Preventie van postoperatieve pulmonale complicaties bij pulmonaal belaste patiënten

Initiatief: NVA Aantal modules: 15

Perioperatieve behandeling (f)ILD-patiënten

Uitgangsvraag

Wat is de aanbevolen perioperatieve behandeling van patiënten met interstitiële longziekten om de kans op pulmonale complicaties te verkleinen?

Aanbeveling

Consulteer bij elke patiënt met fibrotisch ILD de behandelend longarts voor advies omtrent risico’s van de operatie, medicatie en risico op een acute exacerbatie. Ook als er een vermoeden is op een (f)ILD en er nog geen goede work-up heeft plaatsgevonden.

 

Indien de behandelend longarts niet werkzaam is in een regionaal behandelcentrum ILD of ILD expertisecentrum, vraag na of er een peri-operatief advies vanuit een van deze centra kan plaatsvinden. Bespreek of verwijs patient zo nodig met/naar een regionaal behandelcentrum ILD of een ILD Expertisecentrum.

 

Bespreek bij hoogrisicopatiënten en/of hoogrisicochirurgie patiënten met ILD in een multidisciplinair overleg waarbij tenminste de operateur, longarts, anesthesioloog en intensivist aanwezig zijn.

 

Vermijd waar mogelijk algehele anesthesie en mechanische ventilatie.

 

Stel electieve chirurgie bij een acute exacerbatie ILD uit.

 

Continueer de antifibrotica of immunosuppressiva als patiënt(e) deze al preoperatief gebruikt. Het eventueel opstarten van antifibrotische therapie voor een ingreep dient met een ILD longarts overlegd te worden.

 

Geef niet standaard corticosteroïden aan fibrotische ILD-patiënten ter preventie van PPC’s.

 

Bespreek met elke patiënt de risico’s op postoperatieve pulmonale complicaties en dan met name acute exacerbatie van ILD. Bespreek bij intermediaire en hoogrisicoingrepen de wensen van patiënt in een gesprek over advanced care planning.

Overwegingen

Voor- en nadelen van de interventie en de kwaliteit van het bewijs

Er is naar literatuur gezocht voor de voor- en nadelen van perioperatieve toediening van immunosuppressiva en fibroseremmers bij fILD-patiënten die een operatie ondergaan. Er is geen vergelijkende literatuur gevonden. Hier ligt een kennisvraag. De aanbeveling is daarom gebaseerd op consensus en expert opinion, waar mogelijk onderbouwd met (indirecte) literatuur.

 

ILD is een verzamelnaam voor meer dan 150 verschillende aandoeningen. Wij richten ons in deze onderzoeksvraag met name op de patiënten met een fibrotisch ILD (fILD), en dan met name op idiopathische pulmonale fibrose (IPF). Bij fibrotisch ILD leiden inflammatie en fibrosering tot een restrictieve longfunctie en diffusiestoornis. De oorzaak kan bekend of onbekend (idiopathisch) zijn.

 

De behandeling van fILD bestaat veelal uit een combinatie van immuunsuppressieve en antifibrotische medicatie. Specifiek is gebleken dat antifibrotische medicatie de FVC-afname vertraagt, het risico op acute exacerbatie van ILD (AE-ILD) vermindert en de overleving op de lange termijn verbetert. Bij patiënten met een fILD door een onderliggende auto-immuunziekte hebben immunosuppressiva tegen de onderliggende auto-immuunziekte een gunstig effect.

 

Patiënten met een fILD en met name met een idiopathische pulmonale fibrose (IPF) lopen het grootste risico op postoperatieve pulmonale complicaties (PPC’s). De meest voorkomende PPC’s zijn AE-ILD (en de hiermee geassocieerde mortaliteit), postoperatieve pneumonie en langdurige of occulte postoperatieve pneumothorax (Carr, 2022).

 

Fibroseremmers worden soms al perioperatief ingezet bij fILD-patiënten voor thoraxchirurgie of radiotherapie ter preventie van PPC’s, maar daar is nauwelijks evidence voor (Raghu, 2022). De sectie interstitiële longziekten van de NVALT werkt aan een position paper over dit onderwerp.

Tijdens een AE-ILD treedt er een verslechtering van het ziektebeeld op in een periode van dagen tot weken (meestal < 1 maand), met maar een partieel herstel. Er is sprake van respiratoire achteruitgang (dyspnoe en verminderde inspanningstolerantie) en progressieve longparenchymafwijkingen op een hoge-resolutiecomputertomografie (HRCT)-scan (meestal bilaterale matglasafwijkingen of consolidaties naast de al bestaande destructieve afwijkingen) waarbij een andere oorzaak zoals infectie, overvulling en longembolie is uitgesloten. Thoracoabdominale chirurgie en mechanische ventilatie zijn potentiële risicofactoren voor deze exacerbaties (Gruenbaum, 2024; Schnapp, 2024).

 

Acute exacerbaties van IPF (AE-IPF) kunnen postoperatief bij zowel pulmonale als niet pulmonale chirurgie voor komen en hebben een hoge mortaliteit (Carr, 2022; Ghatol, 2012). Potentiële mechanismen zijn toedienen van hoge concentraties van zuurstof en volutrauma of mechanische stress tijdens mechanische ventilatie. Een causale relatie tussen IPF exacerbaties en procedures is moeilijk vast te stellen aangezien de uitgevoerde studies alleen retrospectief zijn (Schnapp, 2024).

 

Optimale behandeling voor een acute exacerbatie van idiopathische pulmonale fibrose (AE-IPF) is niet bekend. Ondersteunende zorg ter bestrijding van hypoxemie en symptomen zijn de hoeksteen van de behandeling. Er is geen wetenschappelijk bewijs voor het toedienen van hoge dosering systemische steroïden. Het wordt echter wel genoemd in de huidige internationale richtlijn ter overweging (Raghu, 2022). Op het moment van schrijven zijn er studies gaande om de rol van pulse steroiden te onderzoeken. De rol van non-invasieve positieve druk beademing (NPPV) en protectieve mechanische ventilatie met lage teugvolumes is niet onderzocht bij patiënten met een AE-IPF. Vermoedelijk is het effect van mechanische ventilatie als behandeling van een AE-IPF zeer beperkt vanwege de slechte uitkomsten en hoge mortaliteit bij gebruik in patiënten met een AE-IPF zonder duidelijke trigger (Schnapp, 2024).

 

Meerdere cohorten tonen een slechte korte termijn prognose voor patiënten met een AE-IPF opgenomen op de IC en/of met mechanische ventilatie (Rush, 2016). In een grote database studie over patiënten met IPF welke werden opgenomen in de US was de mortaliteit 49% ongeacht het type ventilatie (Ghatol, 2012). In andere studies was dit zelfs 96% (Raghu, 2011).

Een AE-IPF is in 40% van de gevallen de oorzaak van overlijden bij IPF-patiënten en heeft een slechte prognose. De mediane overleving na een AE-IPF is ongeveer 3-4 maanden. Derhalve is het van belang een exacerbatie te voorkomen.

 

Optimaliseren van de pulmonale functie en algehele conditie in overleg met behandelend longarts is de eerste stap. Het is van belang bij elke patiënt met een fILD de longarts met expertise op het gebied van ILD te betrekken. Electieve chirurgie moet worden uitgesteld bij patiënten met een exacerbatie ILD. Indien mogelijk is het advies te kiezen voor een lokale anesthesie zoals blokkade of neuraxiale anesthesie om schade door beademing te voorkomen. Kies bij algehele anesthesie en mechanische ventilatie voor technieken die gebruikt worden bij patiënten met een restrictieve longfunctie (Schnapp, 2024).

 

Gezien de resultaten van antifibrotische behandeling van IPF, hebben sommige studies hun werkzaamheid voor de preventie van AE-ILD na thoraxchirurgie onderzocht. In een eenarmige, fase II studie van Iwata (2016) werd de werkzaamheid van perioperatieve toediening van pirfenidon geanalyseerd bij IPF-patiënten voor de preventie van AE-ILD na resectie van longkanker. Er werd een significante reductie gevonden vergeleken met de bekende incidentie, waarbij 97,2 % van de patiënten géén AE-ILD ontwikkelde (95% BI 85,5 tot 99,99%). In een retrospectieve analyse van het gebruik van pirfenidon bij resectie van longkanker werd significante reductie in postoperatieve AE-ILD waargenomen in de groepen met een hoog risico (p = 0,048), maar niet in de groepen met een gemiddeld (p = 0,106) of een laag risico (p = 0,522) (Iwata, 2016).

 

In de studie van Urushiyama (2021) werd een afgenomen mortaliteit gevonden na 30 dagen (controle 3,1% versus pirfenidon 1,7%) en postoperatieve ernstige respiratoire complicaties (controle 8,5% versus pirfenidon 2,5%; OR 0,24 95% BI: 0,07 tot 0,76) bij IPF-patiënten die voorafgaand aan de operatie onder algehele anesthesie preoperatief pirfenidon kregen. Voortzetting van pirfenidon tijdens de perioperatieve periode lijkt geen significante invloed te hebben op de wondgenezing (Carr, 2022).

 

Waarden en voorkeuren van patiënten (en evt. hun verzorgers)

Immunosuppressiva en fibroseremmers zijn middelen met relevante bijwerkingen. Patiënten bij wie deze middelen nieuw worden gestart moeten op de hoogte gebracht worden van de eventuele bijwerkingen en het management hiervan.

 

Kosten (middelenbeslag)

De gunstige effecten van immunosuppressiva en/of antifibrotica in deze onderzoeksvraag zijn onduidelijk. De kosten van deze middelen zijn hoog. Bij patiënten welke al behandeld worden met deze medicatie is het advies dit te continueren. Ook in deze groep is het raadzaam de behandelend longarts vooraf te raadplegen.

 

Aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie

Het voorschrijven van antifibrotica in een preventieve setting is niet goed onderzocht. Derhalve kan er geen algemeen geldende uitspraak gedaan worden. De werkgroep beveelt aan dat een longarts met expertise in ILD geraadpleegd wordt voor advies. Indien deze in het ziekenhuis aanwezig is kan een patiënt ingebracht worden of verwezen worden naar een regionaal MDO/expertisecentrum ILD.

 

Rationale van de aanbeveling: weging van argumenten voor en tegen de interventies

Bij patiënten met een fibrotisch ILD welke al behandeld worden met immunosuppressiva of antifibrotica is het advies deze medicatie te continueren en bij elke patiënt de behandelend longarts te consulteren voor advies omtrent risico’s van operatie, starten van medicatie, adviezen ten aanzien van het risico op AE-ILD bij het gebruik van hoge inspiratoire zuurstof peroperatief en waar patiënt het beste geopereerd kan worden. Vermijd waar mogelijk algehele anesthesie en mechanische ventilatie. De behandelend longarts kan een regionaal expertisecentrum benaderen voor advies indien deze zelf onvoldoende kennis heeft.

 

Bij patiënten waarbij er een vermoeden op een (f)ILD is en/of bij patiënten bij wie nog geen goede work-up heeft plaatsgevonden, wordt geadviseerd dit snel preoperatief plaats te laten vinden door een longarts met expertise in ILD. Indien deze niet in het ziekenhuis aanwezig is kan een patiënt ingebracht worden of verwezen worden naar een regionaal behandelcentrum ILD of expertisecentrum ILD.

 

Er is geen goede vergelijkende literatuur gevonden die de onderzoeksvraag beantwoordt. Bij pulmonale chirurgie lijkt er mogelijk bewijs te zijn voor starten van antifibrotica in de perioperatieve fase maar daarvoor moet eerst nog verder onderzoek verricht worden. De sectie interstitiële longziekten van de NVALT werkt aan een position paper aangaande dit onderwerp.

 

Er is geen standaard rol voor corticosteroïden ter preventie van PPC’s bij fILD patiënten. Bespreek met elke patiënt de risico’s op PPC’s en dan met name AE-ILD. Bespreek eventueel de wensen van patiënt in een advanced care planning (ACP) gesprek.

Onderbouwing

Introduction

The number of patients with interstitial lung disease (ILD) is increasing, and these patients are increasingly undergoing surgery. It is unclear how these patients should be treated in the perioperative phase to minimize the risk of pulmonary complications.

 

ILD encompasses a broad group of more than 150 different inflammatory and/or fibrotic disorders primarily affecting the alveolar interstitium. We specifically focus on the patients with fibrotic ILD (fILD) in this module, specifically idiopathic pulmonary fibrosis (IPF). In fILD, inflammation and fibrosis lead to restrictive lung function and diffusion impairment. The cause may be known or unknown (idiopathic). There is no known literature on whether patients with fILD can be operated in any hospital or whether this can only take place in an expert ILD center. Given the risk of an acute exacerbation after surgical treatment in patients with fibrosing ILD, risk assessment prior to surgery is mandatory which requires input from a pulmonologist experienced in ILD.

 

Following the above, the guideline development group aimed to summarize existing data to guide use of immunosuppressive or antifibrotic prior, during surgery and postoperatively in patients with fILD.

Description of studies

No studies were included in the analysis of the literature.

A systematic review of the literature was performed to answer the following question:

What are the benefits and harms of perioperative immunosuppressive or antifibrotic medication in patients with fibrotic interstitial lung disease (fILD) undergoing non-pulmonary surgery?

P (Patients): Patients with fibrotic interstitial lung disease undergoing non-pulmonary surgery
I (Intervention): Perioperative immunosuppressive or antifibrotic medication
C (Comparison): No perioperative immunosuppressive or antifibrotic medication
O (Outcomes):

Postoperative pulmonary complications, adverse effects, hospital length of stay

Relevant outcome measures

The guideline development group considered postoperative pulmonary complications and adverse effects as critical outcome measures for decision making; and hospital length of stay as an important outcome measure for decision making.

 

The working group did not define the outcome measures a priori, but followed the definitions used in the studies.

 

The working group defined 25% as a minimal clinically (patient) important difference for dichotomous outcomes (risk ratio ≤0.8 or ≥1.25), and 3 days for hospital length of stay.

 

Search and select (Methods)

On the 15th of August 2023, a systematic search was performed in the databases Embase.com and Ovid/Medline for systematic reviews, RCTs and observational studies on the perioperative use of immunosuppressants and/or fibrosis inhibitors in fibrotic interstitial lung disease. The search resulted in 315 unique hits.

 

Studies were selected based on the following criteria: randomized or observational studies comparing perioperative immunosuppressive or antifibrotic medication with no medication in ILD patients undergoing non-pulmonary surgery. Based on title and abstract screening, eleven studies were included. All studies were excluded based on the full text. Reasons for exclusions are presented in the exclusion table.

 

Results

No studies were included in the analysis of the literature.

  1. Carr ZJ, Yan L, Chavez-Duarte J, Zafar J, Oprea A. Perioperative Management of Patients with Idiopathic Pulmonary Fibrosis Undergoing Noncardiac Surgery: A Narrative Review. Int J Gen Med. 2022 Feb 23;15:2087-2100. doi: 10.2147/IJGM.S266217. PMID: 35237071; PMCID: PMC8882471.
  2. Ghatol A, Ruhl AP, Danoff SK. Exacerbations in idiopathic pulmonary fibrosis triggered by pulmonary and nonpulmonary surgery: a case series and comprehensive review of the literature. Lung. 2012 Aug;190(4):373-80. doi: 10.1007/s00408-012-9389-5. Epub 2012 Apr 29. PMID: 22543997.
  3. Gruenbaum S, Kurup V. Anesthesia for patients with interstitial lung disease or other restrictive disorders. In: UpToDate, Connor RF (Ed), Wolters Kluwer. (Accessed on February 10, 2024.)
  4. Iwata T, Yoshino I, Yoshida S, Ikeda N, Tsuboi M, Asato Y, Katakami N, Sakamoto K, Yamashita Y, Okami J, Mitsudomi T, Yamashita M, Yokouchi H, Okubo K, Okada M, Takenoyama M, Chida M, Tomii K, Matsuura M, Azuma A, Iwasawa T, Kuwano K, Sakai S, Hiroshima K, Fukuoka J, Yoshimura K, Tada H, Nakagawa K, Nakanishi Y; West Japan Oncology Group. A phase II trial evaluating the efficacy and safety of perioperative pirfenidone for prevention of acute exacerbation of idiopathic pulmonary fibrosis in lung cancer patients undergoing pulmonary resection: West Japan Oncology Group 6711 L (PEOPLE Study). Respir Res. 2016 Jul 22;17(1):90. doi: 10.1186/s12931-016-0398-4. PMID: 27450274; PMCID: PMC4957367.
  5. Kanayama M, Mori M, Matsumiya H, Taira A, Shinohara S, Kuwata T, Imanishi N, Yoneda K, Kuroda K, Tanaka F. Perioperative pirfenidone treatment for lung cancer patients with idiopathic pulmonary fibrosis. Surg Today. 2020 May;50(5):469-474. doi: 10.1007/s00595-019-01923-5. Epub 2019 Nov 26. PMID: 31773277.
  6. Raghu G, Collard HR, Egan JJ, Martinez FJ, Behr J, Brown KK, Colby TV, Cordier JF, Flaherty KR, Lasky JA, Lynch DA, Ryu JH, Swigris JJ, Wells AU, Ancochea J, Bouros D, Carvalho C, Costabel U, Ebina M, Hansell DM, Johkoh T, Kim DS, King TE Jr, Kondoh Y, Myers J, Müller NL, Nicholson AG, Richeldi L, Selman M, Dudden RF, Griss BS, Protzko SL, Schünemann HJ; ATS/ERS/JRS/ALAT Committee on Idiopathic Pulmonary Fibrosis. An official ATS/ERS/JRS/ALAT statement: idiopathic pulmonary fibrosis: evidence-based guidelines for diagnosis and management. Am J Respir Crit Care Med. 2011 Mar 15;183(6):788-824. doi: 10.1164/rccm.2009-040GL. PMID: 21471066; PMCID: PMC5450933.
  7. Rush B, Wiskar K, Berger L, Griesdale D. The use of mechanical ventilation in patients with idiopathic pulmonary fibrosis in the United States: A nationwide retrospective cohort analysis. Respir Med. 2016 Feb;111:72-6. doi: 10.1016/j.rmed.2015.12.005. Epub 2015 Dec 21. PMID: 26733227.
  8. Schnapp LM, Whelan T. Acute exacerbations of idiopathic pulmonary fibrosis. In: UpToDate, Connor RF (Ed), Wolters Kluwer. (Accessed on February 10, 2024.)
  9. Urushiyama H, Jo T, Hasegawa W, Ando T, Sakamoto Y, Uda K, Matsui H, Fushimi K, Yasunaga H, Nagase T. Preoperative use of pirfenidone and reduced risk of postoperative severe respiratory complications in patients with idiopathic pulmonary fibrosis: Propensity score-matched analysis using a nationwide database in Japan. Respirology. 2021 Jun;26(6):590-596. doi: 10.1111/resp.14044. Epub 2021 Apr 18. PMID: 33870611.

Table of excluded studies

Reference

Reason for exclusion

Carr ZJ, Yan L, Chavez-Duarte J, Zafar J, Oprea A. Perioperative Management of Patients with Idiopathic Pulmonary Fibrosis Undergoing Noncardiac Surgery: A Narrative Review. Int J Gen Med. 2022 Feb 23;15:2087-2100. doi: 10.2147/IJGM.S266217. PMID: 35237071; PMCID: PMC8882471.

Narrative review

Urushiyama H, Jo T, Hasegawa W, Ando T, Sakamoto Y, Uda K, Matsui H, Fushimi K, Yasunaga H, Nagase T. Preoperative use of pirfenidone and reduced risk of postoperative severe respiratory complications in patients with idiopathic pulmonary fibrosis: Propensity score-matched analysis using a nationwide database in Japan. Respirology. 2021 Jun;26(6):590-596. doi: 10.1111/resp.14044. Epub 2021 Apr 18. PMID: 33870611.

Wrong population: no separation between pulmonary and non-pulmonary surgery.

Juarez MM, Chan AL, Norris AG, Morrissey BM, Albertson TE. Acute exacerbation of idiopathic pulmonary fibrosis-a review of current and novel pharmacotherapies. J Thorac Dis. 2015 Mar;7(3):499-519. doi: 10.3978/j.issn.2072-1439.2015.01.17. PMID: 25922733; PMCID: PMC4387423.

No systematic search

Cottin V, Bonniaud P, Cadranel J, Crestani B, Jouneau S, Marchand-Adam S, Nunes H, Wémeau-Stervinou L, Bergot E, Blanchard E, Borie R, Bourdin A, Chenivesse C, Clément A, Gomez E, Gondouin A, Hirschi S, Lebargy F, Marquette CH, Montani D, Prévot G, Quetant S, Reynaud-Gaubert M, Salaun M, Sanchez O, Trumbic B, Berkani K, Brillet PY, Campana M, Chalabreysse L, Chatté G, Debieuvre D, Ferretti G, Fourrier JM, Just N, Kambouchner M, Legrand B, Le Guillou F, Lhuillier JP, Mehdaoui A, Naccache JM, Paganon C, Rémy-Jardin M, Si-Mohamed S, Terrioux P; OrphaLung network. French practical guidelines for the diagnosis and management of idiopathic pulmonary fibrosis - 2021 update. Full-length version. Respir Med Res. 2023 Jun;83:100948. doi: 10.1016/j.resmer.2022.100948. Epub 2022 Aug 4. PMID: 36630775.

No data tob e extracted

Iwata T, Yoshino I, Yoshida S, Ikeda N, Tsuboi M, Asato Y, Katakami N, Sakamoto K, Yamashita Y, Okami J, Mitsudomi T, Yamashita M, Yokouchi H, Okubo K, Okada M, Takenoyama M, Chida M, Tomii K, Matsuura M, Azuma A, Iwasawa T, Kuwano K, Sakai S, Hiroshima K, Fukuoka J, Yoshimura K, Tada H, Nakagawa K, Nakanishi Y; West Japan Oncology Group. A phase II trial evaluating the efficacy and safety of perioperative pirfenidone for prevention of acute exacerbation of idiopathic pulmonary fibrosis in lung cancer patients undergoing pulmonary resection: West Japan Oncology Group 6711 L (PEOPLE Study). Respir Res. 2016 Jul 22;17(1):90. doi: 10.1186/s12931-016-0398-4. PMID: 27450274; PMCID: PMC4957367.

Wrong population (pulmonary surgery)

A randomized controlled phase III trial protocol: perioperative pirfenidone therapy in patients with non-small cell lung cancer combined with idiopathic pulmonary fibrosis to confirm the preventative effect against postoperative acute exacerbation: the PIII-PEOPLE study (NEJ034)

Wrong population (pulmonary surgery)

Sekihara K, Aokage K, Miyoshi T, Tane K, Ishii G, Tsuboi M. Perioperative pirfenidone treatment as prophylaxis against acute exacerbation of idiopathic pulmonary fibrosis: a single-center analysis. Surg Today. 2020 Aug;50(8):905-911. doi: 10.1007/s00595-020-01978-9. Epub 2020 Mar 6. PMID: 32144483.

Wrong population (pulmonary surgery)

Kanayama M, Mori M, Matsumiya H, Taira A, Shinohara S, Kuwata T, Imanishi N, Yoneda K, Kuroda K, Tanaka F. Perioperative pirfenidone treatment for lung cancer patients with idiopathic pulmonary fibrosis. Surg Today. 2020 May;50(5):469-474. doi: 10.1007/s00595-019-01923-5. Epub 2019 Nov 26. PMID: 31773277.

Wrong population (lung cancer)

Taniguchi D, Yamasaki N, Miyazaki T, Tsuchiya T, Matsumoto K, Hatachi G, Kakugawa T, Sakamoto N, Mukae H, Nagayasu T. The surgical outcomes of lung cancer combined with interstitial pneumonia: a single-institution report. Surg Today. 2017 Nov;47(11):1397-1404. doi: 10.1007/s00595-017-1551-5. Epub 2017 Jun 6. PMID: 28589262.

Wrong population (lung cancer)

Raghu G, Remy-Jardin M, Richeldi L, Thomson CC, Inoue Y, Johkoh T, Kreuter M, Lynch DA, Maher TM, Martinez FJ, Molina-Molina M, Myers JL, Nicholson AG, Ryerson CJ, Strek ME, Troy LK, Wijsenbeek M, Mammen MJ, Hossain T, Bissell BD, Herman DD, Hon SM, Kheir F, Khor YH, Macrea M, Antoniou KM, Bouros D, Buendia-Roldan I, Caro F, Crestani B, Ho L, Morisset J, Olson AL, Podolanczuk A, Poletti V, Selman M, Ewing T, Jones S, Knight SL, Ghazipura M, Wilson KC. Idiopathic Pulmonary Fibrosis (an Update) and Progressive Pulmonary Fibrosis in Adults: An Official ATS/ERS/JRS/ALAT Clinical Practice Guideline. Am J Respir Crit Care Med. 2022 May 1;205(9):e18-e47. doi: 10.1164/rccm.202202-0399ST. PMID: 35486072; PMCID: PMC9851481.

No relevant outcomes reported

Taweesedt P, Lertjitbanjong P, Eksombatchai D, Charoenpong P, Moua T, Thongprayoon C, Tangpanithandee S, Petnak T. Impact of Antifibrotic Treatment on Postoperative Complications in Patients with Interstitial Lung Diseases Undergoing Lung Transplantation: A Systematic Review and Meta-Analysis. J Clin Med. 2023 Jan 13;12(2):655. doi: 10.3390/jcm12020655. PMID: 36675583; PMCID: PMC9865259.

Wrong population (pulmonary surgery)

Beoordelingsdatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 09-07-2025

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
Geautoriseerd door:
  • Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie
  • Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
  • Nederlandse Vereniging voor Heelkunde
  • Nederlandse Vereniging voor Intensive Care
  • Patiëntenfederatie Nederland
  • Longfonds

Algemene gegevens

De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS). De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijnmodule.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijnmodule is in 2022 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen (zie hiervoor de Samenstelling van de werkgroep) die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met een hoog risico op pulmonale complicaties die een niet-pulmonale ingreep ondergaan.

 

Werkgroep

Drs. R.P. (Peter) Meijer (voorzitter), anesthesioloog, NVA

Dr. J.P. (Jop) van den Berg, anesthesioloog, NVA

Dr. S.N.T. (Sabrine) Hemmes, anesthesioloog, NVA

Dr. M. (Marije) Marsman, anesthesioloog, NVA

Drs. M.W. (Mart) Groot, anesthesioloog-intensivist, NVIC

Drs. M. (Marjolein) van Laren, longarts, NVALT

 

Klankbordgroep

Dr. M. (Martijn) Boon, anesthesioloog, NVA

Drs. J.L.A (Jurriën) Embrechts, KNO-arts, NVKNO

Dr. H.J. (Erik) Hulzebos, klinisch inspanningsfysioloog en (sport)fysiotherapeut, KNGF

Drs. Y.J. (Yvonne) Kappe, senior beleidsadviseur/ patiëntvertegenwoordiger, Longfonds

 

Met ondersteuning van

Drs. F. (Femke) Janssen, junior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten, t/m mei 2023

Drs. A.E. (Amber) van der Meij, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten, vanaf maart 2023

Dr. M.S. (Matthijs) Ruiter, senior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Belangenverklaringen

De Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement) hebben gehad. Gedurende de ontwikkeling of herziening van een module worden wijzigingen in belangen aan de voorzitter doorgegeven. De belangenverklaring wordt opnieuw bevestigd tijdens de commentaarfase.

 

Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.

Werkgroeplid

Functie

Nevenfuncties

Gemelde belangen

Ondernomen actie

Romke Peter Meijer (voorzitter)

Anesthesioloog, Amsterdam UMC

adjunct medisch directeur, Amsterdam UMC tot 1-5-2019

 

Geen

Geen

Geen

Johannes Pieter (Jop) van den Berg

Anesthesioloog in het UMC Groningen, 0,9FTE, betaald.

Medisch Manager Evenementenzorg, Rode Kruis, vrijwillig (inmiddels afgerond)

Lid Medische Raad, Nederlandse Reanimatieraad, vrijwillig

Uitsluitend de afdeling anesthesiologie ontving (soms) funding voor lopend onderzoek. Er zijn geen individuele financiële conflicten van belangen te vermelden.

Geen

Marjolein van Laren

Longarts Dijklander Ziekenhuis Hoorn en Purmerend

Geen

Geen

Geen

Marije Marsman

Anesthesioloog UMC Utrecht

Geen

Artikel gepubliceerd bij NTVG dat gaat over mate van implementatie van deze richtlijn in het UMC Utrecht.

Geen

Mart Wouter Groot

Anesthesioloog-intensivist, Erasmus MC

Geen

Geen

Geen

Sabrine Nienke Tallechina Hemmes

Anesthesioloog, Het Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, Afdeling Anesthesiologie.

Geen

Publicaties over postoperative pulmonale complicaties. Enkele gepubliceerde onderzoeken werden deels gefinancieerd door onderzoek-specifieke beurzen van de ESAIC.

Geen

Amber van der Meij

Adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Geen

Geen

Geen

Matthijs Ruiter

Senior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Geen

Geen

Geen

Klankbord-groeplid

Functie

Nevenfuncties

Gemelde belangen

Ondernomen actie

Erik Hulzebos

 

Medisch Fysioloog en (sport)fysiotherapeut, UMC Utrecht

Secretaris VHVL

Extern gefinancierd onderzoek: Prinses Beatrix Spierfonds

Geen

Jurriën Embrechts

Rhinologist / anterior skull base surgeon, Christchurch city hospital, (New Zealand).

 

Data scientist,

Expertisecentrum Zorgalgoritmen

Geen

Geen

Martijn Boon

Anesthesioloog Leids Universitair Medisch Centrum

Geen

Extern gefinancierd onderzoek:
1. MSD: Effect van antagoneren spierverslapping met sugammadex op hypoxische ventilatoire respons, projectleider Ja

2. MSD: Invloed van diepe neuromusculaire blokkade op de incidentie van intraoperatieve adverse events, projectleider Ja

Geen

Yvonne Kappe (Longfonds)

Senior Beleidsadviseur Longfonds

Beleidsadviseur astmaVereniging Nederland en Davos

Geen

Geen

Inbreng patiëntenperspectief

Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door het uitnodigen van de Patiëntenfederatie Nederland en Longfonds voor de knelpunteninventarisatie en deelname van Longfonds aan de klankbordgroep. De binnengekomen reacties tijdens op de knelpunteninventarisatie zijn besproken in de werkgroep. De verkregen input is meegenomen bij het opstellen van de uitgangsvragen, de keuze voor de uitkomstmaten en bij het opstellen van de overwegingen. De conceptrichtlijn is tevens voorgelegd aan Longfonds en de eventueel aangeleverde commentaren zijn bekeken en verwerkt.

 

Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de Wkkgz

Bij de richtlijnmodule is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd om te beoordelen of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling is de richtlijnmodule op verschillende domeinen getoetst (zie het stroomschema op de Richtlijnendatabase).

Module

Uitkomst kwalitatieve raming

Toelichting

Perioperatieve behandeling (f)ILD-patiënten

Geen substantiële financiële gevolgen

Uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) niet breed toepasbaar zijn (<5.000 patiënten) en daarom naar verwachting geen substantiële financiële gevolgen zullen hebben voor de collectieve uitgaven.

Werkwijze

AGREE

Deze richtlijnmodule is opgesteld conform de eisen vermeld in het rapport Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 van de adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. Dit rapport is gebaseerd op het AGREE II instrument (Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation II; Brouwers, 2010).

 

Knelpuntenanalyse en uitgangsvragen

Tijdens de voorbereidende fase beoordeelde de werkgroep de aanbevelingen uit de eerdere richtlijn Perioperatieve pulmonale complicaties (NVA, 2012) op noodzaak tot revisie. Daarnaast inventariseerde de werkgroep de knelpunten in de zorg voor patiënten met een hoog risico op pulmonale complicaties die een niet-pulmonale ingreep ondergaan. Tevens zijn er knelpunten aangedragen door de NVA, NVKNO en NVKG via een schriftelijke knelpunteninventarisatie. Een overzicht hiervan is opgenomen onder aanverwante producten.

 

Op basis van de uitkomsten van de knelpunteninventarisatie zijn door de werkgroep concept-uitgangsvragen opgesteld en definitief vastgesteld.

 

Uitkomstmaten

Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant zijn, waarbij zowel naar gewenste als ongewenste effecten werd gekeken. Hierbij werd een maximum van acht uitkomstmaten gehanteerd. De werkgroep waardeerde deze uitkomstmaten volgens hun relatieve belang bij de besluitvorming rondom aanbevelingen, als cruciaal (kritiek voor de besluitvorming), belangrijk (maar niet cruciaal) en onbelangrijk. Tevens definieerde de werkgroep tenminste voor de cruciale uitkomstmaten welke verschillen zij klinisch (patiënt) relevant vonden.

 

Methode literatuursamenvatting

Een uitgebreide beschrijving van de strategie voor zoeken en selecteren van literatuur is te vinden onder ‘Zoeken en selecteren’ onder Onderbouwing. Indien mogelijk werd de data uit verschillende studies gepoold in een random-effects model. Review Manager 5.4 werd gebruikt voor de statistische analyses. De beoordeling van de kracht van het wetenschappelijke bewijs wordt hieronder toegelicht.

 

Beoordelen van de kracht van het wetenschappelijke bewijs

De kracht van het wetenschappelijke bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methode. GRADE staat voor ‘Grading Recommendations Assessment, Development and Evaluation’ (zie http://www.gradeworkinggroup.org/). De basisprincipes van de GRADE-methodiek zijn: het benoemen en prioriteren van de klinisch (patiënt) relevante uitkomstmaten, een systematische review per uitkomstmaat, en een beoordeling van de bewijskracht per uitkomstmaat op basis van de acht GRADE-domeinen (domeinen voor downgraden: risk of bias, inconsistentie, indirectheid, imprecisie, en publicatiebias; domeinen voor upgraden: dosis-effect relatie, groot effect, en residuele plausibele confounding).

 

GRADE onderscheidt vier gradaties voor de kwaliteit van het wetenschappelijk bewijs: hoog, redelijk, laag en zeer laag. Deze gradaties verwijzen naar de mate van zekerheid die er bestaat over de literatuurconclusie, in het bijzonder de mate van zekerheid dat de literatuurconclusie de aanbeveling adequaat ondersteunt (Schünemann, 2013; Hultcrantz, 2017).

GRADE

Definitie

Hoog

  • er is hoge zekerheid dat het ware effect van behandeling dichtbij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • het is zeer onwaarschijnlijk dat de literatuurconclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Redelijk

  • er is redelijke zekerheid dat het ware effect van behandeling dichtbij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • het is mogelijk dat de conclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Laag

  • er is lage zekerheid dat het ware effect van behandeling dichtbij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • er is een reële kans dat de conclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Zeer laag

  • er is zeer lage zekerheid dat het ware effect van behandeling dichtbij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • de literatuurconclusie is zeer onzeker.

Bij het beoordelen (graderen) van de kracht van het wetenschappelijk bewijs in richtlijnen volgens de GRADE-methodiek spelen grenzen voor klinische besluitvorming een belangrijke rol (Hultcrantz, 2017). Dit zijn de grenzen die bij overschrijding aanleiding zouden geven tot een aanpassing van de aanbeveling. Om de grenzen voor klinische besluitvorming te bepalen moeten alle relevante uitkomstmaten en overwegingen worden meegewogen. De grenzen voor klinische besluitvorming zijn daarmee niet één op één vergelijkbaar met het minimaal klinisch relevant verschil (Minimal Clinically Important Difference, MCID). Met name in situaties waarin een interventie geen belangrijke nadelen heeft en de kosten relatief laag zijn, kan de grens voor klinische besluitvorming met betrekking tot de effectiviteit van de interventie bij een lagere waarde (dichter bij het nuleffect) liggen dan de MCID (Hultcrantz, 2017).

 

Overwegingen (van bewijs naar aanbeveling)

Om te komen tot een aanbeveling zijn naast (de kwaliteit van) het wetenschappelijke bewijs ook andere aspecten belangrijk en worden meegewogen, zoals aanvullende argumenten uit bijvoorbeeld de biomechanica of fysiologie, waarden en voorkeuren van patiënten, kosten (middelenbeslag), aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie. Deze aspecten zijn systematisch vermeld en beoordeeld (gewogen) onder het kopje ‘Overwegingen’ en kunnen (mede) gebaseerd zijn op expert opinion. Hierbij is gebruik gemaakt van een gestructureerd format gebaseerd op het evidence-to-decision framework van de internationale GRADE Working Group (Alonso-Coello, 2016a; Alonso-Coello 2016b). Dit evidence-to-decision framework is een integraal onderdeel van de GRADE methodiek.

 

Formuleren van aanbevelingen

De aanbevelingen geven antwoord op de uitgangsvraag en zijn gebaseerd op het beschikbare wetenschappelijke bewijs en de belangrijkste overwegingen, en een weging van de gunstige en ongunstige effecten van de relevante interventies. De kracht van het wetenschappelijk bewijs en het gewicht dat door de werkgroep wordt toegekend aan de overwegingen, bepalen samen de sterkte van de aanbeveling. Conform de GRADE-methodiek sluit een lage bewijskracht van conclusies in de systematische literatuuranalyse een sterke aanbeveling niet a priori uit, en zijn bij een hoge bewijskracht ook zwakke aanbevelingen mogelijk (Agoritsas, 2017; Neumann, 2016). De sterkte van de aanbeveling wordt altijd bepaald door weging van alle relevante argumenten tezamen. De werkgroep heeft bij elke aanbeveling opgenomen hoe zij tot de richting en sterkte van de aanbeveling zijn gekomen.

 

In de GRADE-methodiek wordt onderscheid gemaakt tussen sterke en zwakke (of conditionele) aanbevelingen. De sterkte van een aanbeveling verwijst naar de mate van zekerheid dat de voordelen van de interventie opwegen tegen de nadelen (of vice versa), gezien over het hele spectrum van patiënten waarvoor de aanbeveling is bedoeld. De sterkte van een aanbeveling heeft duidelijke implicaties voor patiënten, behandelaars en beleidsmakers (zie onderstaande tabel). Een aanbeveling is geen dictaat, zelfs een sterke aanbeveling gebaseerd op bewijs van hoge kwaliteit (GRADE gradering HOOG) zal niet altijd van toepassing zijn, onder alle mogelijke omstandigheden en voor elke individuele patiënt.

Implicaties van sterke en zwakke aanbevelingen voor verschillende richtlijngebruikers

 

 

Sterke aanbeveling

Zwakke (conditionele) aanbeveling

Voor patiënten

De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen en slechts een klein aantal niet.

Een aanzienlijk deel van de patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen, maar veel patiënten ook niet.

Voor behandelaars

De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak moeten ontvangen.

Er zijn meerdere geschikte interventies of aanpakken. De patiënt moet worden ondersteund bij de keuze voor de interventie of aanpak die het beste aansluit bij zijn of haar waarden en voorkeuren.

Voor beleidsmakers

De aanbevolen interventie of aanpak kan worden gezien als standaardbeleid.

Beleidsbepaling vereist uitvoerige discussie met betrokkenheid van veel stakeholders. Er is een grotere kans op lokale beleidsverschillen.

Organisatie van zorg

In de knelpuntenanalyse en bij de ontwikkeling van de richtlijnmodule is expliciet aandacht geweest voor de organisatie van zorg: alle aspecten die randvoorwaardelijk zijn voor het verlenen van zorg (zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, mankracht en infrastructuur). Randvoorwaarden die relevant zijn voor het beantwoorden van deze specifieke uitgangsvraag zijn genoemd bij de overwegingen. Meer algemene, overkoepelende, of bijkomende aspecten van de organisatie van zorg worden behandeld in de module Organisatie van zorg.

 

Commentaar- en autorisatiefase

De conceptrichtlijnmodule werd aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd ter commentaar. De commentaren werden verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren werd de conceptrichtlijnmodule aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep. De definitieve richtlijnmodule werd aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd voor autorisatie en door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd.

 

Literatuur

Agoritsas T, Merglen A, Heen AF, Kristiansen A, Neumann I, Brito JP, Brignardello-Petersen R, Alexander PE, Rind DM, Vandvik PO, Guyatt GH. UpToDate adherence to GRADE criteria for strong recommendations: an analytical survey. BMJ Open. 2017 Nov 16;7(11):e018593. doi: 10.1136/bmjopen-2017-018593. PubMed PMID: 29150475; PubMed Central PMCID: PMC5701989.

 

Alonso-Coello P, Schünemann HJ, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Rada G, Rosenbaum S, Morelli A, Guyatt GH, Oxman AD; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 1: Introduction. BMJ. 2016 Jun 28;353:i2016. doi: 10.1136/bmj.i2016. PubMed PMID: 27353417.

 

Alonso-Coello P, Oxman AD, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Vandvik PO, Meerpohl J, Guyatt GH, Schünemann HJ; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 2: Clinical practice guidelines. BMJ. 2016 Jun 30;353:i2089. doi: 10.1136/bmj.i2089. PubMed PMID: 27365494.

 

Brouwers MC, Kho ME, Browman GP, Burgers JS, Cluzeau F, Feder G, Fervers B, Graham ID, Grimshaw J, Hanna SE, Littlejohns P, Makarski J, Zitzelsberger L; AGREE Next Steps Consortium. AGREE II: advancing guideline development, reporting and evaluation in health care. CMAJ. 2010 Dec 14;182(18):E839-42. doi: 10.1503/cmaj.090449. Epub 2010 Jul 5. Review. PubMed PMID: 20603348; PubMed Central PMCID: PMC3001530.

 

Hultcrantz M, Rind D, Akl EA, Treweek S, Mustafa RA, Iorio A, Alper BS, Meerpohl JJ, Murad MH, Ansari MT, Katikireddi SV, Östlund P, Tranæus S, Christensen R, Gartlehner G, Brozek J, Izcovich A, Schünemann H, Guyatt G. The GRADE Working Group clarifies the construct of certainty of evidence. J Clin Epidemiol. 2017 Jul;87:4-13. doi: 10.1016/j.jclinepi.2017.05.006. Epub 2017 May 18. PubMed PMID: 28529184; PubMed Central PMCID: PMC6542664.

 

Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 (2012). Adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. http://richtlijnendatabase.nl/over_deze_site/over_richtlijnontwikkeling.html

 

Neumann I, Santesso N, Akl EA, Rind DM, Vandvik PO, Alonso-Coello P, Agoritsas T, Mustafa RA, Alexander PE, Schünemann H, Guyatt GH. A guide for health professionals to interpret and use recommendations in guidelines developed with the GRADE approach. J Clin Epidemiol. 2016 Apr;72:45-55. doi: 10.1016/j.jclinepi.2015.11.017. Epub 2016 Jan 6. Review. PubMed PMID: 26772609.

 

Schünemann H, Brożek J, Guyatt G, et al. GRADE handbook for grading quality of evidence and strength of recommendations. Updated October 2013. The GRADE Working Group, 2013. Available from http://gdt.guidelinedevelopment.org/central_prod/_design/client/handbook/handbook.html.

Zoekverantwoording

Algemene informatie

Database(s): Embase.com, Ovid/Medline

Datum: 15 augustus

Periode: vanaf 2000

Talen: geen restrictie

Zoekopbrengst

 

EMBASE

OVID/MEDLINE

Ontdubbeld

SR

18

5

20

RCT

77

30

97

Observationele studies

148

83

198

Totaal

243

118

315

Zoekstrategie

Embase.com

No.

Query

Results

#14

#11 OR #12 OR #13

243

#13

#6 AND (#9 OR #10) NOT (#11 OR #12) = observationeel

148

#12

#6 AND #8 NOT #11 = RCT

77

#11

#6 AND #7 = SR

18

#10

'case control study'/de OR 'comparative study'/exp OR 'control group'/de OR 'controlled study'/de OR 'controlled clinical trial'/de OR 'crossover procedure'/de OR 'double blind procedure'/de OR 'phase 2 clinical trial'/de OR 'phase 3 clinical trial'/de OR 'phase 4 clinical trial'/de OR 'pretest posttest design'/de OR 'pretest posttest control group design'/de OR 'quasi experimental study'/de OR 'single blind procedure'/de OR 'triple blind procedure'/de OR (((control OR controlled) NEAR/6 trial):ti,ab,kw) OR (((control OR controlled) NEAR/6 (study OR studies)):ti,ab,kw) OR (((control OR controlled) NEAR/1 active):ti,ab,kw) OR 'open label*':ti,ab,kw OR (((double OR two OR three OR multi OR trial) NEAR/1 (arm OR arms)):ti,ab,kw) OR ((allocat* NEAR/10 (arm OR arms)):ti,ab,kw) OR placebo*:ti,ab,kw OR 'sham-control*':ti,ab,kw OR (((single OR double OR triple OR assessor) NEAR/1 (blind* OR masked)):ti,ab,kw) OR nonrandom*:ti,ab,kw OR 'non-random*':ti,ab,kw OR 'quasi-experiment*':ti,ab,kw OR crossover:ti,ab,kw OR 'cross over':ti,ab,kw OR 'parallel group*':ti,ab,kw OR 'factorial trial':ti,ab,kw OR ((phase NEAR/5 (study OR trial)):ti,ab,kw) OR ((case* NEAR/6 (matched OR control*)):ti,ab,kw) OR ((match* NEAR/6 (pair OR pairs OR cohort* OR control* OR group* OR healthy OR age OR sex OR gender OR patient* OR subject* OR participant*)):ti,ab,kw) OR ((propensity NEAR/6 (scor* OR match*)):ti,ab,kw) OR versus:ti OR vs:ti OR compar*:ti OR ((compar* NEAR/1 study):ti,ab,kw) OR (('major clinical study'/de OR 'clinical study'/de OR 'cohort analysis'/de OR 'observational study'/de OR 'cross-sectional study'/de OR 'multicenter study'/de OR 'correlational study'/de OR 'follow up'/de OR cohort*:ti,ab,kw OR 'follow up':ti,ab,kw OR followup:ti,ab,kw OR longitudinal*:ti,ab,kw OR prospective*:ti,ab,kw OR retrospective*:ti,ab,kw OR observational*:ti,ab,kw OR 'cross sectional*':ti,ab,kw OR cross?ectional*:ti,ab,kw OR multicent*:ti,ab,kw OR 'multi-cent*':ti,ab,kw OR consecutive*:ti,ab,kw) AND (group:ti,ab,kw OR groups:ti,ab,kw OR subgroup*:ti,ab,kw OR versus:ti,ab,kw OR vs:ti,ab,kw OR compar*:ti,ab,kw OR 'odds ratio*':ab OR 'relative odds':ab OR 'risk ratio*':ab OR 'relative risk*':ab OR 'rate ratio':ab OR aor:ab OR arr:ab OR rrr:ab OR ((('or' OR 'rr') NEAR/6 ci):ab)))

14331050

#9

'major clinical study'/de OR 'clinical study'/de OR 'case control study'/de OR 'family study'/de OR 'longitudinal study'/de OR 'retrospective study'/de OR 'prospective study'/de OR 'comparative study'/de OR 'cohort analysis'/de OR ((cohort NEAR/1 (study OR studies)):ab,ti) OR (('case control' NEAR/1 (study OR studies)):ab,ti) OR (('follow up' NEAR/1 (study OR studies)):ab,ti) OR (observational NEAR/1 (study OR studies)) OR ((epidemiologic NEAR/1 (study OR studies)):ab,ti) OR (('cross sectional' NEAR/1 (study OR studies)):ab,ti)

7785794

#8

'clinical trial'/exp OR 'randomization'/exp OR 'single blind procedure'/exp OR 'double blind procedure'/exp OR 'crossover procedure'/exp OR 'placebo'/exp OR 'prospective study'/exp OR rct:ab,ti OR random*:ab,ti OR 'single blind':ab,ti OR 'randomised controlled trial':ab,ti OR 'randomized controlled trial'/exp OR placebo*:ab,ti

3852009

#7

'meta analysis'/exp OR 'meta analysis (topic)'/exp OR metaanaly*:ti,ab OR 'meta analy*':ti,ab OR metanaly*:ti,ab OR 'systematic review'/de OR 'cochrane database of systematic reviews'/jt OR prisma:ti,ab OR prospero:ti,ab OR (((systemati* OR scoping OR umbrella OR 'structured literature') NEAR/3 (review* OR overview*)):ti,ab) OR ((systemic* NEAR/1 review*):ti,ab) OR (((systemati* OR literature OR database* OR 'data base*') NEAR/10 search*):ti,ab) OR (((structured OR comprehensive* OR systemic*) NEAR/3 search*):ti,ab) OR (((literature NEAR/3 review*):ti,ab) AND (search*:ti,ab OR database*:ti,ab OR 'data base*':ti,ab)) OR (('data extraction':ti,ab OR 'data source*':ti,ab) AND 'study selection':ti,ab) OR ('search strategy':ti,ab AND 'selection criteria':ti,ab) OR ('data source*':ti,ab AND 'data synthesis':ti,ab) OR medline:ab OR pubmed:ab OR embase:ab OR cochrane:ab OR (((critical OR rapid) NEAR/2 (review* OR overview* OR synthes*)):ti) OR ((((critical* OR rapid*) NEAR/3 (review* OR overview* OR synthes*)):ab) AND (search*:ab OR database*:ab OR 'data base*':ab)) OR metasynthes*:ti,ab OR 'meta synthes*':ti,ab

952982

#6

#5 AND [2000-2023]/py

405

#5

#4 NOT ('conference abstract'/it OR 'editorial'/it OR 'letter'/it OR 'note'/it) NOT (('animal'/exp OR 'animal experiment'/exp OR 'animal model'/exp OR 'nonhuman'/exp) NOT ('human'/exp OR 'groups by age and sex'/exp)) NOT (('adolescent'/exp OR 'child'/exp OR adolescent*:ti,ab,kw OR child*:ti,ab,kw OR schoolchild*:ti,ab,kw OR infant*:ti,ab,kw OR girl*:ti,ab,kw OR boy*:ti,ab,kw OR teen:ti,ab,kw OR teens:ti,ab,kw OR teenager*:ti,ab,kw OR youth*:ti,ab,kw OR pediatr*:ti,ab,kw OR paediatr*:ti,ab,kw OR puber*:ti,ab,kw) NOT ('adult'/exp OR 'aged'/exp OR 'middle aged'/exp OR adult*:ti,ab,kw OR man:ti,ab,kw OR men:ti,ab,kw OR woman:ti,ab,kw OR women:ti,ab,kw))

471

#4

#1 AND #2 AND #3

645

#3

'perioperative period'/de OR 'intraoperative period'/de OR 'peroperative care'/de OR 'peroperative complication'/exp OR 'perioperative care'/exp OR 'postoperative period'/de OR 'postanesthesia care'/exp OR 'postoperative care'/exp OR 'preoperative period'/de OR 'premedication'/de OR 'preoperative care'/de OR 'preoperative treatment'/de OR 'postoperative complication'/de OR postoperati*:ti,ab,kw OR 'post operati*':ti,ab,kw OR postsurg*:ti,ab,kw OR 'post surg*':ti,ab,kw OR perisurg*:ti,ab,kw OR perioperati*:ti,ab,kw OR intraoperati*:ti,ab,kw OR presurg*:ti,ab,kw OR 'pre surg*':ti,ab,kw OR 'preoperati*':ti,ab,kw OR 'pre operati*':ti,ab,kw OR 'surgery induced':ti,ab,kw OR 'surgery related':ti,ab,kw OR 'surgery derived':ti,ab,kw OR 'surgery associated':ti,ab,kw OR postintubat*:ti,ab,kw OR postextubat*:ti,ab,kw OR (((after OR post) NEAR/3 (intubat* OR extubat*)):ti,ab,kw)

1960207

#2

'immunosuppressive agent'/exp/mj OR (((immunosuppress* OR 'immun* suppress*' OR immunodepress* OR 'immun* depress*') NEAR/3 (drug* OR agent* OR medication* OR substan* OR therap* OR treatment*)):ti,ab,kw) OR immunodepressant*:ti,ab,kw OR immunosuppressant*:ti,ab,kw OR immunosuppressives:ti,ab,kw OR immunosuppressor*:ti,ab,kw OR 'antifibrotic agent'/exp/mj OR (((antifibrotic OR 'anti fibrotic') NEAR/3 (drug* OR agent* OR substan* OR therap* OR treatment*)):ti,ab,kw) OR antifibrotics:ti,ab,kw OR 'pirfenidone'/exp/mj OR 'aerodone':ti,ab,kw OR 'deskar':ti,ab,kw OR 'esbriet':ti,ab,kw OR 'etuary':ti,ab,kw OR 'kitoscell':ti,ab,kw OR 'pirespa':ti,ab,kw OR 'pirfenex':ti,ab,kw OR 'pirfenidone':ti,ab,kw OR 'nintedanib'/exp/mj OR 'cynediv':ti,ab,kw OR 'intedanib':ti,ab,kw OR 'nintedanib':ti,ab,kw OR 'ofev':ti,ab,kw OR 'vargatef':ti,ab,kw OR fibroblast*:ti,ab,kw OR 'protein tyrosine kinase inhibitor'/exp/mj OR 'tyrosine kinase inhibit*':ti,ab,kw OR 'tyrosine protein kinase inhibit*':ti,ab,kw OR tki*:ti,ab,kw

1062098

#1

'fibrotic interstitial lung disease'/exp OR fild:ti,ab,kw OR 'fibrotic interstitial lung disease*':ti,ab,kw OR 'interstitial pneumonia'/exp OR 'acute pneumonitis':ti,ab,kw OR 'chronic fibrous pneumonia*':ti,ab,kw OR 'interstitial cell pneumonia*':ti,ab,kw OR 'interstitial pneumonia*':ti,ab,kw OR 'pneumonia interstitialis':ti,ab,kw OR 'pneumonitis acuta':ti,ab,kw OR 'usual interstitial pneumonia'/exp OR uip:ti,ab,kw OR 'fibrosing alveolitis'/exp OR (('hamman rich' NEAR/2 (syndrome* OR disease*)):ti,ab,kw) OR 'ipf':ti,ab,kw OR 'fibrosing alveolitis':ti,ab,kw OR 'interstitial fibrosis':ti,ab,kw OR 'non specific interstitial pneumonia'/exp OR nsip:ti,ab,kw OR iip:ti,ab,kw OR iips:ti,ab,kw OR 'lung fibrosis'/exp OR (((pulmon* OR lung*) NEAR/2 (fibros* OR scleros*)):ti,ab,kw) OR 'pneumosclerosis':ti,ab,kw OR 'connective tissue disease associated interstitial lung disease'/exp OR (((ctd OR 'connective tissue disease*' OR 'connective tissue disorder*') NEAR/3 (ild OR 'interstitial lung disease*')):ti,ab,kw)

158621

Ovid/Medline

#

Searches

Results

14

11 or 12 or 13

118

13

(6 and (9 or 10)) not (11 or 12) = observationeel

83

12

(6 and 8) not 11 = RCT

30

11

6 and 7 = SR

5

10

Case-control Studies/ or clinical trial, phase ii/ or clinical trial, phase iii/ or clinical trial, phase iv/ or comparative study/ or control groups/ or controlled before-after studies/ or controlled clinical trial/ or double-blind method/ or historically controlled study/ or matched-pair analysis/ or single-blind method/ or (((control or controlled) adj6 (study or studies or trial)) or (compar* adj (study or studies)) or ((control or controlled) adj1 active) or "open label*" or ((double or two or three or multi or trial) adj (arm or arms)) or (allocat* adj10 (arm or arms)) or placebo* or "sham-control*" or ((single or double or triple or assessor) adj1 (blind* or masked)) or nonrandom* or "non-random*" or "quasi-experiment*" or "parallel group*" or "factorial trial" or "pretest posttest" or (phase adj5 (study or trial)) or (case* adj6 (matched or control*)) or (match* adj6 (pair or pairs or cohort* or control* or group* or healthy or age or sex or gender or patient* or subject* or participant*)) or (propensity adj6 (scor* or match*))).ti,ab,kf. or (confounding adj6 adjust*).ti,ab. or (versus or vs or compar*).ti. or ((exp cohort studies/ or epidemiologic studies/ or multicenter study/ or observational study/ or seroepidemiologic studies/ or (cohort* or 'follow up' or followup or longitudinal* or prospective* or retrospective* or observational* or multicent* or 'multi-cent*' or consecutive*).ti,ab,kf.) and ((group or groups or subgroup* or versus or vs or compar*).ti,ab,kf. or ('odds ratio*' or 'relative odds' or 'risk ratio*' or 'relative risk*' or aor or arr or rrr).ab. or (("OR" or "RR") adj6 CI).ab.))

5488351

9

Epidemiologic studies/ or case control studies/ or exp cohort studies/ or Controlled Before-After Studies/ or Case control.tw. or cohort.tw. or Cohort analy$.tw. or (Follow up adj (study or studies)).tw. or (observational adj (study or studies)).tw. or Longitudinal.tw. or Retrospective*.tw. or prospective*.tw. or consecutive*.tw. or Cross sectional.tw. or Cross-sectional studies/ or historically controlled study/ or interrupted time series analysis/ [Onder exp cohort studies vallen ook longitudinale, prospectieve en retrospectieve studies]

4508278

8

exp clinical trial/ or randomized controlled trial/ or exp clinical trials as topic/ or randomized controlled trials as topic/ or Random Allocation/ or Double-Blind Method/ or Single-Blind Method/ or (clinical trial, phase i or clinical trial, phase ii or clinical trial, phase iii or clinical trial, phase iv or controlled clinical trial or randomized controlled trial or multicenter study or clinical trial).pt. or random*.ti,ab. or (clinic* adj trial*).tw. or ((singl* or doubl* or treb* or tripl*) adj (blind$3 or mask$3)).tw. or Placebos/ or placebo*.tw.

2621038

7

meta-analysis/ or meta-analysis as topic/ or (metaanaly* or meta-analy* or metanaly*).ti,ab,kf. or systematic review/ or cochrane.jw. or (prisma or prospero).ti,ab,kf. or ((systemati* or scoping or umbrella or "structured literature") adj3 (review* or overview*)).ti,ab,kf. or (systemic* adj1 review*).ti,ab,kf. or ((systemati* or literature or database* or data-base*) adj10 search*).ti,ab,kf. or ((structured or comprehensive* or systemic*) adj3 search*).ti,ab,kf. or ((literature adj3 review*) and (search* or database* or data-base*)).ti,ab,kf. or (("data extraction" or "data source*") and "study selection").ti,ab,kf. or ("search strategy" and "selection criteria").ti,ab,kf. or ("data source*" and "data synthesis").ti,ab,kf. or (medline or pubmed or embase or cochrane).ab. or ((critical or rapid) adj2 (review* or overview* or synthes*)).ti. or (((critical* or rapid*) adj3 (review* or overview* or synthes*)) and (search* or database* or data-base*)).ab. or (metasynthes* or meta-synthes*).ti,ab,kf.

686865

6

limit 5 to yr="2000 -Current"

239

5

4 not (comment/ or editorial/ or letter/) not ((exp animals/ or exp models, animal/) not (humans/ or exp Age Groups/)) not ((Adolescent/ or Child/ or Infant/ or adolescen*.ti,ab,kf. or child*.ti,ab,kf. or schoolchild*.ti,ab,kf. or infant*.ti,ab,kf. or girl*.ti,ab,kf. or boy*.ti,ab,kf. or teen.ti,ab,kf. or teens.ti,ab,kf. or teenager*.ti,ab,kf. or youth*.ti,ab,kf. or pediatr*.ti,ab,kf. or paediatr*.ti,ab,kf. or puber*.ti,ab,kf.) not (Adult/ or adult*.ti,ab,kf. or man.ti,ab,kf. or men.ti,ab,kf. or woman.ti,ab,kf. or women.ti,ab,kf.))

324

4

1 and 2 and 3

373

3

exp Perioperative Period/ or exp Postoperative Complications/ or postoperati*.ti,ab,kf. or 'post operati*'.ti,ab,kf. or postsurg*.ti,ab,kf. or 'post surg*'.ti,ab,kf. or perisurg*.ti,ab,kf. or perioperati*.ti,ab,kf. or intraoperati*.ti,ab,kf. or presurg*.ti,ab,kf. or 'pre surg*'.ti,ab,kf. or 'preoperati*'.ti,ab,kf. or 'pre operati*'.ti,ab,kf. or 'surgery induced'.ti,ab,kf. or 'surgery related'.ti,ab,kf. or 'surgery derived'.ti,ab,kf. or 'surgery associated'.ti,ab,kf. or postintubat*.ti,ab,kf. or postextubat*.ti,ab,kf. or ((after or post) adj3 (intubat* or extubat*)).ti,ab,kf.

1501257

2

exp Immunosuppressive Agents/ or ((immunosuppress* or 'immun* suppress*' or immunodepress* or 'immun* depress*') adj3 (drug* or agent* or medication* or substan* or therap* or treatment*)).ti,ab,kf. or immunodepressant*.ti,ab,kf. or immunosuppressant*.ti,ab,kf. or immunosuppressives.ti,ab,kf. or immunosuppressor*.ti,ab,kf. or exp Antifibrotic Agents/ or ((antifibrotic or 'anti fibrotic') adj3 (drug* or agent* or substan* or therap* or treatment*)).ti,ab,kf. or antifibrotics.ti,ab,kf. or 'aerodone'.ti,ab,kf. or 'deskar'.ti,ab,kf. or 'esbriet'.ti,ab,kf. or 'etuary'.ti,ab,kf. or 'kitoscell'.ti,ab,kf. or 'pirespa'.ti,ab,kf. or 'pirfenex'.ti,ab,kf. or 'pirfenidone'.ti,ab,kf. or 'cynediv'.ti,ab,kf. or 'intedanib'.ti,ab,kf. or 'nintedanib'.ti,ab,kf. or 'ofev'.ti,ab,kf. or 'vargatef'.ti,ab,kf. or fibroblast*.ti,ab,kf. or exp Protein Kinase Inhibitors/ or 'tyrosine kinase inhibit*'.ti,ab,kf. or 'tyrosine protein kinase inhibit*'.ti,ab,kf. or TKI*.ti,ab,kf. or exp Post-Exposure Prophylaxis/ or exp Pre-Exposure Prophylaxis/ or Primary Prevention/ or prophyla*.ti,ab,kf. or 'perioperative management'.ti,ab,kf. or (medical* adj3 optimi*).ti,ab,kf.

978261

1

(fILD or ' fibrotic interstitial lung disease*').ti,ab,kf. or Lung Diseases, Interstitial/ or 'acute pneumonitis'.ti,ab,kf. or 'chronic fibrous pneumonia*'.ti,ab,kf. or 'interstitial cell pneumonia*'.ti,ab,kf. or 'interstitial pneumonia*'.ti,ab,kf. or 'pneumonia interstitialis'.ti,ab,kf. or 'pneumonitis acuta'.ti,ab,kf. or uip.ti,ab,kf. or exp Idiopathic Pulmonary Fibrosis/ or ('hamman rich' adj2 (syndrome* or disease*)).ti,ab,kf. or 'ipf'.ti,ab,kf. or 'fibrosing alveolitis'.ti,ab,kf. or 'interstitial fibrosis'.ti,ab,kf. or NSIP.ti,ab,kf. or iip.ti,ab,kf. or IIPs.ti,ab,kf. or exp Pulmonary Fibrosis/ or ((pulmon* or lung*) adj2 (fibros* or scleros*)).ti,ab,kf. or 'pneumosclerosis'.ti,ab,kf. or ((ctd or 'connective tissue disease*' or 'connective tissue disorder*') adj3 (ild or 'interstitial lung disease*')).ti,ab,kf.

68298

Volgende:
Perioperatieve behandeling patiënten met pulmonale hypertensie