Trombocytentransfusies bij kinderen met kanker

Initiatief: NVK Aantal modules: 23

Intubatie

Uitgangsvraag

What is the effect of prophylactic platelet transfusion on hemorrhagic events and other outcomes in children with cancer who need a (non-urgent) intubation?

 

Wat is het effect van profylactische trombocytentransfusie op hemorragische voorvallen en andere uitkomsten bij kinderen met kanker die een (niet spoedeisende) intubatie nodig hebben?

Aanbeveling

  De werkgroep is van mening dat een trombocytengrens van 20x109/L voldoende is voor een geplande, niet-spoedeisende orale endotracheale intubatie bij kinderen met kanker.

  • ZWAKKE aanbeveling, EXPERT evidence.

De werkgroep is van mening dat een trombocytengrens van 50x109/L voldoende is voor een geplande, niet-spoedeisende nasale intubatie bij kinderen met kanker.

  • ZWAKKE aanbeveling, EXPERT evidence.

Overwegingen

Er werd geen literatuur gevonden over dit onderwerp bij kinderen met kanker. Daarom is deze aanbeveling gebaseerd op de meningen van de experts in de werkgroep.
Ten eerste, de werkgroep benadrukt dat deze aanbeveling toepasbaar is op geplande, niet-spoedeisende intubaties. Wanneer de intubatie (semi) urgent is, is de grens van trombocyten uiteraard inferieur aan het snel intuberen van de patiënt. Deze aanbevelingen gelden dus niet voor (semi) urgente situaties waarin een snelle intubatie vereist is.

 

De werkgroep is van mening dat een profylactische trombocytentransfusie in deze groep geoorloofd is. Op basis van expert opinions hebben we een onderscheid gemaakt tussen orale endotracheale intubatie en nasale intubatie. De werkgroep is van mening dat een trombocytengrens van 50x109/L voldoende is voor een geplande, niet-spoedeisende nasale intubatie bij kinderen met kanker. De nasale route van intubatie is zeer smal, goed gevasculariseerd en bloedt daarom makkelijk. Wanneer een bloeding optreedt, kan het zicht tijdens intubatie beperkt raken en dit kan de procedure zeer belemmeren. Bovendien kunnen dit soort bloedingen niet makkelijk gecontroleerd worden. Wij vinden dat de potentiële consequenties van dit soort bloedingen schadelijk kan zijn.

 

De werkgroep is van mening dat een trombocytengrens van 20x109/L voldoende is voor een geplande, niet-spoedeisende orale endotracheale intubatie bij kinderen met kanker. Deze route is toegankelijker, minder goed gevasculariseerd in vergelijking met de nasale route en daarom is de kans op een bloeding aldaar kleiner. Als hier een bloeding ontstaat, kan het zicht beter worden behouden en is er dus minder effect op de intubatie. Bovendien kan een bloeding alhier makkelijker gecontroleerd worden. Wij zijn van mening dat de potentiële consequenties van dit soort bloedingen minder schadelijk zijn dan die van de nasale intubatie.

Daarom is de werkgroep van mening de grens voor geplande, niet-spoedeisende orale endotracheale intubatie te verlagen naar 20 x109/L, en de grens voor geplande, niet-spoedeisende nasale intubatie te zetten op 50x109/L

Onderbouwing

D: Conclusion(s) of evidence (pediatric oncology patients):


0 studies in pediatric oncology patients were found.


-

C: Results in pediatric and adult oncology patients 
C1.1 Evidence in pediatric oncology patients
In our literature search, 0 results were found for this clinical question.

C1.2 Evidence in adult oncology patients  
From our additional searches, 0 results were found for this clinical question.

C1.3 Additional evidence guidelines (adults) and other
ASCO (3), NICE (2) and FMS (1) made 0 recommendations regarding this clinical question.

B: Clinical question, search and selection

B1: Clinical question:
What is the effect of prophylactic platelet transfusion on hemorrhagic events and other outcomes in children with cancer who need a (non-urgent) intubation?

Patients = Children (aged 28 days-18 years) with cancer who need a (non-urgent) intubation.
Intervention = Prophylactic platelet transfusion (at any threshold).
Control = (No prophylactic platelet transfusion or transfusion at any other threshold).
Outcomes = Mild hemorrhagic events, severe hemorrhagic events,  transfusion-related complications, anti-cancer treatment-related complications, morbidity, mortality, admission to hospital, costs, quality of life, event free survival, procedure-related complications.

B2: Literature search and study selection
For the complete methodology of this guideline development and the search strategy, we refer to pages 20-31.
Of 7486 unique citations identified in the literature search, zero studies with pediatric oncology patients were included for this clinical question.

  1. FMS Federatie Medisch Specialisten, Bloedtransfusiebeleid. 2019.
  2. NICE Guideline NCGC. Blood transfusion. 2015.
  3. Schiffer CA, Bohlke K, Delaney M, Hume H, Magdalinski AJ, McCullough JJ, et al. Platelet Transfusion for Patients With Cancer: American Society of Clinical Oncology Clinical Practice Guideline Update. J Clin Oncol. 2018;36(3):283-99.
  4. Loeffen EAH, Kremer LCM, Mulder RL, Font-Gonzalez A, Dupuis LL, Sung L, et al. The importance of evidence-based supportive care practice guidelines in childhood cancer-a plea for their development and implementation. Support Care Cancer. 2017;25(4):1121-5.
  5. Higgins JPT GS (editors). Cochrane Handbook for Systematic Reviews of Interventions Version 5.1.0. [updated M. The Cochrane Collaboration; 2011.
  6. Mulder RL, Brown MC, Skinner R, Hudson MM, Kremer LCM. Handbook for guideline development; collaboration between International Guideline Harmonization Group, PanCare Guideline Group and Cochrane Childhood Cancer Group. 2019.
  7. Dupuis LL, Robinson PD, van de Wetering MD, Tissing W, Seelisch J, Digout C, et al. Lexicon for guidance terminology in pediatric hematology/oncology: A White Paper. Pediatr Blood Cancer. 2020;67(4):e28170.
  8. Murphy S, Litwin S, Herring LM, Koch P, Remischovsky J, Donaldson MH, et al. Indications for platelet transfusion in children with acute leukemia. Am J Hematol. 1982;12(4):347-56.
  9. Stanworth SJ, Estcourt LJ, Powter G, Kahan BC, Dyer C, Choo L, et al. A no-prophylaxis platelet-transfusion strategy for hematologic cancers. N Engl J Med. 2013;368(19):1771-80.
  10. Wandt H, Schaefer-Eckart K, Wendelin K, Pilz B, Wilhelm M, Thalheimer M, et al. Therapeutic platelet transfusion versus routine prophylactic transfusion in patients with haematological malignancies: an open-label, multicentre, randomised study. Lancet. 2012;380(9850):1309-16.
  11. Crighton GL, Estcourt LJ, Wood EM, Trivella M, Doree C, Stanworth S. A therapeutic-only versus prophylactic platelet transfusion strategy for preventing bleeding in patients with haematological disorders after myelosuppressive chemotherapy or stem cell transplantation. Cochrane Database Syst Rev. 2015(9):CD010981.
  12. Estcourt LJ, Stanworth SJ, Doree C, Hopewell S, Trivella M, Murphy MF. Comparison of different platelet count thresholds to guide administration of prophylactic platelet transfusion for preventing bleeding in people with haematological disorders after myelosuppressive chemotherapy or stem cell transplantation. Cochrane Database Syst Rev. 2015(11):CD010983.
  13. Mats Heyman LB, André Baruchel, Marc Bierings, Manuel Brito, Jochen Büchner, Valerie de Haas, Barbara De Moerloose, Joaquin Duarte, Christina Halsey, Gabriele Escherich, Karin Flood, Carine Halfon-Domenech, Helene Hallböök, Jeremy Hancock, Martin Horstmann, Rachael Hough, Marianne Ifversen, Jenny Juhlin,Andrea Malone, Hanne Marquart, Vitor Mendes Costa, Veerle Mondelaers, Anthony Moorman, John Moppett, Rob Pieters, Sujith Samarasinghe, Kjeld Schmiegelow, Heidi Segers, Inge van der Sluis, Owen Smith, Marion Strullu, Mervi Taskinen, Ajay Vora, Martin Zimmermann. ALLTOGETHER. 2021.
  14. NOPHO-DBH-AML. 2012.
  15. Weiss SL, Peters MJ, Alhazzani W, Agus MSD, Flori HR, Inwald DP, et al. Surviving sepsis campaign international guidelines for the management of septic shock and sepsis-associated organ dysfunction in children. Intensive Care Med. 2020;46(Suppl 1):10-67.
  16. DENTISTRY AAP. Guideline on Dental Management of Pediatric Patients Receiving Chemotherapy, Hematopoietic Cell Transplantation, and/or Radiation Therapy. 2013.
  17. Howard SC, Gajjar A, Ribeiro RC, Rivera GK, Rubnitz JE, Sandlund JT, et al. Safety of lumbar puncture for children with acute lymphoblastic leukemia and thrombocytopenia. JAMA. 2000;284(17):2222-4.
  18. Foerster MV, Pedrosa Fde P, da Fonseca TC, Couceiro TC, Lima LC. Lumbar punctures in thrombocytopenic children with cancer. Paediatr Anaesth. 2015;25(2):206-10.

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 29-06-2022

Laatst geautoriseerd  : 29-06-2022

Geplande herbeoordeling  :

Voor het beoordelen van de actualiteit van deze richtlijn is de werkgroep niet in stand gehouden. Uiterlijk in 2027 bepaalt het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde of de modules van deze richtlijn nog actueel zijn. De geldigheid van de richtlijn komt eerder te vervallen indien nieuwe ontwikkelingen aanleiding zijn een herzieningstraject te starten.

De Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde is regiehouder van deze richtlijn en eerstverantwoordelijke op het gebied van de actualiteitsbeoordeling van de richtlijn. De andere aan deze richtlijn deelnemende wetenschappelijke verenigingen of gebruikers van de richtlijn delen de verantwoordelijkheid en informeren de regiehouder over relevante ontwikkelingen binnen hun vakgebied.

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Vereniging voor Heelkunde
  • Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland
  • Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratoriumgeneeskunde
  • Nederlandse Vereniging voor Bloedtransfusie
  • Vereniging Kinderkanker Nederland
  • Nederlandse Vereniging voor Hematologie

Algemene gegevens

De richtlijnontwikkeling werd gefinancierd uit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS). De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijn.

Doel en doelgroep

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor kinderen met kanker.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijn is in 2019 een werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen die betrokken zijn bij de zorg voor kinderen met kanker te maken hebben.

 

Samenstelling kernwerkgroep:

  • Drs. D.C. (Debbie) Stavleu, arts-onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen), op persoonlijke titel
  • Dr. E.A.H. (Erik) Loeffen, AIOS kindergeneeskunde, epidemioloog en postdoc onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen), NVK
  • Dr. R.L. (Renée) Mulder, postdoc onderzoeker, richtlijn ontwikkelaar, methodoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, op persoonlijke titel
  • Drs. D.M. (Demi) Kruimer, ANIOS kindergeneeskunde, MSc Healthcare Management en arts-onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht, op persoonlijke titel
  • Prof. Dr. L.C.M. (Leontien) Kremer, kinderarts, hoogleraar late effecten in kinderoncologie, Prinses Máxima Centrum, Utrecht en hoogleraar gepaste zorg, Amsterdam UMC, Amsterdam, NVK
  • Prof. Dr. W.J.E. (Wim) Tissing, kinderoncoloog, hoogleraar Supportive Care, Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen), NVK

 

Samenstelling werkgroep “Trombocytentransfusies bij kinderen met kanker”:

  • Dr. D. (Dorine) Bresters, kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVK
  • Mw. J.H.P. (Janneke) Evers, MANP, verpleegkundig specialist, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, V&VN
  • Dr. J.P.J. (Sjef) van Gestel, kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis (UMC Utrecht), Utrecht, NVK 
  • Dr. M.M. (Melanie) Hagleitner, kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVK
  • Dr. K.J.M. (Katja) Heitink-Pollé, kinderhematoloog-oncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVK
  • Drs. E.J. (Elise) Huisman, kinderarts-hematoloog, Sophia Kinderziekenhuis (Erasmus MC), Rotterdam, NVB
  • Dr. P.H.M. (Philip) Kuijper, labaratorium specialist hematologie, Máxima Medisch Centrum, Veldhoven, NVKC
  • Dhr. M.O. (Maarten) Mensink, kinderanesthesioloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVA
  • Drs. I.E. (Indra) Morsing, kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis (UMC Utrecht), Utrecht, NVK 
  • Dr. J. (Joppe) Nijman, kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis (UMC Utrecht), Utrecht, NVK 
  • Dr. J.G. (Jeroen) Noordzij, kinderarts, Reinier de Graaf Gasthuis, Delft, NVK
  • Mw. I. (Ida) Ophorst, MSc, kinderoncologie verpleegkundige, expert verpleegkundig onderzoek, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, V&VN
  • Mw. J. (Janneke) Ottens, verpleegkundig specialist kinderoncologie, Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen), V&VN
  • Mw. W. (Willemijn) Plieger, beleidsmedewerker VKN (Vereniging Kinderkanker Nederland), VKN
  • Dr. J. (Judith) Spijkerman, kinderarts, fellow kinderoncologie, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVK
  • Dr. A.F.W. (Lideke) van der Steeg, kinderchirurg, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, NVvH
  • Dr. M.D. (Marianne) van de Wetering, kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht, SKION

Bijzondere dank aan:

  • Mw. E. (Erika) Heerema, onafhankelijk voorzitter

Belangenverklaringen

Alle werkgroep ledenhebben schriftelijk verklaard of zij directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement, kennisvalorisatie) hebben gehad. Een overzicht van de belangen van werkgroep leden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde.

Tabel 1: (Neven)functies en belangen werkgroep leden 

Werkgroeplid

Functie

Nevenfuncties

Gemelde belangen

Ondernomen acties

D.C. Stavleu

Arts-onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen)

-

Geen

Geen

E.A.H. Loeffen

AIOS kindergeneeskunde, epidemioloog en postdoc onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen)

 

Voorzitter Stichting Kinderboek & Wetenschap (onbetaald).

Geen

Geen

R.L. Mulder

Postdoc onderzoeker, richtlijn ontwikkelaar, methodoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

-

Geen

Geen

D.M. Kruimer

Arts-onderzoeker kinderoncologie Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

ANIOS Kindergeneeskunde

Geen

Geen

L.C.M. Kremer

Kinderarts, hoogleraar late effecten in kinderoncologie, Prinses Máxima Centrum, Utrecht en hoogleraar gepaste zorg, Amsterdam UMC, Amsterdam

 

Adviseur kenniscentrum palliatieve zorg, beurzen via KiKa, KWF, ZonMW in het kader van werkzaamheden onderzoeksgroep Late Effecten.

Geen

Geen

W.J.E. Tissing

Kinderoncoloog, hoogleraar Supportive Care, Prinses Máxima Centrum, Utrecht en Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen)

 

Geen relevante nevenfuncties.

Geen

Geen

D. Bresters

Kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

-

Geen

Geen

J.H.P. Evers

Verpleegkundig specialist, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

-

Geen

Geen

J.P.J.

van Gestel

Kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht 

-

Geen

Geen

M.M. Hagleitner

Kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

-

Geen

Geen

K.J.M. Heitink-Pollé

Kinderhematoloog-oncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

Voorzitter redactie werkboek kinderhematologie (onbetaald)

Geen

Geen

E.J. Huisman

Kinderarts-hematoloog, Sophia Kinderziekenhuis (Erasmus MC), Rotterdam

Transfusie specialist, Sanquin Bloedvoorziening, PhD student

Geen

Geen

P.H.M.  Kuijper

Labaratorium specialist hematologie, Máxima Medisch Centrum, Veldhoven

Docent Fontys Hogeschool

Geen

Geen

M.O.  Mensink

Kinderanesthesioloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

Bestuurslid sectie pijn- en palliatieve geneeskunde NVA (onbetaald)

Geen

Geen

I.E. Morsing

Kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht 

-

Geen

Geen

J. Nijman

Kinderarts-intensivist, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht 

-

Geen

Geen

J.G. Noordzij

Kinderarts, Reinier de Graaf Gasthuis, Delft

 

-

Geen

Geen

I. Ophorst

Kinderoncologie verpleegkundige, expert verpleegkundig onderzoek, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

-

Geen

Geen

J. Ottens

Verpleegkundig specialist kinderoncologie, Beatrix Kinderziekenhuis (Universitair Medisch Centrum Groningen)

 

-

Geen

Geen

W. Plieger

Beleidsmedewerker VKN (Vereniging Kinderkanker Nederland)

-

Geen

Geen

J. Spijkerman

Kinderarts, fellow kinderoncologie, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

 

-

Geen

Geen

A.F.W. van der Steeg

Kinderchirurg, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

-

Geen

Geen

M.D. van de Wetering

SKION taakgroep Supportive Care, Kinderoncoloog, Prinses Máxima Centrum, Utrecht

-

Geen

Geen

 

Inbreng patiëntenperspectief

Er werd ruim aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door de Nederlandse Vereniging Kinderkanker Nederland (VKN) af te vaardigen in de werkgroep en in nauw contact te blijven gedurende het hele proces.

Methode ontwikkeling

Evidence based

Implementatie

Inleiding

Deze bijlage is opgesteld ter bevordering van de implementatie van de richtlijn “Trombocytentransfusies bij kinderen met kanker”.

 

Werkwijze

De werkgroep heeft per aanbeveling geïnventariseerd:

  • de verwachtte impact van implementatie van de aanbeveling op de zorgkosten;
  • mogelijk barrières om de aanbeveling te kunnen implementeren;
  • mogelijke acties om de implementatie van de aanbeveling te bevorderen;

 

Voor iedere aanbeveling is nagedacht over onder andere de hierboven genoemde punten. Deze richtlijn zal voornamelijk worden gebruikt in het Prinses Máxima Centrum en de Shared Care ziekenhuizen. Hierdoor is het verspreiden en het onder de aandacht van brengen van de richtlijn makkelijk. Hier zal met name de kernwerkgroep zich voor inzetten. Het streven is ook om samen met de VKN een implementatie plan te maken hoe we deze informatie op de juiste manier bij ouders en kinderen kunnen krijgen. Dit zal de kernwerkgroep in een later stadium met de VKN oppakken.

 

Er is door een multidisciplinaire werkgroep samen te stellen, geprobeerd zo veel mogelijk draagvlak te creëren voor de aanbevelingen. Hiermee hopen wij, samen met het geven van juiste informatie en voorlichten, barrières herkennen en te voorkomen.

Werkwijze

Knelpunteninventarisatie

Tijdens de voorbereidende fase inventariseerde de kernwerkgroep een aantal belangrijke en omvangrijke knelpunten. Deze werden vervolgens door de gehele werkgroep, inclusief alle afgevaardigden van de wetenschappelijke verenigingen, uitgebreid besproken en beoordeeld. Tevens zijn er nieuwe knelpunten aangedragen door de werkgroep leden. Hier is een volledige sessie aan gewijd met alle werkgroep leden in september 2019.

In deze knelpunteninventarisatie is expliciet rekening gehouden met zowel het klinische belang van deze uitkomsten en de organisatie van zorg zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, menskracht en infrastructuur.

 

Uitgangsvragen

Op basis van de uitkomsten van de knelpunteninventarisatie zijn door de kernwerkgroep concept-uitgangsvragen opgesteld. Deze zijn met de werkgroep gedeeld ter goedkeuring, waarna de werkgroep de definitieve uitgangsvragen heeft vastgesteld. Knelpunten gingen met name over profylactische trombocytentransfusies rondom procedures zoals inbrengen van een neusmaagsonde, het uitvoeren van een lumbaalpunctie, chirurgische ingrepen zoals een biopt etc. Zie alle uitgangsvragen in “Verantwoording Methodologie” vanaf pagina 20 voor een compleet overzicht. Alle besproken knelpunten zijn omgezet naar definitieve uitgangsvragen.

Kostenimplicaties

Door de toenemende aandacht voor de kosten in de gezondheidszorg neemt het belang van richtlijnen die doelmatig handelen bevorderen toe. Met de totstandkoming van deze richtlijn zijn kostenimplicaties meegenomen in de beoordeling van elke aanbeveling.

 

Kennislacunes

Tijdens de ontwikkeling van deze richtlijn is bij elke uitgangsvraag is door de werkgroep nagegaan of er (aanvullend) wetenschappelijk onderzoek gewenst is om de uitgangsvraag te kunnen beantwoorden. Een overzicht van de onderwerpen waarvoor (aanvullend) wetenschappelijk van belang wordt geacht, is beschreven in bijlage 1 “Kennislacunes”.

 

Implementatie

In de verschillende fasen van de richtlijnontwikkeling is rekening gehouden met de implementatie van de richtlijn en de praktische uitvoerbaarheid van de aanbevelingen. De implementatie zal plaatsvinden in het Prinses Máxima Centrum en de Shared Care centra en de werkgroep ziet geen grote belemmeringen. Een implementatieplan is bijgevoegd in bijlage 2.

 

Commentaar- en autorisatiefase

De conceptrichtlijn werd aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd ter commentaar. De commentaren werden verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren werd de conceptrichtlijn aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep dd 26-04-2022. De definitieve richtlijn werd aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd voor autorisatie en door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd dd 29-06-2022.

Zoekverantwoording

Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.

Volgende:
Lijnen