Herziene richtlijnmodules over Epilepsie

Herziene richtlijnmodules over Epilepsie

Binnen het richtlijncluster Epilepsie zijn zes modules herzien.

 

Deze herziene richtlijn is bestemd voor zorgverleners in ziekenhuizen (de tweede lijn) die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met epilepsie, evenals artsen voor verstandelijk gehandicapten (artsen VG). De herziene modules geven antwoord op veelvoorkomende vragen over het voorschrijven en gebruiken van anti-aanvalsmedicatie, met aandacht voor specifieke situaties zoals zwangerschap, vaderschap, fractuurrisico en secundaire epilepsie na beroerte. Ook is er een duidelijke aanbeveling over het bespreken van SUDEP (Sudden Unexpected Death in Epilepsy).

 

Inhoud van de richtlijn

De herziening bevat onder andere de volgende conclusies en aanbevelingen:

  • Bij ongeclassificeerde aanvallen is het advies om anti-aanvalsmedicatie te kiezen die geschikt is voor zowel focale als gegeneraliseerde aanvallen.
  • Anti-aanvalsmedicatie vergroot het risico op osteoporose. Aan alle patiënten wordt suppletie met vitamine D geadviseerd. Voor patiënten ouder dan 60 jaar is er een screeningslijst beschikbaar om te bepalen of verder onderzoek naar osteoporose nodig is.
  • Mannen met epilepsie die vader willen worden, kunnen hun reguliere medicatie doorgaans blijven gebruiken.
  • Preventieve medicatie na een beroerte is niet aanbevolen ter voorkoming van epilepsie.
  • SUDEP moet besproken worden met alle patiënten, bij voorkeur kort na de diagnose.

Samenwerking

De herziening is onderdeel van de vierde cyclus binnen het richtlijncluster Epilepsie. Het traject is begeleid door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten en gefinancierd door de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).

 

Bekijk de richtlijn