De richtlijnendatabase is de centrale plek voor evidence based richtlijnen van alle specialismen.
Ontwikkeld door medisch specialisten gelieerd aan de wetenschappelijke verenigingen en het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.
Zoeken
512 resultaten voor '"na hodgkinlymfoom"'
-
Pre-analytische aspecten bij laboratoriumonderzoek m.b.t. analyse bloedingsneiging
- Zwangerschap
- FVII bleef verhoogd tot enkele dagen na de bevalling.
- bevinding kan gebruikt worden om laboratoriumonderzoek naar bloedingsneiging bij patiënten met hoge verdenking uit te voeren, bij voorkeur >2 maanden na
- Daarnaast moet men er ook op bedacht zijn dat de effecten van de zwangerschap kunnen aanhouden tot 2 maanden na de bevalling.
- Volbloed
- De PT, TT, D-dimeren antitrombine en fibrinogeen bleven wel stabiel na 24 uur na bloedafname bij kamertemperatuur.
- LTA PRP en PPP dient te worden bewaard bij kamertemperatuur en binnen 24 uur na afname dienen alle analyses te zijn afgerond.
- Verwerking tot plaatjes-arm-plasma (PPP)
- Daarnaast werden er geen significante effecten geobserveerd in het analyseren van de PT, aPTT en FVIII na de eerste en tweede centrifugestap.
- (3B, n=3) Daarnaast adviseert de CLSI dat deze centrifugestappen elke 6 maanden gecontroleerd moeten worden of na elke aanpassing van de het centrifugeproces
- De centrifuge instellingen moeten elke 12 maanden gecontroleerd worden of na elke aanpassing van de het centrifugeproces om zo steeds gestandaardiseerd
- Voeding
- Na 1 en 4 uur na consumptie vond men significant hogere antitrombine activiteit en na 2 uur een significant verkorte aPTT.
- (Intensieve) lichamelijke inspanning
- Deze stollingsfactoren waren tot 24 uur na de intensieve inspanning verhoogd.
- Koffie
- Echter, geen verschillen in trombocyten functie werden gevonden door Polagruto et al. (2003) 2 en 6 uur na consumptie van koffie.
- Plasma
- Daarbij bleef de aPTT echter maar 8 uur stabiel na bloedafname bij kamertemperatuur.
- Volgorde van buisafname
- werd er gekeken naar het effect van buisafname volgorde op de PT/INR en aPTT, wanneer een citraatbuis werd afgenomen als eerste buis, tweede buis of na
- Mentale stress
- InaPTTenstelling tot deze beviFVIIIen vond Snietrombinetijd1996) in 61 mannen en 141FVIIIwen een verlaging van fibrinogeen en vWF antigeen na het induceren
- Roken
- Daarnaast observeerde Pamukcu et al. (2011) een verkorting van CT-waarde, gemeten met de PFA-100 na het roken van een sigaret, wat duidt op een verhoogde
- Zwangerschap
-
Vrijgave van laboratoriumuitslagen
-
Dravetsyndroom
- Voorkomen van epileptische aanvallen bij Dravetsyndroom
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Reviewfilter Mewasingh, 2014
- Ga na met ouders/verzorgers van personen met het Dravetsyndroom of de veel voorkomende uitlokkende factoren (koorts, warmte (bad), infectie, inspanning
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 17 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en 1 studie definitief geselecteerd.
- Mogelijk hebben kinderen die eerder een aanval na een vaccinatie kregen, een hogere kans om na een volgende vaccinatie opnieuw een aanval te krijgen (Verbeek
- Genetische diagnostiek Dravetsyndroom
- Er werd gesproken van een koortsstuip als binnen 1 uur na de aanval een temperatuur van ≥38,5°C werd gemeten.
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Wong, 2016 Vergelijking patiënten
- maanden Overweeg bij kinderen jonger dan 12 maanden genetische diagnostiek naar het Dravetsyndroom bij: 2 of meer aanvallen, focaal of gegeneraliseerd, na
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 36 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en 5 studies definitief geselecteerd.
- patiëntenperspectief De professionals en oudervertegenwoordigers in de werkgroep zijn van mening dat het aantonen van een SCN1A-mutatie zo snel mogelijk na
- Anti-aanvalsmedicatie bij Dravetsyndroom
- Overweeg, na toepassing van bovenstaande therapieën, indien de frequentie van convulsieve aanvallen hoog blijft, het toevoegen van (alfabetische volgorde
- Een echocardiografie moet worden verricht voor de start met fenfluramine, en elke 6 maanden na start, gedurende de eerste 2 jaar, nadien jaarlijks (ref
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde het cluster welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Behandelteam rondom het Dravetsyndroom
- Na het stellen van de diagnose Dravetsyndroom wordt het behandelteam samengesteld.
- Vorm na het stellen van de klinische diagnose Dravetsyndroom een behandelteam.
- Een herhalingsonderzoek na 6 maanden is aan te bevelen, om naar aanleiding van het onderzoek adviezen op maat te gevenom communicatie zo lang mogelijk
- Communicatie met ouders bij Dravetsyndroom
- Hierbij wordt vooral nader ingegaan op punten die belangrijk zijn tijdens de eerste twee gesprekken na diagnose.
- Tweede gesprek na diagnose tussen arts/epilepsieverpleegkundige en ouders (maximaal vier weken na eerste gesprek) Hoe gaat het op medisch vlak met de
- Saturatiebewaking bij Dravetsyndroom
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Kim 2018 Video-observatie van
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 31 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en 0 studies definitief geselecteerd.
- hypersalivatie, ictale tachycardie, ictale bradycardie, ictale cardiale repolarisatie afwijkingen, verminderde Heart Rate Variabilitiy en afvlakking van het EEG na
- Niet-medicamenteuze behandeling van epilepsie bij Dravetsyndroom
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Reviewfilter Brigo, 2017
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 3 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en geen studies definitief geselecteerd.
- Opgemerkt moet worden dat de bijwerkingen na staken van het dieet volledig reversibel zijn.
- Diagnostische criteria Dravetsyndroom
- klinische diagnose als: er geen langdurige aanvallen zijn (>10 minuten) koorts/hyperthermie geen uitlokker voor aanvallen is er na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde het cluster welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Status epilepticus bij Dravetsyndroom
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie RCT-filter Ito, 2017
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens vier studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en geen studies definitief geselecteerd.
- Monitoring gedrag en cognitie bij Dravetsyndroom
- Tabel 1b Tijdspad en frequentie van controles voor cognitie en gedrag Tijdspad Frequentie Peuter/kleuterfase Na
- Voorkomen van epileptische aanvallen bij Dravetsyndroom
-
Acute, primaire schouderluxaties
- Immobilisatie
- Wat is de waarde van immobilisatie van de schouder na een primaire, anterieure schouderluxatie?
- Overweeg om geen strikte immobilisatie toe te passen bij patiënten na een gereponeerde, anterieure schouderluxatie, maar te volstaan met het aanleggen
- Er werden zeven gerandomiseerde studies geïncludeerd, waarin het aantal re-luxaties na één jaar follow-up werd gerapporteerd.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Primaire diagnostiek
- anterieure schouderluxatie varieert van acht tot 48 per 100.000 inwoners per jaar, waarbij in Nederland nagenoeg al deze patiënten een röntgenfoto voor- en na
- Maak bij voorkeur wel een röntgenfoto na repositie.
- Ten aanzien van de conventionele röntgendiagnostiek valt onderscheid te maken tussen de foto voor- en na een eventuele repositie.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Operatieve behandeling
- Het hoge percentage complicaties, vooral bij jonge volwassenen, zoals terugkerende instabiliteit, restklachten en onvermogen om weer te gaan sporten na
- Wat is de waarde van een operatieve behandeling na een primaire, anterieure schouderluxatie bij volwassenen?
- Sommige voorspellers voor recidief na niet-operatieve behandeling van een eerste luxatie zijn de voorspellers van recidief na een operatief (arthroscopische
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Vervolgbehandeling (operatie wel/niet, fysiotherapie, vroegdetectie gecompliceerd beloop)
- Na succesvolle repositie van een schouderluxatie volgt de keuze om een operatieve stabilisatie te verrichten of om een conservatief revalidatietraject
- Plan bij voorkeur een week na een primaire anterieure schouderluxatie een controle consult bij de traumachirurg of orthopeed ter educatie (prognose, nadelen
- Wanneer patiënten zich na drie maanden melden met persisterende pijnklachten en/of instabiliteitsklachten na een schouderluxatie is er een indicatie om
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Fysiotherapeutische behandeling
- belemmerende factor) Overweeg in samenspraak met de patiënt een interdisciplinair eerstelijns traject te starten indien er sprake is van kinesiofobie na
- Na een anterieure schouderluxatie is er een grote kans op neurologische schade (Visser, 1999).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Prognostische factoren
- Echter, het is niet duidelijk welke factoren voorspellend zijn voor een recidief luxatie of terugkerende instabiliteit na een anterieure schouderluxatie
- Welke factoren zijn voorspellend voor instabiliteit op de lange termijn bij (jonge) patiënten na een primaire, gereponeerde anterieure schouderluxatie?
- In de literatuur (zie module 5 van deze richtlijn) lijkt het aantal complicaties na chirurgische behandeling na een schouderluxatie laag.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Pijnstilling bij repositie
- Na een afweging door werkgroep en op basis van de beschikbare literatuur is er gekozen om binnen de huidige richtlijn de pijnstillingsmodaliteiten te evalueren
- literatuuronderzoek uitgevoerd naar het effect van een intra-articulaire lidocaïne injectie op de pijn, in vergelijking met matig diepe sedatie, bij repositie na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Startpagina
- behandeling na een acute, primaire schouderluxatie; De organisatie van zorg rondom een acute, primaire schouderluxatie.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Repositietechnieken
- bleek ook hier zeer laag, waardoor er veel onzekerheid heerst over het effect van een repositietechniek op basis van tractie op ‘succesvolle repositie na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Organisatie van zorg
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Immobilisatie
-
Preventie van valincidenten bij ouderen
- Valrisicobeoordeling ouderen in ziekenhuis
- Hierbij dient de multifactoriële valrisicobeoordeling zo snel mogelijk na opname opgestart te worden en minimaal binnen 48 uur na opname afgerond te zijn
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 11 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en vier studies definitief geselecteerd.
- Voer deze beoordeling zo snel mogelijk uit nadat is vastgesteld dat er sprake is van een verhoogd valrisico, maar in ieder geval binnen 48 uur na opname
- Schatting valrisico ouderen in het ziekenhuis
- Cut-off point(s): Na Comparator test[2]: Not compared Cut-off point(s): NA Describe reference test[3]: Falls.
- Verricht altijd een multifactoriële valrisicobeoordeling na een val in het ziekenhuis.
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 35 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel) en twee studies definitief geselecteerd.
- Voer daarnaast altijd een multifactoriële valbeoordeling uit na een val in het ziekenhuis.
- Niet-medicamenteuze behandeling van orthostatische hypotensie
- staan of na 60 graden omhoog kantelen met een kanteltafel.
- therapie; Aanleren contra-manoeuvres zoals benen kruisen, aanspannen bovenbeen- en heupspieren ter verhoging van de bloeddruk; Bij klachten van hypotensie na
- Door dit te herhalen enkele weken na aanpassing van de vocht en zoutinname kan direct feedback worden gegeven.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde het cluster welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Schatting valrisico bij thuiswonende ouderen
- In 2015 overleden 1129 65-plussers na een val in of om het huis (CBS, VeiligheidNL).
- follow-up data beschikbaar; drie vanwege geen interesse meer om deel te nemen aan de studie en zeven vanwege het ontbreken van beschikbare valkalenders na
- Cut-off point(s): 9 out of 10 Comparator test: NA Cut-off point(s): NA Describe reference test: Fall Cut-off point(s): NA
- Na raadpleging van de volledige tekst werden vervolgens 97 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en drie studies definitief geselecteerd.
- Dit instrument is afgeleid van een instrument ontwikkeld door Peeters (2011) om het herhaalrisico na een eerste val in te schatten.
- Organisatie van zorg bij valpreventie ouderen
- Overweeg het maken van regionale afspraken met verpleeghuisinstellingen met betrekking tot geriatrische revalidatiezorg na een val. 2.
- Toenemend presenteren ouderen zich met valletsel na een val op de Spoedeisende Hulp.
- Cardiovasculaire oorzaken voor vallen
- Zes studies rapporteerden een positieve associatie met vallen na multivariate correcties; vijf studies een associatie na univariate analyse, 14 studies
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 108 studies geëxcludeerd en 86 studies geselecteerd.
- Indien er geen reactie van bloeddruk of hartslag optreedt na sinus caroticus massage in liggende positie, dient de test te worden herhaald na omhoog kantelen
- Schatting valrisico ouderen in verpleeghuis
- , 2011 Ex-revalidanten Persson, 2011 Stroke unit populatie patiënten 1 week na CVA Sherrington, 2010 Ontwikkeling van
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 20 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel) en 7 studies definitief geselecteerd.
- Lee vond dat met name de 10-minuten looptest en de Berg Balans test voorspellend waren voor een unieke groep, namelijk ex –revalidanten na CVA die gevallen
- Verlaging valrisico ouderen in ziekenhuis
- Over het algemeen kreeg de controlegroep geen ondersteuning na ontslag.
- Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Exercises Anonynmous, 2015
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 39 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en acht studies definitief geselecteerd.
- Het valrisico is de eerste maanden na ontslag verhoogd door de onderliggende ziekte en de behandeling daarvan (ref Hill et al.).
- Beoordeling valrisicoverhogende medicatie
- Ook is het onduidelijk hoe het vervolg na medicatieafbouw in het kader van valpreventie er idealiter uit zou moeten zien.
- NA Reason: NA, cross-sectional analysis.
- Duizeligheid) evenals (2) welke symptomen en klachten na afbouw vervolgd dienen te worden (bv. stemmingsklachten).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde het cluster welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Verlaging valrisico ouderen in verpleeghuis
- Valfrequentie Twee trials hebben valfrequentie geëvalueerd na een medicatie beoordeling.
- Tabel Exclusie na het lezen van het volledige artikel Auteur en jaartal Redenen van exclusie Abdelbari, 2012 Ziekenhuispatiënten
- Na raadpleging van de volledige tekst, werden vervolgens 41 studies geëxcludeerd (zie exclusietabel), en zes studies definitief geselecteerd.
- medicatiebeoordeling kan worden uitgevoerd door de arts zijn: standaard twee keer per jaar bij alle bewoners, bij elke nieuwe opname in het verpleeghuis en na
- Valrisicobeoordeling ouderen in ziekenhuis
-
Wervelkolomgerelateerde pijnklachten lage rug
- Invasieve interventies bij facetpijn
- De RCTs van Manchikantiet al. (2001; 2008) laten de resultaten zien na 3, 6 en 12 maanden, de RCT van Carette toont de resultaten na 1 en 6 maanden.
- Na 1y 1,2 punt meer daling in voordeel van de RF groep.
- proefblokkade van de mediale tak van de ramus dorsalis van de segmentale zenuwen L3/S1 of inclusief een intra-articulaire injectie waarbij binnen 30-60 minuten na
- Na zorgvuldige selectie van patiënten door middel van een diagnostische blokkade kan een RF laesie van de Ramus Dorsalis op de niveaus L3, L4 en L5 plaatsvinden
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Behandelingen van discuspijn
- Het is aan te bevelen provocatieve discografie te gebruiken om de diagnose discogene lage rugpijn aannemelijk te maken na een klinische verdenking op ernstige
- Resnick (Resnick et al., 2005) meent dat discografie een rol speelt in de diagnostiek bij rugpijnklachten, maar uitsluitend dient te worden verricht na
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Invasieve interventies van het SI-gewricht
- relevante (minimale) follow-up van 3 maanden; patiënt heeft 3 maanden of langer last van lage rugpijn, er is sprake van 50% pijnvermindering binnen 24 uur na
- In de crossover groep ervoer 55% en 36% een verbetering na respectievelijk 3 en 6 maanden. 1 jaar na de behandeling zette de pijnvermindering bij 2 patiënten
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Behandelingen van facetpijn
- Tabel 1 Criteria voor facetpijn syndroom Pijnverlichting na onder röntgendoorlichting uitgevoerde anesthetische blokkaden van de mediale tak
- De “number needed to treat” gaat drastisch omlaag na 1 proefblokkade. De aanvullende waarde van een 2e proefblokkade is uiterst beperkt.
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Invasieve interventies FBSS
- Op verzoek kon er na 6 maanden cross-over plaats vinden.
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Invasieve interventies van coccygodynie
- Indien nodig werd de injectie na een maand herhaald. Bij deze 29 patiënten werd een slagingspercentage van 59% gevonden (p<0,05).
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Behandelingen pijn van het SI-gewricht
- : een pijn die is gelokaliseerd in de regio van het SIG, die reproduceerbaar is door stress- en provocatietesten van het SIG en die volledig verlicht na
- relevante (minimale) follow-up van 3 maanden; patiënt heeft 3 maanden of langer last van lage rugpijn, er is sprake van 50% pijnvermindering binnen 24 uur na
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Lumbale fusie als behandeling van discuspijn
- Globaal suggereren deze trials nauwelijks verschil tussen beide behandelingen wat betreft functie en pijn na 1 of 2 jaar follow-up.
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Lumbale discusprothese bij discuspijn
- Na 24 maanden follow-up werden geen significante verschillen gevonden qua verbetering in ODI of VAS voor pijn.
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Intradiscale injecties bij discuspijn
- Follow up na 12 en 24 maanden liet vergelijkbare resultaten zien.
- De sluitingsdatum voor het includeren van studies is juni 2011, de studies van na juni 2011 zijn niet meegenomen in deze richtlijn.
- Invasieve interventies bij facetpijn
-
22q13 Deletiesyndroom (PMS)
- (Genetische) counseling bij 22q13DS
- Na het stellen van de diagnose 22q13DS is altijd verwijzing naar de klinisch geneticus geïndiceerd voor uitleg over (de relatie tussen) het genotype
- Organisatie van zorg bij 22q13DS
- Dit leggen de persoon met 22q13DS en hoofdbehandelaar(s) samen met de regievoerend arts vast in het individuele zorgplan, eventueel na afstemming met de
- De persoon met 22q13DS wordt na het stellen van de diagnose geïnformeerd welke medisch specialist als regievoerend arts verantwoordelijk is voor de medisch
- Medicatie, ontwikkeling en gedrag bij 22q13DS
- De interventie bestaat na een medicamenteuze opbouwfase uit tweemaal daags subcutane IGF-1 injecties of fysiologisch zout (als placebo) voor een periode
- Na afloop van de Nederlandse studie hebben een aantal ouders aangegeven zoveel positief effect te zien dat zij door willen gaan met de behandeling.
- Psychische stoornissen bij 22q13DS
- Ook na de kinder- en adolescentietijd is het nuttig periodiek het ontwikkelingsniveau met intelligentie-/ ontwikkelingsonderzoek in kaart te brengen, zodat
- Sensore dysfunctie bij 22q13DS
- Na afname van een Sensory Profile (SP-NL), kan passende ondersteuning of therapie plaatsvinden.
- Gastro-intestinale problemen bij 22q13DS
- Dit kan alleen als er duidelijke symptomen zijn en de symptomen geëvalueerd kunnen worden voor en na een proefperiode van 4-8 weken.
- Startpagina - 22q13 Deletiesyndroom (PMS)
- De belangrijkste kenmerken van dit syndroom zijn een lage spierspanning na de geboorte (hypotonie), een algehele ontwikkelingsachterstand op jonge leeftijd
- Algemeen - 22q13DS (PMS)
- om meer inzicht te krijgen in wie risico loopt op bepaalde gezondheidsproblemen en over het beloop van de kenmerken in de loop van het leven, zodat er na
- (Genetische) counseling bij 22q13DS
-
Rosacea
- Brimonidine
- Het vasoconstrictief effect treedt ongeveer dertig minuten na applicatie op, piekt tussen de 3-6 uur, waarna het effect weer afneemt. [SmPC tekst]
- [Fowler 2013, van Zuuren 2019] Reductie van erytheem trad binnen 30 minuten op na applicatie, met een maximum na drie tot zes uur waarna het effect geleidelijk
- Er was geen rebound of tijdelijke verergering van erytheem na staken behandeling. Fowler 2013, van Zuuren 2019
- behandeling wel vermeld in andere studies bij 10 tot 20% van de patiënten, meestal in de vorm van paradoxaal erytheem, of rebound erytheem (doorgaans na
- Lokaal ivermectine
- Echter op basis van interim data werd in de drie studies een aantoonbaar verschil gezien na vier weken behandeling.
- Hoog Uitkomstmaat: Benodigde tijd tot zichtbare verbetering (belangrijk) Het effect van lokaal ivermectine is in vergelijking met vehikel na
- Ivermectine kan een welkom alternatief vormen na voorafgaand langdurig gebruik van metronidazol.
- Tetracyclines
- [Marks 1971] In de groep behandeld met tetracycline vonden 14/20 (70%) patiënten dat ze beter, dan wel veel beter waren na zes weken vergeleken met 9/19
- Hoog Uitkomstmaat: Benodigde tijd tot zichtbare verbetering (belangrijk) Het effect van doxycycline 40 mg is in vergelijking met placebo na
- Het effect van systemische therapie zoals minocycline 100 mg en doxycycline 40 mg kan verwacht worden na acht tot 12 weken.
- Lokaal metronidazol
- Echter op basis van interim data werd in vijf studies een aantoonbaar verschil gezien na vier weken behandeling.
- Redelijk Uitkomstmaat: Duur van remissie (belangrijk) Lokaal metronidazol handhaaft in vergelijking met vehikel waarschijnlijk remissie langer na
- Omega-3-vetzuren versus placebo
- Het gemiddelde verschil (MD) na zes maanden was -5,10 (95% BI -5,63 tot -4,57; P < 0,00001) in het voordeel van de omega-3-vetzuren.
- Uitkomstmaat: Benodigde tijd tot zichtbare verbetering (belangrijk) Het effect van omega-3-vetzuren is in vergelijking met placebo waarschijnlijk na
- Andere systemische therapieën
- laesies vergeleken met het aantal direct na het staken van de drie maanden therapie.
- Het effect van beide behandelingen hield tot twee maanden na de behandeling aan. Akhyani 2008, van Zuuren 2019
- Azelaïnezuur
- Echter op basis van interim data (1245 patiënten) werd een aantoonbaar verschil gezien na drie tot zes weken behandeling.
- Hoog Uitkomstmaat: Benodigde tijd tot zichtbare verbetering (belangrijk) Het effect van azelaïnezuur is in vergelijking met vehikel na
- Therapeutische opties bij rhinophyma
- inflammatie, waarbij sprake is van fibrose en hyperplasie, werden in case series en observationele studies goede langdurige resultaten gerapporteerd na
- Vergoeding door de zorgverzekeraars van chirurgische (operatieve) behandeling van phyma is soms alleen mogelijk na aanvraag via machtiging, waarmee vergoeding
- Azelaïnezuur versus lokaal metronidazol
- Echter op basis van interim data (451 patiënten) werd een aantoonbaar verschil gezien bij behandeling na vier tot zes weken.
- Redelijk Uitkomstmaat: Benodigde tijd tot zichtbare verbetering (belangrijk) Het effect van zowel azelaïnezuur als lokaal metronidazol is na
- Oraal isotretinoïne
- Na vier maanden waren de mediane, relatieve variaties -49,4% in de 108 patiënten behandeld met isotretinoïne vergeleken met -18% in de 48 patiënten die
- Het effect van systemische therapie zoals isotretinoïne kan verwacht worden na 8 tot 12 weken.
- Brimonidine
-
Cervicaal Radiculair Syndroom
- Timing chirurgische behandeling
- Ook moet wellicht niet te lang worden afgewacht, omdat er aanwijzingen zijn dat de kans op herstel na chirurgische behandeling afneemt, wanneer de klachten
- Wat is het optimale moment na aanvang van klachten voor chirurgische interventie?
- Alentado (2014) stelt dat het optimale time-window binnen 2maanden na start van de symptomen is.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Cervicale tractie
- verrichten van cervicale tractie bij patiënten met een cervicaal radiculair syndroom gezien de onduidelijke positieve effecten en de mogelijke bijwerkingen na
- Na het verdwijnen van de oorzaak van een CRS, verdwijnen niet altijd alle disfuncties zonder een specifiek daarop gerichte interventie (Hides, 1996).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Nekkraag
- Overweeg het dragen van een half harde halskraag in de eerste zes weken na het ontstaan bij patiënten met een cervicaal radiculair syndroom om nekpijn
- Na het verdwijnen van de oorzaak van een CRS, verdwijnen niet altijd alle disfuncties zonder een specifiek daarop gerichte interventie (Hides, 1996).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Postoperatief beleid
- Ten grondslag aan de praktijkvariatie ligt het feit dat momenteel onduidelijk is welke postoperatieve adviezen rondom fysieke belastbaarheid na de operatie
- In de regel herstellen patiënten na operatieve behandeling van een CRS snel.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Dorsale behandelingen
- doorbouw van bot na anterieure benadering is aangetoond.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Epidurale corticosteroïde-injecties
- relevante vergelijkende studies, veelal over lumbar (wrong population, no recent review) Benyamin 2009 SR, maar op Stav (1993) na, geen
- Indien na de eerste injectie onvoldoende verbetering optreedt, kan een tweede of derde injectie nuttig zijn na enkele weken (Joswig, 2018).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Anterieure Cervicale Discectomie met Prothese (ACDP)
- onduidelijk of het gebrek aan klinisch relevante meerwaarde op korte termijn ook stand houdt op lange termijn, gezien het optreden van ASD mogelijk pas na
- : NA ACDF: NA G: ACDA: NA ACDF: NA H: ACDA: 1/55* ACDF:1/56* * Concerning the same patient Risk of bias (high, some concerns or low): Tool
- De meeste re-operaties gebeurde binnen 5 jaar na de initiële operatie in de ACDP groep, wegens loslating en subsidence van het implantaat.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- AI gebaseerde predictiemodellen
- over het algemeen wordt beschouwd als een procedure met een hoog succespercentage, blijkt uit verschillende studies dat ongeveer 25% van de patiënten na
- selection operator (LASSO), boosting en multivariate adaptive regression splines (MUaRS)) om postoperatieve disability, arm-pijn en nek-pijn 12 maanden na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Chirurgische decompressie van de zenuwwortel
- Vermeldenswaardig is nog een tijdelijke uitval van C5 spieren, welke enkele dagen na de operatie vaker wordt gezien na chirurgie, waarbij een incidentie
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Anterieure (micro)foraminotomie
- Er zijn theorieën dat hierdoor de kans op een adjacent level disease kleiner is dan na een ACDF.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Timing chirurgische behandeling
-
Schouderprothese
- Postoperatieve fysiotherapie
- Patiënten worden doorgaans na het plaatsten van een schouderprothese naar een fysiotherapeut verwezen voor postoperatieve revalidatie.
- Wat is de waarde van postoperatieve fysiotherapie na plaatsing van een schouderprothese?
- Aanbeveling 3 Zoek een balans tussen immobiliseren en mobiliseren na plaatsing van een schouderprothese, rekening houdend met de postoperatieve instructie
- Echter, na 12 weken is dit verschil niet meer aanwezig.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Gesteelde versus steelloze humerusfixatie
- Daarnaast is er ook de resurfacing prothese, waarbij na affrezen een metalen kapje over de humeruskop wordt geplaatst.
- metafysaire botkwaliteit (zoals mogelijk gevonden kan worden bij grote botcystes, avasculaire necrose van de kop of metabole botziekten); of pseudartrosen na
- Na het uitvoeren van onze systematische literatuuranalyse zijn nog twee studies verschenen van Romeo (2020) en Wiater (2020).
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Patiëntverwachtingen
- Licht patiënten zo volledig mogelijk in betreffende de te verwachten uitkomsten na het plaatsen van een totale schouderprothese.
- en de kwaliteit van het bewijs Er is literatuuronderzoek uitgevoerd naar de relatie tussen preoperatieve patiëntverwachtingen en klinische uitkomsten na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Totale vs hemiprothese bij artrose en intacte cuff
- Pre-op = NA Post-op = 5 (0-5) Author’s conclusion: TSR has advantages over HA with respect to pain and function at 2 years, and there has not
- toename van pijn, werd al binnen 2 jaar waargenomen na de operatie.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Randvoorwaarden optimale zorg
- Follow-up na het plaatsen van een schouderprothese Routinematige follow-up van patiënten moet in ieder geval plaatsvinden na zes tot acht weken, na een
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Omgekeerde vs totale schouderprothese bij artrose en intacte cuff
- De potentiële, maximale actieve bewegingsuitslagen van de schouder worden nog altijd als beter ervaren na een totale schouderprothese dan na een omgekeerde
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Chirurgische benaderingswijze omgekeerde schouderprothese
- Dit in tegenstelling tot de DP-benadering waar, na openen van het deltopectorale interval en verwijdering van de bursa, de subscapularispees (gedeeltelijk
- - en infraspinatuspeesruptuur) is dat de subscapularispees niet losgemaakt hoeft te worden, omdat de onbedekte kop zich direct presenteert in de wond na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Gecementeerde versus ongecementeerde glenoidfixatie
- algeheel hoger dan na een gecementeerde component.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Indicatiestelling
- wondgenezingsstoornissen Ernstig overgewicht (BMI > 30), diabetes mellitus en roken zijn risicofactoren voor een postoperatieve infectie en wondgenezing stoornissen na
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Diagnostiek
- NA Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available): 1.
- Een alternatieve strategie kan zijn dat na indicatiestelling schouderprothese primair MRI wordt verricht.
- Uitkomstmaten Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant
- Postoperatieve fysiotherapie