Ziekten van adenoïd en tonsillen (ZATT)

Initiatief: NVKNO Aantal modules: 53

Startpagina - Ziekten van adenoïd en tonsillen (ZATT)

Waar gaat deze richtlijn over?

Deze richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is voor patiënten met aandoeningen van adenoïd en tonsillen. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:

  • Het vóórkomen van aandoeningen van adenoïd en tonsillen en redenen tot verwijzing naar een medisch specialist.
  • De te verrichten onderzoeken bij (het vaststellen van) aandoeningen van adenoïd en tonsillen.
  • De behandeling van ontsteking van de tonsillen (tonsillitis) door middel van antibiotica.
  • De overwegingen voor het operatief verwijderen van de neusamandel (adenotomie).
  • De overwegingen voor het operatief verwijderen van de neus- en keelamandelen (adeno-tonsillectomie).
  • De aanbevelingen rondom de operatie bij een (adeno-)tonsillectomie bij kinderen en volwassenen.
  • De aanbevolen chirurgische technieken van een (adeno-)tonsillectomie.
  • De aanbevolen narcose techniek bij een (adeno-)tonsillectomie bij kinderen.
  • Het behandelen van pijn, misselijkheid en/of braken na een (adeno-)tonsillectomie.
  • De mogelijke complicaties die kunnen optreden bij een (adeno-)tonsillectomie.
  • De nazorg en adviezen aan patiënten na een (adeno-)tonsillectomie.
  • De voorlichting aan patiënten en/of hun ouders rondom het uitvoeren van een (adeno-)tonsillectomie.
  • Registratie en waarborging van de kwaliteit van zorg rondom (adeno-)tonsillectomieën.

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met aandoeningen van adenoïd en tonsillen.

 

Voor patiënten

Adenoïd is de medische term voor neusamandel en de tonsillen zijn de keelamandelen. De amandelen zijn verdikt klierweefsel in de neus-keelholte. Ze hebben een belangrijke functie in het opvangen en onschadelijk maken van ziekteverwekkers. Ziekten van de neus- en/of keelamandelen, zoals zwelling of ontsteking, komen in de huisartsenpraktijk veel voor. Met name jonge kinderen kunnen hier veel last van hebben. Vaak herstelt zich dit weer vanzelf. Bij ernstige of langdurige klachten is het soms nodig de amandelen te verwijderen. In dat geval wordt de patiënt verwezen naar de KNO-arts voor de ingreep. In Nederland worden jaarlijks circa 42.500 operaties aan de keelamandelen en bijna 30.000 operaties aan de neusamandel uitgevoerd.

 

Meer informatie over keelpijn en over het verwijderen van keelamandelen is te vinden op Thuisarts:

https://www.thuisarts.nl/keelpijn

 

Meer informatie over ziekten en operaties aan de amandelen is ook te vinden op de website van de KNO-artsen:

http://www.kno.nl/index.php/patienten-informatie/keel/amandelen-kinderen/

 

Bij deze richtlijn is een keuzekaart ontwikkeld. Een keuzekaart kan helpen bij het maken van keuzes over screening, diagnose en behandeling in het kader van samen beslissen. Meer informatie over de keuze tussen het verwijderen van de keelamandelen of afwachten bij kinderen kunt u vinden op de keuzekaart. 

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Vereniging voor KNO-heelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied (NVKNO). De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de KNO-artsen en anesthesiologen. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door inbreng van de Patiëntenvereniging ‘Kind en Ziekenhuis’.

Volgende:
Incidentie van ZATT