Pijnbehandeling tijdens de bevalling

Initiatief: NVA Aantal modules: 17

Startpagina - Pijnbehandeling tijdens de bevalling

Waar gaat deze richtlijn over?

Deze richtlijn geeft een leidraad voor wat volgens de huidige maatstaven de beste opties zijn voor pijnbehandeling tijdens de bevalling. Er zijn verschillende behandelopties beschreven die middels het concept ‘samen beslissen’ kunnen besproken worden om tot een passende pijnbehandelstrategie te komen bij zwangere vrouwen met een verzoek tot behandeling van de baringspijn. Deze richtlijn beschrijft medicamenteuze opties van pijnbehandeling, sedatie aan het begin van de bevalling en comfortverhogende interventies. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:

  • Epidurale analgesie versus Pethidine
  • Remifentanil versus Epidurale analgesie, Pethidine of Tramadol
  • Pethidine versus Morfine of Tramadol
  • PCEA met achtergrondinfusie/ bolus only versus CEI
  • Patiënt gecontroleerde epidurale analgesie met of zonder achtergrond infusie
  • PIEB versus CEI en/ of PCEA
  • CSE versus epidurale analgesie
  • Lachgas versus placebo/ medicamenteus
  • Steriel waterinjecties versus placebo/ andersoortige niet-medicamenteuze pijnbehandeling
  • Comfortverhogende interventies
  • Optoppen epiduraal
  • Epidurale analgesie: Opioïden
  • Epidurale analgesie: lokaal anestheticum
  • Monitoring van moeder en kind
  • Doseringsstrategieën
  • Samen beslissen

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de zorg voor zwangere vrouwen en beschrijft opties voor behandeling van de baringspijn.

 

Voor patiënten

Meer informatie is te vinden op https://www.thuisarts.nl/omgaan-met-pijn-tijdens-bevalling .

Er zijn veel dingen die je kunt doen bij pijn tijdens je bevalling. Deze keuzehulp geeft daar informatie over. En helpt je nadenken over wat jij belangrijk vindt voor jezelf en je baby.

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Deze richtlijn is op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA) en Nederlandse Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie (NVOG) tot stand gekomen. De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie, Nederlandse Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie, Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen, Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers, Nederlandse Vereniging voor Klinische Fysica, Patiëntenfederatie Nederland en Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland. De procesmatige en methodologische ondersteuning is geleverd door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten.

Volgende:
Epidurale analgesie versus Pethidine