Postoperatieve pijn

Initiatief: NVA Aantal modules: 68

Magnesium

Uitgangsvraag

Wat is de meerwaarde van de toevoeging van perioperatief magnesium bij patiënten die een chirurgische ingreep ondergaan?

Aanbeveling

Overweeg de toediening van magnesium intraveneus bij hemodynamisch stabiele patiënten.

Overwegingen

Voor- en nadelen van de interventie en de kwaliteit van het bewijs

Er is een systematische literatuuranalyse uitgevoerd naar de effectiviteit van perioperatief magnesium vergeleken met standaardzorg bij patiënten die een chirurgische ingreep ondergingen. Postoperatieve pijn was de cruciale uitkomstmaat en het postoperatieve gebruik van opioïden en adverse events waren de belangrijke uitkomstmaten voor klinische besluitvorming.

 

Omdat de systematic review van Ng (2020) het uitgangspunt was, kon de werkgroep alleen conclusies trekken over de uitkomstmaten die zij rapporteerden. Dat waren postoperatieve pijn op 24 uur, postoperatief opiaatgebruik in 24 uur en bradycardie.

 

De bewijskracht voor pijnscores op 24 uur postoperatief is redelijk. Er is alleen afgewaardeerd voor risico op bias. Er werd geen klinisch relevant verschil gevonden tussen de groepen.

Voor het effect van magnesium op postoperatief opioïdengebruik is een redelijke bewijskracht gevonden voor 24 uur postoperatief, maar weer was het effect niet klinisch relevant.

In een eerdere systematische review van Murphy (2013) werd beschreven dat er bij de gepoolde pijnscores op 4-6 uur postoperatief een groter pijnstillend effect was dan 20-24 uur postoperatief met een gewogen gemiddeld verschil van -0,67 (-1,12 tot -0,23).

Ook werd het verschil in pijnscores en opioïdengebruik separaat als niet klinisch relevant beoordeeld, zo wijst toch de combinatie van een vermindering van pijnscores > 0,5 en een vermindering van opioïdengebruik > 5 mg op een aanwezig analgetisch effect.

 

De bewijskracht van het effect van magnesium op bradycardie is laag (GRADE), omdat er studies werden geïncludeerd met weinig patiënten en weinig events. Daarnaast was er ook risico op bias. Dit maakt het effect op bradycardie onzeker. De gemiddelde stijging in postoperatieve magnesiumspiegels lijkt beperkt (+0.59 mmol/L) na toediening van magnesium. Het is daardoor te verwachten dat het risico op bradycardie zal meevallen.

 

Waarden en voorkeuren van patiënten (en evt. hun verzorgers)

Voor patiënten is het belangrijk om adequate postoperatieve pijnstilling te hebben met zo min mogelijk complicaties. De voorkeur gaat ernaar uit om het gebruik van opioïden zoveel mogelijk te beperken. Magnesium lijkt in multimodale analgesie het gebruik van opiaten iets terug te kunnen dringen, maar het verschil bereikt de grens voor klinische relevantie niet. Er is een mogelijk beperkt toegenomen risico op bradycardie. Daar staat tegenover dat magnesium een geneesmiddel is dat reeds wordt toegediend op de operatiekamer en de werking geantagoneerd kan worden door calciumgluconaat.

 

Kosten (middelenbeslag)

De algehele kosteneffectiviteit van magnesium zijn nog niet in kaart gebracht. Uitgaande van het gebruik van spuitenpompen zal de tijd van klaarmaken van een extra middel beperkt zijn. Magnesiumsulfaat is een middel dat reeds op de operatiekamer wordt toegediend. Er is daardoor geen extra scholing of kwalificatie van personeel nodig. Als er minder opioïden perioperatief kort postoperatief gegeven worden, zal dat administratietijd schelen die verbonden is aan de opiumwetgeving. Waarschijnlijk zal de implementatie van magnesiumsulfaat tot een vergelijkbare perioperatieve tijdsbesteding hebben.

 

Aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie

Er is geen procesevaluatie gedaan die de implementatie van magnesiumsulfaat in de Nederlandse setting beschrijft. Daarentegen zijn er meer dan vijftig studies gedaan naar magnesiumsulfaat intra-operatief. Hieruit kan afgeleid worden dat de toepassing haalbaar moet zijn. Bovendien wordt magnesiumsulfaat intraveneus al reeds toegepast op de operatiekamers.

 

Een bezwaar zou zijn dat magnesium kan leiden tot hemodynamische instabiliteit. Het risico lijkt uit de literatuur zeer beperkt, hoewel de evidence hiervoor niet groot is. Omdat niet onderzocht is bij hemodynamisch instabiele patiënten is het advies om terughoudend te zijn om magnesiumsulfaat toe te passen bij kwetsbare patiënten.

 

Rationale van de aanbeveling: weging van argumenten voor en tegen de interventies

Magnesium intraveneus geeft in aanvulling op de standaardanesthesie een lichte reductie op pijnscores. De hoeveelheid gebruikte opioïden die benodigd is gedurende 24 uur of gehele postoperatieve periode lijkt licht af te nemen. Vanwege dit gecombineerde effect is magnesium te overwegen ten behoeve van postoperatieve pijnstilling. Het effect van magnesium als mono-interventie zal echter beperkt zijn. Er zijn geen verschillen gevonden in het effect op bradycardie, maar gezien er potentieel een effect zou kunnen zijn, is er enige terughoudendheid geboden bij hemodynamische instabiele patiënten.

Onderbouwing

Multidomale pijnbestrijding wordt gezien als perioperatieve standaardzorg. Verschillende niet-opioïden worden hiervoor gebruikt, waaronder magnesium. Magnesium kan via het effect op de NDMA-receptor de pijnstilling van andere nociceptieve stoffen vergroten. Het is belangrijk om de positieve analgetische effecten van magnesium af te wegen tegen mogelijke hemodynamische bijwerkingen zoals bradycardie en ECG-afwijkingen.

Postoperative pain

No GRADE

 

No evidence was found regarding the effect of perioperative magnesium on pain scores at PACU arrival, at 6 hours, at 12 hours, and 48 post-surgery when compared to standard care in surgical patients.

 

Source: -

Moderate GRADE

 

Perioperative magnesium likely does not reduce pain scores at 24 hours post-surgery when compared to standard care in surgical patients.

 

Source: Benevides, 2021; Dehkordy, 2020; Kayalha, 2019; Lu, 2021; Mahajan, 2019; Ng, 2020; Sohn, 2021; Yazdi, 2022.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Postoperative opioid consumption

 

No GRADE

No evidence was found regarding the effect of perioperative magnesium on postoperative opioid consumption in PACU and in the total postoperative period when compared to standard care in surgical patients.

 

Sources: -

Moderate GRADE

Perioperative magnesium likely does not reduce postoperative opioid consumption in 24 hours when compared to standard care in surgical patients.

 

Sources: Dehkordy, 2020; El Mourad, 2019; Farouk, 2021; Kayalha, 2019; Mahajan, 2019; Ng, 2020; Sohn, 2021; Tsaousi, 2020; Yazdi, 2022.

 

Adverse events

 

Low GRADE

Perioperative magnesium may not increase the incidence of bradycardia compared to standard care in surgical patients.

 

Sources: Dehkordy, 2020; El Mourad, 2019; Gao, 2020; Kim, 2021; Lu, 2021; Ng, 2020; Tsaousi, 2020.

Description of studies

As shown in table 1, different regimens were used in various surgeries and using different scales to assess postoperative pain. All studies were RCTs.

Ng (2020) included studies administering intravenous magnesium (perioperative) and placebo in adult patients undergoing any type of noncardiac surgery. A total of 52 RCTs with

3341 patients were included in Ng (2020) for qualitative analysis. Out of these RCTs, 35 were conform the PICO and thus included in this literature analysis.

There was a wide range in the applied doses of magnesium among the studies. The majority of the studies applied a bolus dosing based on weight, of which most of the studies were followed by a continuous infusion. One study did not mention the used dose (Mireskandari 2015).

 

Table 1. Characteristics of studies that compared magnesium with standard of care.

Author, year

Intervention

Control

Surgery type

N total

bolus

infusion

Studies from Ng, 2020

Ahmed 2018

50 mg/kg

-

n.s.

Thoracic surgery

60

Ayoglu 2005

50 mg/kg

8 mg/kg/h

n.s.

Abdominal surgery

40

Benhaj Amor 2008

50 mg/kg

500 mg/h

n.s.

Open cholecystectomy,
gastrojejunal surgery

48

Bhatia 2004

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Open cholecystectomy

50

Cizmeci 2007

50 mg/kg

8 mg/kg/h

n.s.

Septorhinoplasty

60

Dabbagh 2009

-

8 mg/kg/h

n.s.

Lower limb orthopaedic surgery

60

Demiroglu 2016

50 mg/kg

-

n.s.

Lumbar disc surgery

50

Elsersy 2017

-

30 mg/kg/1h, then 9 mg/kg/h

n.s.

Functional endoscopy surgery

294

Frassanito 2015

40 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Total knee amputation

40

Gozdemir 2010

80 mg/kg

2 g/h

n.s.

Transurethral prostatectomy

60

Haryalchi 2017

-

15 mg/kg/h

n.s.

Total abdominal hysterectomy

40

Hwang 2010

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Total hip arthroplasty

40

Ibrahim 2014

50 mg/kg

2 mg/kg/h

n.s.

Lower extraperitoneal and lower limb surgery

80

Jaoua 2010

50 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Gastrointestinal surgery

38

Kaya 2009

30 mg/kg

500 mg/h

n.s.

Abdominal hysterectomy

40

Kim 2015

50 mg/kg

-

n.s.

Endoscopic submucosal
dissection of gastric neoplasm

60

Kiran 2011

50 mg/kg

-

n.s.

Inguinal surgery

100

Kizilcik 2018

30 mg/kg

20 mg/kg/h

n.s.

Sleeve gastrectomy

80

Ko 2011

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Abdominal hysterectomy

58

Kocman 2013

-

5 mg/kg/h

n.s.

Elective subumbilical surgery

60

Kumar 2013

50 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Laparoscopic cholecystectomy

60

Mireskandari 2015

50 mg/kg

-

n.s.

Caesarean section

50

Muthiah 2016

-

150 mg/h

n.s.

Arthroscopic anterior cruciate ligament repair

40

Oguzhan 2008

30 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Lumbar orthopaedic surgery

50

Olgun 2012

40 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Laparoscopic cholecystectomy

60

Ryu 2016

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Laparoscopic gastrectomy

74

Seyhan 2006

40 mg/kg

10 mg/kg/h,

20 mg/kg/h

n.s.

Total abdominal hysterectomy

60

Shin 2016

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Bilateral total knee amputation

44

Sohn 2017

50 mg/kg

15 mg/kg/h

n.s.

Thoracoscopic surgery

62

Song 2011

30 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Thyroidectomy

84

Sousa 2016

20 mg/kg

2 mg/kg/h

n.s.

Laparoscopic gynaecological
surgery

36

Taheri 2015

50 mg/kg

-

n.s.

Abdominal hysterectomy

40

Walia 2018

30 mg/kg

-

n.s.

Elective surgery

80

Wilder-Smith 1997

200 mg

200 mg/h

n.s.

Hysterectomy

24

Zarauza 2000

30 mg/kg

10 mg/kg/h

n.s.

Colorectal surgery

92

Additional RCTs

Author, year

Intervention

Control

Surgery type

Start of infusion

End of infusion

N

total

bolus

infusion

Benevides 2021

50 mg/kg

15 mg/kg/h

Placebo

Abdominal hysterectomy

Before anesthesia

End of surgery

92

Dehkordy 2020

50 mg/kg

15 mg/kg/h

Placebo

Posterior lumbar spinal fusion surgery

Before induction

End of surgery

80

El Mourad 2019

 30 mg/kg

-

Placebo

Laparoscopic sleeve gastrectomy

Before dissection

n.a.

80

Farouk 2021

-

15 mg/kg/h

Placebo

Bilateral inguinal hernial surgery

Before anesthesia

End of surgery

40

Gao 2020

50 mg/kg

15 mg/kg/h

Placebo

Hysteroscopy

Before anesthesia

End of surgery

70

Kayalha 2019

5 mg/kg

 

Placebo

Femur or hip fracture surgery

After block

n.a.

60

Kim 2021

50 mg/kg

10 mg/kg/h

Placebo

Elective robotic radical prostatectomy

Before anesthesia

End of surgery

60

Lu 2021

20 mg/kg

20 mg/kg/h

Placebo

Laparoscopic cholecystectomy

10 min before intubation

End of surgery

90

Mahajan 2019

50 mg/kg

25 mg/kg/h

Placebo

Elective craniotomy

‘intra-operative’

‘intraoperative’

45

Moon 2020

40 mg/kg

10 mg/kg/h

Placebo

Laparoscopic gynaecological
surgery

Before anesthesia

End of surgery

132

Sohn 2021

30 mg/kg

15 mg/kg/h

Placebo

Major spine surgery

After intubation

End of surgery

72

Tsaousi 2020

20 mg/kg

20 mg/kg/h

Placebo

Single-space lumbar spine laminectomy

Before anesthesia

End of surgery

74

Yazdi 2022

-

25 mg/kg/1h, then 100 mg/kg/24 h

Placebo

Major cancer abdominal surgery

Post- surgery

24 hours post-surgery

84

                 

n.a. not available, n.s. normal saline

 

Results

If applicable, means and standard deviations were estimated from the medians and interquartile ranges using the method by Hozo (2005).

 

1. Postoperative pain

 

1.1 Postoperative pain at PACU arrival

Ng (2020) did not report postoperative pain at PACU arrival.

 

1.2 Postoperative pain at 6 hours post-surgery

Ng (2020) did not report postoperative pain at 6 hours.

 

1.3 Postoperative pain at 12 hours post-surgery

Ng (2020) did not report postoperative pain at 12 hours.

 

1.4 Postoperative pain at 24 hours post-surgery

Postoperative pain at 24 hours post-surgery was reported by Ng (2020) with data from 18 RCTs and 8 additional RCTs. The results are presented in figure 1. A mean difference (MD) of -0.50 (95% confidence interval (CI): -0.78 to -0.23) was found in favour of magnesium. This difference was not considered clinically relevant.

 

Figure 1. Postoperative pain at 24h post-surgery

Z: p-value of the pooled effect; df: degrees of freedom; I2: statistic heterogeneity; CI: Confidence Interval

 

In addition to the pooled data, 3 RCTs presented pain scores at 24 hours post-surgery in figures.

El Mourad (2019) presented VAS (scale 0-10) scores in figures. Pain scores were similar (both approximately 3.5 to 4; P= 0.193).

Moon (2020) reported NRS scores (scale 0-10) in figures. Median pain scores were approximately 3 (IQR 2-5) in the control group and 3 (IQR 1–4) in the magnesium group.

Tsaousi (2020) presented pain scores (scale 0-10) in figures. Median pain scores were approximately 1 (IQR 0-2) for magnesium and 2 (IQR 2-3) for control. Out of these three described studies, this is the only one describing a clinically relevant difference in favour of magnesium.

 

1.5 Postoperative pain at 48 hours post-surgery

Ng (2020) did not report postoperative pain at 48 hours.

 

2. Postoperative opioid consumption

 

2.1 In PACU

Ng (2020) did not report postoperative opioid consumption in PACU.

 

2.2 In 24h

Postoperative opioid consumption in 24 hours was reported by Ng (2020) with data from 18 RCTs and 9 additional RCTs. The results are presented in figure 2. A MD of -5.49 (95% CI: -6.74 to -4.25) was found in favour of magnesium. This difference was not considered clinically relevant.

 

Figure 2. Postoperative opioid consumption in 24h post-surgery

Z: p-value of the pooled effect; df: degrees of freedom; I2: statistic heterogeneity; CI: Confidence Interval

 

In addition to the pooled data, one RCT provided data on postoperative opioid consumption in 24 hours post-surgery.

Moon (2020) reported cumulative postoperative fentanyl consumption (i.v.) at 24 hours post-surgery in figures. Fentanyl consumption was approximately 24 mg MME (i.v.) versus 32.5 mg MME (i.v.) in the magnesium and control group, respectively.

 

2.3 Total postoperative period

Ng (2020) did not report postoperative opioid consumption in the total postoperative period.

 

3. Adverse events

 

Bradycardia

The incidence of bradycardia was reported by Ng (2020) with data from 9 RCTs and 6 additional RCTs. The results are presented in figure 3. A risk difference (RD) of -0.00 (95% -0.03 to 0.02) was found.

 

Figure 3. Adverse events - bradycardia

Z: p-value of the pooled effect; df: degrees of freedom; I2: statistic heterogeneity; CI: Confidence Interval

 

In addition to the pooled data, one RCT reported bradycardia without raw data.

Benevides (2021) reported a higher incidence of bradycardia in the magnesium group (11.1% vs 0%; P = 0.05), with a similar mean HR in both groups (p=0.054).

 

Level of evidence of the literature

The level of evidence regarding the outcome measures postoperative pain, postoperative opioid consumption and adverse events started as high, because the studies were RCTs.

 

The level of evidence regarding the outcome measure postoperative pain at PACU arrival, at 6 hours, at 12 hours and at 48 hours post-surgery could not be assessed, as the included systematic review did not report these outcomes.

 

The level of evidence regarding the outcome measure postoperative pain at 24 hours post-surgery was downgraded by 1 level because of study limitations (risk of bias; -1). The level of evidence for postoperative opioid consumption in 24 hours is moderate (GRADE).

 

The level of evidence regarding the outcome measure postoperative opioid consumption in PACU and in the total postoperative period could not be assessed, as the included systematic review did not report these outcomes.

 

The level of evidence regarding the outcome measure postoperative opioid consumption in 24 hours was downgraded by 1 level because of study limitations (risk of bias; -1). The level of evidence for postoperative opioid consumption in 24 hours is moderate (GRADE).

 

The level of evidence regarding the outcome measure bradycardia was downgraded by 2 levels because of study limitations (risk of bias; -1) and imprecision (very low number of events; -1). The level of evidence for bradycardia is low (GRADE).

 

A systematic review of the literature was performed to answer the following question:

What is the effectiveness of adding magnesium perioperatively to standard care in surgical patients on postoperative pain, adverse outcomes and rescue analgesic consumption?

 

P         (patients)                            patients undergoing a surgical procedure

I          (intervention)                     perioperative i.v. magnesium + standard care

C         (comparison)                     (placebo +) standard care

O        (outcomes)                         postoperative pain

                                                         postoperative opioid consumption

                                                         adverse events (bradycardia)

Relevant outcome measures

The guideline development group considered postoperative pain as a critical outcome measure for decision making; and postoperative opioid consumption and adverse events as an important outcome measure for decision making.

 

The working group defined the outcome measures as follows:

Postoperative pain at rest: Validated pain scale (Visual Analogue Scale (VAS), Numeric Rating Scale (NRS) or Verbal Rating Scale (VRS)) at post-anesthesia care unit (PACU) arrival, 6, 12, 24 and 48 hours post-surgery. Postoperative opioid consumption was assessed in PACU, 24 hours post-surgery and total postoperative period.

A priori, the working group did not define adverse events but used the definitions used in the studies.

 

Chronic postoperative pain is acknowledged by the working group as a relevant patient outcomes measure, however scarcely studied. In this literature analysis, chronic postoperative pain is not described in the PICO and results only mentioned in the knowledge gaps.

 

The working group defined one point as a minimal clinically (patient) important difference on a 10-point pain score and 10 mm on a 100 mm pain scale. Regarding postoperative opioid consumption, a difference of 10 mg was considered clinically relevant. For dichotomous variables, a difference of 10% was considered clinically relevant (RD 0.10).

 

Search and select (Methods)

The databases Medline (via OVID) and Embase (via Embase.com) were searched with relevant search terms to identify systematic reviews published until 13-07-2022. This systematic literature search resulted in 317 hits. Studies were selected based on the following criteria:

  • Systematic review (SR)
  • Published between inception up to 13-07-2022
  • Patients ≥ 18 years
  • Conform PICO

After identifying the most relevant SR, the databases were searched to identify relevant randomized controlled trials (RCTs) from January 2019 (search date: Ng, 2020) up to 13-07-2022. This systematic literature search resulted in 398 hits. Studies were selected based on the following criteria:

  • RCT
  • Published between January 2019 and 13-07-2022
  • Patients ≥ 18 years
  • Conform PICO

The detailed search strategy is depicted under the tab Methods.

A total of 46 studies were initially selected based on title and abstract screening. After reading the full text, 32 studies were excluded (see the table with reasons for exclusion under the tab Methods), and 14 studies were included.

 

Results

Fourteen publications (1 SR reporting on 35 studies and 13 individual RCTs) were included in the analysis of the literature. Important study characteristics and results are summarized in the evidence tables. The assessment of the risk of bias is summarized in the risk of bias tables.

  1. Benevides ML, Fialho DC, Linck D, Oliveira AL, Ramalho DHV, Benevides MM. Intravenous magnesium sulfate for postoperative analgesia after abdominal hysterectomy under spinal anesthesia: a randomized, double-blind trial. Braz J Anesthesiol. 2021 Sep-Oct;71(5):498-504. doi: 10.1016/j.bjane.2021.01.008. Epub 2021 Mar 21. PMID: 33762190; PMCID: PMC9373682.
  2. Dehkordy ME, Tavanaei R, Younesi E, Khorasanizade S, Farsani HA, Oraee-Yazdani S. Effects of perioperative magnesium sulfate infusion on intraoperative blood loss and postoperative analgesia in patients undergoing posterior lumbar spinal fusion surgery: A randomized controlled trial. Clin Neurol Neurosurg. 2020 Sep;196:105983. doi: 10.1016/j.clineuro.2020.105983. Epub 2020 Jun 2. PMID: 32521394.
  3. El Mourad MB, Arafa SK. Effect of intravenous versus intraperitoneal magnesium sulfate on hemodynamic parameters and postoperative analgesia during laparoscopic sleeve gastrectomy-A prospective randomized study. J Anaesthesiol Clin Pharmacol. 2019 Apr-Jun;35(2):242-247. doi: 10.4103/joacp.JOACP_208_18. PMID: 31303716; PMCID: PMC6598561.
  4. Farouk I, Hassan MM, Fetouh AM, Elgayed AEA, Eldin MH, Abdelhamid BM. Analgesic and hemodynamic effects of intravenous infusion of magnesium sulphate versus dexmedetomidine in patients undergoing bilateral inguinal hernial surgeries under spinal anesthesia: a randomized controlled study. Braz J Anesthesiol. 2021 Sep-Oct;71(5):489-497. doi: 10.1016/j.bjane.2021.02.004. Epub 2021 Feb 3. PMID: 34537120; PMCID: PMC9373243.
  5. Gao PF, Lin JY, Wang S, Zhang YF, Wang GQ, Xu Q, Guo X. Antinociceptive effects of magnesium sulfate for monitored anesthesia care during hysteroscopy: a randomized controlled study. BMC Anesthesiol. 2020 Sep 21;20(1):240. doi: 10.1186/s12871-020-01158-9. PMID: 32957926; PMCID: PMC7504853.
  6. Kayalha H, Yaghoubi S, Yazdi Z, Izadpanahi P. Effect of Intervenous Magnesium Sulfate on Decreasing Opioid Requirement after Surgery of the Lower Limb Fracture by Spinal Anesthesia. Int J Prev Med. 2019 May 6;10:57. doi: 10.4103/ijpvm.IJPVM_320_17. PMID: 31143431; PMCID: PMC6528420.
  7. Kim HY, Lee SY, Lee HS, Jun BK, Choi JB, Kim JE. Beneficial Effects of Intravenous Magnesium Administration During Robotic Radical Prostatectomy: A Randomized Controlled Trial. Adv Ther. 2021 Mar;38(3):1701-1712. doi: 10.1007/s12325-021-01643-8. Epub 2021 Feb 21. PMID: 33611742.
  8. Lu J, Wang JF, Guo CL, Yin Q, Cheng W, Qian B. Intravenously injected lidocaine or magnesium improves the quality of early recovery after laparoscopic cholecystectomy: A randomised controlled trial. Eur J Anaesthesiol. 2021 Mar 1;38(Suppl 1):S1-S8. doi: 10.1097/EJA.0000000000001348. PMID: 33074940.
  9. Mahajan C, Mishra RK, Jena BR, Kapoor I, Prabhakar H, Rath GP, Chaturvedi A. Effect of magnesium and lignocaine on post-craniotomy pain: A comparative, randomized, double blind, placebo-controlled study. Saudi J Anaesth. 2019 Oct-Dec;13(4):299-305. doi: 10.4103/sja.SJA_837_18. PMID: 31572073; PMCID: PMC6753769.
  10. Murphy JD, Paskaradevan J, Eisler LL, Ouanes JP, Tomas VA, Freck EA, Wu CL. Analgesic efficacy of continuous intravenous magnesium infusion as an adjuvant to morphine for postoperative analgesia: a systematic review and meta-analysis. Middle East J Anaesthesiol. 2013 Feb;22(1):11-20. PMID: 23833845.
  11. Moon S, Lim S, Yun J, Lee W, Kim M, Cho K, Ki S. Additional effect of magnesium sulfate and vitamin C in laparoscopic gynecologic surgery for postoperative pain management: a double-blind randomized controlled trial. Anesth Pain Med (Seoul). 2020 Jan 31;15(1):88-95. doi: 10.17085/apm.2020.15.1.88. PMID: 33329796; PMCID: PMC7713852.
  12. Ng KT, Yap JLL, Izham IN, Teoh WY, Kwok PE, Koh WJ. The effect of intravenous magnesium on postoperative morphine consumption in noncardiac surgery: A systematic review and meta-analysis with trial sequential analysis. Eur J Anaesthesiol. 2020 Mar;37(3):212-223. doi: 10.1097/EJA.0000000000001164. PMID: 31977626.
  13. Sohn HM, Kim BY, Bae YK, Seo WS, Jeon YT. Magnesium Sulfate Enables Patient Immobilization during Moderate Block and Ameliorates the Pain and Analgesic Requirements in Spine Surgery, Which Can Not Be Achieved with Opioid-Only Protocol: A Randomized Double-Blind Placebo-Controlled Study. J Clin Med. 2021 Sep 22;10(19):4289. doi: 10.3390/jcm10194289. PMID: 34640307; PMCID: PMC8509453.
  14. Tsaousi G, Nikopoulou A, Pezikoglou I, Birba V, Grosomanidis V. Implementation of magnesium sulphate as an adjunct to multimodal analgesic approach for perioperative pain control in lumbar laminectomy surgery: A randomized placebo-controlled clinical trial. Clin Neurol Neurosurg. 2020 Oct;197:106091. doi: 10.1016/j.clineuro.2020.106091. Epub 2020 Jul 18. PMID: 32721845.
  15. Yazdi AP, Esmaeeli M, Gilani MT. Effect of intravenous magnesium on postoperative pain control for major abdominal surgery: a randomized double-blinded study. Anesth Pain Med (Seoul). 2022 Jul;17(3):280-285. doi: 10.17085/apm.22156. Epub 2022 Jul 28. PMID: 35918860; PMCID: PMC9346203.
Evidence tables

 

Table of quality assessment for systematic reviews of RCTs and observational studies

 

Study

 

 

 

 

First author, year

Appropriate and clearly focused question?1

 

 

 

Yes/no/unclear

Comprehensive and systematic literature search?2

 

 

 

Yes/no/unclear

Description of included and excluded studies?3

 

 

 

Yes/no/unclear

Description of relevant characteristics of included studies?4

 

 

Yes/no/unclear

Appropriate adjustment for potential confounders in observational studies?5

 

 

Yes/no/unclear/not applicable

Assessment of scientific quality of included studies?6

 

 

Yes/no/unclear

Enough similarities between studies to make combining them reasonable?7

 

Yes/no/unclear

Potential risk of publication bias taken into account?8

 

 

Yes/no/unclear

Potential conflicts of interest reported?9

 

 

 

Yes/no/unclear

Ng, 2020

Yes

Yes

Yes

Yes

MD and OR values reported; no analysis corrected for confounding factors

Yes;

6x low risk

11x high risk

Rest: unclear

Yes

Yes

Yes (for review, not for individual studies)

 

 Risk of bias of RCTs included in SR Ng, 2020 (from: Ng, 2020, according to the Cochrane Risk of Bias Tool)

 

Study

Sequence generation

Allocation concealment

Blinding of participants and personnel

Blinding of outcome assessment

Incomplete outcome data

Selective outcome reporting

Other sources of bias

Overall

Wilder-Smith 1997

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

High

Unclear

High

High

Koinig 1998

Unclear

Unclear

High

High

Low

Low

High

High

Zarauza 2000

High

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Unclear

High

High

Schulz-stubner 2001

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Levaux 2003

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Low

Low

Unclear

Mavrommati 2004

Unclear

Unclear

High

High

Low

Low

High

High

Bhatia 2004

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Ayoglu 2005

Low

Low

Low

Low

Low

Unclear

Low

Unclear

Seyhan 2006

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Tauzin-Fin 2006

Low

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Low

Unclear

Cizmeci 2007

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Unclear

Low

Unclear

Tramer 2007

Low

Low

Unclear

Low

Low

Low

Low

Unclear

Mentes 2008

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Unclear

Unclear

Benhaj amor 2008

Low

Low

Low

Low

Low

Unclear

Low

Unclear

Ryu 2008

Low

Low

Low

Low

Low

Unclear

Low

Unclear

Oguzhan 2008

Low

Low

Low

Low

High

High

Unclear

High

Kaya 2009

Low

Unclear

Unclear

Low

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Dabbagh 2009

Low

Unclear

Low

Low

Low

High

Low

Unclear

Hwang 2010

Low

Low

Unclear

Low

Low

High

Low

Unclear

Jaoua 2010

Low

Unclear

Unclear

Low

High

Low

Low

Unclear

Saadawy 2010

Low

Low

Low

Unclear

High

Low

Low

Unclear

Gozdemir 2010

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Ko 2011

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

High

Unclear

Low

Unclear

Song 2011

Low

Low

Low

Low

High

Unclear

High

High

Kiran 2011

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Olgun 2012

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Khafagy 2012

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Unclear

Low

Unclear

Kocman 2013

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Kumar 2013

Unclear

Unclear

Low

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

DeOliveira 2014

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Ibrahim 2014

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Kahraman 2014

Unclear

Low

Unclear

Unclear

High

Unclear

High

High

Mireskandari 2015

Low

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Low

Unclear

Frassanito 2015

Low

Low

Unclear

Low

Low

Low

Low

Unclear

Taheri 2015

Low

Unclear

Unclear

Low

Low

Low

Low

Unclear

Kim 2015

Low

Low

Unclear

Low

High

Unclear

High

High

Asadollah 2015

Unclear

Unclear

Low

Low

low

High

High

High

Shah 2016

Low

Unclear

Unclear

Low

Low

High

Unclear

Unclear

Demiroglu 2016

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

High

Unclear

Unclear

Ryu 2016

Low

Unclear

Low

Low

High

Unclear

Unclear

Unclear

Vickovic 2016

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Unclear

Unclear

Unclear

Muthiah 2016

Low

Low

Unclear

Low

Low

High

Low

Unclear

Shin 2016

Low

Low

Unclear

Low

Low

Low

Low

Unclear

Sousa 2016

Unclear

Low

Low

Low

High

Low

Low

Unclear

Gucyetmez 2016

Unclear

Unclear

Unclear

Unclear

Low

Low

Unclear

Unclear

Shal 2017

Low

Low

Low

Unclear

Low

Low

Low

Unclear

Sohn 2017

Low

Low

Low

Low

High

Low

High

High

Elsersy 2017

Low

Low

Unclear

Unclear

High

Low

Low

Unclear

Haryalchi 2017

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Walia 2018

Low

Low

Low

Low

High

High

Unclear

High

Kizilcik 2018

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Ahmed 2018

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

Low

 

Risk of bias of additional RCTs included

 

Risk of bias table for intervention studies (randomized controlled trials; based on Cochrane risk of bias tool and suggestions by the CLARITY Group at McMaster University)

Study reference

 

(first author, publication year)

Was the allocation sequence adequately generated?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Was the allocation adequately concealed?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Blinding: Was knowledge of the allocated

interventions adequately prevented?

 

Were patients blinded?

 

Were healthcare providers blinded?

 

Were data collectors blinded?

 

Were outcome assessors blinded?

 

Were data analysts blinded?

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Was loss to follow-up (missing outcome data) infrequent?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Are reports of the study free of selective outcome reporting?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Was the study apparently free of other problems that could put it at a risk of bias?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Definitely yes

Probably yes

Probably no

Definitely no

Overall risk of bias

If applicable/necessary, per outcome measure

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

LOW

Some concerns

HIGH

 

Benevides, 2021

Definitely yes;

 

Reason: Computer-generated randomization lists.

Definitely yes;

 

Reason: Sealed, black envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patients and outcome assessor blinded.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Dehkordy, 2020

Probably no;

 

Reason: no details on randomization method, except that block randomization was used

Probably no;

 

Reason: not described

Definitely yes;

 

Reason: everybody involved in the study was blinded

Definitely yes;

 

Reason: No loss to follow-up reported

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

El Mourad, 2019

Definitely yes;

 

Reason: Computer-generated randomization sequence

Definitely yes;

 

Reason: Sealed, opaque envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Definitely yes;

 

Reason: No loss to follow-up reported

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Farouk, 2021

Definitely yes;

 

Reason: Computer-generated randomization sequence

Definitely yes;

 

Reason: Concealment with serially numbered sealed opaque envelopes

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Definitely yes;

 

Reason: No loss to follow-up reported

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Gao, 2020

Definitely yes;

 

Reason: computer-generated randomization Web-based, random number generator

 

Probably no;

 

Reason: not described

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Kayalha, 2019

Probably no;

 

Reason: ‘randomization by colorful cards’, no details provided

Probably no;

 

Reason: not described

Probably yes;

 

Reason: Patients and anesthesiologist were uninformed of the group assignment. No further details provided.

Definitely yes;

 

Reason: No loss to follow-up reported

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Kim, 2021

Definitely yes;

 

Reason: computer-generated randomization technique

Probably no;

 

Reason: not described

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Definitely yes;

 

Reason: No loss to follow-up reported

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Lu, 2021

Probably yes;

 

Reason: randomization by a random number table generated by SPSS

Definitely yes;

 

Reason: Sealed, opaque envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Probably no;

 

Reason: Somewhat frequent loss to follow-up (17.8% in intervention group)

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

Some concerns

Mahajan, 2019

Definitlely yes;

 

Reason: computer‑generated table of random numbers

Definitely yes;

 

Reason: Sealed, opaque envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Probably yes;

 

Reason: only loss to follow-up in the control group (17.8%)

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Moon, 2020

Probably yes;

 

Reason: drawing envelopes

Probably yes;

 

Reason: sealed envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Sohn, 2021

Probably yes;

 

Reason: Computer-generated block randomization with blocks of size 4

Probably yes;

 

Reason: sealed envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provider, data collectors were blinded. Analysts are not reported.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Tsaousi, 2020

Definitely yes;

 

Reason: computer-generated randomization technique

Probably yes;

 

Reason: sealed envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provide were blinded. Data collectors and analysts were not reported.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

Yazdi, 2022

Probably yes;

 

Reason: online random number table

Probably yes;

 

Reason: sealed envelopes were used

Probably yes;

 

Reason: Patient, health care provide were blinded. Data collectors and analysts were not reported.

Probably yes

 

Reason: Loss to follow-up was infrequent in intervention and control group.

Definitely yes

 

Reason: All relevant outcomes were reported;

Definitely yes;

 

Reason: No other problems noted

LOW

 

Evidence table for intervention studies – SRs – descriptives

 

Study reference

RCT reference

Study designs

Setting and country

Funding and conflicts of interest

N at baseline; age (sd)

Type of surgery;

timing of intervention

Intervention regime

Intervention

Control

Postoperative analgesia

Loss-to-follow-up / etamizole data

Ng, 2020

A: Wilder-Smith, 1997

B: Koinig, 1998

C: Zarauza, 2000

D: Schulz-Stübner, 2001

E: Levaux, 2003

F: Mavrommati, 2004

G: Bhatia, 2004

H: Ayoglu, 2005

I: Seyhan, 2006

J: Tauzin-Fin, 2006

K: Cizmeci, 2007

L: Tramer, 2007

M: Mentes, 2008

N: Benhaj Amor, 2008

O: Ryu, 2008

P: Oguzhan, 2008

Q: Kaya, 2009

R: Dabbagh, 2009

S: Hwang, 2010

T: Jaouda, 2010

U: Saadawy, 2010

V: Gozdemir, 2010

W: Koinig, 2011

X: Song, 2011

Y: Kiran, 2011

Z: Olgun, 2012

AA: Khafagy, 2012

BB: Kocman, 2013

CC: Kumar, 2013

DD: de Oliveira, 2013

EE: Ibrahim, 2014

FF: Kahraman, 2014

GG: Mireskandari, 2015

HH: Frassanito, 2015

II: Taheri, 2015

JJ: Kim, 2015

KK: Asadollah, 2015

LL: Shah, 2016

MM: Demiroglu, 2016

NN: Ryu, 2016

OO: Vickovic, 2016

PP: Muthiah, 2016

QQ: Shin, 2016

RR: Sousa, 2016

SS: Gucyetmez, 2016

TT: Shal, 2017

UU: Sohn, 2017

VV: Elsersy, 2017

WW: Haryalchi, 2017

XX: Walia, 2018

YY: Kizilcik, 2018

ZZ: Ahmed, 2018

A: RCT

B: RCT

C: RCT

D: RCT

E: RCT

F: RCT

G: RCT

H: RCT

I: RCT

J: RCT

K: RCT

L: RCT

M: RCT

N: RCT

O: RCT

P: RCT

Q: RCT

R: RCT

S: RCT

T: RCT

U: RCT

V: RCT

W: RCT

X: RCT

Y: RCT

Z: RCT

AA: RCT

BB: RCT

CC: RCT

DD: RCT

EE: RCT

FF: RCT

GG: RCT

HH: RCT

II: RCT

JJ: RCT

KK: RCT

LL: RCT

MM: RCT

NN: RCT

OO: RCT

PP: RCT

QQ: RCT

RR: RCT

SS: RCT

TT: RCT

UU: RCT

VV: RCT

WW: RCT

XX: RCT

YY: RCT

ZZ: RCT

A: n.s., Switserland

B: n.s., Austria

C: n.s., Spain

D: n.s., Germany

E: n.s., Belgium

F: n.s., Greece

G: n.s., India

H: n.s., Europe

I: n.s., Turkey

J: n.s., France

K: n.s., Turkey

L: n.s., Switserland

M: n.s., Turkey

N: n.s., France

O: n.s., South Korea

P: n.s., Turkey

Q: n.s., Turkey

R: n.s., Iran

S: n.s., South Korea

T: n.s., Tunesia

U: n.s., Egypt

V: n.s., Turkey

W: n.s., South Korea

X: n.s., South Korea

Y: n.s., India

Z: n.s., Turkey

AA: n.s., Egypt

BB: n.s., Croatia

CC: n.s., India

DD: n.s., USA

EE: n.s., Egypt

FF: n.s., Turkey

GG: n.s., Iran

HH: n.s., Italy

II: n.s., Iran

JJ: n.s., South Korea

KK: n.s., Iran

LL: n.s., India

MM: n.s., Turkey

NN: n.s., South Korea

OO: n.s., Serbia

PP: n.s., India

QQ: n.s., South Korea

RR: n.s., Brazil

SS: n.s., Turkey

TT: n.s., Egypt

UU: n.s., South Korea

VV: n.s., Egypt

WW: n.s., Iran

XX: n.s., India

YY: n.s., Turkey

ZZ: n.s., Egypt

A: n.s.

B: n.s.

C: n.s.

D: n.s.

E: n.s.

F: n.s.

G: n.s.

H: n.s.

I: n.s.

J: n.s.

K: n.s.

L: n.s.

M: n.s.

N: n.s.

O: n.s.

P: n.s.

Q: n.s.

R: n.s.

S: n.s.

T: n.s.

U: n.s.

V: n.s.

W: n.s.

X: n.s.

Y: n.s.

Z: n.s.

AA: n.s.

BB: n.s.

CC: n.s.

DD: n.s.

EE: n.s.

FF: n.s.

GG: n.s.

HH: n.s.

II: n.s.

JJ: n.s.

KK: n.s.

LL: n.s.

MM: n.s.

NN: n.s.

OO: n.s.

PP: n.s.

QQ: n.s.

RR: n.s.

SS: n.s.

TT: n.s.

UU: n.s.

VV: n.s.

WW: n.s.

XX: n.s.

YY: n.s.

ZZ: n.s.

A: 24; n.s. (n.s.)

B: 46; n.s. (n.s.)

C: 92; n.s. (n.s.)

D: 50; n.s. (n.s.)

E: 24; n.s. (n.s.)

F: 42; n.s. (n.s.)

G: 50; n.s. (n.s.)

H: 40; n.s. (n.s.)

I: 60; n.s. (n.s.)

J: 30; n.s. (n.s.)

K: 60; n.s. (n.s.)

L: 200; n.s. (n.s.)

M: 83; n.s. (n.s.)

N: 48; n.s. (n.s.)

O: 50; n.s. (n.s.)

P: 50; n.s. (n.s.)

Q: 40; n.s. (n.s.)

R: 60; n.s. (n.s.)

S: 40; n.s. (n.s.)

T: 38; n.s. (n.s.)

U: 80; n.s. (n.s.)

V: 60; n.s. (n.s.)

W: 58; n.s. (n.s.)

X: 84; n.s. (n.s.)

Y: 100; n.s. (n.s.)

Z: 60; n.s. (n.s.)

AA: 60; n.s. (n.s.)

BB: 60; n.s. (n.s.)

CC: 60; n.s. (n.s.)

DD: 46; n.s. (n.s.)

EE: 80; n.s. (n.s.)

FF: 38; n.s. (n.s.)

GG: 50; n.s. (n.s.)

HH: 40; n.s. (n.s.)

II: 40; n.s. (n.s.)

JJ: 60; n.s. (n.s.)

KK: 30; n.s. (n.s.)

LL: 108; n.s. (n.s.)

MM: 50; n.s. (n.s.)

NN: 74; n.s. (n.s.)

OO: 100; n.s. (n.s.)

PP: 40; n.s. (n.s.)

QQ: 44; n.s. (n.s.)

RR: 36; n.s. (n.s.)

SS: 70; n.s. (n.s.)

TT: 70; n.s. (n.s.)

UU: 62; n.s. (n.s.)

VV: 294; n.s. (n.s.)

WW: 40; n.s. (n.s.)

XX: 80; n.s. (n.s.)

YY: 80; n.s. (n.s.)

ZZ: 60; n.s. (n.s.)

A: Hysterectomy; Before anaesthesia induction

B: Arthroscopic knee

surgery; After anaesthesia induction

C: Colorectal surgery; Before anaesthesia induction

D: Pars plana vitrectomy; After anaesthesia induction

E: Lumbar orthopaedics

surgery; Before anaesthesia induction

F: Abdominal

hernioplasty; After anaesthesia induction

G: Open

cholecystectomy; Before anaesthesia induction

H: Abdominal surgery; Before anaesthesia induction

I: Total abdominal

hysterectomy; Before anaesthesia induction

J: Radical prostatectomy; After anaesthesia induction

K: Septorhinoplasty; Before anaesthesia induction

L: Ambulatory ilioinguinal

hernia repair/

varicose vein

operation; After anaesthesia induction

M: Laparoscopic

cholecystectomy; After anaesthesia induction

N: Open

cholecystectomy,

gastrojejunal

surgery; During anaesthesia induction

O: Abdominal

hysterectomy; Before anaesthesia induction

P: Lumbar orthopaedic

surgery; After anaesthesia induction

Q: Abdominal

hysterectomy; Before anaesthesia induction

R: Lower limb

orthopaedic surgery; After anaesthesia induction

S: Total hip arthroplasty; After anaesthesia induction

T: Gastrointestinal

surgery; Before anaesthesia induction

U: Laparoscopic

cholecystectomy; Before anaesthesia induction

V: Transurethral

prostatectomy; After anaesthesia induction

W: Abdominal

hysterectomy; After anaesthesia induction

X: Thyroidectomy; After anaesthesia induction

Y: Inguinal surgery; Before anaesthesia induction

Z: Laparoscopic

cholecystectomy; Before anaesthesia induction

AA: Open

cholecystectomy; After anaesthesia induction

BB: Elective subumbilical

surgery; Before anaesthesia induction

CC: Laparoscopic

cholecystectomy; Before anaesthesia induction

DD: Segmental

mastectomy; Before anaesthesia induction

EE: Lower extraperitoneal

and lower limb

surgery; Before anaesthesia induction

FF: Abdominal

hysterectomy; After anaesthesia induction

GG: Caesarean section; Before anaesthesia induction

HH: Total knee amputation; After anaesthesia induction

II: Abdominal

hysterectomy; Before anaesthesia induction

JJ: Endoscopic

submucosal

dissection of gastric

neoplasm; Before anaesthesia induction

KK: Hysterectomy/

Myomectomy; Before anaesthesia induction

LL: Lower abdominal and

lower limb surgery; After anaesthesia induction

MM: Lumbar disc surgery; After anaesthesia induction

NN: Laparoscopic

gastrectomy; After anaesthesia induction

OO: Abdominal,

orthopaedic,

urology surgery; Before anaesthesia induction

PP: Arthroscopic anterior

cruciate ligament

repair; Before anaesthesia induction

QQ: Bilateral total knee

amputation; During anaesthesia induction

RR: Laparoscopic

gynaecological

surgery; After anaesthesia induction

SS: Liver transplant; After anaesthesia induction

TT: Arthroscopic knee

surgery; Before anaesthesia induction

UU: Thoracoscopic

surgery; After anaesthesia induction

VV: Functional endoscopy

surgery; Before anaesthesia induction

WW: Total abdominal

hysterectomy; During anaesthesia induction

XX: Elective surgery; Before anaesthesia induction

YY: Sleeve gastrectomy; Before anaesthesia induction

ZZ: Thoracic surgery; Before anaesthesia induction

A: Bolus + infusion

B: Bolus + infusion

C: Bolus + infusion

D: Bolus

E: Bolus

F: Bolus + infusion

G: Bolus + infusion

H: Bolus + infusion

I: Bolus + infusion

J: Bolus

K: Bolus + infusion

L: Bolus

M: Infusion

N: Bolus + infusion

O: Bolus + infusion

P: Bolus + infusion

Q: Bolus + infusion

R: Infusion

S: Bolus + infusion

T: Bolus + infusion

U: Bolus + infusion

V: Infusion

W: Bolus + infusion

X: Bolus + infusion

Y: Infusion

Z: Bolus + infusion

AA: Infusion

BB: Infusion

CC: Bolus + infusion

DD: Bolus + infusion

EE: Bolus + infusion

FF: Infusion

GG: Bolus

HH: Bolus + infusion

II: Infusion

JJ: Infusion

KK: Bolus + infusion

LL: Bolus + infusion

MM: Infusion

NN: Bolus + infusion

OO: Bolus + infusion

PP: Infusion

QQ: Bolus + infusion

RR: Bolus + infusion

SS: Infusion

TT: Bolus + infusion

UU: Bolus + infusion

VV: Infusion

WW: Infusion

XX: Infusion

YY: Bolus + infusion

ZZ: Infusion

A: 200 mg/h

B: 8 mg/kg/h

C: 10 mg/kg/h

D: n.a.

E: n.a.

F: 6  mg/kg/h

G: 15  mg/kg/h

H: 8  mg/kg/h

I: 10  mg/kg/h, 20  mg/kg/h

J: n.a.

K: 8  mg/kg/h

L: n.a.

M: 50  mg/kg/h

N: 500 mg/h

O: 15  mg/kg/h

P: 10  mg/kg/h

Q: 500 mg/h

R: 8  mg/kg/h

S: 15  mg/kg/h

T: 10  mg/kg/h

U: 25  mg/kg/h

V: 80  mg/kg/h, 2 g/h

W: 15  mg/kg/h

X: 10  mg/kg/h

Y: 50  mg/kg/h

Z: 10  mg/kg/h

AA: 8  mg/kg/h

BB: 5  mg/kg/h

CC: 10 mg/kg/h

DD: 15 mg/kg/h

EE: 2  mg/kg/h

FF: 65  mg/kg/h

GG: n.a.

HH: 10  mg/kg/h

II: 50  mg/kg/h

JJ: 50  mg/kg/h

KK: 8  mg/kg/h

LL: 20  mg/kg/h

MM: 50  mg/kg/h

NN: 15  mg/kg/h

OO: 10  mg/kg/h

PP: 150 mg/h

QQ: 15  mg/kg/h

RR: 2  mg/kg/h

SS: 50  mg/kg/h

TT: 10  mg/kg/h

UU: 15  mg/kg/h

VV: 30  mg/kg/h

WW: 15  mg/kg/h

XX: 30  mg/kg/h

YY: 20  mg/kg/h

ZZ: 50  mg/kg/h

A: n.s.

B: n.s.

C: n.s.

D: n.s.

E: n.s.

F: n.s.

G: n.s.

H: n.s.

I: n.s.

J: n.s.

K: n.s.

L: n.s.

M: n.s.

N: n.s.

O: n.s.

P: n.s.

Q: n.s.

R: n.s.

S: n.s.

T: n.s.

U: n.s.

V: n.s.

W: n.s.

X: n.s.

Y: n.s.

Z: n.s.

AA: n.s.

BB: n.s.

CC: n.s.

DD: n.s.

EE: n.s.

FF: n.s.

GG: n.s.

HH: n.s.

II: n.s.

JJ: n.s.

KK: n.s.

LL: n.s.

MM: n.s.

NN: n.s.

OO: n.s.

PP: n.s.

QQ: n.s.

RR: n.s.

SS: n.s.

TT: n.s.

UU: n.s.

VV: n.s.

WW: n.s.

XX: n.s.

YY: n.s.

ZZ: n.s.

A: PCA morphine

B: IV fentanyl

C: PCA morphine

NSAIDs

IV paracetamol

IV metamizole

D: IV metamizol

IV nalbuphine

E: IV metamizol

IV nalbuphine

F: IV fentanyl

G: IV morphine

H: IV alfentanil

I: PCA morphine

J: PCA tramadol

PCA droperidol

K: IV meperidine

L: Oral/rectal NSAID

IV/IM opioid

M: PCA tramadol

N: PCA morphine

O: PCA mixture,

ketorolac and

morphine

P: PCA morphine

Q: PCA morphine

R: IV morphine

S: PCA mixture,

ketorolac and

morphine

T: PCA morphine

U: PCA morphine. The

actual dose was not

provided

V: IV pethidine

W: IV lidocaine

PCA fentanyl

X: Tab Ultracet

IM tramadol

Y: IV pethidine

IM diclofenac

Z: PCA morphine

AA: IV meperidine

BB: IV metamizol

IV diclofenac

IV tramadol

CC: IV morphine

DD: IV hydromorphone

EE: IV meperidine

FF: IV tramadol

GG: PCA morphine

HH: IV paracetamol

IV ketorolac

PCA morphine

II: IV pethidine

JJ: IV ketorolac

IV tramadol

KK: IV pethidine

LL: IV tramadol

MM: IM diclofenac

PCA tramadol

NN: PCA fentanyl

OO: IV fentanyl

PP: IV morphine

QQ: PCA fentanyl

IV ketoprofen

RR: PCA morphine

SS: IV tramadol

TT: IV pethidine

UU: IV morphine

IV fentanyl

IV NSAIDs"

VV: IV pethidine

WW: IV fentanyl

XX: IV propofol

YY: PCA morphine

IV fentanyl"

ZZ: PCA morphine

A: n.s.

B: n.s.

C: n.s.

D: n.s.

E: n.s.

F: n.s.

G: n.s.

H: n.s.

I: n.s.

J: n.s.

K: n.s.

L: n.s.

M: n.s.

N: n.s.

O: n.s.

P: n.s.

Q: n.s.

R: n.s.

S: n.s.

T: n.s.

U: n.s.

V: n.s.

W: n.s.

X: n.s.

Y: n.s.

Z: n.s.

AA: n.s.

BB: n.s.

CC: n.s.

DD: n.s.

EE: n.s.

FF: n.s.

GG: n.s.

HH: n.s.

II: n.s.

JJ: n.s.

KK: n.s.

LL: n.s.

MM: n.s.

NN: n.s.

OO: n.s.

PP: n.s.

QQ: n.s.

RR: n.s.

SS: n.s.

TT: n.s.

UU: n.s.

VV: n.s.

WW: n.s.

XX: n.s.

YY: n.s.

ZZ: n.s.

 

 

Postoperative pain 24h

 

Postoperative morphine consumption – 24h

Adverse events: bradycardia

Study reference

Studies

Intervention

Control

Intervention

Control

Intervention

Control

 

 

Mean

SD

N

Mean

SD

N

Mean

SD

N

Mean

SD

N

Events

Total

 

Events

Total

 

Ng, 2020

A: Wilder-Smith, 1997

 

 

 

 

 

 

41.8

9.6

13

46.8

14.1

11

 

 

 

 

 

 

B: Koinig, 1998

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

C: Zarauza, 2000

2.0

1.5

23

1.0

1.0

24

39.8

9.2

23

46.6

11.3

24

0

23

 

0

24

 

D: Schulz-Stübner, 2001

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

E: Levaux, 2003

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

F: Mavrommati, 2004

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

G: Bhatia, 2004

3.34

3.93

25

3.85

3.14

25

13.7

2.97

25

15.1

2.71

25

 

 

 

 

 

 

H: Ayoglu, 2005

1.3

0.3

20

0.5

0.3

20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

I: Seyhan, 2006

 

 

 

 

 

 

54.8

12.8

20

64.0

10.2

20

0

60

 

0

20

 

J: Tauzin-Fin, 2006

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

K: Cizmeci, 2007

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

L: Tramer, 2007

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M: Mentes, 2008

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

N: Benhaj Amor, 2008

 

 

 

 

 

 

34.0

4.0

24

52.0

4.0

24

 

 

 

 

 

 

O: Ryu, 2008

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

P: Oguzhan, 2008

 

 

 

 

 

 

12.0

6.06

25

23.0

10.9

25

 

 

 

 

 

 

Q: Kaya, 2009

 

 

 

 

 

 

30.2

10.2

20

36.7

7.3

20

4

20

 

0

20

 

R: Dabbagh, 2009

3.4

0.6

30

3.5

0.8

30

4.2

1.6

30

9.8

2.1

30

 

 

 

 

 

 

S: Hwang, 2010

2.0

1.56

20

3.83

1.04

20

 

 

 

 

 

 

2

20

 

1

20

 

T: Jaouda, 2010

 

 

 

 

 

 

45.3

9.1

21

44.5

6.4

21

 

 

 

 

 

 

U: Saadawy, 2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

V: Gozdemir, 2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

30

 

3

30

 

W: Koinig, 2011

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

X: Song, 2011

3.0

1.56

28

2.84

2.94

56

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Y: Kiran, 2011

0.78

0.68

50

1.3

0.46

50

 

 

 

 

 

 

0

50

 

0

50

 

Z: Olgun, 2012

1.0

2.1

30

1.4

1.0

30

12.0

6.06

25

23.0

10.9

25

 

 

 

 

 

 

AA: Khafagy, 2012

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

BB: Kocman, 2013

1.6

1.5

20

1.3

1.6

20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

CC: Kumar, 2013

 

 

 

 

 

 

3.99

1.25

30

7.13

2.68

30

 

 

 

 

 

 

DD: de Oliveira, 2013

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

EE: Ibrahim, 2014

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

40

 

2

40

 

FF: Kahraman, 2014

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

GG: Mireskandari, 2015

2.26

0.45

25

2.36

0.49

25

4.36

1.4

25

7.2

1.9

25

 

 

 

 

 

 

HH: Frassanito, 2015

 

 

 

 

 

 

13.9

5.9

20

14.4

10.7

20

 

 

 

 

 

 

II: Taheri, 2015

4.6

0.94

20

5.9

0.45

20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

JJ: Kim, 2015

1.5

1.0

28

2.5

1.76

29

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

KK: Asadollah, 2015

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

LL: Shah, 2016

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MM: Demiroglu, 2016

4.17

1.51

25

3.17

0.69

25

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

NN: Ryu, 2016

4.0

6.17

37

5.3

6.94

37

 

 

 

 

 

 

0

37

 

0

37

 

OO: Vickovic, 2016

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

PP: Muthiah, 2016

 

 

 

 

 

 

8.015

3.884

40

10.58

4.51

20

 

 

 

 

 

 

QQ: Shin, 2016

1.9

0.9

22

2.9

1.1

22

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

RR: Sousa, 2016

 

 

 

 

 

 

5.7

6.2

18

12.0

6.3

18

 

 

 

 

 

 

SS: Gucyetmez, 2016

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

TT: Shal, 2017

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

UU: Sohn, 2017

3.5

1.1

29

3.8

1.6

33

35.1

20.0

29

44.7

16.6

33

 

 

 

 

 

 

VV: Elsersy, 2017

4.5

3.08

146

6.0

4.66

148

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

WW: Haryalchi, 2017

5.95

0.94

20

5.9

0.45

20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

XX: Walia, 2018

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

40

 

0

40

 

YY: Kizilcik, 2018

 

 

 

 

 

 

21.13

4.33

40

26.5

5.77

40

 

 

 

 

 

 

ZZ: Ahmed, 2018

 

 

 

 

 

 

40.87

4.4

30

42.2

6.1

30

 

 

 

 

 

 

 

Evidence table for intervention studies (additional randomized controlled trials)

 

Study reference

Study characteristics

Patient characteristics 2

Intervention (I)

Comparison / control (C) 3

 

Follow-up

Outcome measures and effect size 4

Comments

Benevides, 2021

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Academic hospital, Brasil

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

patients aged between 18 and 65

years, ASA physical

status I to III and scheduled to undergo abdominal hysterectomy

 

Exclusion criteria:

BMI ≥ 40 kg m−2, previous abdominal surgery (except cesarean delivery), oncological

surgery, severe cardiovascular, renal, and hepatic dysfunction, neuromuscular diseases, using calcium channel

blockers, and inappropriate for spinal anesthesia

 

N total at baseline:

Intervention: 47

Control: 45

 

Important prognostic factors2:

For example

age ± SD:

I: 44.5 ± 6.7

C: 45.9 ± 7.7

 

ASA (I/II/III)

I: 20/24/1

C: 18/22/1

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

IV Magnesium Sulfate (MgSO4) 50 mg kg−1 (regarding the ideal body weight) in 100 mL of

isotonic saline over 15 minutes immediately before spinal anesthesia, and then 15 mg kg.−1 h−1 until the end of the operation (MgSO4 at a concentration of 100 mg mL−1)

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

the same volume of isotonic saline over the same period

Length of follow-up:

24 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N=0

 

Control:

N=1 (2.2%)

Reason: Conversion to general anesthesia

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N=2 (4.3%)

Reasons: excluded from analysis due to missing data

 

Control:

N= 3 (6.8%)

Reasons: excluded from analysis due to missing data

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

VAS score (24 hours, median (IQR))

I: 1.2 (0-3)

C: 2 (0-4.5)

 

Tramadol consumption (mg)

I: 15.5 ± 36.6

C: 29.2 ± 67.8

 

Bradycardia:

“The incidence of bradycardia was similar between groups:

Group Mg, 11.1%, and Group C, 0% (p = 0.05).”

Author’s conclusion:

 

“Intraoperative administration

of MgSO4 (50 mg kg−1 boluses followed by 15 mg kg−1 h−1 continuous infusions) during AH under spinal anesthesia with 100 g ITM reduced postoperative pain scores at 6 hours (at rest and on movement) but did not reduce at 24 hours.

We also found that magnesium sulfate had no impact on

tramadol consumption, with any notable adverse events.”

Dehkordy, 2020

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Shohada Tajrish, training hospital

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

patients between 20–80 years old with ASA physical status 1 or 2 who were undergoing posterior lumbar spinal fusion surgery

 

Exclusion criteria:

hepatic, cardiovascular, renal dysfunction, neuromuscular diseases,

coagulopathy, pre-existing pain syndrome, opioid or analgesic abuse,

prior treatment with calcium channel blockers, and hypermagnesemia

 

N total at baseline:

Intervention: 40

Control: 40

 

Important prognostic factors2:

For example

age ± SD:

I: 49.9 ± 12.1

C: 45.7 ± 12.7

 

Sex:

I: 42.5% M

C: 35% M

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

an initial bolus of magnesium sulphate 50 mg/kg in 100 mL saline

over 15 min, before the induction was administered followed by a

continuous 15 mg/kg/h infusion during the operation

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

The same volume of isotonic saline was used for the control group in the same

manner as mentioned for the treatment group

Length of follow-up:

48 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

Not reported

 

Control:

Not reported

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Cumulative morphine consumption (mean, SD)

I: 38 (13.5)

C: 53 (16)

 

VAS score at 24 hours (scale 0-100) (mean SD)

I: 23 (21)
C: 32.8 (22.5)

 

Bradycardia:

“Bradycardia during the operation was experienced by four and seven patients

in the magnesium and control group respectively and was insignificant (p = 0.062)”

Author’s conclusion:

 

Perioperative magnesium sulfate infusion improves postoperative

analgesia, decreases the amount of morphine consumption after the

operation and does not change the intraoperative bleeding in patients undergoing posterior lumbar spinal fusion surgery.

El Mourad, 2019

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Egypt January 2018 to May 2018

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

patients of either gender, aged

18–60 years old with a BMI ≥35 kg/m2  and

classified as ASA I‑II

physical status

 

Exclusion criteria:

previous abdominal surgery or with hepatic or renal insufficiency, severe respiratory or cardiac disorders,

pregnancy or lactation, heart block, allergy to any of the study drugs, hyper or hypomagnesaemia, on beta‑blockers,

calcium‑channel blockers, sedatives or antipsychotics

 

N total at baseline:

Intervention: 40

Control: 40

 

Important prognostic factors2:

For example

age ± SD:

I: 31.2±8.5

C: 30.0±7.8

 

Sex:

I: 72.5% M

C: 85% M

 

ASA I/II:

I: 67.5% / 32.5%

C: 75% / 25%

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

100 ml of 30 mg/kg MgSo4

in 0.9% normal saline was infused over 10 min with IP

instillation of 30 ml normal saline.

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

100 ml 0.9% normal saline was infused over 10 min with IP instillation of 30 ml normal saline

Length of follow-up:

24 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

24 h postoperative rescue morphine (mg)

I: 7.4±3.1

C: 9.10±2.1

 

Bradycardia

I: 1/40

C: 4/40

P=0.346

 

Postoperative VAS score (24 hours):

No raw data, presented in figures. Pain scores were similar (both approx. 3.5 to 4).

P= 0.193

Author’s conclusion:

 

Administration of MgSO4 30mg/kg as IV or IP anesthesia adjunct effectively blunted the hemodynamic stress response to pneumoperitoneum and enhanced the quality of postoperative analgesia with no serious adverse

events in obese patients undergoing LSG.

Farouk, 2021

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Egypt

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

male patients between 20 and 60 years of age with ASA physical status I or II, with uncomplicated

bilateral inguinal hernias

 

Exclusion criteria:

patients who refused to participate in the study; patients with impaired mental status; patients suffering from coagulation disorders; patients with histories of allergic reactions

to local anesthetics; patients suffering from severe cardiac, respiratory, hepatic, renal, or neuropsychiatric disorders;

and patients with histories of chronic use/abuse of sedatives, narcotics, and of alcohol, or other drug abuse

 

N total at baseline:

Intervention: 20

Control: 20

 

Important prognostic factors2:

For example

age ± SD:

I: 37.8 ± 7.48

C: 39.2 ± 6.79

 

ASA (I/II)

I: 14/6

C: 11/9

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

Drug infusion was initiated directly before spinal anesthesia. Group M patients received MgSO4 in a dosage of 50 mL of 0.9% saline infused at a rate of 15 mg.kg-1.h-1. Drug infusion continued until the end of the surgery.

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

Drug infusion was initiated directly before spinal anesthesia. Group S patients

received 50 mL of 0.9% saline solution. Drug infusion continued until the end of the surgery.

Length of follow-up:

24 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

24h Morphine consumption (mg, mean SD)

I: 9.5 ± 2.44

C: 12.8 ± 2.36

Author’s conclusion:

 

Intravenous infusion

of MgSO4 with spinal anesthesia would effectively improve the quality of spinal anesthesia, prolong the duration of postoperative analgesia, and decrease the 24-hour postoperative morphine consumption.

Gao, 2020

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Affiliated Hospital of

North Sichuan Medical College, China from July 2019 to October 2019

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

patients aged 18–55 years old,

with ASA physical status I or II, scheduled for hysteroscopy

 

Exclusion criteria:

cardiovascular disease (ejection fraction <

40%, atrioventricular conductance disturbance, hypertension, coronary heart disease, or cerebrovascular disease), liver dysfunction (transaminases above the normal level), renal failure (creatine > 150 μmol/L), preoperative opioids use, neurological disorder, diabetes, BMI > 30 kg/m2 , history of neuromuscular disease, history of

chronic pain, drugs or alcohol abuse

 

N total at baseline:

Intervention: 35

Control: 35

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 37.3 ± 8.9

C: 37.0 ± 8.8

 

Sex:

NR

 

ASA I/II

I: 14/19

C: 13/21

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

IV magnesium sulfate (Brilliant Pharmaceutical Co., Ltd.) 50 mg/kg in 100 ml of isotonic saline over 15 min before anesthesia induction and then 15 mg/kg per hour by continuous IV infusion until the end of the procedure

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

an equal volume of isotonic saline as a placebo

Length of follow-up:

4 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 2 (%)

Reasons: refused to follow up (n=2)

 

Control:

N = 1 (%)

Reasons: refused to follow up (n=1)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N (%)

Reasons (describe)

 

Control:

N (%)

Reasons (describe)

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Bradycardia (HR < 50 bpm)

I: 0 (0%)

C: 0 (0%)

 

Author’s conclusion:

 

In hysteroscopy, adjuvant magnesium administration is

beneficial to reduce intraoperative fentanyl requirement

and postoperative pain without cardiovascular side effects

Kayalha, 2019

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Hospital in Iran from 2016 to 2017

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

aged from 45 to 75 years entered

into the study who were candidates for surgery of the

lower limb fracture (femur and hip) by spinal anesthesia

and were in Class of I and II based on ASA classification

 

Exclusion criteria:

Diabetic disease, liver dysfunction, kidney dysfunction, cardiac blocks, high blood pressure, neurological disorders,

myopathy, opioid or alcohol usage, pregnancy, magnesium

supplement usage, blocker calcium usage, and surgery

duration with more than 2 h along with back pain

 

N total at baseline:

Intervention: 30

Control: 30

 

Important prognostic factors2:

 

age ± SD:

I: 60.23±10.5

C: 61.06±10.4

 

Sex:

I: 53.3% M

C: 70% M

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

Group M received a low

dose of magnesium (5 mg/kg) plus 250 cc normal saline during 15 min after block, in the case of stable vital signs and hypotension <20%.

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

Group C received only a dose of 250 cc normal saline.

Length of follow-up:

48 hours

 

Loss-to-follow-up:

Not reported

 

Incomplete outcome data:

Not reported

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

VAS scores 24 h (median IQR)

I: 4 [1]

C: 5 [1]

P = 0.000

 

Opioid requirement after surgery, 24 hours (median [IQR]

I: 20 mg [3]

C: 25 mg [3]

P = 0.001

Author’s conclusion:

 

A dose 5 mg/kg/intravenous magnesium sulfate has no effect on the decreasing pain score and reducing physical dissatisfaction at the first time (4 and 6 h) after surgery. These factors had significantly better results in the magnesium group at 12, 24, and 48 h after surgery.

Kim, 2021

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

South Korea

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

Males between 19 and 85 years, ASA physical status 1 or 2, and elective robotic radical prostatectomy

 

Exclusion criteria:

chronic pain, prior use of opioid or

corticosteroids, cardiac arrhythmia, hepatic or renal dysfunction, epilepsy, neuromuscular

disease, allergy to magnesium sulfate, and a high serum magnesium concentration on preoperative evaluation

 

N total at baseline:

Intervention: 30

Control: 30

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 63 ± 7

C: 65 ± 7

 

ASA (1/2)

I: 10/20

C: 7/23

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

IV magnesium sulfate (Masi 10%; Daihan, Seoul,

Korea) 50 mg/kg diluted with 0.9% saline to a

total volume of 100 mL over 10 min before anesthesia induction at the pre-anesthetic care unit, followed by continuous infusion at the rate of 10 mg/kg/h during surgery

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

an equal volume of 0.9% saline as a placebo with the same protocol

Length of follow-up:

24 h

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N=4 (13.3%)

Reasons: failure in 26blood sampling

 

Control:

N=4 (13.3%)

Reasons: failure in blood sampling

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Bradycardia

I: 3/26 (10%)

C: 1/26 (3%)

 

 

NRS score (24 hours, mean ± SD)

I: 1.6 ± 0.7

C: 1.8 ± 0.8

Author’s conclusion:

 

“There is a possibility that intravenous magnesium administration during surgery reduces the increases in arterial pressure and cortisol concentration, opioid requirements, and postoperative pain in patients undergoing robotic radical prostatectomy.”

Lu, 2021

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

China

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

Patients undergoing elective

general anaesthesia with laparoscopic cholecystectomy,

aged between 20 and 65 years, with a primary school

education or above, ASA grade I or II and a BMI from 18.5 to 28 kg m2

 

Exclusion criteria:

pregnancy or breastfeeding; severe heart, liver or kidney disease; mental or

neurological disorders; chronic use of opioid analgesics;

contraindications or hypersensitivity to lidocaine or magnesium sulphate; patients living with or deemed to be

susceptible to anxiety and depression

 

N total at baseline:

Intervention: 45

Control: 45

 

Important prognostic factors2:

 

age ± SD:

I: 46.8  13.3

C: 45.4  11.7

 

Sex:

I: 21.6% M

C: 27.5% M

 

ASA I/II

I: 11/26

C: 10/30

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

magnesium sulphate (20 mg/ kg) was given 10 min prior to intubation, and the respective treatment was then provided at a rate of 20 mg/kg/h until the gallbladder was removed. The concentration of magnesium sulphate was 50 mg ml-1

 

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

Saline according to the same protocol

Length of follow-up:

2 days

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 8 (17.8%)

Reasons: did not cooperate with investigation (n=5), discontinued intervention (n=2), excluded from analysis due to severe subcutaneous emphysema (n=1)

 

 

Control:

N = 5 (11.1%)

Reasons: did not cooperate with investigation (n=4), discontinued intervention (n=1)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N=0

 

Control:

N=0

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Bradycardia

I: 6/37 (16.2%)

C: 11/40 (27.5%)

 

NRS POD1 (median [IQR])

I: 2.0 [2.0 to 2.0]

C: 3.0 [3.0 to 3.0]

Author’s conclusion:

 

The results show that magnesium sulphate

improved the QoR through improving physical comfort and physical independence in patients after laparoscopic cholecystectomy

Mahajan, 2019

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

India

 

Funding and conflicts of interest:

Academic funding, no conflicts of interest

Inclusion criteria:

aged 18‑60 years,

ASA physical status I and II, with Glasgow coma scale (GCS) of 15 undergoing elective craniotomy

 

Exclusion criteria:

cardiovascular (such as atrio‑ventricular

block), respiratory, hepatic or renal disease, on treatment

with calcium channel blockers, mental disability; who had a

brain tumor larger than 30 mm in any dimension, patients

with neurological/cognitive deficits (precluding their use of a

patient‑controlled analgesia device), and patients with known allergy to any of the study medications or history of myopathy or substance abuse

 

N total at baseline:

Intervention: 15

Control: 15

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 34.7±10.2

C: 37.4±9.9

 

Sex:

I: 66.7% M

C: 60 % M

 

ASA (I/II)

I: 1/14

C: 1/14

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

Patients were given Magnesium sulphate (50%)

50 mg/kg over 15 min, followed by infusion at the rate of 25 mg/kg/hr (6 ml/hr).

 

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

Patients were given a 10 ml bolus of 0.9% normal

saline over 15 min, followed by an infusion of 6 ml/hr

Length of follow-up:

24 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 1 (6.7%)

Reasons: not extubated (n=1)

 

Control:

N = 2 (13.3%)

Reasons: not extubated (n=1), reintubated (n=1)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

VAS score (scale 0-100), 24 hours

I: 15±2.65

C: 18.49±2.21

 

Fentanyl 24 hours (mcg, mean SD)

I: 194 ± 148.9

C: 383 ± 168.2

Author’s conclusion:

 

intraoperative infusion of

magnesium decreases the postoperative opioid

requirement in patients undergoing craniotomy for excision of supratentorial tumours. It also resulted in lower VAS score over first 24 hours, implying better pain relief in patients.

Moon, 2020

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

India

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

patients, aged 20 to 60 years, with

ASA physical status I or II, scheduled for elective laparoscopic gynecologic surgery

 

Exclusion criteria:

allergy to magnesium sulfate, vitamin C, or any other study drugs; cardiovascular, neuromuscular, renal, or hepatic disease, diabetes, cancer; opioid or analgesic abuse; and treatment with calcium channel blockers

 

N total at baseline:

Intervention: 33

Control: 33

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 40.3 ± 11.6

C: 41.9 ± 10.0

 

ASA (I/II)

I: 21/10

C: 25/5

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

40 ml solution of 40 mg/kg of magnesium sulfate and isotonic saline is injected at a rate of 120 ml/h for 20 min as a bolus immediately prior to anesthesia induction. Subsequently, 40 ml of the same solution is infused at a rate of 10 ml/h by continuous intravenous infusion until the end of the operation (for an infusion of 10 mg/kg/h).

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

40 ml of isotonic saline

is injected at a rate of 120 ml/h for 20 min as a bolus immediately prior to anesthesia induction. Subsequently, 40 ml of

isotonic saline is infused at a rate of 10 ml/h by continuous

intravenous infusion until the end of the operation.

Length of follow-up:

48 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 2 (6.1%)

Reasons: postoperative vomiting (n=2)

 

Control:

N = 3 (9.1%)

Reasons: postoperative vomiting (n=3)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Cumulative postoperative fentanyl consumption at 24 hours (mcg)

No raw data, results were presented in figures. Fentanyl consumption was approximately 240 mcg vs. 325 mcg in magnesium and control group, respectively.

 

NRS scores at 24 hours

No raw data, results were presented in figures. Median pain scores were approximately 3 (IQR 2-5) in the control group and 3 (IQR 1 – 4) in the magnesium group.

 

Author’s conclusion:

 

single use of either magnesium sulfate or vitamin C showed similar reduction of fentanyl consumption in laparoscopic gynecologic surgeries. Moreover, combined use of the two substances significantly reduced postoperative fentanyl consumption and pain scores even in comparison to use of either of the two alone. Therefore, simultaneous infusion of magnesium sulfate and vitamin C may provide an additional analgesic effect and constitute a useful approach for postoperative pain management

Sohn, 2021

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

South Korea

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

Patients receiving intraoperative neurophysiological monitoring while undergoing

major spine surgery; decompression, fusion, laminoplasty, or tumorectomy

 

Exclusion criteria:

ASA classification ≥IV, BMI < 15 or >35 kg m2, not using postoperative intravenous PCA, presence of renal, hepatic, or cardiovascular dysfunction, neuromuscular disease, admission to the ICU at the end of surgery, under medication with calcium channel blockers or magnesium,

refusal to participate in the study, anesthesia time > 5 h preventing excessive

infusion of MgSO4, any other physical or mental illness rendering them incapable of answering the pain score

 

N total at baseline:

Intervention: 36

Control: 36

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 56.5 ± 13.7

C: 56.5 ± 14.7

 

Sex:

I: 41.2% M

C: 50% M

 

ASA (I/II/III)
I: 7/22/5

C: 7/22/5

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

Following intubation, patients received MgSO4 30 mg/kg i.v. for 10 min, followed by continuous infusion of 15 mg/kg/h

during the surgery

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

same volume of isotonic saline following the same regimen

Length of follow-up:

48 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 2 (5.6%)

Reasons: discontinued intervention (n=1), operating time > 5 hours (n=1)

 

Control:

N = 2 (5.6%)

Reasons: discontinued intervention (n=1), operating time > 5 hours (n=1)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

 

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Postoperative NRS scores, 24 h (mean SD)

I: 3.2 ± 1.7

C: 4.4 ± 1.8

 

Postoperative fentanyl consumption, 24h (mcg)

I: 284.8 ± 234.7

C: 426.2 ± 268.4

Author’s conclusion:

 

“In conclusion, preventive MgSO4 reduces postoperative pain intensity and opioids

consumption at 24 and 48 h after surgery. The intraoperative benefit of MgSO4 is the lack of any interference to neurophysiological monitoring without the need for additional NMB drugs while maintaining depth of block. With these reasons, we recommend that

anesthesiologists and surgeons consider MgSO4 as an essential part of multimodal analgesic

therapy to improve patient safety and outcomes for the patients who are undergoing

painful surgery.”

Tsaousi, 2020

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Greece

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

aged from 18 to 80 years, of both sexes, belonging to ASA physical status 1–3 scheduled to undergo an elective or semi-elective single-space lumbar spine laminectomy surgery

 

Exclusion criteria:

Chronic use of calcium channel or b-blocker, supplementation with

magnesium, low-baseline heart rate (< 50 beats /min), cardiac conductance abnormalities and/or any other cardiac comorbidities, severe

hepatic or renal dysfunction, neurological or psychiatric disorders, drug or alcohol abuse, pregnancy or breastfeeding, hypersensitivity reactions to magnesium, and consumption of any form of analgesics in last 24 h.

 

N total at baseline:

Intervention: 37

Control: 37

 

Important prognostic factors2:

 

age ± SD:

I: 55.9 ± 10.8              

C: 49 ± 15

 

 

Sex:

I: 37.1% M

C: 41.6% M

 

ASA I or II

I: 88.5%

C: 72.2%

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

magnesium sulphate 20 mg/kg diluted in isotonic

saline to a volume of 100 ml was infused as an i.v. bolus

dose over 15 min before anesthesia induction and thereafter 20 mg/kg/

h was continuously infused until surgery completion

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

identical preparations containing isotonic saline being treated as if it was a magnesium sulphate solution

Length of follow-up:

 

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 2 (5.4%)

Reasons: analgesic protocol violation (n=1), incomplete data acquisition (n=1)

 

Control:

N =1 (2.7%)

Reasons: late study withdrawal (n=1)

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 1, therefore excluded

 

Control:

N = 0

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

Bradycardia:

I: 2/35

C: 0/36

 

24h Cumulative postoperative analgesic consumption (MME iv, mg), mean SD

I: 5.33 ± 3.88

C: 14.58 ± 4.79

 

VAS score 24 hours
No raw data, results were presented in figures. Median pain scores were approximately 1 [IQR 0-2] for magnesium and 2 [IQR 2-3] for control.

Author’s conclusion:

 

“magnesium sulphate infusion during lumbar laminectomy procedures could serve as a beneficial component of a multimodal pain management plan as it seems to potentiate perioperative analgesia and reduce analgesic requirements up to 24 h after surgery completion. Moreover, no profound adverse effect on either intraoperative hemodynamics or any other clinically relevant endpoints is to be encountered by this practice.”

Yazdi, 2022

Type of study:

RCT

 

Setting and country:

Iran

 

Funding and conflicts of interest:

None

Inclusion criteria:

candidates for major cancer abdominal surgery with open laparotomy and ASA physical status I–II

 

Exclusion criteria:

magnesium sulfate allergy, opioid dependency, addiction, neuromuscular disease, low ejection fraction (< 40%), liver and kidney failure, and dissatisfaction with participating in the study

 

N total at baseline:

Intervention: 42

Control: 42

 

Important prognostic factors2:

age ± SD:

I: 54.8 ± 15.9

C: 57.2 ± 15.6

 

Sex:

I: 42.5% M

C: 35.7% M

 

ASA I/II

I: 31/9

C: 35/7

 

Groups comparable at baseline?

Yes

Describe intervention (treatment/procedure/test):

 

25 mg/kg of magnesium sulfate was injected i.v. for 1 h. After ICU transfer, magnesium sulfate was infused with 100 mg/kg/d saline solution

Describe  control (treatment/procedure/test):

 

15 ml/L sterile distilled water was added to isotonic saline as placebo, and infused intravenously

Length of follow-up:

24 hours

 

Loss-to-follow-up:

Intervention:

N = 2 (%)

Reasons: did not receive allocated intervention (n=2)

 

Control:

N = 0

 

Incomplete outcome data:

Intervention:

N = 0

 

Control:

N = 0

Outcome measures and effect size (include 95%CI and p-value if available):

 

Morphine intake, 24 hours (mg), mean ± SD.

I: 8 ± 3.5

C: 13.2 ± 5.7

 

NRS score at 24 h, mean ± SD.

I: 1.16 ± 1

C: 3.05 ± 1.240

Author’s conclusion:

 

prescribing magnesium in the form of bolus and infusion in the ICU can reduce pain levels and morphine dosage, during the first 24 h after abdominal surgery, which does not result to any significant complications

 

Table of excluded studies

Reference

Reason for exclusion

Abdelgalil A, Shoukry AA, Kamel MA, Heikal AMY, Ahmed NA. Analgesic Potentials of Preoperative Oral Pregabalin, Intravenous Magnesium Sulfate, and their Combination in Acute Postthoracotomy Pain. Clin J Pain. 2019 Mar;35(3):247-251. doi: 10.1097/AJP.0000000000000673. PMID: 30730476.

Wrong population

Adhikary SD, Thiruvenkatarajan V, McFadden A, Liu WM, Mets B, Rogers A. Analgesic efficacy of ketamine and magnesium after laparoscopic sleeve gastrectomy: A randomized, double-blind, placebo-controlled trial. J Clin Anesth. 2021 Feb;68:110097. doi: 10.1016/j.jclinane.2020.110097. Epub 2020 Oct 23. PMID: 33120301.

Wrong intervention

Bansal, K., Santpur, M. U., Garg, U., Goel, K., Vijay, D., & Venugopal, T. Effect of intravenous magnesium sulphate on hemodynamic response to pneumoperitoneum in laparoscopic cholecystectomy: A prospective, double blind study. Anaesthesia, Pain & Intensive Care. 2021; 290-294.

Wrong outcomes

Choi GJ, Kim YI, Koo YH, Oh HC, Kang H. Perioperative Magnesium for Postoperative Analgesia: An Umbrella Review of Systematic Reviews and Updated Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials. J Pers Med. 2021 Dec 2;11(12):1273. doi: 10.3390/jpm11121273. PMID: 34945745; PMCID: PMC8708823.

Wrong publication type

Deshpande JP, Patil KN. Evaluation of magnesium as an adjuvant to ropivacaine-induced axillary brachial plexus block: A prospective, randomised, double-blind study. Indian J Anaesth. 2020 Apr;64(4):310-315. doi: 10.4103/ija.IJA_833_19. Epub 2020 Mar 28. PMID: 32489206; PMCID: PMC7259414.

Wrong intervention

Fei S, Xia H, Chen X, Pang D, Xu X. Magnesium sulfate reduces the rocuronium dose needed for satisfactory double lumen tube placement conditions in patients with myasthenia gravis. BMC Anesthesiol. 2019 Aug 31;19(1):170. doi: 10.1186/s12871-019-0841-4. PMID: 31472669; PMCID: PMC6717642.

Wrong outcomes

Gol M, Aghamohammadi D. Effect of intravenous infusion of magnesium sulfate on opioid use and hemodynamic status after hysterectomy: double-blind clinical trial. The Iranian Journal of Obstetrics, Gynecology and Infertility. 2019;22(7):32-8.

Wrong language

Hassan WF, Tawfik MH, Nabil TM, Abd Elkareem RM. Could intraoperative magnesium sulphate protect against postoperative cognitive dysfunction? Minerva Anestesiol. 2020 Aug;86(8):808-815. doi: 10.23736/S0375-9393.20.14012-4. Epub 2020 May 22. PMID: 32449335.

Wrong outcomes

Hassan ME, Mahran E. Effect of magnesium sulfate with ketamine infusions on intraoperative and postoperative analgesia in cancer breast surgeries: a randomized double-blind trial. Braz J Anesthesiol. 2021 Jul 29:S0104-0014(21)00296-7. doi: 10.1016/j.bjane.2021.07.015. Epub ahead of print. PMID: 34332956.

Wrong comparison

Jitsinthunun T, Raksakietisak M, Pantubtim C, Mahatnirunkul P. Effects of Magnesium Sulfate on Intraoperative Blood Loss and Anesthetic Requirement in Meningioma Patients Undergoing Craniotomy with Tumor Removal: A Prospective Randomized Study. Journal of Neuroanaesthesiology and Critical Care. 2022 Jul 20.

Wrong outcomes

Kamel AA, Ibrahem Amin OA. The Effect of preoperative nebulized: Magnesium sulfate versus lidocaine on the prevention of post-intubation sore throat. Egyptian Journal of Anaesthesia. 2020 Jan 1;36(1):1-6.

Wrong intervention

Kosucu M, Tugcugil E, Arslan E, Omur S, Livaoglu M. Effects of perioperative magnesium sulfate with controlled hypotension on intraoperative bleeding and postoperative ecchymosis and edema in open rhinoplasty. Am J Otolaryngol. 2020 Nov-Dec;41(6):102722. doi: 10.1016/j.amjoto.2020.102722. Epub 2020 Sep 14. PMID: 32950829.

Wrong outcomes

Mashak B, Pouryaghobi SM, Rezaee M, Rad SS, Ataei M, Borzabadi A. Evaluation of the Effects of Magnesium Sulfate on Prevention of Post-dural-Puncture Headache in Elective Cesarean in Kamali Hospital. ELECTRON J GEN MED. 2020;17(3), em199.

Wrong outcomes

Masoudifar, M., Mostashfi, M., Hirmanpour, A. Comparative Study of the Effect of Prophylactic Administration of Two Doses of Magnesium Sulfate and Placebo on Cardiovascular Changes during General Anesthesia in Gynecologic Laparoscopic Surgeries. Journal of Isfahan Medical School, 2019; 37(528): 572-579. doi: 10.22122/jims.v37i528.11214

Wrong language

Mendonça FT, Pellizzaro D, Grossi BJ, Calvano LA, de Carvalho LSF, Sposito AC. Synergistic effect of the association between lidocaine and magnesium sulfate on peri-operative pain after mastectomy: A randomised, double-blind trial. Eur J Anaesthesiol. 2020 Mar;37(3):224-234. doi: 10.1097/EJA.0000000000001153. PMID: 31977625.

Wrong comparator

Modir H, Modir A, Rezaei O, Mohammadbeigi A. Comparing remifentanil, magnesium sulfate, and dexmedetomidine for intraoperative hypotension and bleeding and postoperative recovery in endoscopic sinus surgery and tympanomastoidectomy. Med Gas Res. 2018 Jul 3;8(2):42-47. doi: 10.4103/2045-9912.235124. PMID: 30112164; PMCID: PMC6070837.

Wrong intervention

Sabaa M A, Elbadry A A, Hegazy S, El Malla D A. Intravenous Versus Wetting Solution Magnesium Sulphate to Counteract Epinephrine Cardiac Adverse Events in Abdominal Liposuction: A Randomized Controlled Trial. Anesth Pain Med. 2022;12(5):e129807. https://doi.org/10.5812/aapm-129807.

Wrong intervention

Saeed R, Sarwar M, Javed A, Qamar I, Bangash T, Kakepotto IA. Atracurium With and Without Administrating Magnesium Sulphate in Patients Undergoing Abdominal Surgeries.

Wrong outcomes

Sane S, Mahdkhah A, Golabi P, Hesami SA, Kazemi Haki B. Comparison the effect of bupivacaine plus magnesium sulfate with ropivacaine plus magnesium sulfate infiltration on postoperative pain in patients undergoing lumbar laminectomy with general anesthesia. Br J Neurosurg. 2020 Dec 17:1-4. doi: 10.1080/02688697.2020.1861430. Epub ahead of print. PMID: 33332200.

Wrong comparison

Sharma A, Jaswal S, Jaswal V, Pathania J. Effect of Magnesium Sulphate as an Adjuvant to Bupivacaine in Interscalene Brachial Plexus Block for Postoperative Analgesia. Journal of Clinical & Diagnostic Research. 2019 Oct 1;13(10).

Wrong intervention

Shim JW, Cha S, Moon HW, Moon YE. Effects of Intraoperative Magnesium and Ketorolac on Catheter-Related Bladder Discomfort after Transurethral Bladder Tumor Resection: A Prospective Randomized Study. J Clin Med. 2022 Oct 27;11(21):6359. doi: 10.3390/jcm11216359. PMID: 36362587; PMCID: PMC9659173.

Wrong outcomes

Shukla U, Singh D, Yadav JBS, Azad MS. Dexmedetomidine and Magnesium Sulfate as Adjuvant to 0.5% Ropivacaine in Supraclavicular Brachial Plexus Block: A Comparative Evaluation. Anesth Essays Res. 2020 Oct-Dec;14(4):572-577. doi: 10.4103/aer.AER_28_21. Epub 2021 May 27. PMID: 34349322; PMCID: PMC8294421.

Wrong intervention

Silva Filho SE, Sandes CS, Vieira JE, Cavalcanti IL. Analgesic effect of magnesium sulfate during total intravenous anesthesia: randomized clinical study. Braz J Anesthesiol. 2021 Sep-Oct;71(5):550-557. doi: 10.1016/j.bjane.2021.02.008. Epub 2021 Feb 3. PMID: 34537125; PMCID: PMC9373246.

Wrong comparator

Silva Filho SE, Dainez S, Gonzalez MAMC, Angelis F, Vieira JE, Sandes CS. Intraoperative Analgesia with Magnesium Sulfate versus Remifentanil Guided by Plethysmographic Stress Index in Post-Bariatric Dermolipectomy: A Randomized Study. Anesthesiol Res Pract. 2022 Oct 26;2022:2642488. doi: 10.1155/2022/2642488. PMID: 36339775; PMCID: PMC9629917.

Wrong comparator

Sohair A. Megalla, Khaled A. Abdou & Ahmed I. Mohamed (2019) Bispectral index guided attenuation of hemodynamic and arousal response to endotracheal intubation using magnesium sulfate and fentanyl. Randomized, controlled trial, Egyptian Journal of Anaesthesia, 35:1, 43-48, DOI: 10.1080/11101849.2019.1595346

Wrong outcomes

Soliman R, Abukhudair W. The perioperative effect of magnesium sulfate in patients with concentric left ventricular hypertrophy undergoing cardiac surgery: A double-blinded randomized study. Ann Card Anaesth. 2019 Jul-Sep;22(3):246-253. doi: 10.4103/aca.ACA_34_18. PMID: 31274484; PMCID: PMC6639894.

Wrong outcomes

Queiroz Rangel Micuci AJ, Verçosa N, Filho PAG, de Boer HD, Barbosa DD, Cavalcanti IL. Effect of pretreatment with magnesium sulphate on the duration of intense and deep neuromuscular blockade with rocuronium: A randomised controlled trial. Eur J Anaesthesiol. 2019 Jul;36(7):502-508. doi: 10.1097/EJA.0000000000001003. PMID: 30985540.

Wrong outcomes

Tan W, Qian DC, Zheng MM, Lu X, Han Y, Qi DY. Effects of different doses of magnesium sulfate on pneumoperitoneum-related hemodynamic changes in patients undergoing gastrointestinal laparoscopy: a randomized, double-blind, controlled trial. BMC Anesthesiol. 2019 Dec 20;19(1):237. doi: 10.1186/s12871-019-0886-4. PMID: 31862004; PMCID: PMC6925413.

Wrong outcomes

Varas V, Bertinelli P, Carrasco P, Souper N, Álvarez P, Danilla S, Egaña JI, Penna A, Sepúlveda S, Arancibia V, Álvarez MG, Vergara R. Intraoperative Ketamine and Magnesium Therapy to Control Postoperative Pain After Abdominoplasty and/or Liposuction: A Clinical Randomized Trial. J Pain Res. 2020 Nov 16;13:2937-2946. doi: 10.2147/JPR.S276710. PMID: 33235492; PMCID: PMC7678693.

Wrong comparison

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 01-09-2023

Laatst geautoriseerd  : 01-09-2023

Geplande herbeoordeling  : 01-09-2028

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Orthopaedische Vereniging
  • Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
  • Nederlandse Vereniging voor Heelkunde
  • Nederlandse Vereniging voor Thoraxchirurgie
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland
  • Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers

Algemene gegevens

De ontwikkeling/herziening van deze richtlijnmodule werd ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten (www.demedischspecialist.nl/kennisinstituut) en werd gefinancierd uit de Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).

De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijnmodule.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijnmodule is in 2021 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van alle relevante specialismen (zie hiervoor de Samenstelling van de werkgroep) die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met postoperatieve pijn.

 

Samenstelling van de werkgroep

 

Werkgroep

Prof. dr. J. (Jörgen) Bruhn, anesthesioloog, (voorzitter) NVA

Prof. dr. dr. M.W. (Markus) Hollmann, anesthesioloog, NVA

Dr. M.F. (Markus) Stevens, anesthesioloog, NVA

Drs. L.J.H. (Lea) van Wersch, anesthesioloog, NVA

Dr. M.H.J. (Margot) Roozekrans, anesthesioloog, NVA

Dr. S.A.S. (Sandra) van den Heuvel, anesthesioloog/pijnspecialist, NVA

Drs. S.J. (Stijn) Westerbos, orthopeed, NOV

Drs. W.L. (Wilson) Li, cardiothoracaal chirurg, NVT

S.F. (Cedric) Lau MSc, ziekenhuisapotheker, NVZA

Dr. R.L.M. (Rianne) van Boekel, verpleegkundig pijnconsulent, V&VN

Drs. I.L. (Ilona) Thomassen-Hilgersom, patiëntvertegenwoordiger, Samenwerkingverband Pijnpatiënten naar één stem

 

Klankbordgroep

Drs. N.C. (Niels) Gritters van den Oever, intensivist, NVIC

J.P. (Patrick) Rensink, anesthesiemedewerker/pijnconsulent, NVAM

Dr. G. (Gijs) Helmerhorst, orthopeed, NOV

Dr. C.D. (Cor) de Kroon, gynaecoloog-oncoloog, NVOG

Dr. W.J. (Wietse) Eshuis, chirurg, NVvH

Dr. D. (Daphne) Roos, chirurg, NVvH

 

Met ondersteuning van

Dr. F. Willeboordse, senior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Dr. L.M.P. Wesselman, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Dr. L.M. van Leeuwen, adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

I. van Dijk, junior adviseur, Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

 

Belangenverklaringen

De Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement) hebben gehad. Gedurende de ontwikkeling of herziening van een module worden wijzigingen in belangen aan de voorzitter doorgegeven. De belangenverklaring wordt opnieuw bevestigd tijdens de commentaarfase.

Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.

 

Werkgroeplid

Functie

Nevenfuncties

Gemelde belangen

Ondernomen actie

Bruhn, voorzitter

Professor & Afdelingshoofd afdeling Anesthesiologie, Radboud UMC

Editorial Board Journal of Clinical Monitoring and Computing, onbetaald

Geen

Geen actie

Hollmann

Professor & Afdelingshoofd afdeling Anesthesiologie, Amsterdam UMC, locatie AMC

  • Executive Section Editor "Pharmacology" with Anesthesia & Analgesia (onkostenvergoeding maar geen honorarium of salaris)
  • Section Editor "Anasthesiology" with Journal of Clinical Medicine (JCM) - not paid
  • Associate Editor "Cardiovascular Medicine" with Frontiers in Physiology - not paid
  • Consultant IDD* - paid to the institution
  • Unrestricted grant for education from CSL Behring** - paid to the institution
  • Consultant Eurocept BV (until 2018) ***- paid to the institution

Geen

Restricties t.a.v. modules over ketamine en lidocaïne.

Lau

  • Ziekenhuisapotheker Albert Schweitzer ziekenhuis, 0,66 FTE
  • Onderzoeker/ promovendus Albert Schweitzer ziekenhuis, 0,44 FTE

Nationale Werkgroep morbide obesitas en bariatrische chirurgie (KNMP), vergoeding voor bestede uren

Geen belangenverstrengeling, promotie-onderzoek is op een ander vlak dan waar beoogde werkgroep zich over buigt

 

Geen actie

Boekel, van

  • Universitair docent, afdeling Anesthesiologie, Pijn en Palliatieve Geneeskunde, RadboudUMC, Nijmegen 0,4 fte
  • Opleider trainer adviseur, VDO Gezondheid, Academie Gezondheid en Vitaliteit, Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Nijmegen 0,8 fte
  • Voorzitter V&VN Pijnverpleegkundigen, onkostenvergoeding (tot 2022)
  • Voorzitter multidisciplinaire werkgroep IGJ indicator Ziekenhuisbreed pijnmanagement, onbetaald (tot 2022)
  • Bestuurslid P.A.I.N., onbetaald
  • Lid van werkgroep EFIC pain curriculum for nurses, onbetaald

Geen

Geen actie

Thomassen-Hilgersom

Voorzitter Samenwerkingsverband Pijnpatiënten naar één stem vrijwilliger en geen werkgever

  • Voorzitter Patiëntenvereniging CRPS
  • Lid bestuur PA!N
    onbetaalde functies

Geen

Geen actie

Li

Cardiothoracaal chirurg (Radboudumc, Nijmegen)

Bestuurslid NVT (Nederlandse Vereniging voor Thoraxchirurgie)

Radboudumc zal in 2021 meedoen aan een RCT naar de optimale vorm van pijnstilling ten tijde van longchirugie (epiduraal versus paravertebraal) OPtriAL - met ZonMw subsidie, geïniteerd vanuit het MMC

Geen actie

Roozekrans

Anesthesioloog - Pijnspecialist - Noordwest Ziekenhuisgroep

Geen

Geen

Geen actie

Stevens

Chef de Clinique kinderanesthesie AUMC locatie AMC

  • Instructeur DARA (betaald)
  • Bestuurder DARA (penningmeester); SKA (voorzitter); Interplast Holland (secretaris) (allen onbetaald)

Geen

Geen actie

Heuvel, van den

Anesthesioloog-pijnarts, Radboud UMC

Geen

Geen

Geen actie

Wersch, van

Anesthesioloog, Maasziekenhuis Pantein

Geen

Geen

Geen actie

Westerbos

Orthopeed, Alrijne ziekenhuis

Geen

Geen

Geen actie

Gritters van den Oever

Anesthesioloog-intensivist Treant Zorggroep

  • Commissie Acute Tekorten Geneesmiddelen (ATG) van Landelijk Coordinatiecentrum Geneesmiddelen (LCG) - Vacatievergoeding
  • voorzitter richtlijnonderdeel Comfort op de IC onderdeel van de richtlijn Procedurele Sedatie en Analgesie (PSA) van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA)- vacatievergoeding
  • lid hoofdbestuur Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC), diverse commissies- onbezoldigd
  • Chief Medical Officer (CMO) voor Landelijk Spreidingspunt Patienten Spreiding (LCPS)- vacatievergoeding
  • Medisch Manager en vakgroepvoorzitter Vakgroep Intensive Care (IC) Treant Zorggroep

Geen

Geen actie

Rensink

  • Anesthesiemedewerker 2001 - heden (OK, hoofdfunctie)
  • Pijnconsulent 2005 - heden Acute-, chronische- en palliatieve pijnbestrijding evenals pijn bij kanker en kwetsbare groepen (valt onder OK/anesthesie)
  • Assistent pijn behandelingen 2011 - heden (valt onder OK/anesthesie

    Streekziekenhuis Koningin Beatrix, Winterswijk
  • BLS instructeur OK (werktijd)
  • IC verpleegkundige gedurende COVID-19 pandemie (werktijd)

Geen

Geen actie

Kroon, de

Gynaecoloog-oncoloog Leids Univesitair Medisch Centrum (1.0 fte)

  • Voorzitter Commissie Richtlijnen Gynaecologische Oncologie (onbetaald)
  • Voorzitter expertgroel richtlijn endometriumcarcinoom (onbetaald)
  • Lid Commissie Kwaliteitsdocumenten NVOG (onbetaald)
  • Lid commissie kwaliteitsvisitatie NVOG (vacatiegeld voor visitaties)
  • Voorzitter COBRAdagen (onbetaald)

Geen

Geen actie

Roos

Chirurg

Geen

Geen

Geen actie

Eshuis

Chirurg, Amsterdam UMC

Geen

Geen

Geen actie

Willeboordse

Senior adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Geen

Partner werkzaam bij Janssen Vaccines, onderdeel van Johnsson &Johnsson, via partner ook financiële belangen (aandelen J&J)

Geen actie

Wesselman

Adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

 

 

Geen actie

Leeuwen, van

Adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

 

 

Geen actie

Dijk, van

Junior adviseur Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Geen

Geen

Geen actie

Inbreng patiëntenperspectief

Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door zitting van een afgevaardigde van de patiëntenvereniging (Pijnpatiënten naar één stem) in de werkgroep. De Patiëntenfederatie Nederland en Pijnpatiënten naar één stem werden uitgenodigd voor de invitational conference. Het verslag hiervan [zie aanverwante producten] is besproken in de werkgroep. De verkregen input is meegenomen bij het opstellen van de uitgangsvragen, de keuze voor de uitkomstmaten en bij het opstellen van de overwegingen. De conceptrichtlijn is tevens voor commentaar voorgelegd aan de Patiëntenfederatie Nederland en Pijnpatiënten naar één stem en de eventueel aangeleverde commentaren zijn bekeken en verwerkt.

 

Wkkgz & Kwalitatieve raming van mogelijke substantiële financiële gevolgen

Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de Wkkgz

Bij de richtlijn is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling zijn richtlijnmodules op verschillende domeinen getoetst (zie het stroomschema op de Richtlijnendatabase).

 

Uit de kwalitatieve raming blijkt dat er waarschijnlijk geen substantiële financiële gevolgen zijn, zie onderstaande tabel.

 

Module

Uitkomst raming

Toelichting

Module Organisatie van Zorg

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Transitionele Pijn Service (TPS)

Geen substantiële financiële gevolgen

Uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten). Hoewel de aanbeveling aangeeft dat een andere of nieuwe manier van zorgverlening gewenst is (i.e. andere manier van samenwerking/afstemming tussen zorgverleners) waarbij een TPS-model met TPS-team geïnitieerd wordt, laten eerste kosten-effectiviteitsstudies kostenbesparingen zien. De verwachting is dat TPS leidt tot betere zorg-op-maat, waarbij chronische postoperatieve pijn zorg doelmatiger wordt behandeld. Per ziekenhuis zal de vorm, intensiteit en organisatie van het TPS-model variëren. Zo kunnen ziekenhuizen ook kiezen voor een minder uitgebreid TPS. De aanbeveling geeft relatief veel ruimte voor de precieze invulling. Alle overwegingen tezamen, worden er geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Pijnmeting

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Niet-medicamenteuze interventies

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Buikwandblokken

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Borstwandblokken bij mammachirurgie

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Borstwandblokken intrathoracaal

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Continue Wond infusie

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Cryoanalgesie

Geen substantiële financiële gevolgen

Uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) niet breed toepasbaar zijn (<5.000 patiënten) en zal daarom naar verwachting geen substantiële financiële gevolgen hebben voor de collectieve uitgaven.

Module Dexmethason

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Gabapentinoïden

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Ketamine

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Magnesium

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Methadon

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Beta blokkers -Esmolol

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Alpha 2 agonist - Clonidine

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Alpha 2 agonist – Dexmedetomidine

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Lidocaïne

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Module Multimodale pijnbestrijding

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbeveling(en) breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt ook uit de toetsing dat het overgrote deel (±90%) van de zorgaanbieders en zorgverleners al aan de norm voldoet en/of het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen substantiële financiële gevolgen verwacht.

Werkwijze

AGREE

Deze richtlijnmodule is opgesteld conform de eisen vermeld in het rapport Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 van de adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwaliteit. Dit rapport is gebaseerd op het AGREE II instrument (Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation II; Brouwers, 2010).

 

Knelpuntenanalyse en uitgangsvragen

Tijdens de voorbereidende fase inventariseerde de werkgroep de knelpunten in de zorg voor patiënten met postoperatieve pijn.

 

De werkgroep beoordeelde de aanbevelingen uit de eerdere richtlijn Postoperatieve pijn (NVA, 2013) op noodzaak tot revisie. Tevens zijn er knelpunten aangedragen door relevante partijen middels een invitational conference.

Op basis van de uitkomsten van de knelpuntenanalyse zijn door de werkgroep concept-uitgangsvragen opgesteld en definitief vastgesteld.

 

Uitkomstmaten

Na het opstellen van de zoekvraag behorende bij de uitgangsvraag inventariseerde de werkgroep welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant zijn, waarbij zowel naar gewenste als ongewenste effecten werd gekeken. Hierbij werd een maximum van acht uitkomstmaten gehanteerd. De werkgroep waardeerde deze uitkomstmaten volgens hun relatieve belang bij de besluitvorming rondom aanbevelingen, als cruciaal (kritiek voor de besluitvorming), belangrijk (maar niet cruciaal) en onbelangrijk. Tevens definieerde de werkgroep tenminste voor de cruciale uitkomstmaten welke verschillen zij klinisch (patiënt) relevant vonden.

 

Methode literatuursamenvatting

Een uitgebreide beschrijving van de strategie voor zoeken en selecteren van literatuur is te vinden onder ‘Zoeken en selecteren’ onder Onderbouwing. Indien mogelijk werd de data uit verschillende studies gepoold in een random-effects model. Review Manager 5.4 werd gebruikt voor de statistische analyses. De beoordeling van de kracht van het wetenschappelijke bewijs wordt hieronder toegelicht.

 

Beoordelen van de kracht van het wetenschappelijke bewijs

De kracht van het wetenschappelijke bewijs werd bepaald volgens de GRADE-methode. GRADE staat voor ‘Grading Recommendations Assessment, Development and Evaluation’ (zie http://www.gradeworkinggroup.org/). De basisprincipes van de GRADE-methodiek zijn: het benoemen en prioriteren van de klinisch (patiënt) relevante uitkomstmaten, een systematische review per uitkomstmaat, en een beoordeling van de bewijskracht per uitkomstmaat op basis van de acht GRADE-domeinen (domeinen voor downgraden: risk of bias, inconsistentie, indirectheid, imprecisie, en publicatiebias; domeinen voor upgraden: dosis-effect relatie, groot effect, en residuele plausibele confounding).

GRADE onderscheidt vier gradaties voor de kwaliteit van het wetenschappelijk bewijs: hoog, redelijk, laag en zeer laag. Deze gradaties verwijzen naar de mate van zekerheid die er bestaat over de literatuurconclusie, in het bijzonder de mate van zekerheid dat de literatuurconclusie de aanbeveling adequaat ondersteunt (Schünemann, 2013; Hultcrantz, 2017).

 

GRADE

Definitie

Hoog

  • er is hoge zekerheid dat het ware effect van behandeling dicht bij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • het is zeer onwaarschijnlijk dat de literatuurconclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Redelijk

  • er is redelijke zekerheid dat het ware effect van behandeling dicht bij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • het is mogelijk dat de conclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Laag

  • er is lage zekerheid dat het ware effect van behandeling dicht bij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • er is een reële kans dat de conclusie klinisch relevant verandert wanneer er resultaten van nieuw grootschalig onderzoek aan de literatuuranalyse worden toegevoegd.

Zeer laag

  • er is zeer lage zekerheid dat het ware effect van behandeling dicht bij het geschatte effect van behandeling ligt;
  • de literatuurconclusie is zeer onzeker.

 

Bij het beoordelen (graderen) van de kracht van het wetenschappelijk bewijs in richtlijnen volgens de GRADE-methodiek spelen grenzen voor klinische besluitvorming een belangrijke rol (Hultcrantz, 2017). Dit zijn de grenzen die bij overschrijding aanleiding zouden geven tot een aanpassing van de aanbeveling. Om de grenzen voor klinische besluitvorming te bepalen moeten alle relevante uitkomstmaten en overwegingen worden meegewogen. De grenzen voor klinische besluitvorming zijn daarmee niet één op één vergelijkbaar met het minimaal klinisch relevant verschil (Minimal Clinically Important Difference, MCID). Met name in situaties waarin een interventie geen belangrijke nadelen heeft en de kosten relatief laag zijn, kan de grens voor klinische besluitvorming met betrekking tot de effectiviteit van de interventie bij een lagere waarde (dichter bij het nuleffect) liggen dan de MCID (Hultcrantz, 2017).

 

De beoordelingen van de literatuur en de conclusies zijn gedaan op basis van de GRADE systematiek. De werkgroep vindt het belangrijk om relevante beperkingen hiervan aan te geven.

 

De klinische vraag gaat vaak over een reductie van ernstige postoperatieve pijn en opioïdenconsumptie in een aantal patiënten met resp. over een klinisch relevante reductie van ernstige postoperatieve pijn opioïdenconsumptie bij een individuele patiënt. Hetzelfde geldt voor opioïdenconsumptie; de keuze van een absolute drempelwaarde in mg (i.p.v. een relatieve drempelwaarde in %) maakt dit afhankelijk van tijdstip, ingreep en ernst van de pijn: vroege postoperatieve tijdstippen en (studies met) ingrepen met relatief lage opioïdconsumptie kunnen vaak de MCID niet bereiken.

De keuze van de MCID heeft een bepaalde mate van willekeurigheid en is niet absoluut te zien. Ook zijn de conclusies zo geformuleerd (en geven alleen beperkt antwoord op het effect op een individuele patiënt voor een specifieke ingreep).

In de literatuur worden de eindpunten pijnscores en opioïdenconsumptie separaat van elkaar weer gegeven, suggererend dat deze onafhankelijk van elkaar zijn. Echter kunnen deze twee eindpunten niet onafhankelijk van elkaar beoordeeld worden; in ieder protocol is opgenomen dat pijn behandeld moet worden. Deze separate beoordeling geeft niet altijd een adequaat antwoord op de klinische vraag naar het analgetische effect van een interventie.

Daarnaast worden multimodale componenten als aparte interventies beoordeeld, echter de klinische vraag is naar de effectiviteit als bouwsteen van een multimodale werkwijze.

 

Overwegingen (van bewijs naar aanbeveling)

Om te komen tot een aanbeveling zijn naast (de kwaliteit van) het wetenschappelijke bewijs ook andere aspecten belangrijk en worden meegewogen, zoals aanvullende argumenten uit bijvoorbeeld de biomechanica of fysiologie, waarden en voorkeuren van patiënten, kosten (middelenbeslag), aanvaardbaarheid, haalbaarheid en implementatie. Deze aspecten zijn systematisch vermeld en beoordeeld (gewogen) onder het kopje ‘Overwegingen’ en kunnen (mede) gebaseerd zijn op expert opinion. Hierbij is gebruik gemaakt van een gestructureerd format gebaseerd op het evidence-to-decision framework van de internationale GRADE Working Group (Alonso-Coello, 2016a; Alonso-Coello 2016b). Dit evidence-to-decision framework is een integraal onderdeel van de GRADE methodiek.

 

Formuleren van aanbevelingen

De aanbevelingen geven antwoord op de uitgangsvraag en zijn gebaseerd op het beschikbare wetenschappelijke bewijs en de belangrijkste overwegingen, en een weging van de gunstige en ongunstige effecten van de relevante interventies. De kracht van het wetenschappelijk bewijs en het gewicht dat door de werkgroep wordt toegekend aan de overwegingen, bepalen samen de sterkte van de aanbeveling. Conform de GRADE-methodiek sluit een lage bewijskracht van conclusies in de systematische literatuuranalyse een sterke aanbeveling niet a priori uit, en zijn bij een hoge bewijskracht ook zwakke aanbevelingen mogelijk (Agoritsas, 2017; Neumann, 2016). De sterkte van de aanbeveling wordt altijd bepaald door weging van alle relevante argumenten tezamen. De werkgroep heeft bij elke aanbeveling opgenomen hoe zij tot de richting en sterkte van de aanbeveling zijn gekomen.

In de GRADE-methodiek wordt onderscheid gemaakt tussen sterke en zwakke (of conditionele) aanbevelingen. De sterkte van een aanbeveling verwijst naar de mate van zekerheid dat de voordelen van de interventie opwegen tegen de nadelen (of vice versa), gezien over het hele spectrum van patiënten waarvoor de aanbeveling is bedoeld. De sterkte van een aanbeveling heeft duidelijke implicaties voor patiënten, behandelaars en beleidsmakers (zie onderstaande tabel). Een aanbeveling is geen dictaat, zelfs een sterke aanbeveling gebaseerd op bewijs van hoge kwaliteit (GRADE gradering HOOG) zal niet altijd van toepassing zijn, onder alle mogelijke omstandigheden en voor elke individuele patiënt.

 

Implicaties van sterke en zwakke aanbevelingen voor verschillende richtlijngebruikers

 

 

Sterke aanbeveling

Zwakke (conditionele) aanbeveling

Voor patiënten

De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen en slechts een klein aantal niet.

Een aanzienlijk deel van de patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak kiezen, maar veel patiënten ook niet.

Voor behandelaars

De meeste patiënten zouden de aanbevolen interventie of aanpak moeten ontvangen.

Er zijn meerdere geschikte interventies of aanpakken. De patiënt moet worden ondersteund bij de keuze voor de interventie of aanpak die het beste aansluit bij zijn of haar waarden en voorkeuren.

Voor beleidsmakers

De aanbevolen interventie of aanpak kan worden gezien als standaardbeleid.

Beleidsbepaling vereist uitvoerige discussie met betrokkenheid van veel stakeholders. Er is een grotere kans op lokale beleidsverschillen.

 

Organisatie van zorg

In de knelpuntenanalyse en bij de ontwikkeling van de richtlijnmodule is expliciet aandacht geweest voor de organisatie van zorg: alle aspecten die randvoorwaardelijk zijn voor het verlenen van zorg (zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, mankracht en infrastructuur). Randvoorwaarden die relevant zijn voor het beantwoorden van deze specifieke uitgangsvraag zijn genoemd bij de overwegingen. Meer algemene, overkoepelende, of bijkomende aspecten van de organisatie van zorg worden behandeld in de module Organisatie van zorg.

 

Commentaar- en autorisatiefase

De conceptrichtlijnmodule werd aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd ter commentaar. De commentaren werden verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren werd de conceptrichtlijnmodule aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep. De definitieve richtlijnmodule werd aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd voor autorisatie en door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd.

 

Literatuur

Agoritsas T, Merglen A, Heen AF, Kristiansen A, Neumann I, Brito JP, Brignardello-Petersen R, Alexander PE, Rind DM, Vandvik PO, Guyatt GH. UpToDate adherence to GRADE criteria for strong recommendations: an analytical survey. BMJ Open. 2017 Nov 16;7(11):e018593. doi: 10.1136/bmjopen-2017-018593. PubMed PMID: 29150475; PubMed Central PMCID: PMC5701989.

 

Alonso-Coello P, Schünemann HJ, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Rada G, Rosenbaum S, Morelli A, Guyatt GH, Oxman AD; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 1: Introduction. BMJ. 2016 Jun 28;353:i2016. doi: 10.1136/bmj.i2016. PubMed PMID: 27353417.

 

Alonso-Coello P, Oxman AD, Moberg J, Brignardello-Petersen R, Akl EA, Davoli M, Treweek S, Mustafa RA, Vandvik PO, Meerpohl J, Guyatt GH, Schünemann HJ; GRADE Working Group. GRADE Evidence to Decision (EtD) frameworks: a systematic and transparent approach to making well informed healthcare choices. 2: Clinical practice guidelines. BMJ. 2016 Jun 30;353:i2089. doi: 10.1136/bmj.i2089. PubMed PMID: 27365494.

 

Brouwers MC, Kho ME, Browman GP, Burgers JS, Cluzeau F, Feder G, Fervers B, Graham ID, Grimshaw J, Hanna SE, Littlejohns P, Makarski J, Zitzelsberger L; AGREE Next Steps Consortium. AGREE II: advancing guideline development, reporting and evaluation in health care. CMAJ. 2010 Dec 14;182(18):E839-42. doi: 10.1503/cmaj.090449. Epub 2010 Jul 5. Review. PubMed PMID: 20603348; PubMed Central PMCID: PMC3001530.

 

Hultcrantz M, Rind D, Akl EA, Treweek S, Mustafa RA, Iorio A, Alper BS, Meerpohl JJ, Murad MH, Ansari MT, Katikireddi SV, Östlund P, Tranæus S, Christensen R, Gartlehner G, Brozek J, Izcovich A, Schünemann H, Guyatt G. The GRADE Working Group clarifies the construct of certainty of evidence. J Clin Epidemiol. 2017 Jul;87:4-13. doi: 10.1016/j.jclinepi.2017.05.006. Epub 2017 May 18. PubMed PMID: 28529184; PubMed Central PMCID: PMC6542664.

 

Medisch Specialistische Richtlijnen 2.0 (2012). Adviescommissie Richtlijnen van de Raad Kwalitieit. http://richtlijnendatabase.nl/over_deze_site/over_richtlijnontwikkeling.html

 

Neumann I, Santesso N, Akl EA, Rind DM, Vandvik PO, Alonso-Coello P, Agoritsas T, Mustafa RA, Alexander PE, Schünemann H, Guyatt GH. A guide for health professionals to interpret and use recommendations in guidelines developed with the GRADE approach. J Clin Epidemiol. 2016 Apr;72:45-55. doi: 10.1016/j.jclinepi.2015.11.017. Epub 2016 Jan 6. Review. PubMed PMID: 26772609.

 

Schünemann H, Brożek J, Guyatt G, et al. GRADE handbook for grading quality of evidence and strength of recommendations. Updated October 2013. The GRADE Working Group, 2013. Available from http://gdt.guidelinedevelopment.org/central_prod/_design/client/handbook/handbook.html.

Zoekverantwoording

Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.

Volgende:
Kinderen