PTEN Hamartoom Tumor Syndroom

Initiatief: IKNL Aantal modules: 28

PTEN Hamartoom Tumor Syndroom - Epidemiologie en etiologie

In Nederland zijn bij het verschijnen van deze richtlijn ongeveer 130 families met PHTS bekend met ongeveer 210 PTEN-mutatiedragers. Door deze geringe aantallen zijn er weinig professionals die met regelmaat patiënten met PHTS op de polikliniek zien. Bij zorgverleners is er nog veel onbekend over PHTS. Er is behoefte aan meer kennis bij de zorgprofessionals over de herkenning, diagnostiek, surveillance, behandeling en begeleiding van patiënten met PHTS.
Mester beschrijft dat PHTS in de door hen onderzochte 187 families tussen 11% en 48% van de families nieuw (de novo) is ontstaan en dus niet geërfd is van één van de ouders [Mester 2012 (1)]. Dit bemoeilijkt de herkenning van PHTS omdat er bij het nieuw ontstaan van de PTEN-mutatie veelal geen positieve familieanamnese voor maligniteiten bestaat. In de klinische praktijk blijkt dat de diagnose PHTS regelmatig gemist wordt. Zo komt het voor dat de diagnose pas gesteld wordt bij een volwassen ouder die al jarenlang verschijnselen van PHTS heeft, nadat de diagnose gesteld is bij het kind. Of de diagnose wordt pas gesteld nadat een oncologische aandoening is vastgesteld, terwijl er al veel eerder verschijnselen van PHTS aanwezig waren. Dit terwijl vroege diagnosticering van belang is om eventueel preventieve maatregelen te kunnen nemen.
PHTS wordt veroorzaakt door een mutatie met verlies van functie in het Phosphatase and Tensin Homolog (PTEN) gen. Het PTEN-gen is een tumorsuppressor-gen. In 1997 is beschreven dat patiënten met klinische verschijnselen van het Cowden syndroom een kiembaanmutatie in het PTEN-gen hebben. Het Cowden syndroom is een aandoening die in 1963 beschreven is met een verhoogde kans op maligniteiten en benigne hamartomen. Later bleek dat het Banayan Riley Ruvalcaba Syndroom (BRRS), een congenitale aandoening met onder andere ontwikkelingsachterstand, darmpoliepen, macrocefalie en lipomen eveneens veroorzaakt wordt door een mutatie in hetzelfde PTEN-gen. De klinische verschijnselen van het Cowden syndroom en BRRS komen wisselend voor bij familieleden met dezelfde PTEN-mutatie. Het is nu algemeen geaccepteerd dat het één aandoening betreft met een variabele expressie en leeftijdsafhankelijke penetrantie, genaamd het PTEN Hamartoom Tumor Syndroom (PHTS) [Lachlan 2007 (2)]. Ook bij patiënten met klinische verschijnselen passend bij het overgroeisyndroom Proteus syndroom of Proteus-like syndroom en bij patiënten met macrocefalie in combinatie met autisme wordt bij een deel van de patiënten mutaties in het PTEN-gen vastgesteld en dus PHTS gediagnosticeerd [Eng 2012 (3)]. Sinds 2011 is bekend dat het Proteus syndroom wordt veroorzaakt door een activerende mutatie in AKT1 in mozaïekvorm dat leidt tot activatie van de signaaltransductieroute P13K [Lindhurst 2011 (4)]. Inactivatie van het PTEN-gen leidt tot activatie van dezelfde signaaltransductieroute.

Onderbouwing

In Nederland zijn bij het verschijnen van deze richtlijn ongeveer 130 families met PHTS bekend met ongeveer 210 PTEN-mutatiedragers. Door deze geringe aantallen zijn er weinig professionals die met regelmaat patiënten met PHTS op de polikliniek zien. Bij zorgverleners is er nog veel onbekend over PHTS. Er is behoefte aan meer kennis bij de zorgprofessionals over de herkenning, diagnostiek, surveillance, behandeling en begeleiding van patiënten met PHTS.
Mester beschrijft dat PHTS in de door hen onderzochte 187 families tussen 11% en 48% van de families nieuw (de novo) is ontstaan en dus niet geërfd is van één van de ouders [Mester 2012 (1)]. Dit bemoeilijkt de herkenning van PHTS omdat er bij het nieuw ontstaan van de PTEN-mutatie veelal geen positieve familieanamnese voor maligniteiten bestaat. In de klinische praktijk blijkt dat de diagnose PHTS regelmatig gemist wordt. Zo komt het voor dat de diagnose pas gesteld wordt bij een volwassen ouder die al jarenlang verschijnselen van PHTS heeft, nadat de diagnose gesteld is bij het kind. Of de diagnose wordt pas gesteld nadat een oncologische aandoening is vastgesteld, terwijl er al veel eerder verschijnselen van PHTS aanwezig waren. Dit terwijl vroege diagnosticering van belang is om eventueel preventieve maatregelen te kunnen nemen.
PHTS wordt veroorzaakt door een mutatie met verlies van functie in het Phosphatase and Tensin Homolog (PTEN) gen. Het PTEN-gen is een tumorsuppressor-gen. In 1997 is beschreven dat patiënten met klinische verschijnselen van het Cowden syndroom een kiembaanmutatie in het PTEN-gen hebben. Het Cowden syndroom is een aandoening die in 1963 beschreven is met een verhoogde kans op maligniteiten en benigne hamartomen. Later bleek dat het Banayan Riley Ruvalcaba Syndroom (BRRS), een congenitale aandoening met onder andere ontwikkelingsachterstand, darmpoliepen, macrocefalie en lipomen eveneens veroorzaakt wordt door een mutatie in hetzelfde PTEN-gen. De klinische verschijnselen van het Cowden syndroom en BRRS komen wisselend voor bij familieleden met dezelfde PTEN-mutatie. Het is nu algemeen geaccepteerd dat het één aandoening betreft met een variabele expressie en leeftijdsafhankelijke penetrantie, genaamd het PTEN Hamartoom Tumor Syndroom (PHTS) [Lachlan 2007 (2)]. Ook bij patiënten met klinische verschijnselen passend bij het overgroeisyndroom Proteus syndroom of Proteus-like syndroom en bij patiënten met macrocefalie in combinatie met autisme wordt bij een deel van de patiënten mutaties in het PTEN-gen vastgesteld en dus PHTS gediagnosticeerd [Eng 2012 (3)]. Sinds 2011 is bekend dat het Proteus syndroom wordt veroorzaakt door een activerende mutatie in AKT1 in mozaïekvorm dat leidt tot activatie van de signaaltransductieroute P13K [Lindhurst 2011 (4)]. Inactivatie van het PTEN-gen leidt tot activatie van dezelfde signaaltransductieroute.

  1. 1 - Mester J, Eng C. Estimate of de novo mutation frequency in probands with PTEN hamartoma tumor syndrome. Genetics in medicine : official journal of the American College of Medical Genetics 2012;14(9):819-22. [link]
  2. 2 - Lachlan KL, Lucassen AM, Bunyan D, et al. Cowden syndrome and Bannayan Riley Ruvalcaba syndrome represent one condition with variable expression and age-related penetrance: results of a clinical study of PTEN mutation carriers. Journal of medical genetics 2007;44(9):579-85. [link]
  3. 3 - Eng C. GeneReviews PTEN Hamartoma Tumor Syndrome 2012. [link]
  4. 4 - Lindhurst MJ, Sapp JC, Teer JK, et al. A mosaic activating mutation in AKT1 associated with the Proteus syndrome. The New England journal of medicine 2011;365(7):611-9. [link]

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  :

Laatst geautoriseerd  : 01-03-2015

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Integraal Kankercentrum Nederland

Methode ontwikkeling

Evidence based

Volgende:
Herkenning en diagnostiek