater |
* Archives of Sexual Behavior, International Journal of Transgender Health: editorial board member (onbetaald). * Faculty of General Education Initiative (GEI), World Professional Association for Transgender Health (betaald). * Scientific Committee, European Professional Association for Transgender Health (onbetaald). * Lid kerngroep Female Autism Network of the Netherlands (onbetaald).
|
* Robert Wood Johnson Foundation - Investigating Portable Components of the Netherlands Gender Affirming Care Policy to Improve Transgender Youth Health Outcomes in the United States (projectleider). * KNAW Ter Meulen beurs - Gender Diversity in a Prospective Clinical Youth Cohort: Prevalence Rates and Associations with Suicidality, Self-Harm, Mental Health Risks, and Protective Factors (projectleider). * Womenmind 2022 Postdoctoral Fellowship Competition - Sex Assigned at Birth, Gender Identity, and Gender Identity Diversity Differences in a Prospective Clinical Youth Cohort: Prevalence Rates and Associations with Suicidality, Self-Harm, Mental Health Risks, and Protective Factors (projectleider). * Discovery Fund 2022 Postdoctoral Fellowship – Declined. * Agis Innovatiefonds - Buitengewoon jezelf (geen projectleider).
* Arcus Foundation: Transgender Youth Outcomes Initiative: Understanding the Impacts of Trans Youth US State-BasedPolicies to Drive Policy and Public Perception Change (projectleider) * Womenmind 2023 Seed Funding Competition:An Intersectional Lens to Youth Wellness Hubs Ontario: Learning with Girls/Women and Gender Diverse Youth (geen projectleider) * Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Seksualiteit:Beyond Gender-Related Medical Care: The influence of Policies, Practices, and Contextual factors on Transgender Adolescent’s Mental Health and Wellbeing (projectleider) * General Research Fund Hong Kong University:Both sides now: Expressed and perceived gender (non)conformity and psychosocial wellbeing in Chinese community children (projectleider) womenmind 2024 Seed Funding Competition: Creating a * Community-Developed Self-Advocacy Tool for Autistic Gender-Diverse Adolescents for the Promotion of Wellbeing (geen projectleider) * Canadian Institutes of Health Research: Strengthening Youth Wellness Hubs Ontario's Learning Health System through Enhancing Measurement Based Care, Data Integration and Equity-focused Practices (geen projectleider)
Alle subsidies zijn charitatief (geen sponsoring door de industrie). |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Annelies de Bildt |
Psycholoog, Accare, Groningen. |
Stuurgroepvoorzitter ADOS en ADI-R
|
* ZonMw (08450012220002) Verbeteren van diagnostiek bij mensen met een matige of ernstige verstandelijke beperking (projectleider). * Auteur NL bewerking ADI-R en ADOS * ADOS en ADI-R trainer * Redacteur van een boek over autisme bij kinderen, uitgegeven in 2021, bij BSL. |
Geen restricties. |
Mevr. Claudette Nouris |
Patiëntvertegenwoordiger, Landelijke Oudervereniging Balans |
Geen. |
Geen. |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Els Blijd-Hoogewys |
Behandel Inhoudelijk Manager, Klinisch psycholoog en senior onderzoeker bij INTER-PSY (full-time)
Per 1 januari 2025 psycholoog bij Psychiatrie Noord. |
Mede-oprichter en voorzitter FANN (Female Autism Network of the Netherlands), onbetaald Voorzitter CASS18+ (consortium voor BIG geregistreerde behandelaars van volwassenen met autisme), onbetaald Lid Autisme Jonge Kind, landelijk expertise netwerk, onbetaald Lid Alliantie Gender & GGZ, namens NIP, onbetaald Organisator Nationaal Autisme Congres, deelname in winst/verlies Diverse lezingen over autisme, betaald |
Boeken over autisme geschreven of de redactie daarvan gedaan:
Mede-aanvrager van een onderzoek NWO, Breaking the cycle: an inclusive school environment outside the classroom for adolescents with ASD (geen projectleider). |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Fleur Velders |
Kinder- en jeugdpsychiater, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht |
Nederlands Jeugd Instituut; commissielid erkenningscommissie jeugdinterventies (vacatiegelden) |
* Zorginstituut Nederland, Samen beslissen in de praktijk met kinderen, gericht op kinderen met psychische klachten (geen projectleider). |
Geen restricties. |
Mevr. drs. Gemma Witteman |
Jeugdarts, Karakter kinder- en jeugdpsychiatrie, Enschede
Werkzaamheden diagnostiek en behandeling van kinderen met ASS |
Geen. |
Geen. |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Janneke Zinkstok |
Kinder- en jeugdpsychiater, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen |
* Redactie Tijdschrift voor Psychiatrie (onbetaald, maar vacatiegelden) * Ethics committee internatinal society psycho genetics |
* ZonMW, COFIT-PSY project: Gevolgen van COVID-19-maatregelen voor mensen met psychiatrische aandoeningen (projectleider). * Radboudumc Principal Clinician subsidie voor innovatie project om ouders van kinderen met aangeboren ontwikkelingsstoornissen te ondersteunen (projectleider). * Agis innovatiefonds subsidie voor project om ervaringsdeskundigheid te ontsluiten voor jongeren met autism en licht verstandelijke beperking (projectleider). * ZonMW middellang - Een verloren generatie? Effecten van de COVID-19 pandemie op de mentale gezondheid van jongeren (geen projectleider)
|
Geen restricties. |
Dhr. Jasper Wagteveld |
Ervaringsdeskundig adviseur, Dokter Bosman |
Geen. |
Geen. |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Jopje Ruskamp |
Kinderarts, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht |
Geen. |
Geen. |
Geen restricties. |
Dhr. drs. Jos Boer |
Verpleegkundig specialist, Dimence Groep, Deventer
Per januari 2023 bij het Specialistisch Centrum Ontwikkelingsstoornissen (SCOS). |
Promovendus Brain Division UMC Utrecht |
Geen. |
Geen restricties. |
Dhr. dr. Mathieu Pater |
Muziektherapeut, ZZP. |
Geen. |
Geen. |
Geen restricties. |
Dhr. dr. Richard Vuijk |
Klinisch psycholoog - psychotherapeut, SARR Autisme Rotterdam – onderdeel van Antes Parnassia Groep, Rotterdam, NIP |
Eigen praktijk voor scholing AutismeSpectrumNederland. |
Auteur: Werkwijzer - Psychodiagnostiek autismespectrumstoornis volwassenen (2018) en Nederlands Interview voor Diagnostiek Autismespectrumstoornis bij volwassenen (NIDA) – Handleiding en Interview |
Geen restricties. |
Mevr. dr. Wietske Ester |
Kinder- en jeugdpsychiater, Youz Kinder- en jeugdpsychiatrie, SARR Autisme, Rotterdam. Associate Professor, kinder- en jeugdpasychiater, Curium-LUMC, Leiden. |
Geen. |
* Parnassia Groep, IMDAD studie, autisme, jeugd en ouders (projectleider). * Korczak stichting, Tandem studie, autisme, jeugd en ouders (projectleider). * ZonMW, Academische Werkplaats Autisme, Projectgroep 2 hulp, behandeling en medicatie. Inmiddels afgerond, mede-trekker. * Parnassia Academie, 3e PhD Tandem studie, autisme, jeugd, ouders (projectleider). * Curium-LUMC, PhD AWA; Lifelines, autisme, volwassenen (projectleider). |
Geen restricties. |
Dhr. prof. dr. Wouter Staal |
Kinder- en jeugdpsychiater, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen |
* Ambasadeur NVA / balans (patiënten-vereniging) * Voorzitter Wetenschappelijke Raad, Kennis Centrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie * Vicevoorzitter visitatie commissie TOP-GGz * Bestuurslid Nederlands Autisme Register (NAR) * Lid Autism Europe * Bestuurslid en mede oprichter DREAMS * Lid kerngroep Autisme Jonge kind * Consulent huisartsen praktijken Thermion en Oosterhout * Lid stuurgroep Pro Desing your life (RAAK, NWO) * Lid stuurgroep lectoraat JP Teunisse- ASS levensloop * Lid RINO expertgroep autisme |
* Enactive Mind Autisme: van denkwijze naar werkwijze. (NWO, RAAK) Teunisse JP, Orgassa A, Swinkels E, Leenders J, Staal WG, Tomese E, van Hunsel E, Kok L, Zandvliet S, Strijbos D. NWO (1000k) * CURE4LIFE: Development and societal impact of stem cell based genetic medicines, Staal FJT, ….Staal WG…Bartels (NWO, NWA-ORC) (5574k) * Ontregeling omringd. Een normatief-empirisch onderzoek naar morele en juridische vraagstukken bij intensieve netwerkzorg thuis voor jongeren met ernstige mentale problemen. Van Gurp JLP, van der Meer AF…Staal WG… Lindauer R (ZonMw). (200k) * Design Your Life (NWO), van Dijk J, van der Voort M, Staal WG (350k) * A multi-modal lifestyle intervention program in routine clinical care for children with mental disorders. Staal WG (main applicant), Muskens J, Rommelse N, Klip H, Cahn W, J Deenink,Oomen M, Pillen S, Roosenstiel I, Schene A. (500k) * Personalised interventions to support active leisure time for social (re)integration in psychosis. (NWO, MOVE-2). Cahn W, van Meijel B, Backx F, Schnack H, Deenink J, Swildens W, Staal WG, Koomen L, Jorg F, Scheepers F. (350k) * Pegasus: Equine-assisted Therapy for therapy-resistant adolescents with autism spectrum disorders, a multiple baseline ABA-study’ (ZonMW).Rommelse N, den Boer J, Klip H, Staal WG, Blonk A, Henke K, van Noort E, Tielkens M, van Rosmalen S. (440k) * ProMiSe: Tackling defective Prefrontal development in Mendelian Syndromes (NWO) . Kolk S, Staal WG, Kleefsta T, Egger J, Swaab H, Santen G, Jacobs F. (1600k) * Perspectief wisseling van leerkracht en in het omgaan met leerlinggedrag in de klas (NRO- NWO). Walraven M, Staal WG, Ottenheym A enTruijens P (400k) |
Geen restricties. |
Klankbordgroeplid |
Functie |
Nevenfuncties |
Gemelde belangen |
Ondernomen actie |
Tjitske Kleefstra |
Klinisch geneticus Radboudumc |
Werkgroeplid richtlijn Etiologische diagnostiek bij kinderen met een ontwikkelingsachterstand/ verstandelijke beperking (NVK) |
Ik heb extern gefinancierd onderzoek (ZonMW) maar dat betreft fundamenteel onderzoek |
Geen restricties |
Maretha de Jonge |
Hoogleraar Orthopedagogiek, Universiteit Leiden |
- Hoofdopleider OG opleiding regio Leiden/R'dam/Utrecht, Stichting BOPP-WEST en RINOgroep, gedetacheerd door Universiteit Leiden waardoor geen extra inkomsten - initiator/oprichter en adviseur van de Stichting behandeling selectief mutisme, onbezoldigd - Lid wetenschappelijke adviesraad Kenniscentrum Kinder en Jeugdpsychiatrie, onbezoldigd - Initiator en voorzitter Stichting Nour, onbezoldigd - Bestuurslid Stichting Jong, onbezoldigd - Lid landelijke stuurgroep ADI-R en ADOS trainingen en docent in ADI-R en ADOS-2 trainingen, uurvergoeding komt ten goede aan researchbudget persoonlijk in te zetten researchgelden, Universiteit Leiden - Vertaler van ADI-R en ADOS-2, auteursvergoeding (2,5% van de opbrengsten van de uitgeverij Hogrefe) komt ten goede aan mijn oud-werkgever UMC Utrecht |
Grotendeels 1e geldstroom, kleine subsidie van het Leids Universiteits Fonds/ Tiny & Anne van Doorne Fonds 5000,- |
Geen restricties |
Inbreng patiëntenperspectief
Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door afgevaardigden van de verenigingen Landelijke Oudervereniging Balans en Nederlandse Vereniging voor Autisme te betrekken in de werkgroep. De verkregen input is meegenomen bij het opstellen van de uitgangsvragen, de keuze voor de uitkomstmaten en bij het opstellen van de overwegingen (zie kop “Waarden en voorkeuren van patiënten”). De inhoud van de modules ‘Vroege interventies’ en ‘Randvoorwaarden’ zijn tevens in conceptversie besproken binnen een focusgroep met deelnemers vanuit MIND, het Nederlands Autisme Register (NAR), De Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA) en Landelijke Oudervereniging Balans. Eventueel aangeleverde commentaren zijn meegewogen in de eindformuleringen.
Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de Wkkgz
Bij de richtlijn is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling zijn richtlijnmodules op verschillende domeinen getoetst (zie het stroomschema op de Richtlijnendatabase).
Module |
Uitkomst raming |
Toelichting |
Psychomotorische therapie (PMT) |
Geen financiële gevolgen |
Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (5.000-40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet of dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft.
Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht. |
Werkwijze
AGREE
Deze richtlijnmodule is opgesteld conform de eisen vermeld in het rapport Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 van de adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. Dit rapport is gebaseerd op het AGREE II instrument (Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation II; Brouwers, 2010).
Knelpuntenanalyse en uitgangsvragen
Tijdens de voorbereidende fase inventariseerde de werkgroep de knelpunten in de zorg voor kinderen en jongeren met autisme. Tevens zijn er knelpunten aangedragen door de Academische werkplaats autisme (AWA), Beroepsvereniging van professionals in sociaal werk (BPSW), Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), Landelijke Beroepsgroep voor Begeleiders Onderwijs (LBBO), Landelijke Beroepsgroep Remedial Teachers (LBRT), MIND,
Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Nederlandse Associatie Physician Assistants (NAPA), Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), Nederlandse Vereniging Artsen Verstandelijk Gehandicapten (NVAVG), Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen (NVO), Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ), Praktijkondersteuners geestelijke gezondheidszorg (POH-ggz), Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ), Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG), Vereniging Klinische Genetica Nederland (VKGN), Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN), Zorginstitituut Nederland (ZiNL) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) via een enquête. Op basis van de uitkomsten van de knelpuntenanalyse zijn door de werkgroep concept-uitgangsvragen opgesteld en definitief vastgesteld.
Uitkomstmaten
Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant zijn, waarbij zowel naar gewenste als ongewenste effecten werd gekeken. Hierbij werd uit oogpunt van praktische uitvoerbaarheid een maximum van acht uitkomstmaten gehanteerd. De werkgroep waardeerde deze uitkomstmaten volgens hun relatieve belang bij de besluitvorming rondom aanbevelingen, als cruciaal (kritiek voor de besluitvorming), belangrijk (maar niet cruciaal) en onbelangrijk. Tevens definieerde de werkgroep tenminste voor de cruciale uitkomstmaten welke verschillen zij klinisch (patiënt) relevant vonden.
Methode literatuursamenvatting
Een uitgebreide beschrijving van de strategie voor zoeken en selecteren van literatuur is te vinden onder ‘Zoeken en selecteren’ onder Onderbouwing. Indien mogelijk werd de data uit verschillende studies gepoold in een random-effects model. Review Manager 5.4 werd gebruikt voor de statistische analyses. De beoordeling van de kracht van het wetenschappelijke bewijs wordt hieronder toegelicht.
Beoordelen van de kracht van het wetenschappelijke bewijs
De kracht van het wetenschappelijke bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methode. GRADE staat voor ‘Grading Recommendations Assessment, Development and Evaluation’ (zie http://www.gradeworkinggroup.org/). De basisprincipes van de GRADE-methodiek zijn: het benoemen en prioriteren van de klinisch (patiënt) relevante uitkomstmaten, een systematische review per uitkomstmaat, en een beoordeling van de bewijskracht per uitkomstmaat op basis van de acht GRADE-domeinen (domeinen voor downgraden: risk of bias, inconsistentie, indirectheid, imprecisie, en publicatiebias; domeinen voor upgraden: dosis-effect relatie, groot effect, en residuele plausibele confounding).
GRADE onderscheidt vier gradaties voor de kwaliteit van het wetenschappelijk bewijs: hoog, redelijk, laag en zeer laag. Deze gradaties verwijzen naar de mate van zekerheid die er bestaat over de literatuurconclusie, in het bijzonder de mate van zekerheid dat de literatuurconclusie de aanbeveling adequaat ondersteunt (Schünemann, 2013; Hultcrantz, 2017).
GRADE |
Definitie |
Hoog |
|
Redelijk |
|
Laag |
|
Zeer laag |
|
Bij het beoordelen (graderen) van de kracht van het wetenschappelijk bewijs in richtlijnen volgens de GRADE-methodiek spelen grenzen voor klinische besluitvorming een belangrijke rol (Hultcrantz, 2017). Dit zijn de grenzen die bij overschrijding aanleiding zouden geven tot een aanpassing van de aanbeveling. Om de grenzen voor klinische besluitvorming te bepalen moeten alle relevante uitkomstmaten en overwegingen worden meegewogen. De grenzen voor klinische besluitvorming zijn daarmee niet één op één vergelijkbaar met het minimaal klinisch relevant verschil (Minimal Clinically Important Difference, MCID). Met name in situaties waarin een interventie geen belangrijke nadelen heeft en de kosten relatief laag zijn, kan de grens voor klinische besluitvorming met betrekking tot de effectiviteit van de interventie bij een lagere waarde (dichter bij het nuleffect) liggen dan de MCID (Hultcrantz, 2017).
Overwegingen (van bewijs naar aanbeveling)
Om te komen tot een aanbeveling zijn naast (de kwaliteit van) het wetenschappelijke bewijs ook andere aspecten belangrijk en worden meegewogen, zoals beschikbaarheid, waarden en voorkeuren van patiënten, kosten (middelenbeslag), aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie. Deze aspecten zijn systematisch vermeld en beoordeeld (gewogen) onder het kopje ‘Overwegingen’ en kunnen (mede) gebaseerd zijn op expert opinion. Hierbij is gebruik gemaakt van een gestructureerd format gebaseerd op het evidence-to-decision framework van de internationale GRADE Working Group (Alonso-Coello, 2016a; Alonso-Coello 2016b). Dit evidence-to-decision framework is een integraal onderdeel van de GRADE methodiek.
Formuleren van aanbevelingen
De aanbevelingen geven antwoord op de uitgangsvraag en zijn gebaseerd op het beschikbare wetenschappelijke bewijs en de belangrijkste overwegingen, en een weging van de gunstige en ongunstige effecten van de relevante interventies. De kracht van het wetenschappelijk bewijs en het gewicht dat door de werkgroep wordt toegekend aan de overwegingen, bepalen samen de sterkte van de aanbeveling. Conform de GRADE-methodiek sluit een lage bewijskracht van conclusies in de systematische literatuuranalyse een sterke aanbeveling niet a priori uit, en zijn bij een hoge bewijskracht ook zwakke aanbevelingen mogelijk (Agoritsas, 2017; Neumann, 2016). De sterkte van de aanbeveling wordt altijd bepaald door weging van alle relevante argumenten tezamen. De werkgroep heeft bij elke aanbeveling opgenomen hoe zij tot de richting en sterkte van de aanbeveling zijn gekomen.
In de GRADE-methodiek wordt onderscheid gemaakt tussen sterke en zwakke (of conditionele) aanbevelingen. De sterkte van een aanbeveling verwijst naar de mate van zekerheid dat de voordelen van de interventie opwegen tegen de nadelen (of vice versa), gezien over het hele spectrum van patiënten waarvoor de aanbeveling is bedoeld. De sterkte van een aanbeveling heeft duidelijke implicaties voor patiënten, behandelaars en beleidsmakers (zie onderstaande tabel). Een aanbeveling is geen dictaat, zelfs een sterke aanbeveling gebaseerd op bewijs van hoge kwaliteit (GRADE gradering HOOG) zal niet altijd van toepassing zijn, onder alle mogelijke omstandigheden en voor elke individuele patiënt.
Implicaties van sterke en zwakke aanbevelingen voor verschillende richtlijngebruikers |
||
|
||
|
Sterke aanbeveling |
Zwakke (conditionele) aanbeveling |
Voor patiënten |
De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen en slechts een klein aantal niet. |
Een aanzienlijk deel van de patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen, maar veel patiënten ook niet. |
Voor behandelaars |
De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak moeten ontvangen. |
Er zijn meerdere geschikte interventies of aanpakken. De patiënt moet worden ondersteund bij de keuze voor de interventie of aanpak die het beste aansluit bij zijn of haar waarden en voorkeuren. |
Voor beleidsmakers |
De aanbevolen interventie of aanpak kan worden gezien als standaardbeleid. |
Beleidsbepaling vereist uitvoerige discussie met betrokkenheid van veel stakeholders. Er is een grotere kans op lokale beleidsverschillen. |
Organisatie van zorg
In de knelpuntenanalyse en bij de ontwikkeling van de richtlijnmodule is expliciet aandacht geweest voor de organisatie van zorg: alle aspecten die randvoorwaardelijk zijn voor het verlenen van zorg (zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, mankracht en infrastructuur). Randvoorwaarden die relevant zijn voor het beantwoorden van deze specifieke uitgangsvraag zijn genoemd bij de overwegingen. Meer algemene, overkoepelende, of bijkomende aspecten van de organisatie van zorg worden behandeld in de module Randvoorwaarden.
Commentaar- en autorisatiefase
De conceptrichtlijnmodule werd aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd ter commentaar. De commentaren werden verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren werd de conceptrichtlijnmodule aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep. De definitieve richtlijnmodule werd aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd voor autorisatie en door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd.
Literatuur
Agoritsas T, Merglen A, Heen AF, Kristiansen A, Neumann I, Brito JP, Brignardello-Petersen R, Alexander PE, Rind DM, Vandvik PO, Guyatt GH. UpToDate adherence to GRADE criteria for strong recommendations: an analytical survey. BMJ Open. 2017 Nov 16;7(11):e018593. doi: 10.1136/bmjopen-2017-018593. PubMed PMID: 29150475; PubMed Central PMCID: PMC5701989.
Alonso-Coello P, Schünemann HJ, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Rada G, Rosenbaum S, Morelli A, Guyatt GH, Oxman AD; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 1: Introduction. BMJ. 2016 Jun 28;353:i2016. doi: 10.1136/bmj.i2016. PubMed PMID: 27353417.
Alonso-Coello P, Oxman AD, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Vandvik PO, Meerpohl J, Guyatt GH, Schünemann HJ; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 2: Clinical practice guidelines. BMJ. 2016 Jun 30;353:i2089. doi: 10.1136/bmj.i2089. PubMed PMID: 27365494.
Brouwers MC, Kho ME, Browman GP, Burgers JS, Cluzeau F, Feder G, Fervers B, Graham ID, Grimshaw J, Hanna SE, Littlejohns P, Makarski J, Zitzelsberger L; AGREE Next Steps Consortium. AGREE II: advancing guideline development, reporting and evaluation in health care. CMAJ. 2010 Dec 14;182(18):E839-42. doi: 10.1503/cmaj.090449. Epub 2010 Jul 5. Review. PubMed PMID: 20603348; PubMed Central PMCID: PMC3001530.
Hultcrantz M, Rind D, Akl EA, Treweek S, Mustafa RA, Iorio A, Alper BS, Meerpohl JJ, Murad MH, Ansari MT, Katikireddi SV, Östlund P, Tranæus S, Christensen R, Gartlehner G, Brozek J, Izcovich A, Schünemann H, Guyatt G. The GRADE Working Group clarifies the construct of certainty of evidence. J Clin Epidemiol. 2017 Jul;87:4-13. doi: 10.1016/j.jclinepi.2017.05.006. Epub 2017 May 18. PubMed PMID: 28529184; PubMed Central PMCID: PMC6542664.
Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 (2012). Adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwalitieit. http://richtlijnendatabase.nl/over_deze_site/over_richtlijnontwikkeling.html
Neumann I, Santesso N, Akl EA, Rind DM, Vandvik PO, Alonso-Coello P, Agoritsas T, Mustafa RA, Alexander PE, Schünemann H, Guyatt GH. A guide for health professionals to interpret and use recommendations in guidelines developed with the GRADE approach. J Clin Epidemiol. 2016 Apr;72:45-55. doi: 10.1016/j.jclinepi.2015.11.017. Epub 2016 Jan 6. Review. PubMed PMID: 26772609.
Schünemann H, Brożek J, Guyatt G, et al. GRADE handbook for grading quality of evidence and strength of recommendations. Updated October 2013. The GRADE Working Group, 2013. Available from http://gdt.guidelinedevelopment.org/central_prod/_design/client/handbook/handbook.html.
Zoekverantwoording
Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.