Startpagina - Varicella
Waar gaat deze richtlijn over?
Het varicellazostervirus (VZV) is een van de meest voorkomende virussen. Het veroorzaakt waterpokken, een infectieziekte met een hoge incidentie op jonge leeftijd in landen met een gematigd klimaat. Waterpokken is in Nederland een frequent voorkomende, zeer besmettelijke kinderziekte waarvoor meestal geen medische interventie nodig is. Alertheid op complicaties is echter geboden bij pasgeborenen, patiënten met een verminderde afweer en zwangeren. De richtlijn uit 2010 bevatte aanbevelingen over preventie van waterpokken met vooral aandacht voor postexpositieprofylaxe (PEP) in de vorm van varicellazoster-immunoglubuline (VZIG) en antivirale middelen, opsporing van gevoelige personen en indicaties en aanbevelingen ten aanzien van vaccinatie. De richtlijn is herzien, met name de adviezen over PEP, en er is een nieuwe module opgenomen over behandeling van waterpokken. Stroomschema’s zijn toegevoegd om het te voeren beleid bij een significante blootstelling aan waterpokken te vereenvoudigen.
Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met waterpokken, zoals, maar niet beperkt tot: alle medisch specialisten, huisartsen, verpleegkundigen, verloskundigen of andere zorgverleners en patiënten die te maken hebben met personen met waterpokken of blootgesteld zijn aan waterpokken.
Voor patiënten
Varicella is de medische term voor waterpokken. Dit is een infectieziekte, veroorzaakt door het varicella-zostervirus. Waterpokken komen voornamelijk bij kinderen voor. Kenmerkend symptoom is de vorming van besmettelijke blaasjes op de huid.
Meer informatie over waterpokken is te vinden op Thuisarts en de website van LCI/RIVM:
https://www.thuisarts.nl/waterpokken/mijn-kind-heeft-waterpokken
https://lci.rivm.nl/faq/waterpokken
Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?
De Nederlandse Vereniging voor Medische Microbiologie heeft het initiatief genomen voor de herziening van deze richtlijn. Een multidisciplinaire werkgroep heeft de modules opgesteld. In de werkgroep zaten vertegenwoordigers vanuit de medische microbiologie, dermatologie, huisartsgeneeskunde, kindergeneeskunde, interne geneeskunde, gynaecologie, verloskunde en het RIVM. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door een afgevaardigde van Stichting Kind en ziekenhuis als werkgroeplid te betrekken in het richtlijnproces.
Toepassen
Bij de richtlijn zijn stroomschema’s ontwikkeld voor het te voeren beleid bij een significante blootstelling aan waterpokken.
Status van de richtlijn
Uiterlijk in 2025 bepaalt het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Medische Microbiologie of de modules van deze richtlijn nog actueel zijn.