UCV - niet-chirurgisch debridement
Uitgangsvraag
Niet-chirurgisch debridement
Aanbeveling
Enzymatisch debridement
Enzymatische middelen zijn geen eerste keuze wanneer er reiniging van het veneuze ulcus moet plaatsvinden.
Mechanisch debridement
Bij een patiënt met therapieresistent ulcus cruris met necrotisch beslag kan mechanisch debridement overwogen worden.
Overwegingen
Enzymatisch debridement
Hoewel de bewijsvoering voor het gebruik van enzymatisch debridement beperkt zijn, is er toch een plaats indien een chirurgisch debridement niet mogelijk is. Nadeel is dat de behandeling dagelijks dient te geschieden waardoor gebruik van enzymatische kostenverhogend kan werken. Goed onderzoek naar de kosten zijn helaas niet beschikbaar. Bij het gebruik van collagenase moet ook rekening gehouden worden met de mogelijkheid op een allergische reactie.
Mechanisch debridement
Versnelling van debridement is wenselijk gezien het feit dat debris aanleiding geeft tot de ondersteuning van de totstandkoming van biofilms. Deze vertragen de wondgenezing en zouden zelfs kunnen leiden tot stagnatie. Verdere studies moeten worden verricht om de plaats hiervan in de toekomst te bepalen.
Onderbouwing
Achtergrond
Er zijn 2 methoden die in aanmerking komen op basis van wetenschappelijke onderbouwing: enzymatisch debridement en mechanisch debridement met behulp van monofilamenten.
Conclusies
Enzymatisch debridement
Niveau 3 |
Er zijn aanwijzingen dat van de enzymatische middelen alleen collagenase het debridement versnelt.
B Bergemann 1999, Falabella b 1998, Ramundo 2008 |
Niveau 3 |
Er is onvoldoende bewijs dat enzymatische middelen effect hebben op de snelheid van autolyse en wondgenezing.
C Bradley 1999 |
Mechanisch debridement
Niveau 3 |
Er zijn aanwijzingen dat monofilamenten in een fiber pad een snelle, veilige en gebruiksvriendelijke methode is voor niet-chirurgisch debridement.
C Haemmerle 2011 ,Vowden 2011, Bahr 2011 |
Samenvatting literatuur
Enzymatisch debridement
Voor een enzymatische behandeling is momenteel nog maar 1 product in Nederland in de handel: collagenase. Van collagenase zijn twee reviews die een positief effect aantonen ten opzichte van placebo middelen op de verwijdering van necrose [5,6]. Ramundo et al. rapporteerden ook 4 studies die een vermindering van wondinfectie aantonen. Slechts enkele trials van beperkte kwaliteit rapporteren over de effectiviteit van overige enzymatische debridement middelen op wond genezing. Consequent komt uit deze studies naar voren dat dergelijke producten op deze uitkomstmaat niet effectiever zijn dan placebo [6,7]. Elase is in Nederland niet meer verkrijgbaar, het effect hiervan werd ook al jaren in twijfel getrokken [7,8]. Het gebruik van moderne wondbedekkers zou ook een positief effect hebben op de snelheid van autolyse. Uit diverse studies is hiervoor echter onvoldoende ondersteuning voor gevonden [2].
Eusol (natrium hypochloriet) wordt in de praktijk ook gebruikt. Voor beschrijving van de toepassing van dit middel verwijzen we naar module “antibacteriële middelen”
Mechanisch debridement
Er zijn meerdere mogelijkheden voor een mechanisch debridement zoals de wet to dry techniek, inzet van paraffine tules, natte gazen en monofilamenten. Van de eerste 3 methodes zijn alleen casuïstische beschrijvingen beschikbaar. Van de recent ontwikkelde methode met monofilamenten in een fiber pad (debrisoft) is een aantal kleinere en redelijk grote prospectieve studies beschreven met als conclusie een goed debridement na eenmalig gebruik op wonddebris en wondbeslag. Tevens wordt hyperkeratose effectief verwijderd [9-11].
Referenties
- 1 - Falabella A. Debridement of wounds. Wounds 1998;10(suppl C):1-8 (Fallabella a.)
- 2 - Bradley M, Cullem N, Sheldon T. The debridement of chronic wounds: A systemic review. Health Technology Assesment 1999;3(17 Pt 1).
- 3 - Williams D, Enoch S, Miller D, Harris K, Price P, Harding KG. Effect of sharp debridement using curette on recalcitrant nonhealing venous leg ulcers: a concurrently controlled, prospective cohort study. Wound Repair Regen 2005 Mar;13(2):131-7.
- 4 - Cardinal M, Eisenbud DE, Armstrong DG, Zelen C, Driver V, Attinger C, et al. Serial surgical debridement: a retrospective study on clinical outcomes in chronic lower extremity wounds. Wound Repair Regen 2009 May;17(3):306-11.
- 5 - Bergemann R, Lauterbach KW, Vanscheidt W, Neander KD, Engst R. Economic evaluation of the treatment of chronic wounds: hydroactive wound dressings in combination with enzymatic ointment versus gauze dressings in patients with pressure ulcer and venous leg ulcer in Germany. Pharmacoeconomics 1999 Oct;16(4):367-77.
- 6 - Ramundo J, Gray M. Enzymatic wound debridement. J Wound Ostomy Continence Nurs 2008 May;35(3):273-80.
- 7 - Falabella (a) AF, Carson P, Eaglstein WH, Falanga V. The safety and efficacy of a proteolytic ointment in the treatment of chronic ulcers of the lower extremity. J Am Acad Dermatol 1998 Nov;39(5 Pt 1):737-40. (fallabella b.)
- 8 - Mekkes JR. Debridement of venous leg ulcers (proefschrift). Amsterdam: Universiteit van Amsterdam; 1998.
- 9 - Bahr S, Mustafi N, Hattig P, Piatkowski A, Mosti G, Reimann K, et al. Clinical efficacy of a new monofilament fibre-containing wound debridement product. J Wound Care 2011 May;20(5):242-8.
- 10 - Haemmerle G, Duelli H, Abel M, Strohal R. The wound debrider: a new monofilament fibre technology. Br J Nurs 2011 Mar 24;20(6):S35-2.
- 11 - Vowden, K., Vowden, P. Debrisoft: Revolutionising debridement. Br J Nurs. 2011; 20: 20 (Suppl.), S1-S16.
- 12 - Angeras MH, Bradberg A, Falk A, Seeman T. Comparison between sterile saline and tapwater for cleansing of acute soft tissue wounds. Eur J Surg 1992;158:347-50.
- 13 - Gent W van, Maessen-Visch MB. Behandeling ulcus cruris, inclusief wondverzorging en chirurgische technieken. In: Handboek Flebologie. Neumann HAM, ea. Houten: Prelum uitgevers, 2011
- 14 - Korthals Altes-Levy van Vinnighe HR, Faber WR, Oey HB. [Transplantation of skin punch grafts as an aid in the treatment of leg ulcers]. Ned Tijdschr Geneeskd 1978 Sep 23;122(38):1401-4.
- 15 - Berretty PJ, Neumann HA, de Limpens AM, Cormane RH. Treatment of ulcers on legs from venous hypertension by split-thickness skin grafts. J Dermatol Surg Oncol 1979 Dec;5(12):966-70.
- 16 - Vuerstaek JD, Vainas T, Wuite J, Nelemans P, Neumann MH, Veraart JC. State-of-the-art treatment of chronic leg ulcers: A randomized controlled trial comparing vacuum-assisted closure (V.A.C.) with modern wound dressings. J Vasc Surg 2006 Nov;44(5):1029-37.
- 17 - Schmeller W, Gaber Y. Surgical removal of ulcer and lipodermatosclerosis followed by split-skin grafting (shave therapy) yields good long-term results in "non-healing" venous leg ulcers. Acta Derm Venereol 2000 Jul;80(4):267-71.
- 18 - Palfreyman SJ, Nelson EA, Lochiel R, Michaels JA. Dressings for healing venous leg ulcers. Cochrane Database Syst Rev 2006 Jul;19;(3):CD001103.
- 19 - Bouza C, Munoz A, Amate JM. Efficacy of modern dressings in the treatment of leg ulcers: a systematic review. Wound Repair Regen 2005 May;13(3):218-29.
- 20 - Carter MJ, Tingley-Kelley K, Warriner RA, III. Silver treatments and silver-impregnated dressings for the healing of leg wounds and ulcers: a systematic review and meta-analysis. J Am Acad Dermatol 2010 Oct;63(4):668-79.
- 21 - Chambers H, Dumville JC, Cullum N. Silver treatments for leg ulcers: a systematic review. Wound Repair Regen 2007 Mar;15(2):165-73.
- 22 - Jull A, Parag V, Walker N, Maddison R, Kerse N, Johns T. The prepare pilot RCT of home-based progressive resistance exercises for venous leg ulcers. J Wound Care 2009 Dec;18(12):497-503.
- 23 - O'Meara S, Al-Kurdi D, Ologun Y, Ovington LG. Antibiotics and antiseptics for venous leg ulcers. Cochrane Database Syst Rev 2010 Jan;%20;(1):CD003557.
- 24 - Kaye ET. Topical antibacterial agents. Infect Dis Clin North Am 2000 Jun;14(2):321-39.
- 25 - OMeara SM, Cullum NA, Majid M, Sheldon TA. Systemic review of antimicrobial agents used for chronic wounds.Br J Surg 2001;88:4-21.
- 26 - Goedkoop R, Juliet R, You PH, Daroczy J, de Roos KP, Lijnen R, et al. Wound stimulation by growth-arrested human keratinocytes and fibroblasts: HP802-247, a new-generation allogeneic tissue engineering product. Dermatology 2010;220(2):114-20.
- 27 - Kirsner RS, Marston WA, Snyder RJ, Lee TD, Cargill DI, Slade HB. Spray-applied cell therapy with human allogeneic fibroblasts and keratinocytes for the treatment of chronic venous leg ulcers: a phase 2, multicentre, double-blind, randomised, placebo-controlled trial. Lancet 2012 Sep 15;380(9846):977-85.
- 28 - Gibbs S, van den Hoogenband HM, Kirtschig G, Richters CD, Spiekstra SW, Breetveld M, et al. Autologous full-thickness skin substitute for healing chronic wounds. Br J Dermatol 2006 Aug;155(2):267-74.
- 29 - Vanscheidt W, Ukat A, Horak V, Bruning H, Hunyadi J, Pavlicek R, et al. Treatment of recalcitrant venous leg ulcers with autologous keratinocytes in fibrin sealant: a multinational randomized controlled clinical trial. Wound Repair Regen 2007 May;15(3):308-15.
- 30 - Tausche AK, Skaria M, Bohlen L, Liebold K, Hafner J, Friedlein H, et al. An autologous epidermal equivalent tissue-engineered from follicular outer root sheath keratinocytes is as effective as split- thickness skin autograft in recalcitrant vascular leg ulcers. Wound Repair Regen 2003 Jul;11 (4):248-52.
- 31 - Cherubino M, Rubin JP, Miljkovic N, Kelmendi-Doko A, Marra KG. Adipose-derived stem cells for wound healing applications. Ann Plast Surg 2011 Feb;66(2):210-5.
- 32 - Falanga V. Stem cells in tissue repair and regeneration. J Invest Dermatol 2012 Jun;132(6):1538- 41.
- 33 - Jones JE, Nelson EA, Al-Hity A. Skin grafting for venous leg ulcers. Cochrane Database Syst Rev 2013 Jan 31.
- 34 - Barber C, Watt A, Pham C, Humphreys K, Penington A, Mutimer K, et al. Influence of bioengineered skin substitutes on diabetic foot ulcer and venous leg ulcer outcomes. J Wound Care 2008 Dec;17(12):517-27.
- 35 - Ubbink DT, Westerbos SJ, Evans D, Land L, Vermeulen H. Topical negative pressure for treating chronic wounds. Cochrane Database Syst Rev 2008 Jul 16;(3):CD001898.
- 36 - Korber A, Franckson T, Grabbe S, Dissemond J. Vacuum assisted closure device improves the take of mesh grafts in chronic leg ulcer patients. Dermatology 2008;216(3):250-6.
- 37 - Ross RE, Aflaki P, Gendics C, Lantis Ii JC. Complex lower extremity wounds treated with skin grafts and NPWT: a retrospective review. J Wound Care 2011 Oct;20(10):490, 492-0, 495.
- 38 - Hu X, Sun H, Han C, Wang X, Yu W. Topically applied rhGM-CSF for the wound healing: a systematic review. Burns 2011 Aug;37(5):729-41.
- 39 - Wiemann TJ. Efficacy and safety of recombinant human platelet-derived growth factor-BB (Becaplermin) in patients with chronic venous ulcers. Woundsresearch.com. 2003
- 40 - Marti, Linares P, Bonell A, Acosta M, Llort C, Lapiedra O. Growth factor used in healing venous ulcers. Chirurgia 2008; 21: 17-20.
- 41 - Senet P, Vicaut E, Beneton N, Debure C, Lok C, Chosidow O. Topical treatment of hypertensive leg ulcers with platelet-derived growth factor-BB: a randomized controlled trial. Arch Dermatol 2011 Aug;147(8):926-30.
- 42 - Stacey MC, Mata SD, Trengove NJ, Mather CA. Randomised double-blind placebo controlled trial of topical autologous platelet lysate in venous ulcer healing. Eur J Vasc Endovasc Surg 2000 Sep;20(3):296-301.
- 43 - Robson MC, Phillips TJ, Falanga V, Odenheimer DJ, Parish LC, Jensen JL, et al. Randomized trial of topically applied repifermin (recombinant human keratinocyte growth factor-2) to accelerate wound healing in venous ulcers. Wound Repair Regen 2001 Sep;9(5):347-52.
- 44 - Harding KG, Krieg T, Eming SA, Flour ML, Jawien A, Cencora A, et al. Efficacy and safety of the freeze-dried cultured human keratinocyte lysate, LyphoDerm 0.9%, in the treatment of hard-to-heal venous leg ulcers. Wound Repair Regen 2005 Mar;13(2):138-47.
- 45 - Briggs M, Nelson EA, Martyn-St JM. Topical agents or dressings for pain in venous leg ulcers. Cochrane Database Syst Rev 2012 Nov 14;11:CD001177. doi:10.1002/14651858.CD001177.pub3.:CD001177.
- 46 - Fogh K, Andersen MB, Bischoff-Mikkelsen M, Bause R, Zutt M, Schilling S, et al. Clinically relevant pain relief with an ibuprofen-releasing foam dressing: results from a randomized, controlled, double- blind clinical trial in exuding, painful venous leg ulcers. Wound Repair Regen 2012 Nov;20(6):815- 21.
- 47 - Romanelli M, Dini V, Polignano R, Bonadeo P, Maggio G. Ibuprofen slow-release foam dressing reduces wound pain in painful exuding wounds: preliminary findings from an international real-life study. J Dermatolog Treat 2009;20(1):19-26.
- 48 - Sibbald RG, Coutts P, Fierheller M, Woo K. A pilot (real-life) randomised clinical evaluation of a pain-relieving foam dressing: (Ibuprofen-foam versus local best practice). International Wound Journal 4(SUPPL.1), 16-23.1742-4801 2007.
- 49 - Woo KY, Coutts PM, Price P, Harding K, Sibbald RG. A randomized crossover investigation of pain at dressing change comparing 2 foam dressings. Adv Skin Wound Care 2009 Jul;22(7):304-10.
- 50 - White, R. A multinational survey of the assessment of pain when removing dressings. Wounds UK 2008;4:1,14-22.
- 51 - Lange IS, Pilz B, Geier J, Frosch PJ. Contact allergy in patients with stasis dermatitis or leg ulcers. Results of the Informational Network of the Departments of Dermatology and the German Contact Allergy Group Dermatosen-in-Beruf-und-Umwelt. 1996;44:1-22.
Evidence tabellen
Niet-chirurgisch debridement
Auteur, jaartal |
Mate van bewijs |
Type onderzoek |
Setting |
Populatie (classificatie; steekproef- grootte incl aantal benen) |
Inclusie criteria |
Exclusie- criteria |
Interventie groep (incl duur) |
Controle groep (incl duur) |
Outcome (effectmaat) |
Follow- up |
Resultaat |
Opmerkingen / conclusie |
Falabella a 1998 |
B |
double blind randomised |
|
84 |
veneuze ulcera |
|
Elase |
versus natte gazen |
|
21 dgn |
geen verschil in effectiviteit tussen Elase en natte gazen |
|
Falabella b 1998 |
C |
RCT |
|
84 |
beenulcera |
|
fibrinolytica |
ointment vehicle |
|
21 dgn |
ointment vehicle net zo goed als fibrinolytica |
Te korte follow-up |
Berge- mann 1995 |
B |
double blind randomised |
|
120 |
veneuze ulcera en decubitus |
|
collagenaze |
natte gazen of alginaat |
|
15 dgn |
collagenaze beter dan natte gazen of alginaat |
|
Bradley 1999 |
|
Syst review: 35 RCTs |
|
|
veneuze ulcera |
|
niet bekend (enzymatisch e middelen) |
hydrocolloid, hydrogel, dextranomere n, iodine gazen, natte gazen |
|
niet bekend |
alleen praktisch voordeel |
kleine trials, amper te vergelijken |
Bahr, 2010 |
B |
Multi- center, prospectief, observa- tionaal |
zieken huizen |
57 patiënten, 60 ulcera |
Acute of complexe wond, merendeels ulcera cruris |
Syste- misch infect, pinscore 710, zwanger schap |
Debrisoft gedurende 8 dagen, (op dag 1-4 en 8 debridement) |
|
Effectiviteit debridement |
|
93,4% effectief debridement na 3 sessies. Duur sessie 2.51 min, 45% geen pijn tijdens debridement en overig slechts gedurende 2 minuten postdebridement |
Geen exacte verdeling wonden, onduidelijk hoe vergelijk met andere vormen van debridement is beoordeeld. |
Haemmerle 2011 |
B |
Multi- center, prospectief, observa- tioneel |
2 zieken huizen |
11 patiënten en ulcera |
alle ulcera cruris (5 mixed, 1 arterieel, 1 diabetes en 4 veneus) |
geen |
Debrisoft |
|
Effectiviteit debridement na 1 behandeling |
|
Effectief na 1 behandeling bij 10 ulcera, geen pijnmedicatie nodig |
Inhomogene groep |
Vowden 2011 |
B |
Case report |
Thuis wonend |
5 patiënten, 10 ulcera |
complexe wond ( 6 ulcera cruris, 1 diabetes en 1 decubitus) |
geen |
Debrisoft |
|
Effectiviteit debridement na 1 behandeling |
|
Effectief na 1 behandeling bij 10 ulcera, geen pijnmedicatie nodig |
Onduidelijke beschrijving, geen folow-up |
Angeras 1992 |
B |
RCT |
|
705 |
Soft tissue wounds |
|
Steriel saline water |
Leiding water |
|
|
Geen verschill in wondinfecties tussen sterile saline water tap water |
|
Verantwoording
Autorisatiedatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 01-01-2014
Laatst geautoriseerd : 01-01-2014
Een richtlijn heeft alleen zeggingskracht als op continue basis onderhoud plaatsvindt, op grond van systematische monitoring van zowel de medisch wetenschappelijke literatuur als praktijkgegevens en door gebruikers van de richtlijn aangeleverde commentaren. Voor deze richtlijn is afgesproken één keer per jaar de literatuur te bekijken om nieuwe ontwikkelingen te volgen. Bij essentiële ontwikkelingen kan besloten worden om een gehele richtlijnwerkgroep bij elkaar te roepen en tussentijdse elektronische amendementen te maken en deze onder de verschillende beroepsgroepen te verspreiden. Tevens zullen de hoofdstukken ‘Bekkenvarices’ en ‘Recidief varices na operatie’ in de nabije toekomst nog worden herzien, aangezien deze teksten nog dateren uit 2007. In de huidige richtlijn zijn er geen multidisciplinaire indicatoren ontwikkeld. De ontwikkeling van indicatoren is een aandachtspunt bij een toekomstige herziening van de richtlijn.
Algemene gegevens
Autorisatie
De richtlijn is geautoriseerd door:
- Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)
- Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH)
- Nederlandse Vereniging voor Vaatchirurgie (NVvV)
- Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG)
- Nederlandse Vereniging voor Radiodiagnostiek
- Nederlands / Belgische Vereniging voor Non-Invasieve Vaatdiagnostiek
- Verpleegkundig Specialisten Vaatchirurgie Nederland
- Verenso Vereniging van specialisten in ouderengeneeskunde
- Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten
- Nederlandse Organisatie Voor Wondprofessionals
- V&VN Wondconsulenten
- Nederlandse Vereniging van Orthopaedisten en Bandagisten (Orthobanda)
- Vereniging voor Aanmeters van Therapeutische Elastische Kousen (VATEK)
De richtlijn is geautoriseerd door (beoogd):
- Hart & Vaatgroep
- ZN.
Innovatie
In het veld van veneuze pathologie is er sterke behoefte aan persisterende innovatie. Om innovatie te stimuleren en faciliteren is het voorstel (conform een reeds via Achmea lopende afspraak) nieuwe ontwikkelingen te bekostigen in trial verband conform de bestaande DOT’s, mits een METC dit onderzoek goedgekeurd heeft. Naast deze klinische kosten zijn er aanvullende kosten aan de desbetreffende trial gerelateerd, die dan via een unrestricted grant worden vergoed. Dit laatste om bias als gevolg van inmenging van de industrie te voorkomen. Op deze wijze bestaat er een goede mogelijkheid om onder gecontroleerde omstandigheden een nieuw product te testen. Mocht uit een dergelijke studie geconcludeerd worden dat het nieuwe product een aanvulling is op het bestaande therapeutische arsenaal, dan kan de therapie aansluitend in een herziening van de richtlijnen opgenomen worden en daarmee vergoed worden als standard care.
Advies voor onderzoek
Er is een gebrek aan goed uitgevoerde studies met lange (> 5 jaar) follow-up voor de behandeling van patiënten met veneuze problematiek. Het verrichten van dergelijke studies die gericht zijn op het aantonen van de effectiviteit van behandeling zijn aan te bevelen. Mogelijk gaan in de toekomst ook registratiesystemen uitkomst bieden om deze data te verkrijgen. De beroepsverenigingen zijn van plan op korte termijn registratiesystemen op dit gebied op te zetten.
Doel en doelgroep
Doelstelling
Deze richtlijn is een document met aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. De richtlijn berust op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aansluitende meningsvorming, gericht op het vaststellen van goed medisch handelen. De richtlijn geeft aanbevelingen over de begeleiding en behandeling van patiënten met varices, diepe veneuze ziekte en ulcus cruris.
De financiering van deze richtlijn is tot stand gekomen met gelden die de NVDV en de NVvH uit hun SKMS-programma’s hebben vrijgemaakt. De uitgangsvragen zijn daarmede vooral gericht op de effectiviteit van de verschillende interventies. Aan de samenwerking met de eerste lijn (verwijscriteria voor eerste naar tweede lijn en vice versa) en de organisatie van zorg (bv welke zorg hoort bij welke zorgverlener thuis) is in deze herziening geen extra aandacht geschonken. Dit zou bij een volgende herziening of in de vorm van een separaat project kunnen worden aangepakt.
Doelgroep
De richtlijn is bestemd voor leden van de medische en paramedische beroepsgroepen, waartoe behoren: dermatologen, chirurgen, specialisten ouderengeneeskunde, vaatlaboranten, huisartsen, verpleegkundigen en bandagisten. Voor patiënten is een afgeleide tekst van de richtlijn beschikbaar.
Samenstelling werkgroep
Voor het ontwikkelen van de richtlijn werd een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordiging van de bij veneuze pathologie betrokken disciplines. De werkgroep is opgesplitst in twee werkroepen: werkgroep “vances en diepe veneuze ziekte” en de werkgroep ‘ulcus cruris venosum en compressietherapie’. Bij het samenstellen van de werkgroepen is rekening gehouden met de geografische spreiding van de werkgroepleden en met een evenredige vertegenwoordiging van academische en niet-academische werkgroepleden. De werkgroepleden hebben onafhankelijk gehandeld en geen enkel werkgroeplid ontving gunsten met het doel de richtlijn te beïnvloeden.
dr.M. B. Maessen-Visch |
voorzitter (ulcus cruris) namens Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)* |
dr. K. van der WegenFranken |
voorzitter (compressie therapie) namens Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
prof.dr. H.A.M. Neumann |
voorzitter (Compressietherapie) namens Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
drs. A.B. Halk |
ondersteuner/secretaris namens Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
drs. C. Eggen |
ondersteuner/secretaris namens Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
dr. J.J.E. van Everdingen |
Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
dr. C. van Montfrans |
Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
dr. P. van Neer |
Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)* |
dr. K. Munte |
Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) |
dr. L. Huisman |
Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH), Nederlandse Vereniging voor Vaatchirurgie (NVvV)* |
dr. A. Krasznai |
Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH), Nederlandse Vereniging voor Vaatchirurgie (NVvV) |
dr. P. Buis |
Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) |
drs. M.W.F. van Leen |
Verenso Vereniging van specialisten in ouderengeneeskunde |
Mw. E.J.M. Kuijper-Kuip |
Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten (NVH) |
Mw. S. Amesz |
Nederlandse Organisatie Voor Wondprofessionals (NOVW) |
Mw. Y. Siebers |
V&VN Wondconsulenten |
Mw. T. Jongerius |
Kenniscentrum WCS |
Mw. I. Sissingh |
Nederlandse Vereniging van Orthopaedisten en Bandagisten (Orthobanda) |
Mw. C. von Meijenfeldt |
Vereniging voor Aanmeters van Therapeutische Elastische Kousen (VATEK) |
Inbreng patiëntenperspectief
Aan de start van het richtlijntraject zijn de Hart&Vaatgroep en de NPCF (Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie) uitgenodigd voor deelname aan de Invitational Conference, vertegenwoordigers van de Hart&Vaatgroep waren bij deze bijeenkomst aanwezig. De Hart&Vaatgroep is tevens uitgenodigd voor participatie in de werkgroepen. Zij heeft besloten van actieve deelname af te zien en gaf de voorkeur aan een schriftelijke te reactie in de commentaarfase. De Hart&Vaatgroep heeft haar fiat gegeven aan de inhoud van de richtlijn.
Methode ontwikkeling
Evidence based
Implementatie
In de verschillende fasen van de ontwikkeling van het concept van de richtlijn is zoveel mogelijk rekening gehouden met de implementatie van de richtlijn en de daadwerkelijke uitvoerbaarheid van de aanbevelingen. De richtlijn wordt verspreid onder alle bij varices betrokken beroepsgroepen. Ook wordt een samenvatting van de richtlijn gepubliceerd en er zal in verschillende specifieke vaktijdschriften aandacht aan worden besteed. Daarnaast wordt de richtlijn onder de aandacht gebracht via de betrokken patiëntenverenigingen.
Werkwijze
Doelstelling
Deze richtlijn is een document met aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. De richtlijn berust op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aansluitende meningsvorming, gericht op het vaststellen van goed medisch handelen. De richtlijn geeft aanbevelingen over de begeleiding en behandeling van patiënten met varices, diepe veneuze ziekte en ulcus cruris.
De financiering van deze richtlijn is tot stand gekomen met gelden die de NVDV en de NVvH uit hun SKMS-programma’s hebben vrijgemaakt. De uitgangsvragen zijn daarmede vooral gericht op de effectiviteit van de verschillende interventies. Aan de samenwerking met de eerste lijn (verwijscriteria voor eerste naar tweede lijn en vice versa) en de organisatie van zorg (bv welke zorg hoort bij welke zorgverlener thuis) is in deze herziening geen extra aandacht geschonken. Dit zou bij een volgende herziening of in de vorm van een separaat project kunnen worden aangepakt.
Doelgroep
De richtlijn is bestemd voor leden van de medische en paramedische beroepsgroepen, waartoe behoren: dermatologen, chirurgen, specialisten ouderengeneeskunde, vaatlaboranten, huisartsen, verpleegkundigen en bandagisten. Voor patiënten is een afgeleide tekst van de richtlijn beschikbaar.
Zoekverantwoording
Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.