Slaapproblemen bij acuut opgenomen ouderen

Initiatief: NIV Aantal modules: 4

Interventies ziekenhuisopname slaapproblemen

Uitgangsvraag

  • Welke niet-farmacologische interventies zijn zinvol voor acuut in het ziekenhuis opgenomen oudere patiënten met nieuwe of verergerende slaapproblemen?
  • Welke farmacologische interventies zijn zinvol voor acuut in het ziekenhuis opgenomen oudere patiënten met nieuwe of verergerende slaapproblemen?

Aanbeveling

(voor het ziekenhuis)

STERK

Bij een vastgesteld nieuw of verergerend slaapprobleem bij oudere opgenomen patiënten dient de oorzaak hiervan zo mogelijk te worden achterhaald en weggenomen (zie ook aanverwant Standaardvragen anamnese slaapproblemen bij opname en verblijf). Overweeg de eventuele aanwezigheid van een chronisch slaapprobleem.

 

STERK

Een nieuw of verergerend slaapprobleem wordt in eerste instantie niet-medicamenteus behandeld. Hierbij is aandacht voor slaaphygiëne (zie voor maatregelen die hieronder verstaan worden, aanverwant Slaaphygiëne bij acuut opgenomen ouderen) en psycho-educatie. De effectiviteit hiervan wordt dagelijks geëvalueerd (bijvoorbeeld middels een VAS-schaal).

Slaap belemmerende medicatie wordt zo mogelijk gestaakt.

 

STERK

Het wordt aanbevolen dat (ziekenhuis)afdelingen een beleid hebben voor het bevorderen van een goede nachtrust (bijvoorbeeld ten aanzien van het lopen van nachtrondes en de beschikbaarheid van extra dekens). Ook behoren er mogelijkheden te zijn om de temperatuur van de ruimtes te beïnvloeden (zie ook aanverwant Slaaphygiëne bij acuut opgenomen ouderen).

 

STERK

Bij patiënten die vanwege een slaapprobleem bij opname reeds medicatie gebruiken, dient het gebruik geëvalueerd en zonodig gecontinueerd te worden. Het gebruik van meerdere soorten benzodiazepines wordt afgeraden.

 

CONDITI-ONEEL

Bij een vastgesteld nieuw of verergerend slaapprobleem bij oudere opgenomen patiënten worden gedurende de eerste twee nachten geen medicamenteuze maatregelen gericht op de slaap genomen.

Indien het slaapprobleem na adequate niet-medicamenteuze maatregelen na twee nachten persisteert, kunnen medicamenteuze maatregelen worden genomen.

 

STERK

Het gebruik van langwerkende benzodiazepines (met een halfwaardetijd van langer dan 12 uur (zie aanverwant Farmacokinetische eigenschappen) wordt afgeraden, vanwege de hiermee gepaard gaande risico’s.

Het gebruik van benzodiazepines wordt niet aanbevolen; bij patiënten met ernstige longproblematiek worden benzodiazepines afgeraden, vanwege het risico van ademdepressie.

 

CONDITI-ONEEL

Indien medicatie ter behandeling van het slaapprobleem wordt voorgeschreven, dient de voorschrijftermijn hiervan beperkt te zijn en het effect dagelijks te worden geëvalueerd (bijvoorbeeld middels een VAS-schaal). Tijdens opname gestarte medicatie ter behandeling van het slaapproblemen dient ten minste 1-2 dagen voor ontslag te zijn gestaakt.

 

CONDITI-ONEEL

Indien medicatie ter behandeling van het slaapprobleem wordt overwogen, is melatonine het middel van eerste keus (dagelijks op hetzelfde tijdstip).

 

STERK

In de overdracht naar de eerste lijn wordt het slaapprobleem en de gekozen aanpak vermeld.

Overwegingen

Een slaapprobleem is slecht voor de gezondheid en kan gepaard gaan met (verergering van) pijn, hoofdpijn, depressie, geheugenstoornissen, vermoeidheid, emotionaliteit, hypertensie en diabetes. Bovendien is een slaapprobleem gerelateerd aan een slecht herstel van acuut zieken op een somatische afdeling van een ziekenhuis. Adequate behandeling van een acuut slaapprobleem is daarom volgens de werkgroep nuttig voor het herstel (of behoud) van de algemene gezondheid.

Er zijn geen direct vergelijkende onderzoeken waarin de effectiviteit van benzodiazepines wordt vergeleken met melatonine voor de behandeling van acute slaapproblemen bij oudere opgenomen patiënten. Er is geen onderzoek van goede kwaliteit dat een positief effect van benzodiazepines, zopiclon en zolpidem laat zien voor de behandeling van acute slaapproblemen bij oudere opgenomen patiënten. Ook in buitenlandse richtlijnen is geen evidence gevonden. Des te opvallender is het dat benzodiazepines op grote schaal voorgeschreven worden.(99) Wel is er onderzoek voorhanden vanuit de chronische slaapstoornissen ten aanzien het gebruik van benzodiazepines.

Het gebruik van slaapmedicatie (met name bij gebruik van (langwerkende) benzodiazepines) is geassocieerd met veiligheidsrisico’s (met name vallen) en problemen gedurende gebruik tijdens een langere periode dan enkele dagen (gewenning met als gevolg een verminderde effectiviteit bij gelijkblijvende dosis, en verslaving). De werkgroep is dan ook van mening dat met het voorschrijven van slaap bevorderende medicatie uiterst terughoudend moet worden omgegaan. Er wordt daarom in de aanbevelingen voorrang gegeven aan het achterhalen van de oorzaak van het ervaren slaapprobleem (en het zo mogelijk verhelpen daarvan), psycho-educatie en niet-medicamenteuze (slaaphygiëne) maatregelen.

Bij acuut opgenomen patiënten die ontvangen slecht nieuws als oorzaak voor het slaapprobleem noemen, wordt een (aantal) nacht(en) slecht slapen als normaal fenomeen gezien. Dit is echter over het algemeen geen reden om van de geformuleerde aanbevelingen af te wijken ten aanzien van het gebruik van medicatie.

Onderbouwing

Niet-farmacologische interventies

LAAG

Het is mogelijk dat een digitale decision support tool het aantal voorschriften van sedativa/hypnotica bij oudere opgenomen patiënten in het ziekenhuis doet dalen. Lange termijn effecten van deze interventie zijn vooralsnog niet bekend.

 

Agostini (92)

 

LAAG

Er zijn aanwijzingen dat in het ziekenhuis opgenomen patiënten met bestaande slaapproblemen waarvoor zij reeds benzodiazepines gebruiken, positief staan ten opzichte van niet-farmacologische interventies daar zij deze als gezonder beschouwen t.o.v. benzodiazepine gebruik.

Ook zijn de patiënten in deze studie van mening dat benzodiazepines werken tegen bestaande slaapproblemen.

 

Azad (93)

 

Algehele kwaliteit van bewijs = LAAG

 


Farmacologische interventies

LAAG

Er zijn aanwijzingen dat in het ziekenhuis opgenomen patiënten met bestaande slaapproblemen waarvoor zij reeds benzodiazepines gebruiken, positief staan ten opzichte van niet-farmacologische interventies daar zij deze als gezonder beschouwen t.o.v. benzodiazepine gebruik.

Ook zijn de patiënten in deze studie van mening dat benzodiazepines werken tegen bestaande slaapproblemen.

 

Azad (93)

 

LAAG

Melatonine lijkt effectief in het bekorten van de inslaaptijd en het verbeteren van de subjectieve en objectieve slaapkwaliteit van patiënten die opgenomen zijn in het ziekenhuis en een slaapprobleem hebben. Het is niet bekend of dit ook geldt voor oudere opgenomen patiënten.

 

Andrade (96)

 

Algehele kwaliteit van bewijs = LAAG

Overall kwaliteit

Er is sprake van een grote diversiteit aan studies, die niet gecombineerd kunnen worden vanwege de heterogeniteit in populaties en inhoud van interventies. De algehele kwaliteit van het bewijs is laag en de gevonden evidence is maar zeer beperkt toepasbaar op onze populatie met nieuwe of verergerende slaapstoornissen. Het verder doorvoeren van de GRADE systematiek (met behulp van evidence profielen en summary of findings) is derhalve niet zinvol.

 

Niet-farmacologische interventies

Vier studies beschreven niet-farmacologische interventies in het ziekenhuis.(92-95) Het onderzoek van Azad et al. handelde daarnaast ook over farmacologisch ingrijpen.(93

Agostini et al. onderzochten de effecten van een computer-based interventie op de frequentie van voorschrijven van sedativa/hypnotica bij oudere opgenomen patiënten.(92) Dit artikel beantwoordt niet zozeer de vraag of interventies nuttig zijn voor patiënten, maar beschrijft wel de invloed van een digitale tool op het voorschrijfgedrag van sedativa/hypnotica. In dit prospectieve voor-na onderzoek is gekeken naar het voorschrijfgedrag voor en na invoering van een decision support tool die aanbevelingen geeft voor medicamenteuze en niet-medicamenteuze interventies bij oudere patiënten bij het invoeren van een recept voor difenhydramine of diazepam.

De kwaliteit van dit onderzoek is laag, doordat er geen vergelijking tussen verschillende groepen patiënten is, er is een kans op vertekening van de resultaten door andere oorzaken dan de decision support tool en er is een reële kans op wegebben van het gevonden effect na gewenning aan de interventie. Aan het onderzoek namen 25.509 patiënten deel, met een gemiddelde leeftijd van 76 jaar (sd 7). Het aantal voorschriften daalde na de interventie van 18% naar 15% (OR 0,82; 95%BI: 0,76 tot 0,87; 18% reductie).

 

Azad et al. onderzochten de attitude van patiënten ten aanzien van farmaceutische en niet-farmaceutische interventies bij patiënten die met benzodiazepines werden behandeld.(93) Ook dit onderzoek sluit niet echt aan bij de uitgangsvraag naar de effectiviteit van niet-medicamenteuze maatregelen, maar kan toch relevant zijn omdat de houding van patiënten bij een gebleken effectiviteit belangrijk is voor implementatie van dergelijke maatregelen. Deze studie is eveneens van lage kwaliteit, omdat er geen sprake is van vergelijkend onderzoek en de kans op vertekening fors is door de mogelijkheid van sociaal wenselijke antwoorden. Bij deze survey zijn opgenomen patiënten in een derdelijns ziekenhuis geïncludeerd die zelf rapporteerden slaapproblemen te hebben, waarvoor zij al benzodiazepines gebruikten. Patiënten met ernstige psychiatrische stoornissen, opname op de intensive care, met een trauma of met angst of comorbiditeit die de communicatie nadelig beïnvloedt, werden geëxcludeerd. Er werden 100 patiënten geïnterviewd, 51% van hen was jonger dan 65 jaar en 15% was ouder dan 75 jaar. Van de patiënten had 73% inslaapproblemen, 54% een doorslaapprobleem en 32% was ’s ochtends te vroeg wakker. De belangrijkste resultaten ten aanzien van de attitude over farmacologische en niet-farmacologische interventies bij patiënten die met benzodiazepines werden behandeld staan vermeld in onderstaande tabel:

 

Stelling

Positieve mening patiënten

Benzodiazepines helpen wel

79%

Bijwerkingen van benzodiazepines kunnen optreden

44%

Benzodiazepines werken beter dan niet-farmacologische interventies

32%

Niet-farmacologische interventies zijn gezonder

82%

Het accepteren van niet-farmacologische interventies

67%

 

Ryu et al. voerden een randomised clinical trial (RCT) uit om de invloed van muziek op slaap te onderzoeken bij patiënten na een cardiologische ingreep op de intensive care.(94) Het betreft een onderzoek van matige kwaliteit, want er was sprake van een zeer geselecteerde patiëntengroep, er was geen inclusie van opeenvolgende patiënten, blindering was niet gegarandeerd, er was geen follow-up en maar één meting en sociaal wenselijke antwoorden waren mogelijk. Slechts een beperkt deel van de patiënten is oudere, en er is geen separate analyse voor oudere personen gedaan (dat is op basis van de gegevens uit het artikel ook niet te realiseren). In het onderzoek zijn 58 patiënten geïncludeerd, hun gemiddelde leeftijd is 61 jaar. Patiënten in de interventiegroep kregen ‘slaapverwekkende muziek’ ’s avonds via oordopjes gedurende 53 minuten en een verduisterende oogbandage. Patiënten in de controlegroep kregen alleen oordopjes (dus zonder muziek) en eveneens een verduisterende oogbandage.

Er werd gekeken naar de slaapduur en de slaapkwaliteit (Verran and Synder-Halpern scale (VSH, range 0-80 punten), uitgevraagd door een getrainde verpleegkundige aan de patiënt. In de interventiegroep sliepen de patiënten gemiddeld 279 minuten in vergelijking met 243 minuten in de controlegroep (p=0,002). De slaapkwaliteit (VSH) was 36 punten in de interventiegroep en 29 punten in de controlegroep (p<0,001). Deze verschillen wordt door de richtlijnwerkgroep niet klinisch relevant geacht. Bovendien is de zeer selectie populatie in deze studie niet geschikt om te extrapoleren naar de doelgroep van deze richtlijn.

Toublanc et al. onderzochten in een RCT de invloed van assist-control ventilatie versus low level pressure support ventilatie op de slaapkwaliteit bij geïntubeerde intensive-care patiënten.(95) Omdat er geen blindering werd toegepast, slechts een zeer beperkt aantal patiënten werd bestudeerd, en er veel kans op vertekening van de resultaten was, werd dit onderzoek als van lage kwaliteit gegradeerd. In het onderzoek werden volwassen geïntubeerde patiënten met een chronische longziekte (mechanische ventilatie) geïncludeerd. Aan het onderzoek namen 20 patiënten deel met een gemiddelde leeftijd van 65 jaar (range 42-81 jaar), voornamelijk patiënten met bestaande COPD en een nieuwe pulmonaire infectie. Patiënten kregen gedurende één nacht alternerend 4 uur assist-control ventilatie (10 ml/kg, 12/minuut, verhoogd tot verdwijnen inademingsarbeid) en 4 uur low-level pressure support (spontane ademhaling met inspiratoire pressure (6 cm H2), 7200 PB, 5 l/minuut). De effectiviteit werd geëvalueerd aan de hand van polysomnografie en de eigen score van de patiënt zelf (score 0 bij geen slaap, tot 2 bij goede ervaren slaap). Er werden geen significante verschillen in slaaparchitectuur gevonden.

 

Farmacologische interventies

Vier onderzoeken beschreven farmacologische interventies in het ziekenhuis.(93, 96-98) Het onderzoek van Azad et al. is hierboven reeds beschreven.(93)

Andrade et al. onderzochten de effectiviteit en veiligheid van orale melatonine bij zieke patiënten met een acuut slaapprobleem.(96) In deze dubbelblinde RCT werden opeenvolgende in het ziekenhuis opgenomen patiënten met ten minste twee weken bestaande slaapproblemen (>30 minuten inslaaptijd en klachten) geïncludeerd. Ondanks het onderzoeksdesign is de studie van lage kwaliteit, omdat er maar een beperkt aantal patiënten in participeerde en er sprake was van onvergelijkbaarheid van de interventie- en controlegroep (in leeftijd, geslacht, primaire aandoening, duur en intensiteit gebruik interventie en placebo). Bovendien is de studie gefinancierd door de farmaceutische industrie, en sluit de onderzoeksgroep niet geheel aan bij de uitgangsvraag (geen separate analyse voor ouderen). Patiënten in de interventiegroep kregen melatonine 3 mg, één tot vier capsules per nacht, gedurende acht tot zestien dagen. Patiënten in de controlegroep kregen een placebo. In het onderzoek namen 33 patiënten deel, hun gemiddelde leeftijd was 56 jaar. De patiënten waren opgenomen met diverse aandoeningen (bijv. cardiovasculaire, hematologische, hepatologische, of pulmonaire aandoening). De tijd tot inslapen was in de melatoninegroep 0,3 uur (sd 0,2) in vergelijking met 1,0 uur (sd 1,0) in de placebogroep (p=0,05). Patiënten rapporteerden een verbetering van respectievelijk 2,5 (sd 1,0) en 1,6 (sd 1,3) op een vijfpuntsschaal (p=0,03). De richtlijnwerkgroep acht deze verschillen klinisch relevant.

Corbett et al. onderzochten patiëntenvoorkeuren voor dexmedetomidine of propofol bij mechanische ventilatie op de intensive care.(97) In deze RCT werden patiënten geïncludeerd na een electieve cardiologische ingreep, bij wie verwacht werd dat mechanische ventilatie binnen 24 uur geïndiceerd was. De studie is van matige kwaliteit, omdat er geen sprake is van blindering en niet alleen ouderen in het onderzoek werden geïncludeerd (en er geen separate analyse voor ouderen is). Het onderzoek is uitgevoerd bij een zeer specifieke populatie, waarbij deze resultaten niet geëxtrapoleerd kunnen worden naar andere groepen patiënten. In het onderzoek werden 89 patiënten geïncludeerd, met een gemiddelde leeftijd van 63 jaar. Patiënten in de interventiegroep kregen dexmedetomidine (1 μg/kg laaddosis i.v. in 15 minuten, daarna 0,4 μg/kg/uur i.v.). Patiënten in de controlegroep kregen propofol (5 μg/kg/minuut i.v. getitreerd binnen range 0,2-0,7 μg/kg/uur of 5-75 μg/kg/minuut i.v.). De duur van het onderzoek bedroeg maximaal 48 uur. In dit onderzoek is vooral ook gekeken naar angst en communicatiemogelijkheden. Deze uitkomsten zijn voor deze evidence review niet van belang. Omtrent slaapparameters werd er geen verschil gevonden tussen beide groepen op de vraag ‘How easy was it to sleep?’ De zeer specifieke populatie van deze studie maakt gebruik van dit onderzoek voor de doelgroep van deze richtlijn niet mogelijk.

Het onderzoek van Sunami et al. tenslotte onderzocht het effect van fluvoxamine bij CVA-patiënten met een depressie op hun depressie en op slaapproblemen.(98) Deze studie kent een zeer grote kans op bias, omdat er geen sprake is van randomisatie, geen blindering en de mogelijke onvergelijkbaarheid van de beide groepen. Daarnaast namen maar zeer weinig patiënten deel. Het onderzoek is derhalve van zeer lage kwaliteit. Patiënten in de interventiegroep kregen fluvoxamine getitreerd tot 75 mg/dag 1dd gedurende vier weken. Patiënten in de controlegroep kregen geen interventie. In het onderzoek participeerden 19 patiënten met een gemiddelde leeftijd van 75 jaar. Er werd gekeken naar veranderingen op de Pittsburgh Sleep Quality Index en naar depressieschalen en endogene melatonineproductie. In de interventiegroep was er wel een verschil met baseline (PSQI van 10,3 naar 5,1; 6,2 en 5,0 na één, twee respectievelijk vier weken (p<0,05)), voor de controlegroep werd geen significant verschil vastgesteld. Er werd geen directe vergelijking tussen de groepen gedaan; dit zou waarschijnlijk leiden tot geen verschil tussen beide groepen.

Sivertsen et al. voerden een dubbelblinde placebogecontroleerde RCT uit onder 46 patiënten ouder dan 55 jaar met langer durende primaire insomnia (91). In dit onderzoek werden patiënten uit de algemene bevolking gerecruteerd, die een interventie kregen gedurende 6 weken (cognitieve therapie, zopiclon of placebo), waarna na 6 maanden follow-up plaatsvond. De patiënten in het onderzoek hadden gemiddeld 14 jaar insomnia en waren niet opgenomen in het ziekenhuis. Hierdoor is de onderzoekspopulatie niet vergelijkbaar met die in de richtlijn, zodat de resultaten van dit onderzoek niet geëxtrapoleerd kunnen worden.

Om deze uitgangsvragen te beantwoorden werd een uitgebreide literatuursearch gedaan (zie zoekverantwoording). Er bleken geen goede systematische reviews te zijn, derhalve is een eigen systematische review uitgevoerd. De literatuursearches voor de beide vragen over niet-farmacologische interventies (dus in ziekenhuis en in verpleeghuis) zijn uitgevoerd middels één literatuursearch. Datzelfde geldt voor de beide vragen over farmacologische interventies. Deze beide literatuursearches leverden 199 respectievelijk 202 mogelijk relevante artikelen. Deze searches werden vervolgens samengevoegd, waarna een eerste selectie plaatsvond op basis van abstract. Hierbij bleven 81 artikelen over die werden opgevraagd. De meeste artikelen vielen af omdat ze niet over de juiste populatie gingen (geen merendeel oudere patiënten, of geen nieuwe of verergerende slaapproblemen (maar veelal bestaande problemen zoals OSAS)), omdat geen interventie werd bestudeerd (maar bijvoorbeeld meer epidemiologisch onderzoek over prevalentie van slaapproblematiek) of omdat het geen systematisch onderzoek betrof.(36-43) Derhalve zijn 72 fulltext beoordeeld op kwaliteit en inhoud. Deze zijn vermeld in de evidence tabel. Een aantal artikelen is daarna alsnog geëxcludeerd, omdat het onderwerp niet aansloot bij de uitgangsvraag of omdat het geen systematisch opgezet onderzoek betrof.(44-90) De overgebleven artikelen staan onderstaand beschreven per onderwerp. Additioneel werd gezocht naar evidence voor de effectiviteit van zopiclon. Dit leverde 34 abstracts; na selectie bleef één artikel over, dat onderstaand beschreven staat. (91)

  1. 36 - Cefalu CA. Evaluation and management of insomnia in the institutionalized elderly. Annals of Long-Term Care. 2004;12(6):25-32.
  2. 37 - LoBuono S. Treating insomnia in older patients. Patient Care. 2001;35(5):91-7.
  3. 38 - Nelson RA. Effects of a non-pharmacological intervention on the sleep behavior and sedative/hypnotic drug use of nursing home residents: Temple University; 2008.
  4. 39 - Rose KM. The effects of cranial electrical stimulation on sleep disturbances, depressive symptoms, and caregiving appraisal in elderly caregivers of persons with Alzheimer's disease or related dementia: University of Virginia; 2006.
  5. 40 - Schwartz T, Nihalani N, Virk S, Jindal S, Costello A, Muldoon R, et al. "A comparison of the effectiveness of two hypnotic agents for the treatment of insomnia". The international journal of psychiatric nursing research. 2004;10(1):1146-50.
  6. 41 - Swann J.I. Respite at night: helping residents to sleep. Nursing & Residential Care. 2013;15(2):92-6.
  7. 42 - Thase ME, Fava M, DeBattista C, Arora S, Hughes RJ. Modafinil augmentation of SSRI therapy in patients with major depressive disorder and excessive sleepiness and fatigue: a 12-week, open-label, extension study. CNS spectrums. 2006;11(2):93-102.
  8. 43 - Voyer P, St-Jacques S, Verreault R. Effectiveness of benzodiazepines in treating sleep disturbances among nursing home residents. . Long-Term Care Interface. 2006;7(7):21-8.
  9. 44 - Barthlen GM. Sleep disorders. Obstructive sleep apnea syndrome, restless legs syndrome, and insomnia in geriatric patients. Geriatrics. 2002;57(11):34-9; quiz 40.
  10. 45 - Baskett JJ, Broad JB, Wood PC, Duncan JR, Pledger MJ, English J, et al. Does melatonin improve sleep in older people? A randomised crossover trial. Age and ageing. 2003;32(2):164-70.
  11. 46 - Benkert O, Szegedi A, Philipp M, Kohnen R, Heinrich C, Heukels A, et al. Mirtazapine orally disintegrating tablets versus venlafaxine extended release: a double-blind, randomized multicenter trial comparing the onset of antidepressant response in patients with major depressive disorder. Journal of clinical psychopharmacology. 2006;26(1):75-8.
  12. 47 - Beullens J, Schols J. [Treatment of insomnia in demented nursing home patients: a review]. Tijdschrift voor gerontologie en geriatrie. 2002;33(1):15-20.
  13. 48 - Borazan H, Tuncer S, Yalcin N, Erol A, Otelcioglu S. Effects of preoperative oral melatonin medication on postoperative analgesia, sleep quality, and sedation in patients undergoing elective prostatectomy: a randomized clinical trial. Journal of anesthesia. 2010;24(2):155-60.
  14. 49 - Boyle J, Eriksson ME, Gribble L, Gouni R, Johnsen S, Coppini DV, et al. Randomized, placebo-controlled comparison of amitriptyline, duloxetine, and pregabalin in patients with chronic diabetic peripheral neuropathic pain: impact on pain, polysomnographic sleep, daytime functioning, and quality of life. Diabetes care. 2012;35(12):2451-8.
  15. 50 - Byles JE, Mishra GD, Harris MA, Nair K. The problems of sleep for older women: changes in health outcomes. Age and ageing. 2003;32(2):154-63.
  16. 51 - Clarfield AM. Review: sedative-hypnotics increase adverse effects more than they improve sleep quality in older persons with insomnia. ACP journal club. 2006;145(1):14.
  17. 52 - Conn DK, Madan R. Use of sleep-promoting medications in nursing home residents : risks versus benefits. Drugs & aging. 2006;23(4):271-87.
  18. 53 - Cooke JR, Ayalon L, Palmer BW, Loredo JS, Corey-Bloom J, Natarajan L, et al. Sustained use of CPAP slows deterioration of cognition, sleep, and mood in patients with Alzheimer's disease and obstructive sleep apnea: a preliminary study. Journal of clinical sleep medicine : JCSM : official publication of the American Academy of Sleep Medicine. 2009;5(4):305-9.
  19. 54 - Dowling GA, Burr RL, Van Someren EJ, Hubbard EM, Luxenberg JS, Mastick J, et al. Melatonin and bright-light treatment for rest-activity disruption in institutionalized patients with Alzheimer's disease. Journal of the American Geriatrics Society. 2008;56(2):239-46.
  20. 55 - Dowson L, Ledgerwoord K, Moore K, Dow B, Tinney J. Sleep in residential care: A review of the literature. Australian Journal of Advanced Nursing. 2012;29(4):11-8.
  21. 56 - Epstein DR, Dirksen SR. Randomized trial of a cognitive-behavioral intervention for insomnia in breast cancer survivors. Oncology nursing forum. 2007;34(5):E51-9.
  22. 57 - Erman M, Seiden D, Zammit G, Sainati S, Zhang J. An efficacy, safety, and dose-response study of Ramelteon in patients with chronic primary insomnia. Sleep medicine. 2006;7(1):17-24.
  23. 58 - Florete OG, Xiang J, Vorsanger GJ. Effects of extended-release tramadol on pain-related sleep parameters in patients with osteoarthritis. Expert opinion on pharmacotherapy. 2008;9(11):1817-27.
  24. 59 - Fukuda N, Kobayashi R, Kohsaka M, Honma H, Sasamoto Y, Sakakibara S, et al. Effects of bright light at lunchtime on sleep in patients in a geriatric hospital II. Psychiatry and clinical neurosciences. 2001;55(3):291-3.
  25. 60 - Gordon AL, Gladman JRF. Sleep in care homes. Reviews in Clinical Gerontology. 2010;20:309-16.
  26. 61 - Guelfi JD, Ansseau M, Timmerman L, Korsgaard S, Mirtazapine-Venlafaxine Study G. Mirtazapine versus venlafaxine in hospitalized severely depressed patients with melancholic features. Journal of clinical psychopharmacology. 2001;21(4):425-31.
  27. 62 - James IG, O'Brien CM, McDonald CJ. A randomized, double-blind, double-dummy comparison of the efficacy and tolerability of low-dose transdermal buprenorphine (BuTrans seven-day patches) with buprenorphine sublingual tablets (Temgesic) in patients with osteoarthritis pain. Journal of pain and symptom management. 2010;40(2):266-78.
  28. 63 - Kobayashi R, Fukuda N, Kohsaka M, Sasamoto Y, Sakakibara S, Koyama E, et al. Effects of bright light at lunchtime on sleep of patients in a geriatric hospital I. Psychiatry and clinical neurosciences. 2001;55(3):287-9.
  29. 64 - Kosinski M, Janagap C, Gajria K, Schein J, Freedman J. Pain relief and pain-related sleep disturbance with extended-release tramadol in patients with osteoarthritis. Current medical research and opinion. 2007;23(7):1615-26.
  30. 65 - Krishnan P, Hawranik P. Diagnosis and management of geriatric insomnia: a guide for nurse practitioners. Journal of the American Academy of Nurse Practitioners. 2008;20(12):590-9.
  31. 66 - Krystal AD, Erman M, Zammit GK, Soubrane C, Roth T, Group ZS. Long-term efficacy and safety of zolpidem extended-release 12.5 mg, administered 3 to 7 nights per week for 24 weeks, in patients with chronic primary insomnia: a 6-month, randomized, double-blind, placebo-controlled, parallel-group, multicenter study. Sleep. 2008;31(1):79-90.
  32. 67 - Lundahl J, Deacon S, Maurice D, Staner L. EEG spectral power density profiles during NREM sleep for gaboxadol and zolpidem in patients with primary insomnia. Journal of psychopharmacology. 2012;26(8):1081-7.
  33. 68 - Lyseng-Williamson KA. Melatonin prolonged release: in the treatment of insomnia in patients aged >/=55 years. Drugs & aging. 2012;29(11):911-23.
  34. 69 - Mahowald MW, Bornemann MA. Sleep complaints in the geriatric patient. Minnesota medicine. 2007;90(10):45-7.
  35. 70 - Martin JL, Fung CH. Quality indicators for the care of sleep disorders in vulnerable elders. Journal of the American Geriatrics Society. 2007;55 Suppl 2:S424-30.
  36. 71 - Martin JL, Marler MR, Harker JO, Josephson KR, Alessi CA. A multicomponent nonpharmacological intervention improves activity rhythms among nursing home residents with disrupted sleep/wake patterns. The journals of gerontology Series A, Biological sciences and medical sciences. 2007;62(1):67-72.
  37. 72 - McMillan DE. Cognitive behavioural therapy improved benzodiazepine discontinuation in chronic insomnia. Evidence-based nursing. 2004;7(2):52.
  38. 73 - Morin CM, Bastien C, Guay B, Radouco-Thomas M, Leblanc J, Vallieres A. Randomized clinical trial of supervised tapering and cognitive behavior therapy to facilitate benzodiazepine discontinuation in older adults with chronic insomnia. The American journal of psychiatry. 2004;161(2):332-42.
  39. 74 - Mulsant BH, Gharabawi GM, Bossie CA, Mao L, Martinez RA, Tune LE, et al. Correlates of anticholinergic activity in patients with dementia and psychosis treated with risperidone or olanzapine. The Journal of clinical psychiatry. 2004;65(12):1708-14.
  40. 75 - Nagel CL, Markie MB, Richards KC, Taylor JL. Sleep promotion in hospitalized elders. Medsurg nursing : official journal of the Academy of Medical-Surgical Nurses. 2003;12(5):279-89; quiz 90.
  41. 76 - Potvin O, Hudon C, Forget H, Grenier S, Dube M, Lorrain D, et al. Prevalence of psychiatric disorders in community-dwelling older men and women with cognitive impairment no dementia: results from the ESA study. Aging & mental health. 2012;16(2):218-27.
  42. 77 - Richards K, Rowlands A. The impact of zolpidem on the mental status of hospitalized patients older than age 50. Medsurg nursing : official journal of the Academy of Medical-Surgical Nurses. 2013;22(3):188-91, 7.
  43. 78 - Roszkowska J, Geraci SA. Management of insomnia in the geriatric patient. The American journal of medicine. 2010;123(12):1087-90.
  44. 79 - Ruths S, Straand J, Nygaard HA, Bjorvatn B, Pallesen S. Effect of antipsychotic withdrawal on behavior and sleep/wake activity in nursing home residents with dementia: a randomized, placebo-controlled, double-blinded study. The Bergen District Nursing Home Study. Journal of the American Geriatrics Society. 2004;52(10):1737-43.
  45. 80 - Simonson W, Bergeron CA, Crecelius CA, Murphy R, Roth Maguire S, Osterweil D, et al. Improving sleep management in the elderly. A guide to the management of insomnia in long-term care. Annals of Long-Term Care: Clinical Care and Aging. 2007;15(12; Suppl 1):1-16.
  46. 81 - Spahr L, Coeytaux A, Giostra E, Hadengue A, Annoni JM. Histamine H1 blocker hydroxyzine improves sleep in patients with cirrhosis and minimal hepatic encephalopathy: a randomized controlled pilot trial. The American journal of gastroenterology. 2007;102(4):744-53.
  47. 82 - Su TP, Huang SR, Chou P. Prevalence and risk factors of insomnia in community-dwelling Chinese elderly: a Taiwanese urban area survey. The Australian and New Zealand journal of psychiatry. 2004;38(9):706-13.
  48. 83 - Sudano I, Flammer AJ, Periat D, Enseleit F, Hermann M, Wolfrum M, et al. Acetaminophen increases blood pressure in patients with coronary artery disease. Circulation. 2010;122(18):1789-96.
  49. 84 - Svarstad BL, Mount JK. Effects of residents' depression, sleep, and demand for medication on benzodiazepine use in nursing homes. Psychiatric services. 2002;53(9):1159-65.
  50. 85 - Vaajoki A, Pietila AM, Kankkunen P, Vehvilainen-Julkunen K. Effects of listening to music on pain intensity and pain distress after surgery: an intervention. Journal of clinical nursing. 2012;21(5-6):708-17.
  51. 86 - Valtonen M, Niskanen L, Kangas AP, Koskinen T. Effect of melatonin-rich night-time milk on sleep and activity in elderly institutionalized subjects. Nordic journal of psychiatry. 2005;59(3):217-21.
  52. 87 - Vaz Fragoso CA, Gill TM. Sleep complaints in community-living older persons: a multifactorial geriatric syndrome. Journal of the American Geriatrics Society. 2007;55(11):1853-66.
  53. 88 - Wolf R, Dykierek P, Gattaz WF, Maras A, Kohnen R, Dittmann RW, et al. Differential effects of trimipramine and fluoxetine on sleep in geriatric depression. Pharmacopsychiatry. 2001;34(2):60-5.
  54. 89 - Woodward M. Sleep in older people. Reviews in Clinical Gerontology. 2012;22:130-49.
  55. 90 - Zisberg A, Shadmi E, Sinoff G, Gur-Yaish N, Srulovici E, Shochat T. Hospitalization as a turning point for sleep medication use in older adults: prospective cohort study. Drugs & aging. 2012;29(7):565-76.
  56. 91 - Sivertsen B, Omvik S, Pallesen S, Bjorvatn B, Havik OE, Kvale G, et al. Cognitive behavioral therapy vs zopiclone for treatment of chronic primary insomnia in older adults: a randomized controlled trial. JAMA : the journal of the American Medical Association. 2006;295(24):2851-8.
  57. 92 - Agostini JV, Zhang Y, Inouye SK. Use of a computer-based reminder to improve sedative-hypnotic prescribing in older hospitalized patients. Journal of the American Geriatrics Society. 2007;55(1):43-8.
  58. 93 - Azad N, Byszewski A, Sarazin FF, McLean W, Koziarz P. Hospitalized patients' preference in the treatment of insomnia: pharmacological versus non-pharmacological. The Canadian journal of clinical pharmacology = Journal canadien de pharmacologie clinique. 2003;10(2):89-92.
  59. 94 - Ryu MJ, Park JS, Park H. Effect of sleep-inducing music on sleep in persons with percutaneous transluminal coronary angiography in the cardiac care unit. Journal of clinical nursing. 2012;21(5-6):728-35.
  60. 95 - Toublanc B, Rose D, Glerant JC, Francois G, Mayeux I, Rodenstein D, et al. Assist-control ventilation vs. low levels of pressure support ventilation on sleep quality in intubated ICU patients. Intensive care medicine. 2007;33(7):1148-54.
  61. 96 - Andrade C, Srihari BS, Reddy KP, Chandramma L. Melatonin in medically ill patients with insomnia: a double-blind, placebo-controlled study. The Journal of clinical psychiatry. 2001;62(1):41-5.
  62. 97 - Corbett SM, Rebuck JA, Greene CM, Callas PW, Neale BW, Healey MA, et al. Dexmedetomidine does not improve patient satisfaction when compared with propofol during mechanical ventilation. Critical care medicine. 2005;33(5):940-5.
  63. 98 - Sunami E, Usuda K, Nishiyama Y, Otori T, Katsura K, Katayama Y. A preliminary study of fluvoxamine maleate on depressive state and serum melatonin levels in patients after cerebral infarction. Internal medicine. 2012;51(10):1187-93.
  64. 99 - Kengetallen SF. Minder ouderen aan de benzo's. Pharm Weekblad. 2012;147(36).

Niet-farmacologische en farmacologische interventies

Eerste  auteur

Jaartal

Setting*

Farm./ niet    farm.

Doel onderzoek

Studietype

In-/exclusie-criteria

Studieduur/    follow-up

Patiëntenkarak-teristieken

Interventie

Controle

Uitkomst-maten

Resultaten

Risk of bias

Kwali-teit

Opmerkingen

Agostini

2006

Ziekenhuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effecten van computer-based   interventie op de frequentie van voorschrijven   van sedativa bij oudere   opgenomen patiënten

Prospectief   voor-na onderzoek

Opgenomen   patiënten ≥65 in academisch   zie-kenhuis met me-dicatievoor-schrift (zo nodig   gebruik) voor   slaapprobleem of insomnia. Medicatie: di-phenhydramine,   diazepam,   lora-zepam, trazo-don). Exclusie: voorschrift voor andere indicatie     (bijv. angst)

Dataverza-meling   gedurende 1 jaar voor   interventie en 1 jaar na start interventie

25.509   patiënten, gemiddelde leeftijd 76 (sd   7), gemiddelde Charlson comorbiditeit   score 2,3 (sd 1,9), 18% met   slaapmedicatie bij opname, 1% met slaapprobleem bij   opname, niet   specifiek nieuw of verergerend tijdens opname

Computerba-sed   interventie (computeror-der   entry screen als in-terventie of reminder bij   bestellen van   difenhydra-mine of diaze-pam; met aan-bevelingen voor niet-me-dicamenteuze     en medica-menteuze in-terventies bij oudere patiënten)

Geen

Medicatie-voorschrift   (sedativa), niet-farmacologi-sche   interven-ties. Succes gedefinieerd als   niet-farma-cologische   interventie of voorschrift lorazepam of trazodon. Fa-len   als   voor-schrift difen-hydramine of diazepam

Voorschrift   medicatie daalde van 18% naar 15%   (OR 0,82; 95%: 0,76-0,87), ARR: 3%, NNT:   33, succes bij 95% na   interventie (maar voor interventie staat niet vermeld)

Geen   vergelijkend onderzoek (geen groepen,   geen randomisatie), forse kans op bias   (grote kans dat resultaten niet   alleen het gevolg zijn van de interventie),   grote kans op    wegebben effect na   gewenning interventie

Laag

Onderzoek sluit   eigenlijk niet echt aan bij   uitgangsvraag

Alessi

2005

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   multidimensio-nele interventie   gericht op verschillende factoren voor   verstoorde slaap in   verpleeghuis en effect op slaapgewoonten

RCT

Bewoners vier   verpleeghuizen in USA, met ≥15%   slaap overdag, ≤80% slaap 's nachts;   exclusie: acuut ziek, in   isolatie, volledig bedlegerig

5 dagen   interventie

118 patiënten in   randomisatie, gemiddelde   leeftijd 86 jaar (sd 9), 77% vrouw, 53% blank,   waarschijnlijk groot   aandeel met delirium of dementie, niet specifiek met   nieuw of   verergerend slaapprobleem

Overdag: sti-mulans   uit bed te blijven, ≥30   minuten zonlicht bui-ten, 3 maal/ dag deelname fysiek     activi-teitenprogram-ma. Avond: minder geluid, lichten uit, persoonlijke     zorg. Nacht: minimaal licht en geluid, zorg als patiënt wakker is en   niet op   gezette tijden

Usual care

Wrist   actigraphy, pulsoximetrie, observatie   gedrag

Geen signifi-cante   ver-schillen in slaaptijd,   aan-tal keren ont-waakt en % slaap 's nachts. Ge-middelde   duur wakker   zijn 's nachts langer in con-trolegroep (13,8 vs 9,8 minuten; p= 0,042),     en ge-middeld min-der slaap overdag (21% in interventie-groep vs 30%   in   controle-groep; p<0,001)

Wel   randomisatie, maar geen blindering (is   ook niet mogelijk bij deze   interventie)

Matig

Patiëntengroep   sluit niet helemaal aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend   slaapprobleem

Anconi-Israel

2002

Verpleeghuis

Niet-farm-aceutisch

Onderzoeken of   vergroten van   daglichtexposi-tie slaap 's nachts verbetert en circadiane   ritme   normaliseert bij bewoners verpleeghuis

RCT

Bewoners   verpleeghuis; exclusie: 'te ziek',   bedlegerig, visuele beperking, niet in   staat tot communicatie

18 dagen,   waarvan 10 dagen interventie

77 patiënten,   75% vrouw, gemiddelde leeftijd   86 jaar (sd 7), 80% niet depressief, 71% score   op MMSE <20   (dementie)

3 groepen: avond   daglichtlampen, ochtend   daglichtlampen, avond gedimd rood licht

Slaapre-strictie   overdag

Wrist   actigraphy, slaaptijden

Geen signifi-cante   ver-schillen in slaap 's   nachts of activiteiten overdag, wel beperkte ver-betering   cir-cadiane   ritme in de groep met ochtend lichtexpositie

Geen blindering,   beperkt aantal patiënten per   groep

Laag

Patiëntengroep   sluit niet helemaal aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend   slaapprobleem

Andrade

2001

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit en veiligheid   melatonine bij zieken met insomnia

Dubbelblinde RCT

Opeenvolgende   opgenomen patiënten met   insomnia (>30 minuten inslaaptijd, meer dan 2   weken, klachten)

8-16 dagen   behandeling

33 patiënten,   gemiddeld 56 jaar, 24 mannen,   opgenomen met diverse diagnoses (bijv.   cardiovasculaire aandoening,   hematologische aandoening, leveraandoening,   longziekte); 18 patiënten   met melatonine, 15 met placebo

Melatonine 3 mg,   1-4 capsules per nacht

Placebo

Gemiddelde   inslaaptijd, aantal keren wakker   's nachts, duur nachtelijke slaap   (vergelijking start en eind),   5-puntsschaal verbetering slaap, vragenlijst   slaapkwaliteit

Na behande-ling:   tijd tot inslapen: 0,3 uur   (sd 0,2) bij melatoni-ne; 1,0 uur (sd 1,0) bij   placebo (p= 0,05).   Score verbetering: 2,5 (sd 1,0) bij melatonine, 1,6 (sd   1,3) bij   placebo, op 5-puntsschaal (p=0,03), overige resul-taten niet     significant

Onvergelijk-baarheid   groepen, bijv. in   leeftijd, geslacht, primaire aandoening, duur en   intensiteit gebruik   melatonine/ placebo, weinig patiënten

Laag

Studie   gefinancierd door farmaceut

Azad

2003

Ziekenhuis

Beide

Onderzoeken   attitude t.a.v.   niet-farmaceutische interventies bij opgenomen patiënten met     slaapproblemen die met benzodiazepines worden behandeld

Survey (niet-vergelijkend),   interview

Opgenomen   patiënten in 3e lijns ziekenhuis,   gebruik benzodiazepines, insomnia (patiënt   reported). Exclusie: IC,   trauma, neurowe-tenschappelijk onderzoek,   psychiatrie, ernstig   delirium/demen-tie, angst of comorbiditeit die   communicatie   bemoeilijkt

Eén interview, geen follow-up

100 patiënten,   51% jonger dan 65 jaar, 15%   ouder dan 75 jaar, 49% man, MMSE > 24 bij 92%,   88% kortdurend   benzodiazepine-gebruik, 25% 1e keer benzodiazepine-gebruik,   73%   inslaapprobleem, 54% doorslaappro-bleem, 32% 's ochtends vroeg wakker

Interview

-

Mening in   interview

79% denkt dat   benzodia-zepines hel-pen, 15%   heeft bijwer-kingen, 44% wist van tevo-ren dat   bij-werkingen konden   op-treden, 22% heeft hier in-structie over gehad, 11%   kreeg   alterna-tieven aange-boden (bijv. slaaphygiëne), 55% had er-varing met     niet-farma-ceutische interventies; 32% vond dat benzodiaze-pines beter     werken. 82% vindt niet-farmaceuti-sche interven-ties gezonder; 67%   accep-teert   niet-far-maceutische interventies (vrouwen meer dan   mannen, nieuwe ge-bruikers   ben-zodiazepines meer dan chronische gebruikers)

Geen   vergelijkend onderzoek, moment-opname,   mogelijk sociaal wenselijke antwoorden

Laag

Onderzoek sluit   eigenlijk niet echt aan bij   uitgangsvraag

Barthlen

2002

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zeer groot, narratief   over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Exclusie

Baskett

2003

Algemene   bevolking

Farma-ceutisch

Onderzoeken of   melatonine slaap verbetert bij   ouderen met en zonder slaap-problemen, in   algemene bevolking

Dubbelblinde RCT

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Populatie sluit   niet aan bij onderwerp   richtlijn → exclusie

Benkert

2006

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   verschillen in   werkingsmecha-nisme mitraza-pine en venlafa-xine bij patiën-ten   met   ernstige depressie

Dubbelblinde RCT

 

 

 

 

 

Niet gericht op   slaap

 

 

 

Populatie sluit   niet aan bij onderwerp   richtlijn → exclusie

Beullens

2002

Verpleeghuis

Beide

Onderzoeken   verstorende factoren slaap in   verpleeghuis, effect hypnoti-ca, reductie hyp-noticagebruik,     non-farmacologische interventies

Systematische   review, literatuur-onderzoek;   geen meta-analyse

Artikelen over   slaapproblemen in   verpleeghuis, met objectief gemeten slaapparameters

-

22 artikelen,   geen beschrijving populaties,   interventies, e.d.; 9 artikelen over effect   hypnotica; 9 over   non-farmacologische interventies

Verschillende

Verschil-lende

Objectieve maten   voor slaap

Geen verschil in   slaapduur,   slaapefficiën-tie, dutjes overdag, slaapklachten tussen wel en   geen   gebruik hypnotica; ri-sico op vallen hoger bij ge-bruik hypno-tica.     Geïndivi-dualiseerde verzorging positief voor slaap, reductie licht en lawaai     geassocieerd met minder slaapproble-men; licht-therapie heeft gunstige   in-vloed   op slaap/waak-ritme, sociale interactie mo-gelijk van   in-vloed, licha-melijke   activi-teit lijkt slaap-problemen te   verminderen

Groot, geen   beschrijving onderliggende   studies en patiënten, alleen kwalitatieve   resultaten

Zeer laag

Geen   kwantitatieve resultaten → exclusie

Borazan

2010

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect melatonine als   preoperatieve medicatie bij prostatectomie op   pijnstilling,   slaapkwaliteit en sedatie

RCT

52 ASA I-II   patiënten ge-pland voor   elec-tieve prostatec-tomie, 50-56 jaar. Exclusie:   hartfalen,   hart-klepaandoening, lever- of nierfa-len, psychiatri-sche aandoe-ning,     slaappro-bleem, chro-nisch pijnsyn-droom, mentaal probleem, mid-delenmisbruik

 

 

 

 

 

 

 

 

Patiënten met   slaapproblemen zijn uitgesloten   van deelname → exclusie

Boyle

2012

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect amitripty-line, duloxetine   en pregabaline bij diabeten met perifere   neuro-pathische pijn

Dubbelblinde RCT

Volwassenen met   diabetes en neuropathische   pijn

36 dagen

83 patiënten met   diabetes en neuropathische   pijn, gemiddeld 65 jaar oud, 57 mannen

27 patiënten   pregabaline, 28 duloxetine, 28   amitryptiline

Zie interventie,   placebo run-in

Pijn, kwaliteit   van leven, slaap-parameters,

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, geen   placebo, beperkt aantal patiënten

Laag

Geen patiënten   met nieuwe of verergerende   slaapproblemen, geen intramu-rale populatie →   exclusie

Byles

2003

Extramuraal

Geen inter-ventie

Onderzoek naar   continuïteit en   medicatiege-bruik bij slaap-problemen bij oudere vrouwen

Prospectief   cohortonder-zoek

Vrouwen van   70-75 jaar in Australië, uit   algemene bevolking

3 jaar

10421 vrouwen,   gemiddeld 72 jaar, 16,5%   gebruikte slaapmedicatie

Geen

Geen

Vragenlijston-derzoek   naar slaapkwaliteit en   gebruik medicatie

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

 

 

Geen interven-tie   onderzoek, populatie geen   patiënten met nieuwe of verergerende slaapproblemen   → exclusie

Clarfield

2006

-

-

-

Commentaar op   een review over chronische   slaapklachten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel betreft   commentaar op eerdere review,   die niet aan de inclusiecriteria voldoet →   exclusie

Conn

2006

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Overzicht geven   van slaapstoor-nissen bij   oude-ren in verpleeg-huizen en het management   daarvan

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

 

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systematisch onderzoek

Zeer laag

Geen kwantitatieve   resultaten → exclusie

Cooke

2009

Extramuraal

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   langetermijn resultaten CPAP bij   patiënten met Alzheimer en OSAS

Niet-experimenteel   vergelijkend onderzoek

Patiënten met   Alzheimer en OSAS die al eerder   aan een 6 weken durende RCT hadden meegedaan

Gemiddeld 13,3   maanden (sd 5,2 maanden; range   6-21 maanden)

10 patiënten met   Alzheimer en OSAS (7 mannen)   en 9 partners; gemiddelde leeftijd 76 jaar,   matige dementie

CPAP

Geen CPAP

Vragenlijst naar   diverse neuropsycholo-gische   uit-komsten en slaapuitkom-sten

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   weinig patiënten, geen   randomisatie, geen blindering

Zeer laag

Onderzoek sluit   niet aan bij uitgangsvraag,   voor richtlijn zouden patiën-ten met beken-de   slaapstoor-nissen als   OSAS niet meegenomen worden → exclusie

Corbett

2005

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   patiënten-voorkeuren voor   dexmede-tomidine of propofol bij mechanische   ventilatie op de IC

RCT

Patiënten met   electieve CABG en verwachte   ventilatie <24 uur; exclusie: geen informed   consent,   overge-voeligheid medi-catie, ernstige hypotensie of bradycardie,     nier- of leverin-sufficiëntie, postoperatief vereiste neuro-musculaire   on-derdrukking,   epidurale of spinale anesthe-sie, ernstige obe-sitas,   alcohol- of drugsmisbruik,   ernstige neuro-logische handicap

Max. 48 uur   intubatie

89 patiënten, 73   mannen, gemiddelde leeftijd   63 jaar, 43 met dex-medetomidine, 46 met propofol

Dexmedetomi-dine   (1 μg/kg laaddosis iv in 15   minuten, daarna 0,4 μg/kg/uur iv)

propofol (5   μg/kg/ minuut iv getitreerd   binnen range 0,2-0,7 μg/kg /uur of 5-75 μg/kg/ min   iv)

Demografische en   patiëntken-merken, klinische   parameters, bijwerkingen, vragenlijst (ge-modificeerde   Hewitt sedation   questionnaire)

Omtrent slaap-parameters:   Geen verschil   tussen beide groepen op vraag 'How easy was it to sleep?';   overige   vragen meer gericht op communicatie en angst e.d.

Relatief laag,   maar beperkte scope van   patiënten; het is de vraag of de resultaten   extrapoleer-baar zijn naar   andere patiënten-groepen, geen blindering, niet   alleen ouderen

Matig

Beperkte scope   van patiënten

Dowling

2008

Verpleeghuis

Beide

Onderzoeken   effect lichttherapie en   melatonine op circadiane ritme en slaapritme, bij   patiënten met   Alzheimer

RCT

Bewoners van   twee verpleeghuizen in VS, met   Alzheimer en verstoring rust-activiteit ritme

11 weken

50 patiënten, 43   vrouwen, gemiddelde leeftijd   86 jaar (sd 9, range 60-100); patiënten in   controlegroep significant   jonger. 15 patiënten met daglichtlampen en   melatonine, 18 met bright   light en placebo, 17 controles

Ochtend bright   light (>2500 lux)   blootstelling + melatonine (5 mg) 's avonds versus   ochtend   daglichtlampen blootstelling + placebo 's avonds

Alleen 'gewoon'   licht (150-200 lux)

Activiteiten en   rust middels Actiwatch   (actigraphy)

Geen ver-schillen   tus-sen groepen met bright   light + place-bo en contro-le. Bij verge-lijking daglichtlampen   +   mela-tonine met controle: minder slaap overdag, min-der dutjes overdag,     meer activiteiten overdag en betere dag-nacht slaap-verdeling   (re-gressieanalyse).   Dus: alleen daglichtlampen lijkt onvol-doende om   slaapkwaliteit te   verbeteren. Combinatie met melatoni-ne lijkt   effectiever.

Groot geen   blindering, beperkt aantal   patiënten, niet bekend welk resultaat van welke   interventie komt

Laag

Patiëntengroep   sluit niet helemaal aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend   slaapprobleem

Dowling

2005

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effect lichttherapie op   slaapritme, bij patiënten met Alzheimer

RCT

Bewoners twee   verpleeghuizen in VS, met   Alz-heimer en sta-biele medicatie; exclusie:   overige neurologische   diagnoses, gebruik van valeriaan, melatonine of   slaappillen

11 weken

70 patiënten,   gemiddeld 84 jaar (sd 10, range   58-98), 57 vrouwen. 29 's ochtends daglichtlampen,   24 's middags   daglichtlampen, 17 controles

Ochtend of   middag daglichtlampen (>2500   lux), activiteiten in lichte ruimte of buiten

Normaal licht   (150-200 lux) en activi-teiten   in gebruike-lijke omgeving

Activiteiten en   rust middels Actiwatch   (actigraphy)

Geen   significante verschillen tussen groepen   voor slaap- en waakparame-ters

Behoorlijk: geen   blindering, beperkt aantal   patiënten, niet bekend welk resultaat van welke   interventie komt

Matig

Patiëntengroep   sluit niet hele-maal aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend   slaapprobleem; bovendien:   gro-te overeenkom-sten met Dow-ling 2007, wel-licht   dubbeling

Dowson

2012

Verpleeghuis

Beide

Onderzoeken   evidence-based strategieën om   slaap te verbeteren in verpleeghuizen

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

 

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie.

Epstein

2007

Extramuraal

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit cog-nitieve   gedrags-interventie om chronische in-somnia te be-handelen   bij   borstkanker survivors

RCT

Vrouwen, ten   minste 3 maan-den na primaire   behandeling borstkanker met insomnia gedu-rende   3 maan-den, die   functio-neren overdag beïnvloedt; ex-clusie: cognitieve   stoornis,   OSAS, restless leg syn-drome, ernstige psychopatholo-gie

6 weken

81 patiënten,   gemiddeld 58 jaar. In   follow-up: 34 in interventiegroep, 38 in controle,   langdurige insomnia   (gemiddeld 6 jaar)

Multicompo-nent   interven-tie (stimulus   controle, slaap beperking, slaapeducatie en slaaphygië-ne)

Slaapedu-catie   en slaaphygi-ëne

Actigraphy,   dagboek, vragenlijsten

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, geen blindering, forse lost-to-follow-up,     geen intention-to-treat

Laag

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem →   exclusie

Erman

2006

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit, veiligheid en   dosis-respons van ramelteon bij patiënten met   chronische insomnia

Dubbelblinde   RCT, met vijfmaal cross-over

Patiënten met   chronische insomnia van 18-64   jaar uit algemene bevolking

steeds 2 weken   behandeling, dan 5-12 dagen   wash-out

107 patiënten,   leeftijd 18-64 jaar, geen   verdere info over patiënten

Ramelteon (in   verschillende doseringen)

Placebo

Inslaaptijd,   slaapstadia, subjectieve   slaapkwaliteit, alertheid, veiligheid

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Laag

Hoog

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   geen ouderen → exclusie

Fetveit

2004

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken duur   effect behandeling met   daglichtlampen bij patiënten met dementie

Cohort-onderzoek

Patiënten uit   eerder onderzoek, follow-up   data

2 weken   pretreatment, 2 weken behandeling,   daarna bepaling effect na 4, 8, 12 en 16   weken

11 patiënten met   matige tot ernstige   dementie, 10 vrouwen, gemiddelde leeftijd 86 jaar (sd 9,   range   72-101); alle patiënten hadden comorbiditeit en gebruikten veel     medicatie

Daglichtlampen,   2 uur 's ochtends 6000-8000   lux

Geen

Actigraphy,   statusonder-zoek

Auteurs con-cluderen   ge-vonden effect dat tot   12 we-ken na behan-deling aan-houdt; dat geldt maar   voor 1 varia-bele   (sleep onset laten-cy). Wanneer gekeken wordt naar   slaapkwaliteit   tussen 23,00 en 7,00 uur is effect veel kleiner en mogelijk   kli-nisch   niet relevant

Zeer hoog,   weinig patiënten, geen   vergelijkend onderzoek, forse uitval, geen randomisatie,   geen   blindering, geen gecontroleerde omstandig-heden

Zeer laag

Geen nieuw of   verergerend slaapprobleem,   mogelijk toch relevant

Fetveit

2003

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effect daglichtlampen bij   patiënten met dementie en slaapproblemen

Cohortonder-zoek

Patiënten uit   eerder onderzoek

2 weken   pretreatment, 2 weken behandeling

Zie Fetveit 2004

Zie Fetveit 2004

Zie Fetveit 2004

Actigraphy,   statusonder-zoek

Slaapefficiën-tie   verbeterde met 13% (95%BI   5-21), inslaapduur gemiddeld een uur kor-ter (95%BI   0,17-1,44), ook   andere parameters significant verbeterd; dat geldt ook voor   door de   staf geëvalu-eerde parameters

Zie Fetveit 2004

Zeer laag

Zie Fetveit 2004

Fetveit

2005

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

is   dubbelpublicatie van Fetveit 2004 → exclusie

Florete

2008

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect tramadol met vertraagde   afgifte op aan pijn gerelateerde   slaapparameters bij patiënten met   osteoarthritis

Post-hoc analyse   van dubbelblinde RCT

Patiënten >18   jaar met osteoarthritis van   knie of heup

12 weken

1608 patiënten   tussen 20 en 80, gemiddelde   leef-tijd 59, 37% man; 403 met tramadol 100, 400   met tramadol 200, 400   met tramadol 300 en 405 placebo

Tramadol met   vertraagde afgifte 100, 200 of   300 mg 1 dd

Placebo

Slaapkwaliteit   gemeten met Chronic Pain Sleep   Inventory

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, zeer   forse uitval (46%),   waarschijnlijk selectief vanwege onvoldoende effect en   bijwerkingen

Laag

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   geen ouderen → exclusie

Fukuda

2001

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effect daglichtlampen bij   patiënten in geriatrisch ziekenhuis

Case reports

4 cases

3 weken lichtexposi-tie   bij lunch,   effectmeting ook 3 weken voor en na lichtexposi-tie

4 vrouwelijke   patiënten (68, 87, 92 en 93   jaar), 2 met dementie, allen met slaapproblemen   (divers)

Daglichtlampen,   1 uur tijdens lunch, 8000 lux

Geen

Polysomnografie

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot, geen   vergelij-kend onder-zoek,   zeer weinig patiën-ten, geen ge-controleerde   omstandig-heden

Zeer laag

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem +   zeer grote   kans op bias → exclusie

Garzan

2009

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect melatonine op slaap en   gedrag bij ouderen en het discontinueren van   hypnotica

Dubbelblinde RCT   met cross-over design

Patiënten van   'community health centers',   leeftijd >65 jaar, met insomnia of   voorbijgaande slaapproblemen   door stress. Exclusie: secundaire slaapstoornis,   autoimmuun-ziekten,   tumoren, dementie, psychose of andere ernstige psychische   aandoening

18 weken

22 patiënten, 15   vrouwen, gemiddelde leeftijd   75 jaar, 20 met chronische slaapproblemen, 14   met gebruik van   hypnotica

8 weken 5 mg   melatonine 1 dd 's avonds; 2   weken wash-out, 8 weken placebo, met stimulans   om dosering hypnotica   te reduceren gedurende de interventie

Zie interventie

Northside   Hospital Sleep Medicine Institute   Test (score 0-8), slagingskans om hypnotica   te verminderen,   bijwerkingen

Geen verschil in   slaapscore tussen place-bo   en baseli-ne. Wel tus-sen melatoni-ne en baseline   (3,7 (sd 0,40);   p<0,005) (verschil met placebo: p< 0,025). 9/14   patiënten luk-te   het te stop-pen met hyp-notica tijdens melatoninefa-se en   niet   tij-dens placebo, 1/14 stopte zowel tijdens melatonine als tijdens pla-cebo,     4/14 continueer-den hypnotica

Behoorlijk   weinig patiënten, beperkte   beschrijving resultaten

Laag

Niet per se   sprake van nieuw of verergerend   slaapprobleem, meeste patiënten met chronisch   slaapprobleem, mogelijk   toch interessant

Gordon

2010

Verpleeghuis

Beide

Overzicht slaap-problemen   in verpleeghuizen   en interventies daarbij

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

 

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onder-zoek

Zeer laag

Geen kwantita-tieve   resultaten → exclusie

Greco

2004

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   associatie tussen routinegebruik   psychoactieve medicatie en slaapkwaliteit   bij bewoners verpleeghuis

Dwarsdoor-snede   onderzoek

Bewoners ver-pleeghuis   die hulp nodig heb-ben   als ze 's nachts het bed uit moeten; ex-clusie:   kortver-blijf,   terminaal zieken, tremor in rust; ten min-ste drie dagen data

Dataverza-meling   gedurende 3 nachten

210 bewoners,   van wie er 80% data van 3   nach-ten hadden, ge-middelde leeftijd 84 (sd 8,3),   79% vrouw. 109   pati-ënten gebruikte psychoactieve medicatie, 59 patiënten   niet

Geen

Geen

Actigraphy

Lage slaap-kwaliteit   in hele popula-tie,   lijkt wat beter in groep die psychoac-tieve medica-tie   gebruikt, maar   geen statistisch significant resultaat

Groot, geen   experimenteel design, dus   waarschijnlijk onvergelijkbaarheid groepen, geen   resultaten in de   tijd, grote kans op vertekening

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   mogelijk toch relevant

Guelfi

2001

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Vergelijken ef-fectiviteit   en tolerantie van   mirtazapine en venlafaxine bij patiënten met een ernstige   depressie   met melancholieke kenmerken

Dubbelblinde RCT

Opgenomen pa-tiënten   met ern-stige depressie   tussen 18-65 jaar; exclusie: > 12 maanden de-pressie,   >2   eer-dere depressies die niet goed re-ageerden op an-tidepressiva, geen     respons op eerdere medica-tie, sterke verbe-tering bij place-bo, suïcidaal,     verschillende ty-pen depressie, angststoornissen, eetstoornissen,   epilepsie,   midde-lenmisbruik, psychotische aandoeningen, zwangeren of   at risk,   instabiele psychische aan-doening, abnor-male bevindin-gen   bij lichame-lijk   of laborato-riumonderzoek

8 weken

157 patiënten,   gemiddelde leeftijd 45 jaar,   34% man, 78 met mirtazapine, 79 met venlafaxine

Mirtazapine 8   weken

Venlafaxi-ne 8   weken

Veel   uitkomstmaten op gebied van depressie en   kwaliteit van leven, 1 parameter   voor slaapstoornissen (HAM-D-17 sleep   disturbance)

Alleen voor   slaapproblemen: mirtazapine   scoorde beter dan venlafaxine op HAM-D-17 sleep   disturbance (verschil   1,0; 95% BI: 0,5-1,6)

Zeer laag

Zeer hoog

Het is niet bekend of het   gevonden effect   klinisch relevant is. Zeer beperkte patiëntengroep door grote hoeveelheid   exclusiecriteria. Daarnaast: geen   ouderen in patiëntenpopulatie en   geen nieuwe of verergerende slaapproblemen   →exclusie

James

2010

Extramuraal

Farma-ceutisch

Vergelijken   effectiviteit en veiligheid   buprenorphine patch met sublinguale toediening   bij patiënten met   osteoarthritis

Dubbelblinde RCT

Patiënten met   osteoarthritis van knie/heup   met matige-ern-stige pijn, leef-tijd 18-80;   exclu-sie: opioïden in   laatste 5 weken, langwerkende NSAID's in laatste 7   dagen,   intraarticulaire injectie in laatste 6 weken, overige chronische pijn-patiënten     en ge-wrichtsaandoe-ningen anders dan osteoarthritis

Titratieperio-de   van 21 dagen, dan   behandeling 7 dagen

238 patiënten,   37% man, gemiddelde leeftijd   64 jaar (range 42-81), 118 met patch, 120 met   sublinguale tabletten

Transdermale   patch buprenorfine

Sublingua-le tablet buprenor-fine

Pijnintensiteit,   gebruik nood-medicatie,   slaap-stoornissen, kwaliteit van leven, acceptatie   behandeling,   veiligheid, gemak patch

Alleen voor   slaapproblemen: aantal nachten   ont-waakt vanwe-ge pijn nam af in beide   groepen van ongeveer 4   gemiddeld tot ongeveer 2,6 gemiddeld. Dit verschil is   waarschijnlijk   niet statistisch significant. Er is geen ver-schil tussen   beide   behan-delgroepen

Groot, goed   opgezet onderzoek, maar zeer   forse uitval (>50%), met name vanwege het   niet aangeven van alle   pijnscores

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   niet intramuraal en niet alleen oudere patiënten   → exclusie

Koba-yashi

2001

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit blootstelling aan   daglichtlampen bij lunch op slaap-waakverhouding   bij patiënten met   slaappro-blemen in een geriatrisch ziekenhuis

Voor-na   vergelijking

Niet genoemd

3 weken   lichtexposi-tie tijdens lunch,   ef-fectmeting ook 3 weken voor en na   lichtexposi-tie

10 patiënten in   geriatrische instelling, 6   vrouwen, gemiddelde leeftijd 81 jaar (sd 8,8) met   verschillende   slaapproblemen, 2 patiënten zonder dementie

Daglichtlampen bij   lunch 1 uur, gedurende 3   weken, 8000 lux

Geen

Door ver-pleegkundigen   gerapporteerde   waarnemingen (gemodificeer-de Matsubara Yamaguch radar)

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot, geen   vergelij-kend onder-zoek,   zeer weinig patiën-ten, geen ge-controleerde   omstandighe-den

Zeer laag

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem +   zeer grote   kans op bias → exclusie

Kosinski

2007

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect tramadol met vertraagde   afgifte op aan pijn gerelateerde   slaapparameters bij patiënten met   osteoarthritis

Dubbelblinde RCT

Patiënten met   osteoarthritis van knie/heup   met pijnmedica-tie; exclusie: an-dere ziekte die   niet onder con-trole   is, andere arthritis, chroni-sche pijn, mid-delenmisbruik,   gebruik   medica-tie met interactie met tramadol

12 weken

1020 patiënten,   gemiddelde leef-tijd 58 (sd   10), 62% vrouw; 202 met tramadol 100, 201 met   tramadol 200, 201 met   tramadol 300, 202 met tramadol 400, 205 placebo

Tramadol met   vertraagde afgifte 100, 200 of   300 mg 1 dd

Placebo

Pijn op VAS   schaal, slaapkwaliteit met   Chronic Pain Sleep Inventory

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, zeer forse   uitval (45%),   waarschijnlijk selectief vanwege onvoldoende effect en   bijwerkingen

Laag

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   geen ouderen → exclusie

Krish-nan

2008

 

Niet-farmaceu-tisch

Overzicht geven   diagnostiek en management   geriatrische in-somnia door nurse practitioners

Narratieve review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

Krystal

2008

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken effectiviteit   zolpidem met   vertraagde afgifte gedurende 6 maanden bij patiënten met   chronische   insomnia

Dubbelblinde RCT

Patiënten met   insomnia 18-64 jaar; exclusie:   mensen met on-regelmatige diensten, >3   dutjes/week, >5   xanthinedrank-jes/week, ge-bruik slaapmedi-catie, primaire     hypersomnie, narcolepsie, slaapstoornissen gerelateerd aan longen, hart of     circadiane ritme,

25 weken

1025 patiënten   met insomnia, 39% man,   gemiddelde leeftijd 46 jaar (sd 11); 669 patiënten met   zolpidem   vertraagde afgifte, 349 met placebo

Zolpidem 12,5   mg, max. 1 per dag, 3-7 keer   per week

Placebo

Patiënt Global Impression, Clinical Global     Impression, Patiënt Monitoring Questionnaire, Espworth Sleepiness Scale

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Klein, prima   opgezette studie, primai-re   uitkomst-maat wellicht wat discutabel. Maar,   patiën-tengroep niet van   toepassing op uitgangs-vraag

Hoog

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   geen ouderen → exclusie

Li Pi Shan

2004

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Vergelijken   effectiviteit lorazepam en   zopiclon bij patiënten met een beroerte of   hersenbeschadi-ging en   insomnia

Dubbelblinde RCT

Patiënten op een   revalidatieafde-ling met een   beroerte of hersenbeschadi-ging die klaagden   over insomnia; exclusie:   acuut zieken, geen Engels/Frans, geen vragenlijst   kunnen beantwoorden   (bijv. afasie of posttraumati-sche amnesie)

14 dagen

18 patiënten, 10   mannen, gemiddelde leeftijd   57 jaar (range 20-78), 12 patiënten met beroerte   (gemiddelde leeftijd   64 (range 46-78))

7 dagen 0,5-1,0   mg lorazepam, daarna 7 dagen   3,75-7,5 mg zopiclon; patiënt regelt zelf   dosering

Zie interventie,   maar andersom

Door patiënten   gerapporteerde slaapkwaliteit,   door verpleegkundigen gerapporteerde slaaptijd

Totale slaap-tijd:   7,5 (sd 0,8) uur in   lo-razepamgroep, 7,2 (sd 0,6) uur in zopi-clonegroep   (p=0,09).   Vergelijkbare scores door patiënten voor beide middelen op     slaapkwaliteit, slaapdiepte, fitgevoel, alertheid en vermoeidheid (geen     signifi-cante ver-schillen). Ver-gelijkbare scores door verpleegkundi-gen op     alert-heid en fitge-voel (geen significante verschillen). Geen   ver-schillen   in subgroepana-lyses van pati-ënten met een beroerte

Zeer groot: Geen   wash-out periode;   tegelijkertijd met interventie werden ook niet-farmaco-logische     maatregelen getroffen, geen vergelijking met placebo, zeer weinig patiënten

Zeer laag

Het onderzoek is   gedaan op een   revalidatie-afdeling, acuut zieken zijn uitgesloten, beperkt   aantal   ouderen → onderzoek heeft beperkte waarde

Lundahl

2012

Slaaplabora-torium

Farma-ceutisch

Vergelijken   effecten gaboxadol en zolpidem   bij patiënten met primaire insomnia

Post-hoc analyse   van 2 dubbelblinde RCT's

Patiënten met   primaire insomnia van 18-65   jaar

2 nachten in   slaaplabora-torium voor beide   medi-catie met 7-14 dagen ertussen

66 patiënten, 45   vrouwen, gemid-delde   leeftijd 34 (sd 11)

Gaboxadol (in   verschillende doseringen)

Zolpidem 10 mg   en placebo

EEG analyse

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Behoorlijk:   post-hoc analyse, dus niet   gepland, mogelijke vertekening.

Matig

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   geen ouderen,   geen patiëntre-levante uit-komstmaten → exclusie

Lyseng-William-son

2012

Beide

Farma-ceutisch

Overzicht geven   van melatonine met vertraagde   afgifte bij patiënten met insomnia >55 jaar

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie.

Maho-wald

2007

Beide

Beide

Algemeen inlei-dend   artikel over   slaappro-blemen bij geriatrische patiënten

Algemeen   inleidend artikel zonder referenties

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot, geen   systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie.

Martin

2007

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit mul-ticomponent   niet-farmacolo-gische interven-tie om slaap-waakritme   te verbeteren   bij verpleeghuis-bewoners

RCT

Bewoners   verpleeghuis > 65 jaar, die niet   aan bed gebonden of geïsoleerd zijn, met   slaperigheid overdag of   slaapstoornissen 's nachts

5 dagen interventie

118 patiënten in   randomisatie, gemiddelde   leeftijd 86 jaar (sd 9), 77% vrouw, 53% blank,   waarschijnlijk groot   aandeel met delirium of dementie, niet specifiek met   nieuw of   verergerend slaapprobleem

Overdag: sti-mulans   uit bed te blijven, ≥30   minuten zonlicht bui-ten, 3 maal/ dag deelname fysiek   activi-teiten   pro-gramma. Avond: min-der geluid, lichten uit, persoonlijke   zorg.   Nacht: minimaal licht en geluid, zorg als patiënt wakker is en niet op     gezette tijden

Usual care

Activiteiten en   rust middels Actiwatch   (actigraphy)

Zelfde studie   als Alessi 2005

Wel randomi-satie,   maar geen blinde-ring (is   ook niet mogelijk bij deze interventie)

Matig

Is zelfde studie   als Alessi 2005 → exclusie

Martin

2007

Beide

Beide

Overzichtsarti-kel   over kwali-teitsindicatoren   voor slaapstoor-nissen bij kwets-bare ouderen

Overzichts-artikel

 

 

 

 

 

 

 

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

McMil-lan

2003

Niet vermeld

Beide

Comment bij   artikel over cog-nitieve   gedrags-therapie om benzodiazepine te stoppen bij   patiënten met   chronische insomnia

Commentaar op   een RCT

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot, geen   studie

Zeer laag

Comment →   exclusie (RCT waarop com-mentaar is ge-geven behoeft niet te worden   geïncludeerd, want gaat over patiënten met chronische insomnia)

Mishima

2005

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   slaapbevorderen-de werking   pas-sieve lichaams-verwarming bij oudere patiënten   met vasculaire   dementie en insomnia

Voor-na   vergelijking

Bewoners   verpleeghuis met vasculaire dementie   en insomnia

13 dagen

13 patiënten   > 70 jaar (gemiddelde   leeftijd 77 jaar), 11 vrouwen

7 dagen pre-studie,   dan 6 dagen trialses-sie:   3 dagen baseline (ver-boden te sla-pen buiten   slaapkamer, verlichting   <10 lux in slaapperiode, urineren voor slapen),   daar-na 2 dagen   passieve lic-haamsverwar-ming (half uur in bad 40 gra-den, 2   uur voor   slapen gaan), 1 dag postmeting

Geen

Actigraphy, melatonine-levels,   hartritme

Slaapparame-ters:   de tijd om in slaap te   komen nam af van gemiddeld 27 minuten naar 16 minuten   (p<0,02);   overige verschillen niet statistisch significant

Zeer groot, geen   vergelijkend onderzoek, zeer   weinig patiënten, geen gecontroleerde   omstandighe-den; grote kans dat   resultaten het gevolg zijn van toeval of   andere interventies dan de   passieve lichaamsver-warming

Zeer laag

Geen nieuwe of verergerende   slaapproblemen,   mogelijk toch relevant, maar kwaliteit is laag. Klinische   relevantie   gevonden effect laag.

Molinari

2013

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken of   mental health assessment het   gebruik van psychoactieve middelen zou kunnen   verminderen

Pilot studie

Nieuwe   verpleeghuisbewoners VS

 

23 nieuwe ver-pleeghuisbewo-ners     (interven-tie) + 25 contro-lebewoners verpleeghuis, 94% >60 jaar, 57%     vrouw

Mental health   assessment, niet specifiek   gericht op slaap-problemen

Geen mental health assess-ment

Medicatievoor-schrift   psycho-actieve   farma-ca, gebruik ge-dragsinterven-ties, zieken-huisopname,   vallen

T.a.v. slaap-problemen:   assessment-groep: 1   pa-tiënt stopte met slaapmid-delen, in con-trolegroep   geen (geen   significant verschil); in assessment-groep startten 2 mensen (9%)   met   slaapmedica-tie, in contro-legroep 10 mensen (40% ); p=0,013

Groot, geen   randomisatie, verschil in populatie   tussen beide groepen (nieuwe bewoners vs.   bestaande bewoners);   gevonden resultaten waarschijnlijk niet alleen   afhankelijk van mental   health assessment

Laag

Niet bekend of   het om nieuwe of verergerende   slaapproblemen gaat

Morin

2004

Extramuraal

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken of   medicatie afbouwen onder   toezicht en/of cognitieve gedragstherapie het   gebruik van   benzodiazepine verminderen bij ouderen en het effect daarvan op   het   slaappatroon

RCT

Leeftijd >   55, gebruik benzo-diazepine   voor slaapprobleem, langdurige slaap-problemen,   ver-minderd   functi-oneren overdag; exclusie: insom-nia gerelateerd aan andere     ziek-te, slaapapneu of bewegende lede-maten tijdens slaap, psycho-therapie,     gebruik psychoactieve farmaca anders dan benzodiaze-pinen, depressie   of   andere ernsti-ge psychopatho-logie

10 weken   behandeling met voor- en nadien 2   weken dagboek

76 patiënten met   slaapproblemen, gemiddelde   leeftijd 63 (range 55-82), 38 mannen; 24 in groep   cognitieve   gedragstherapie, 25 in groep medicatie aanpassing onder   supervisie, 27   met beide interventies; gemiddelde duur insomnia 22 jaar en   gemiddeld   19 jaar benzo-diazepinegebruik

1. medicatie   aanpassing onder super-visie; 2.   cogni-tieve gedrags-therapie; 3. combinatie   van 1 en 2

Zie interventie

Slaapdagboek,   polysomno-grafie

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, geen   blindering, forse hoeveel-heid   data (dus kans op signi-ficantie alleen al   daardoor groot), geen   placebogroep of groep met geen interven-tie

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   geen opgenomen patiënten → exclusie

Mulsant

2004

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit en veiligheid   ris-peridon en olanzapine als antipsychotica bij   patiënten met   dementie

Dubbelblinde RCT

Patiënten >55   jaar met Alzhei-mer,   vasculaire dementie of dementie van andere oorzaak, ten   minste 1 jaar   dement, en psy-chotische symp-tomen, MMSE tussen 7 en 26.   Exclusie:   deliri-um, onvermo-gen om orale medicatie te ne-men, psychose voor     dementie diagnose

6 weken, 80%   follow-up

86 patiënten,   gemiddeld 84 jaar, 78% vrouw,   MMSE gemiddeld 13,5, voornamelijk Alzheimer   dementie, gemiddeld 12   jaar opgenomen in verpleeghuis

Risperidon,   getitreerd tot maximaal 1,5   mg/dag

Olanzapi-ne,   getri-treerd tot maximaal 10 mg/   dag

Perifere anti-cholinerge   effecten, symptomen,   cognitieve assessment, bloedonder-zoek

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Laag

Hoog

Patiëntengroep   sluit niet aan bij   uitgangsvraag, geen nieuw of verergerend slaapprobleem,   alleen gekeken   naar slaappro-blemen als bijwerking medicatie bij dementie →   exclusie

Nagel

2003

Verpleeghuis

Beide

Overzicht   slaapproblemen in verpleeghui-zen   en interven-ties daarbij

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

Potvin

2012

Extramuraal

Geen inter-ventie

Onderzoeken   prevalentie   stemmingsstoor-nissen, angst-stoornissen, in-somnia en ben-zodiazepine     af-hankelijkheid bij ouderen met cognitieve be-perkingen zon-der dementie

Dwarsdoor-snede   onderzoek

Thuiswonende   ouderen in Quebec, random   sampling, MMSE ≥ 22, medische gegevens beschikbaar,   niet dement, in   staat tot interview

Geen

2414 mensen,   gemiddelde leeftijd 74 jaar, 58%   vrouw, 9,7% met cognitieve beperking

Geen

Geen

Stemming, angst,   insom-nia, benzodia-zepine   afhan-kelijkheid

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Voor het doel   van het onderzoek niet zo'n   groot risico op bias, maar resultaten niet   relevant voor evidence   review

 

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   geen opgenomen patiënten, geen interventie →   exclusie

Richards

2011

Verpleeghuis

Niet-farm-aceutisch

Onderzoeken   effecten krachttraining,   looptraining, sociale activiteiten en de combinatie   daarvan op   nachtelijke slaap

RCT

Bewoners van 13   verpleeghuizen in VS, ≥ 55   jaar, MMSE tussen 4 en 29, < 7 uur slaap 's   nachts, > 30 minuten   slaap overdag, kan zelfstandig staan, stabiele   medicatie. Exclusie:   terminale status, niet genezen kanker, behandeling met   chemotherapie   of steroïden, niet stabiele cardiovasculaire aandoening

7 weken, 15% lost-to-follow-up

193 deelnemers,   gemiddelde leeftijd 82 jaar   (range 57-90), 60% vrouw, veel comorbiditeit   (bijv. hypertensie,   depressie, hartaandoening, incontinent); 55 in groep fysieke   oefening,   50 in groep sociale activiteiten, 41 in groep fysieke oefening +     sociale activiteiten, 47 usual care

1. Fysieke   oefening: krachttraining van heup   en arm, inclusief warm-up en cool-down +   wandeloefeningen; 2. Sociale   activiteit: 1 uur per dag individuele sociale   activiteiten, bijv.   spelletjes, muziek, sport, koken. 3. combinatie van 1 en   2

Usual care

Polysomnogra-fie   bij start en einde studie,   primaire uitkomst: totale nachtelijke slaap,   secundair: overige   slaapparameters; actigraphy voor dutjes overdag

Nachtelijke   slaap gemid-deld in minu-ten: 341   in groep met fysieke oefe-ning, 342 in   groep met sociale   activi-teiten, 364 in combinatie-groep en 329 bij usual   care.   Combinatie-groep statis-tisch signifi-cant hoger dan usual care     (p=0,01), overige verge-lijkingen niet statistisch sig-nificant. ≥ 60 minuten     meer slaap 's nachts: 29% in groep met fysieke oefe-ning, 32% in groep   met so-ciale   activitei-ten, 46% in combinatie-groep en 19% bij usual   care (geen statisti-sche   toets)

Behoorlijk, te   kleine groepen om power te   halen, geen blindering, onderzoekers proberen   significante resultaten   te vinden door voor-na vergelijkingen te doen, maar   dat was niet de   opzet (vergelijking vier groepen na interventie)

Matig

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   mogelijk toch relevant. Het is de vraag of de gevonden resultaten klinisch     relevant zijn

Richards

2013

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   gebruik zolpidem

Dwarsdoor-snede   onderzoek

Patiënten zie-kenhuis   (ortho-pedie,   hartpati-ënten, stroke unit, oncologie), ≥ 50 jaar, ge-bruik   zolpidem   in ziekenhuis. Exclusie: zolpi-demgebruik voor opname

Geen

410 patiënten,   83% orthopedisch, 54% vrouw,   gemiddelde leeftijd 71 (sd 11)

Geen

Geen

Mentale   assessment

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot, diverse   confounders mogelijk, wei-nig   gegevens bekend, geen vergelijkende   interventiestu-die

Laag

Studie niet   gericht op effect behande-ling   slaapstoor-nissen → exclusie

Riemers-ma

2008

Verpleeghuis

Beide

Onderzoeken   langetermijn effecten   daglichtlampen en melatonine op cognitieve systeem bij     verpleeghuis-patiënten

RCT, 2x2   factorial design

Bewoners ver-zorgingshuizen;   exclusie:   gebruik monoamine oxidase remmers, langdurig gebruik NSAID's,   ernstige   lever- of nierfunctiestoor-nissen, afakie (geen lens)

Tot 3,5 jaar,   gemiddeld 15 maanden (sd 12)

189 verpleeghuispatiënten,   gemiddelde   leeftijd 86 (sd 5,5), 90% vrouw, 92% vorm van dementie; 49   patiënten   alleen licht, 46 alleen melatonine, 49 licht + melatonine, 45   dubbel   placebo

1. Lichtexpositie:   9,00-18,00 uur 1000 lux;   2. melatonine 2,5 mg 1 uur voor bedtijd

1. Controle-licht,   lagere intensiteit,   grotere afstand; 2. Placebo-tablet

Primaire:   cognitieve status met MMSE;   secundair: stemming, eigen waardering,   psychopatholo-gie, gedrag, ADL,   actigraphy, slaaptijd, nachtelijke ontwaking

M.b.t. slaap-parameters:   slaapefficiën-tie   beter bij gecombineer-de interventie (3,5%; p= 0,01),   eerder in slaap   bij gebruik mela-tonine (8 mi-nuten, p= 0,02), totale   slaapduur ho-ger   bij licht (10 minuten; p=0,04) en melatonine (27 minuten;   p=0,004),   maar niet bij combinatie, minder nach-telijke ruste-loosheid bij     combinatie (1 minuut/uur; p=0,01), min-der waakperi-oden 's nachts met     combina-tie (0,5; p= 0,01), kortere ontwaakperio-des 's nachts bij   melatoni-ne   (6 minu-ten, p=0,02)

Behoorlijk,   randomisatie van lichtexpo-sitie   per ver-zorgingshuis, grote kans op andere   verstorende variabelen;   daarnaast zeer forse drop-out (maar dat is ook wel   logisch gezien de   populatie en de lange follow-up)

Matig

Geen nieuwe of verergerende     slaapstoornis-sen, mogelijk toch relevant; geen echte lijn in resultaten,     veel relaties met andere uitkomstmaten, het is de vraag of de gevonden     resultaten klinisch relevant zijn

Ronda-nelli

2011

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit en veiligheid   combinatie melatonine, magnesium en zink, voor   het verbeteren van de   slaapkwaliteit en de alertheid 's ochtends bij ouderen   > 70 jaar   met primaire insomnia

Dubbelblinde RCT

Verpleeghuispati-enten,   met ten minste 3   maanden verblijf, > 70 jaar, primaire insomnia; exclusie:     slaapstoornissen door een bekende oorzaak, psychiatrische of neurologische     diagnose, restless legs, medicatie die het centraal zenuwstelsel of   het   slaapwaakritme beïnvloedt, gebruik bètablokkers

8 weken

43 patiënten,   63% vrouw, gemiddelde leeftijd   78 jaar (sd 4); 22 in interventiegroep, 21   placebo

100 gram   peerpulp met 5 mg melatonine, 225   magnesium en 11,25 mg zink, 1 uur voor   bedtijd

100 gram   peerpulp zonder toevoegin-gen

Primair:   slaapkwaliteit (Pittsburgh Sleep   Quality Index); verder: Leeds Sleep   Evaluation Questionnaire, Epworth   Sleepiness Scale, Sleep-Wake Activity   Inventory, Short Insomnia   Questionnaire, Actigraphy), veranderingen in   slaapkwaliteit en   activiteit overdag, stemming, kwaliteit van leven, voedings-toestand,     bijwerkingen

Pittsburgh Sleep   Quality Index:   behan-deleffect (in-terventie vs controle): 6,8 punten (95% BI:     5,4-8,3; p<0,001); PSQI<5: 59% in inter-ventiegroep, 14% in   con-trolegroep   (verschil 45 (95%BI: 20-70; p=0,004); ook signifi-cante   resulta-ten op secun-daire   uit-komsten (bijv. Leeds Sleep Evalua-tion   Questi-onnaire), maar niet op   Epworth Sleepiness Scale; secun-daire   resulta-ten zijn hier niet gerappor-teerd   want geven waar-schijnlijk   dub-beling van de resultaten op de primaire   uitkomstmaat

Laag, er is   sprake van blok randomisatie, het   is de vraag of blindering gegarandeerd kan   zijn

Hoog

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   mogelijk toch relevant; het is niet duidelijk   welk van de componenten   van de interventie in welke mate bijdraagt aan het   resultaat

Rosz-kowska

2010

Beide

Beide

Overzicht   insomnia bij geriatrische patiënten   en het beleid daarbij

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

Ruths

2004

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect stoppen antipsychotica bij   patiënten met dementie op gedrag en   slaapkwaliteit

Dubbelblinde RCT

Verpleeghuispati-ënten   met de-mentie die   anti-psychotica ge-bruiken, gebruik risperidon, olan-zapine   of   halo-peridol ≥3 maanden in sta-biele dosering, ≥ 65 jaar; exclusie:     antipsychotica voor primaire diagnose psy-chose, mentale retardatie,   termi-nale   ziekte, re-cente grote ver-anderingen in   gezondheidstoe-stand

4 weken

30 patiënten,   80% vrouw, gemiddelde leeftijd   83 jaar (sd 7), gemiddeld 30 maanden in   verpleeghuis, meeste   gebruikten risperidon, gemiddelde medicatieduur 14   maanden (range   3-44); 15 in interventiegroep, 15 in controlegroep

Stoppen met   medicatie → dus placebo

Eigen medicatie

Gedrag (Neuropsychi-atric Inventory Questionnaire),     actigraphy

Stoppen was   geassocieerd met een verminderde   slaapefficiën-tie van 86% naar 75% (54   minuten minder slaap; p=0,03);   overige maten niet statistisch significant

Behoorlijk,   weinig patiënten, het is de vraag   of blindering gegarandeerd kan zijn

Matig

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   maar juist 'inductie van slaapproblemen' door   stoppen met medicatie → exclusie

Ryu

2011

Ziekenhuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   invloed muziek op slaap bij   patiënten met PTCA op IC

RCT

≥ 20 jaar, coro-naire   hartziekte, naar CCU na   PTCA; exclusie: gebruik ventila-tie, dementie,   neurologische ziekte,   zintuig-aandoening, ge-bruik slaapmid-delen of sedati-va,     slaappro-bleem voor op-name op CCU

1 nacht, geen   follow-up

58 patiënten,   gemiddelde leeftijd 61, 66%   man; 29 in interventiegroep, 29 in controlegroep

slaapverwekkende'   muziek 53 minuten 's avonds   + oogbandage

oordopjes zonder   muziek + oogbanda-ge

duur (aantal   uren slaap) en kwaliteit slaap   (gemodificeer-de Verran and Synder-Hal-pern   Scale), gevraagd door   verpleegkundi-ge aan patiënt

Aantal minu-ten   slaap: 279 in   interventie-groep, 243 in controlegroep (p=0,002);   slaapkwaliteit: 36   in inter-ventiegroep, 29 in controlegroep (p<0,001)

Behoorlijk: geen   opeen-volgende pati-ënten,   binde-ring niet gega-randeerd, zeer selecte patiën-tengroep,   geen   follow-up, slechts 1 me-ting, sociaal wenselijke ant-woorden bij patiënt     of ver-pleegkundige mogelijk

Matig

Beperkt deel is   oudere patiënten, geen   separate resultaten voor ouderen, zeer selectie patiëntengroep; het is de   vraag of de   gevonden resultaten klinisch relevant zijn

Simon-son

2007

Beide

Beide

Overzicht geven   insomnia bij ouderen en   beleid daarbij

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

Simpson

2006

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   voorgeschreven medicatie en   slaapgedrag bij verpleeghuis-bewoners met   dementie

Secundaire   analyse van baseline data voor een   RCT

Verpleeghuis-bewoners   met dementie in 6   verpleeghuizen in VS; ≥ 55 jaar, ten minste 1 maand in   verpleeghuis, ≥   30 minuten slaap overdag

5 dagen 

195 bewoners,   gemiddeld 80 jaar, 52% man,   meesten met ernstige cognitieve stoornis, 71%   gebruikte meerdere   psychotrope medicijnen

Geen

Geen

Medicatiedos-sier   en actigraphy gedurende 5   dagen en nachten (minuten slaap 's nachts en   overdag, % slaap 's   nachts)

Gemiddeld 505   minuten slaap per et-maal,   waarvan 70% 's nachts. SSRI-gebruikers sliepen 64%   's nachts vs 72%   bij niet-gebruikers (p =0,005); tra-zodonege-bruikers slie-pen   78% 's   nachts vs 70% bij niet-gebruikers (p =0,04); overi-ge resultaten niet     statistisch significant (ook niet voor bijv. benzodiaze-pines)

Groot, geen   vergelijking van interventies,   dus waarschijnlijk geen vergelijkbare groepen,   grote kans op   vertekening, niet geplande analyse

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   uitgangsvraag sluit niet aan; mogelijk relevant   als   achtergrondin-formatie

Sivert-sen

2006

Polikliniek   ziekenhuis

Beide

Onderzoeken   korte en langetermijn   effectiviteit cognitieve therapie versus zopiclon bij   ouderen met   primaire insomnia

Dubbelblinde,   placebogecontroleerde RCT

>55 jaar met   insomnia; exclusie: gebruik   hypnotica, antidepressiva, dementie, depressie,   slaapapneu,   nachtdiensten, niet stoppen met slaapmiddelen, ernstige fysieke   aandoening

6 weken   interventie, 6 maanden follow-up, 2   patiënten niet in follow-up

46 patiënten,   gemiddelde leeftijd 61, 48%   vrouw, gemiddeld 14 jaar insomnia

Cognitieve   therapie (slaaphygiëne educatie,   slaaprestrictie, stimuluscon-trole,   cognit-ieve therapie,   ontspannings-technieken)(n=18)

Zopiclon 7,5 mg   per nacht (n=18)

Placebo (n=12)

Polysomno-grafie,   slaapdagboek

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Behoorlijk,   relatief weinig patiënten,   groepen vooraf niet vergelijkbaar, resultaten niet   van toepassing op   populatie van richtlijn (zie opmerkingen)

Matig

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   geen opgenomen patiënten à exclusie

Sloane

2007

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effect hoge-intensiteit licht op   slaap 's nachts en activiteiten overdag bij   patiënten met dementie

Voor-na   vergelijking met verschillende   interventies

Patiënten met   dementie uit vier   verpleeghuizen, VS; exclusie: diabetische retinopathie,     maculadegenera-tie, geen lens

Elke interventie   duurde 3 weken,   achtereenvolgens

66 patiënten,   gemiddelde leeftijd 79, 53%   man, participatie in verschillende interventies:   ochtend licht: 49,   avond licht: 44, hele dag licht: 45, standaard licht: 46

Lichtintensi-teit   2500 lux gedurende 3 weken.   1. ochtend (7-11 uur), 2. avond (16-20 uur), 3.   hele dag (7-20 uur);   doel was om ten minste 1-2 uur lichtexpositie te krijgen

Lichtinten-siteit   500 lux

Actigraphy   (slaap 's nachts en 24-uurs ritme)   in laatste week interventie, bijwerkingen

Uren slaap 's   nachts: och-tendlicht: 5,54,   avond-licht: 5,45, hele dag licht: 5,55, stan-daardlicht:   5,36   (p=0,04); overige resul-taten niet sta-tistisch signi-ficant (behou-dens     in sub-populaties)

Groot, geen   randomisatie, achtereenvol-gens   verschil-lende interven-ties, grote kans op   vertekening door andere   omstandighe-den dan interventie, geen blindering

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   forse kans op bias, mogelijk toch enigszins relevant; gevonden verschillen   lijken   klinisch niet relevant

Spahr

2007

Variërend

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect antihistaminica op   slaapproblemen bij patiënten met cirrose

Dubbelblinde RCT

Cirrose,   leeftijd 18-70, >10 op Epworth   Sleepi-ness Scale; ex-clusie: depressie,   psychiatrische of   neurologische aandoening, ge-bruik psychotro-pe medicatie,     al-coholisme, con-traindicatie voor hydroxyzine, ≥3 maanden slaapproblemen

10 dagen

35 patiënten met   cirrose, gemiddelde leeftijd   55 (range 36-69), 71% man, 69% poliklinisch

25 mg   hydroxyzine 10 dagen, 's ochtends

Placebo

Actigraphy,   VAS-schalen voor slaapkwa-liteit,   neuro-psychologische tests

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Behoorlijk:   weinig patiënten, veel   subjectieve maten

Matig

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   geen ouderen → exclusie

Su

2004

Extramuraal

Geen inter-ventie

Onderzoeken   prevalentie in-somnia bij   Chi-nese thuiswo-nende ouderen

Dwarsdoor-snede   onderzoek

Inwoners Taipei,   ≥ 65 jaar, thuiswonend

Geen

2045 mensen, 57%   man, 33% 65-69 jaar, 34%   70-74 jaar, 33% 75+

Geen

Geen

Prevalentie   slaapproble-men en gebruik   slaapmiddelen

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Behoorlijk: pa-tiëntenpopula-tie   sluit niet   aan bij NL po-pulatie, selec-tieve rekrute-ring

Matig

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   extramurale populatie → exclusie

Sudano

2010

Extramuraal

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect acetaminophen op bloeddruk   bij patiënten met coronaire hartziekte

Dubbelblinde RCT

Patiënten met   coronaire hart-ziekte, via   acade-misch zieken-huis in Zwitser-land, met   stabie-le   cardiovascu-laire medicatie, 18-80 jaar; ex-clusie: acuut my-ocard     infarct, onstabiele angi-na pectoris, be-roerte, coronaire interventie <3     maanden, hart-falen, gebruik analgetica, chro-nische pijn, ro-ken,   alcohol-   of middelenmis-bruik, onvol-doende contro-leerbare hoge   bloeddruk, nier-falen,   leveraan-doening, gebruik orale   anticoagu-lantia, diverse andere medica-tie,   ontstekings-ziekten

2 weken   interventie, 2 weken wash-out, 2   weken interventie

33 patiënten,   gemiddelde leeftijd 61 (sd 8,5),   85% man

Acetamino-phen   1g 3dd

Placebo

Primair:   bloeddruk; secundair: diverse   bloedlab.para-meters

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Sterke   patiëntselectie, dus   extrapo-leerbaarheid waarschijnlijk laag. Onder-zoek   verder wel prima   opgezet, rela-tief weinig patiënten

Matig

Geen slaappara-meters,   geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen, niet specifiek ouderen → exclusie

Sun

2010

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effectiviteit HT7 acupressure op   slaapkwaliteit en insomnia

RCT

2 verpleeghuizen   in Taiwan, ten minste 3   maanden verblijf, slaapproblemen; exclusie:   hartproblemen, acute   ziekte, trauma, polswonden, chronisch gebruik   slaapmiddelen

5 weken   interventie + 2 weken follow-up

50 patiënten,   gemiddelde leeftijd 70 jaar,   64% man, 64% met CVA, 12% dementie

HT7 acupressure   op beide polsen, 5 seconden,   1 seconde rust, gedurende 5 minuten voor   bedtijd, 5 weken

placebo', lichte   druk i.p.v. acu-pressure

Athens Insomnia   Scale (AIS)

Lagere   AIS-scores in ex-perimentele groep dan   in controlegroep (bijv. 2,80 vs 20,0   in week 5), normalise-rend na   af-loop interven-tie (week 7); geen statisti-sche   toetsing verschillen

Groot: beperk-te   blindering, beperkte   pati-ëntengroep, niet extrapo-leerbaar naar NL situatie,     ondoorzichtige weergave resultaten

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   patiënten-populatie niet vergelijkbaar met NL,   mogelijk toch relevant,   maar onduidelijke interpretatie resultaten

Sunami

2012

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   effect fluvoxamine bij   CVA-patiënten met depressie op depressie en   slaapstoornissen

Vergelijkend   onderzoek, geen randomisatie

Opgenomen   patiënten met CVA en depressie in   ziekenhuis in Japan

4 weken

19 patiënten,   gemiddelde leeftijd 75 jaar,   79% man

Fluvoxamine   getitreerd tot 75 mg/dag 1dd, 4   weken

Geen interventie

Pittsburgh Sleep Quality Index + depressiescha-len,     melatonine

Voor slaappa-rameters:   wel verschil met   baseline voor interventie (PSQI van 10,3 naar 5,1; 6,2 en   5,0 na 1, 2   en 4 we-ken (p< 0,05)); geen significant verschil met baseline   in   controlegroep (PSQI van 7,5 naar resp. 6,4; 6,0 en 4,2 (niet signifi-cant)).     Geen directe verge-lijking tussen groepen; waarschijnlijk geen   signifi-cant   verschil

Zeer groot: geen   randomisatie, geen   blindering, mogelijk dus geen vergelijkbare groepen, zeer   weinig   patiënten

Zeer laag

Onduidelijke   interpretatie resultaten,   mogelijk toch enigszins relevant

Svarstad

2002

Verpleeghuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   risicofactoren gebruik   benzodiazepines, prevalentie benzodiazepinegebruik en   evaluatie beleid

Dwarsdoor-snede   onderzoek

Bewoners   verschillende verpleeghuizen VS,   post-analyse

Geen

2060 patiënten,   75% vrouw, gemiddelde   leeftijd 82 (sd 10), 40% dementie, 12% depressie, 55%     gedragsproblemen, 34% pijn, 31% slaapproblemen

Geen

Geen

Gebruik benzo-diazepines,   patiëntenken-merken

28% kreeg   benzodiazepi-ne, 7%   di-phenhydrami-ne, 2% overi-ge anxiolytica of hypnotica;   meer   benzo-diazepine gebruik bij vrouwen (OR: 1,30; 95%BI 1,01-1,67), bij   de-pressie   (OR 1,68; 95%BI: 1,25-2,27), pijn (OR: 1,20; 95%BI:   1,04-1,40) en slaapproble-men   (OR: 2,23; 95%BI: 1,93-2,57)

Zeer groot: geen   interventie-onderzoek, oude   data

Zeer laag

Analyse van data   uit jaren 1986-1989, sluit   niet aan bij uitgangsvraag → exclusie

Tou-blanc

2007

Ziekenhuis

Niet-farma-ceutisch

Vergelijken   assist-control ventilatie vs low   level pressure support ventilatie op   slaapkwaliteit bij geïntubeerde   IC-patiënten

RCT

Volwassen   patiënten met chronische   longziekte, geïntubeerd, mechanische ventilatie

1 nacht, geen   follow-up (4 uur ene   interventie, dan 4 uur andere interventie)

20 patiënten,   75% man, gemiddelde leeftijd 65   jaar (range 42-81), voornamelijk met COPD en   pulmonaire infectie

Assist-control   ventilation (ACV): 10 ml/kg,   12/minuut, verhoogd tot verdwijnen inademings-arbeid

Low level pressure support (low PSV): spontane     ademha-ling met inspiratoire pressure (6cm H2), 7200 PB, 5l/min

Polysomnogra-fie   + eigen score patiënt

Geen signifi-cante   ver-schillen in slaap   'archi-tecture'; wel verschillen gevonden tussen beide   slaapperioden   (begin en ein-de nacht), maar dit lijkt niet gerela-teerd aan   de   interventie (hoewel de auteurs dat wel beweren)

Groot: geen   blindering, beperkt aantal   patiënten, zeer kortdurende interventie, veel kans   op vertekening

Laag

Mogelijk   relevant, maar kwaliteit zeer   beperkt

Vaajoki

2011

Ziekenhuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken effect   muziek op pijn en   pijnbeleving na abdominale chirurgie

RCT

Volwassen   patiënten, Fins academisch   ziekenhuis, met electieve abdominale chirurgie

2 dagen

168 patiënten,   gemiddelde leef-tijd 62, 54%   man, na abdomi-nale chirurgie, voornamelijk   wegens maligniteit

Muziek naar   eigen keuze van patiënt, 30   minuten op dag 1 en 2

Geen muziek

Pijn en   pijnbeleving op VAS-schalen

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot: rando-misatieprocedu-re   zeer   ondui-delijk (1 week muziek, 2e week niet), niet blind

Laag

Gaat niet over   slaapproblemen → exclusie

Valto-nen

2005

Verpleeghuis

Niet-farma-ceutisch

Onderzoeken   effect melatonine in 'nachtmelk'   op slaap en activiteiten bij ouderen

Cross-over   dubbelblinde RCT (2 studies)

Ouderen uit   verpleeghuizen in Finland

8 weken   interventie, 1 week wash-out, 8 weken   interventie

 

Nachtmelk': van   koeien die 's nachts gemolken   worden (gemiddeld 14 pg/ml melatonine)

Normale melk

Vragenlijsten   door verpleeg-kundigen (op   verschillende schalen per studie), over slaap 's   nachts en   activiteiten overdag

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Groot: er lijkt   sprake van ad hoc analyses   voor verschil-lende groepen, onduidelijke   rapportage, geen duidelijke   vergelijking 'nachtmelk' en gewone melk

Laag

Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen,   onduidelijke rapportage → exclusie

Vaz Fragoso

2007

Extramuraal

Beide

Overzicht   slaapproblemen bij ouderen die   thuiswonen en beleid daarbij

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot,   narratief over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie.

Weschu-les

2006

Hospice   (verpleeg-huis)

Farma-ceutisch

Onderzoeken   nieuwe vs oude middelen   (far-maceutisch) op symptoomver-lichting in een   hospice

Retrospectief   cohortonder-zoek

Hospiceprogram-ma   en medica-tie voor pijn,   insomnia of misselijkheid; exclusie in   insomniacohort: eerder temaze-pam   voor zolpidem

Niet beschreven,   retrospectief

Voor insomniacohort:   100 patiënten, 50%   vrouw, gemiddelde leeftijd 74 jaar, allen terminale   patiënten, 59%   vanwege kanker

Temazepam

Zolpidem 

Symptomen: pijn,   insomnia, misselijkheid;   numerieke schaal en verbale beschrijving

Complete res-pons:   temaze-pam: 52%, zolpidem:   22% (p= 0,0037); on-bekende uit-komst: tema-zepam:   18%, zolpidem: 38%   (p=0,05).

Zeer groot:   retrospectief cohort, zeer selecte   patiëntenpopulatie, geen vergelijkbare   groepen vooraf, enz.

Zeer laag

Patiëntengroep   sluit niet compleet aan bij   uitgangsvraag, mogelijk toch relevant

Wolf

2001

Verpleeghuis +   extramuraal

Farma-ceutisch

Vergelijking   effectiviteit en veiligheid   fluoxetine (SSRI) en trimipramine (TCA) voor   behandeling depressie bij   geriatrische patiënten

Dubbelblinde RCT

leeftijd ≥ 60,   de-pressie; exclusie:   plotselinge ver-ergering depres-sie (in placebo-groep!),   suïci-daal,   glaucoom, urineretentie, prostaathypertro-fie, ernstige car-diovasculaire     aandoening, lever-, nier-, bloed- of long-aandoening, her-senziekte,   epi-lepsie,   schizofre-nie, schildklier-aandoening, middelen-misbruik

5 weken

19 patiënten (in   follow-up!), gemiddelde   leeftijd 70 (range: 61-85), 95% vrouw; 10 in   fluoxetine-groep, 9 in   trimi-praminegroep

20 mg/dag   fluoxetine 5 weken

150 mg/ dag   trimi-pramine 5 weken

Polysomnogra-fie:   slaaptijd,   slaapefficiëntie, inslaaptijd, waaktijd 's ochtends, slaapstadia,   REM   latentie, REM dichtheid, slaapinterval

Geen   significante verschillen tussen groepen   (wel voor beide behandelingen t.o.v.   baseline), behalve % REM-slaap   (hoger bij trimipramine) en % waaktijd (lager   bij trimipramine)

Zeer groot: maar   19/41 patiënten met complete   follow-up; veel uitval vanwege bijwerkingen;   inclusiemetho-de niet   duidelijk

Zeer laag

Populatie   gedeeltelijk van toepassing, maar   ook deel extramuraal. Geen nieuwe of   verergerende slaapproblemen → exclusie

Wood-ward

2012

Beide

Beide

Overzicht slaap   en slaapproble-men bij   ouderen en beleid

Narratieve   review

 

 

 

 

 

 

Niet gerap-porteerd   in deze evidence tabel,   want niet van toepassing

Zeer groot, narratief   over-zichtsartikel,   geen systema-tisch onderzoek

Zeer laag

Geen systema-tisch   onderzoek → exclusie

Zisberg

2012

Ziekenhuis

Farma-ceutisch

Onderzoeken   patronen in gebruik   slaapmedicatie voor, gedurende en 1 en 3 maanden na   hospitalisatie

Prospectief   observationeel onderzoek

Patiënten   opgenomen in 5 ziekenhuizen, ≥ 70   jaar, in Israel; exclusie: beroerte, coma,   mechanische ventilatie,   complete afhankelijkheid

Tot 3 maanden na   ontslag uit ziekenhuis

485 patiënten   (412 met complete follow-up),   gemiddelde leeftijd 78 jaar (sd 6), 52% vrouw,   gemiddeld 5,7 dagen   ziekenhuis-verblijf, 31% rehospitalisatie binnen 3   maanden

Geen

Geen

Interview over   slaapmedicatie aan patiënten,   bij opname in ziekenhuis, gedurende verblijf en   na 1 en 3 maanden

43% gebruik-te   slaapmedi-catie voor op-name   in zie-kenhuis (96% benzodiazepi-ne); 43% ge-bruikte   slaap-medicatie   tij-dens zieken-huisverblijf (82% al voor verblijf). Geen   gebruik   slaapmedica-tie tijdens verblijf was belangrijkste factor die ge-associeerd     was met geen slaapmedica-tie na ontslag (OR: 3,91; 95%BI: 1,64-9,30)

Zeer groot,   sociaal wenselijke antwoorden,   recall bias bij 1e interview, geen interventie

Zeer laag

Sluit niet aan   bij uitgangsvraag → exclusie

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 24-08-2015

Laatst geautoriseerd  : 24-08-2015

Geplande herbeoordeling  :

Jaarlijks wordt door de commissie richtlijnen van de Nederlandse Internisten Vereniging bepaald of actualisatie van de richtlijn nodig is.

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Internisten Vereniging
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Internisten Vereniging
  • Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
  • Vereniging van Specialisten Ouderengeneeskunde
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland

Algemene gegevens

De richtlijnontwikkeling werd ondersteund door de PROVA en gefinancierd uit de Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).

Doel en doelgroep

Doel

Deze richtlijn beoogt een leidraad te geven voor de dagelijkse praktijk van ‘nieuwe of verergerende slaapproblemen bij acuut opgenomen ouderen in ziekenhuis of verpleeghuis’.

 

Doelgroep

De primaire doelgroepen van deze richtlijn zijn zorgprofessionals1 en (potentiële) zorggebruikers2, waarbij de richtlijn vooral een hulpmiddel is bij het nemen van beslissingen en het maken van keuzen in de dagelijkse praktijk. Zorgprofessionals kunnen deze richtlijn tevens gebruiken voor het bijhouden van kennis, voor onderwijs- en nascholingsdoeleinden en voor het opstellen van samenwerkingsafspraken.

De belangrijkste zorgprofessionals die deze richtlijn kunnen gebruiken zijn: internisten, klinisch geriaters, specialisten ouderengeneeskunde en verpleegkundigen en verzorgenden die met de specifieke doelgroep van de richtlijn werken. Ook voor andere zorgverleners in ziekenhuis en verpleeghuis kan deze richtlijn nuttig zijn.

 

1 Onder zorgprofessionals worden alle BIG-geregistreerde zorgverleners verstaan.

2 Onder zorggebruikers worden patiënten, cliënten, familie van patiënten en cliënten, en mantelzorgers verstaan.

Samenstelling werkgroep

Op initiatief van de Nederlandse Internisten Vereniging is een werkgroep samengesteld, onder voorzitterschap van mw. prof. dr. S.E.J.A. de Rooij, internist ouderengeneeskunde. De richtlijnwerkgroep bestaat uit gemandateerde vertegenwoordigers van de belangrijkste wetenschappelijke verenigingen die met de zorg voor ouderen in het ziekenhuis en verpleeghuis te maken hebben. Dit zijn vertegenwoordigers van de volgende verenigingen:

  • Nederlandse Internisten Vereniging
  • Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
  • Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland – Neuro & revalidatie
  • Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland – Geriatrie verpleegkunde
  • Verenso

De werkgroep is methodologisch en procedureel ondersteund door een epidemioloog (secretaris).

 

Werkgroep

  • Mw. prof. dr. S.E.J.A. de Rooij, internist ouderengeneeskunde & klinisch geriater, Universitair Medisch Centrum Groningen, namens de Nederlandse Internisten Vereniging, voorzitter
  • Mw. drs. M.K. Tuut, epidemioloog, PROVA, Varsseveld, secretaris
  • Mw. drs. P.A. Genet, klinisch geriater, Waterlandziekenhuis Purmerend / Slotervaart Ziekenhuis Amsterdam, namens de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
  • Mw. M.B. Gruppelaar, verpleegkundig specialist, ziekenhuisgroep Twente, Almelo/Hengelo, namens Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland – Neuro & Revalidatie
  • Dhr. M.A. Weterman, verpleegkundig specialist, Universitair Medisch Centrum Utrecht, namens Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland – Geriatrie Verpleegkunde
  • Mw. drs. A.H. van Pagee, specialist ouderengeneeskunde, Novicare, Kootwijkerbroek, namens Verenso, specialisten in ouderengeneeskunde
  • Mw. dr. J.P. Brouwer, internist ouderengeneeskunde, Alrijne Ziekenhuis, Leiden, namens de Nederlandse Internisten Vereniging – sectie Ouderengeneeskunde

Belangenverklaringen

Alle werkgroepleden hebben een belangenverklaring ingevuld. Een overzicht hiervan is opgenomen in de hieronder weergegeven tabel.

 

Naam

Hoofdfunctie

Neven-werkzaamheden

Persoonlijke financiële belangen

Persoonlijke relaties

Reputatie-management

Extern gefinancierd onderzoek

Kennis-valorisatie

Overige belangen

Mw. prof. dr. S.E.J.A. de Rooij

Internist ouderengeneeskunde UMCG

Voorzitter NIV

-

-

-

- [ZonMw, Nuts Ohra]

-

-

Mw. drs. M.K. Tuut

Eigenaar PROVA

 

-

-

-

-

-

-

Mw. drs. P.A. Genet

Klinisch geriater, Waterland ziekenhuis, Slotervaart ziekenhuis

 

-

Overleg met voorzitter Nederlandse Vereniging voor Slaap- en Waak Onderzoek

-

-

-

-

Mw. M.B. Gruppelaar

Verpleegkundig specialist neurologie, Ziekenhuisgroep Twente

-

-

-

-

-

-

-

Dhr. M.A. Weterman

Verpleegkundig specialist geriatrie, UMC Utrecht

-

-

-

-

-

-

-

Mw. A.H. van Pagee

Specialist ouderengeneeskunde

Visitatie werkgroep Verenso

-

-

-

-

-

-

Mw. dr. J.P. Brouwer

Internist ouderengeneeskunde

-

-

-

-

-

-

-

Inbreng patiëntenperspectief

Begrijpelijkerwijs is er geen patiëntenvereniging specifiek voor nieuwe of verergerende slaapproblemen bij ouderen in het ziekenhuis of verpleeghuis. Desalniettemin is via een ouderenvereniging geprobeerd om het patiëntenperspectief in de knelpunteninventarisatie mee te laten wegen. De werkgroep Senior Friendly Hospital is gevraagd om op onderdelen hun reactie te geven. Daarnaast is bij het benoemen van relevante uitkomstmaten geprobeerd te denken vanuit patiëntenperspectief. Een korte samenvatting van de richtlijn voor patiënten is opgenomen als aanverwant (‘Samenvatting van de richtlijn voor patiënten’).

Methode ontwikkeling

Evidence based

Implementatie

Gedurende het hele proces van richtlijnontwikkeling wordt rekening gehouden met implementatie van de richtlijn in de werkgroep, bijvoorbeeld bij de samenstelling van de werkgroep, de brede knelpunteninventarisatie en de uitgebreide commentaarronde.

Na autorisatie van de richtlijn wordt deze ten minste op de website van de Nederlandse Internisten Vereniging gepubliceerd. Ook andere deelnemende partijen zijn vrij de richtlijn op hun website te publiceren. Daarnaast wordt getracht samenvattingen van de richtlijn in Nederlandse tijdschriften te publiceren, om zo de implementatie van de richtlijn te bevorderen. Een handzame samenvattingskaart behorende bij de richtlijn wordt gemaakt.

Bij deze richtlijn hoort een implementatieplan. Hierin is per aanbeveling onderzocht welke factoren de invoering van de richtlijn kunnen bevorderen of belemmeren en welke oplossingsrichtingen hierbij mogelijk zijn. Het implementatieplan en een beperkte indicatorenset, behorende bij deze richtlijn, zijn opgenomen als aanverwant (‘Implementatieplan en indicatoren’).

Werkwijze

Knelpuntenanalyse

Bij de start van het richtlijnontwikkeltraject is een uitgebreide knelpuntenanalyse uitgevoerd. De voorzitter en secretaris van de richtlijnwerkgroep hebben knelpunten voorgeformuleerd en deze aan een brede groep ter commentaar en aanvulling voorgelegd. De volgende organisaties zijn gevraagd input te leveren op de knelpunten:

  • Seniorenorganisatie ANBO
  • Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik
  • Nederlands Huisartsen Genootschap
  • Nederlandse Internisten Vereniging (sectie ouderengeneeskunde)
  • Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
  • Nederlandse Vereniging voor Keel-, Neus-, Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied
  • Nederlandse Vereniging voor klinische farmacologie en biofarmacie
  • Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
  • Nederlandse Vereniging voor Neurologie
  • Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie
  • Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuis Apothekers
  • Verenso
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland

De verzamelde knelpunten en het bijgevoegde commentaar zijn besproken in de eerste vergadering van de richtlijnwerkgroep. Op basis daarvan zijn de uitgangsvragen vastgesteld, die vervolgens met behulp van uitgebreid literatuuronderzoek zijn uitgewerkt.

 

Methode richtlijnontwikkeling

Deze (concept)richtlijn is opgesteld aan de hand van het Procedureboek NIV richtlijnen die aansluit bij het “Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation II” (AGREE II) instrument (www.agreetrust.org). Dit instrument is een breed (internationaal) geaccepteerd instrument voor de beoordeling van de kwaliteit van richtlijnen.

Na vaststelling van de uitgangsvragen is naar literatuur gezocht met een expert op het gebied van literatuursearches. Van de werkgroepleden werd hiervoor medisch inhoudelijke input verkregen. De literatuursearches zijn vermeld onder zoekverantwoording. Er is gezocht in Medline, aangevuld met Cinahl (met focus op verpleegkundig onderzoek). Van de totale opbrengst werden de abstracts bestudeerd, hetgeen leidde tot een forse selectie. Daarbij werd geselecteerd op onderwerp (sluit het onderwerp aan bij de uitgangsvraag met name: gaat het om acute slaapproblematiek? En: bestaat de populatie ten minste voor een deel uit ouderen?) en kwaliteit van het artikel (met name exclusie van niet-systematisch opgezet onderzoek). Het proces van selectie staat grafisch weergegeven in de aanverwant ‘Literatuurselectie’. Na ontdubbeling werden alle geselecteerde abstracts fulltekst aangevraagd. Een beperkt aantal artikelen bleek niet leverbaar in Nederland. De overige artikelen zijn systematisch fulltekst beoordeeld op kwaliteit en inhoud. Alle artikelen zijn samengevat in evidence tabellen. De onderwerpen niet-farmacologische interventies en farmacologische interventies zijn hierbij samengenomen, omdat er veel overlap bleek in de artikelen. De evidence tabellen zijn per module in deze richtlijn opgenomen.

Voor het literatuuronderzoek is gebruik gemaakt van de GRADE methodiek. Hierbij wordt per uitgangsvraag de totale ‘body of evidence’ beoordeeld op kwaliteit bij van tevoren vastgestelde (patiëntrelevante) uitkomstmaten. Resultaten worden per uitkomstmaat samengevat, waarbij tevens de ‘overall’ kwaliteit van de onderliggende bewijslast (evidence) wordt aangegeven. Bij de beoordeling wordt dan gebruik gemaakt van de software ‘GRADEPro, waarmee per uitgangsvraag een tabel met bevindingen (Summary of Findings) en een tabel met beoordeling van het bewijs (GRADE Evidence Profile) wordt gemaakt. GRADE kent vier niveaus van conclusies. Per uitkomstmaat wordt de kwaliteit van het bewijs gegradeerd volgens de volgende indeling:

 

Kwaliteit van het bewijs

Interpretatie

Hoog (High)

Er is veel vertrouwen dat het werkelijk effect dicht in de buurt ligt van de schatting van het effect

Matig (Moderate)

Er is matig vertrouwen in de schatting van het effect: het werkelijk effect ligt waarschijnlijk dicht bij de schatting van het effect, maar er is een mogelijkheid dat het hier substantieel van afwijkt

Laag (Low)

Er is beperkt vertrouwen in de schatting van het effect: het werkelijke effect kan substantieel verschillend zijn van de schatting van het effect.

Zeer laag (Very low)

Er is weinig vertrouwen in de schatting van het effect: het werkelijke effect wijkt waarschijnlijk substantieel af van de schatting van het effect

 

De kwaliteit van het bewijs wordt initieel bepaald op basis van studieopzet (randomised controlled trials of observationeel onderzoek) en kan worden verhoogd of verlaagd. Er zijn vijf factoren die kunnen zorgen voor een verlaging van de kwaliteit van het bewijs: beperkingen in de onderzoeksopzet (risk of bias), inconsistentie, indirectheid, imprecisie en publicatiebias. Drie factoren kunnen de kwaliteit van het bewijs verhogen: groot effect, aanwezigheid van een dosisresponsrelatie en confounding die het werkelijke effect onderschat of een niet bestaand effect overschat. Na bepaling van de mate van kwaliteit per uitgangsvraag volgt een beoordeling van de algehele kwaliteit van het bewijs. Waar mogelijk worden meta-analyses gemaakt. Hierbij is gebruik gemaakt van ReviewManager.

 

Niet alleen wetenschappelijke conclusies zijn van belang in richtlijnen. Belangrijke factoren voor het formuleren en waarderen van de uiteindelijke aanbevelingen zijn: algehele kwaliteit van het bewijs, grootte van en zekerheid over het netto gunstig effect van een interventie, waarden en voorkeuren van patiënten, kosten, professioneel perspectief, organisatie van zorg en maatschappelijk perspectief. Deze factoren tezamen bepalen of een sterke of zwakke/conditionele aanbeveling wordt geformuleerd. Deze zijn als volgt omschreven:

 

Sterkte van een aanbeveling

Interpretatie

Formuleringen

Implicaties

Sterk

Er is veel vertrouwen dat de gewenste effecten van een (therapeutische) interventie de ongewenste effecten overtreffen

Dienen, behoren

Patiënten: De meeste patiënten willen de aanbevolen actie en enkel een klein deel niet.

Clinici: De meeste patiënten zouden volgens de aanbeveling behandeld moeten worden.

Beleidsmakers: De aanbeveling kan worden voorgeschreven als beleid in de meeste situaties.

Zwak/ conditioneel

Er is onzekerheid of de gewenste effecten de ongewenste effecten overtreffen; of de gunstige en ongunstige effecten houden elkaar in evenwicht

Overwegen, verschillende opties

Patiënten: De meerderheid van de patiënten wil de aanbevolen actie, maar een groot deel niet.

Clinici: Wees voorbereid om patiënten te ondersteunen een beslissing te maken die past bij hun eigen waarden en voorkeuren.

Beleidsmakers:

Discussie met en betrokkenheid van stakeholders is hier van belang.

 

Meer informatie over GRADE en een precieze beschrijving van de methodiek is te vinden op www.gradeworkinggroup.org. De indeling van de modules is gebaseerd op het rapport ‘Toepassen GRADE in Nederland’ van GRADE_NL, een Nederlandse expertgroep op het gebied van GRADE.(10)

Het volledig toepassen van de GRADE methodiek is momenteel nog voorbehouden aan uitgangsvragen op het gebied van (therapeutische) interventies. De onzekerheid omtrent diagnostische uitkomstmaten en patiëntrelevante consequenties is erg groot. Binnen de internationale GRADE Working Group en GRADE_NL wordt momenteel gewerkt aan de uitwerking van een model voor de beantwoording van diagnostische uitgangsvragen met behulp van GRADE. Voor de diagnostische uitgangsvragen in deze richtlijn is daarom zo veel mogelijk gebruik gemaakt van de principes van GRADE. Het is echter op dit moment nog niet mogelijk om de GRADE methodiek volledig toe te passen bij uitgangsvragen op het gebied van diagnostiek.

Alle in deze richtlijn gebruikte literatuur is vermeld in de literatuurlijst.

Een overzicht van kennishiaten, die zijn gevonden bij het literatuuronderzoek, is weergegeven als aanverwant.

 

Procedure voor commentaar en autorisatie

De richtlijnwerkgroep heeft gewerkt aan het totstandkomen van de conceptrichtlijn. Deze is ter commentaar aangeboden aan alle NIV-leden en de (deelspecialistische) verenigingen die bij de ontwikkeling van de richtlijn betrokken zijn. Daarnaast is de conceptrichtlijn ter commentaar verstuurd aan alle partijen die bij de knelpunteninventarisatie om input gevraagd zijn. Het binnengekomen commentaar is door de werkgroep beoordeeld en verwerkt in de richtlijn. Daarbij is beargumenteerd welke commentaren wel en welke niet zijn opgenomen.

Daarna is de richtlijn ter autorisatie voorgelegd aan de partijen die in de werkgroep vertegenwoordigd zijn. De richtlijn is geautoriseerd door de Nederlandse Internisten Vereniging, de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie, Verenso en Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland.

Zoekverantwoording

Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.

Volgende:
Interventies verpleeghuisopname slaapprobleem