Voorste kruisbandletsel

Initiatief: NOV Aantal modules: 9

Startpagina - Voorste Kruisbandletsel

Waar gaat deze richtlijn over?

De kruisband chirurgie heeft in een periode van 30 jaar een forse ontwikkeling doorgemaakt. In deze laatste decennia is er veel wetenschappelijk onderzoek verricht gericht op het voorste kruisband (VKB)-letsel en de gebruikte chirurgische technieken zijn internationaal uniform en reproduceerbaar toepasbaar gebleken. Het belang van een team gewijsde aanpak van trauma via behandeling tot sport re-integratie is bepleit en het belang van de pre- en postoperatieve revalidatie is duidelijk vast komen te staan.

Het vaststellen van de diagnose VKB-letsel en het in kaart brengen van het mogelijke bijkomende knieletsel is goed mogelijk door het gerichte lichamelijke onderzoek en zo nodig met aanvullende diagnostiek zoals de knie-MRI. De uitdaging blijft om de patiënt dan de voor hem of haar meest passende operatieve of niet-operatieve therapie te bieden zowel voor de korte als de lange termijn.

 

In de richtlijn komen de volgende modules aan bod:

  • Diagnostiek bij Voorste Kruisbandletsel: welke uitkomstmaten zouden gehanteerd moeten worden voor de evaluatie en het vervolgen van patiënten met een VKB-letsel;
  • Indicatiestelling voor Voorste Kruisbandreconstructie: wat zijn de indicaties voor een niet-operatieve behandeling of een operatieve behandeling en wat is de optimale timing voor operatie;
  • Chirurgische behandeling bij Voorste Kruisbandletsel: welke soort graft geeft het beste resultaat bij voorste kruisbandreconstructie en wat is de effectiviteit van opereren ten opzichte van conservatieve behandeling bij kinderen met open groeischijven;
  • Nazorg bij Voorste Kruisbandletsel: wat is het optimale postoperatieve traject.

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met VKB-letsel, zoals, maar niet beperkend tot, orthopedisch chirurgen, chirurgen, sportartsen, fysiotherapeuten en andere professionals, zoals revalidatieartsen en kinderartsen.

 

Voor patiënten

Midden in de knie liggen twee kruisbanden, een voorste en een achterste kruisband. Zij verbinden het bovenbeen met het onderbeen en zorgen voor een stabiel kniegewricht. De voorste kruisband voorkomt dat het onderbeen tijdens het lopen en het maken van draaibewegingen te ver naar voren schuift ten opzichte van het bovenbeen. Tijdens sporten of door een ongelukkige beweging kan de voorste kruisband scheuren. Het lijkt alsof er iets in de knie knapt. Het kniegewricht wordt instabiel en de patiënt kan door de knie zakken. Per jaar krijgt ongeveer 1 op de 3000 mensen een voorste kruisbandletsel. In Nederland vinden ieder jaar ongeveer 8500 voorste kruisbandreconstructies plaats.

 

Op Thuisarts.nl staat informatie in begrijpelijke taal voor mensen met knieproblemen en kruisbandletsel:

 

Bij deze richtlijn is een keuzekaart ontwikkeld. Een keuzekaart kan helpen bij het maken van keuzes over screening, diagnose en behandeling in het kader van samen beslissen. Meer informatie over opties bij een voorste kruisbandletsel kunt u vinden op de keuzekaart.

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

De Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) heeft het initiatief genomen voor de herziening van deze richtlijn. Een multidisciplinaire werkgroep heeft de modules opgesteld. In de werkgroep zaten vertegenwoordigers vanuit de orthopaedie, arthroscopie, heelkunde, sportgeneeskunde en fysiotherapie. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door de Patiëntenfederatie Nederland als meelezer te betrekken in het richtlijnproces.

Volgende:
Diagnostiek bij Voorste Kruisbandletsel