Nazorg en revalidatie van intensive care patiënten

Initiatief: NVIC / VRA Aantal modules: 10

Startpagina - PICS

Jaarlijks worden in Nederland rond de 80.000 patiënten opgenomen op de Intensive Care (IC) afdeling (Stichting NICE, 2020). Overlevenden van een IC-opname kunnen nog jarenlang gezondheidsproblemen ervaren. De problemen die direct zijn toe te schrijven aan de IC-opname worden sinds 2012 beschreven met de overkoepelende term ‘Post Intensive Care Syndroom’ (PICS). PICS is gedefinieerd als nieuwe of verergerende problemen in het lichamelijke, mentale en/of cognitieve domein, ontstaan na het doormaken van een kritieke ziekte en die blijven bestaan na verblijf op een IC afdeling (Needham, 2012). Ook naasten van IC-patiënten kunnen met mentale klachten te maken krijgen: PICS-Familie (PICS-F).

 

De meest voorkomende fysieke klachten zijn ernstige spierzwakte en algemene deconditionering, onder meer samenhangend met langdurige immobilisatie, sedatie en beademing (Lee, 2012; Ohtake, 2018). Belangrijke mentale klachten zijn angst, depressie en posttraumatische stress (Nikayin, 2016; Parker, 2015; Rabiee, 2016). Cognitieve klachten zijn bijvoorbeeld problemen met het geheugen, aandacht, ruimtelijke waarneming en taal (Pandharipande, 2014). De prevalentie van PICS is onbekend. De cijfers in internationale publicaties lopen sterk uiteen (Pandharipande, 2014; Griffiths, 2013; Jackson, 2014; Needham, 2013; Geense, 2021).

 

Meer informatie over PICS en PICS-F is te lezen op de website van stichting FCIC.

 

In deze richtlijn worden aanbevelingen gedaan over:

  1. De plaats van op de IC geïnitieerde interventies, gericht op het voorkomen of reduceren van PICS.
  2. De mogelijke maatregelen om PICS-F bij naasten te voorkomen.
  3. Welke patiënten in aanmerking komen voor IC-nazorg.
  4. Het gebruik van screeningsinstrumenten voor PICS.
  5. De behandeling van PICS.
  6. De organisatie van IC-nazorg, met specifiek aandacht voor de coördinatie van zorg, de overdacht van klinische informatie in de keten en de informatievoorziening aan en communicatie met de patiënt en naasten.

 

Afbakening richtlijn

De richtlijn beschrijft 1. de nazorg en revalidatiezorg (tot 1 jaar na ontslag van de IC) voor patiënten die langer dan 48 uur een IC-behandeling (hebben) ondergaan en 2. de mogelijke maatregelen ter preventie van PICS-F. Er zijn reeds adequate revalidatieprogramma’s en zorgpaden beschikbaar voor IC-patiënten met specifieke opnamediagnoses. Een voorbeeld is de hartrevalidatie. Bij deze patiëntgroepen is er overlap met delen van deze richtlijn. Toch kan het zo zijn dat er binnen een dergelijk programma onvoldoende aandacht bestaat voor specifieke IC-gerelateerde problematiek.

 

De behandeling van PICS-F, de zorg voor nabestaanden van overleden IC-patiënten en de orgaanspecifieke nazorg vallen buiten de afbakening van deze richtlijn. Ook de begeleiding en behandeling van patiënten op de verpleegafdeling en de organisatie van zorg in de eerstelijn komen in deze richtlijn niet aan bod.

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor (voormalig) IC-patiënten. Natuurlijk kunnen ook andere zorgprofessionals deze richtlijn raadplegen. In de verantwoording is opgenomen welke beroepsgroepen de afzonderlijke modules hebben geautoriseerd.

 

Informatie voor patiënten en hun naasten

Patiënten die op de intensive care (IC) hebben gelegen kunnen erg verzwakt zijn en soms duurt het lang om te herstellen van een IC-opname of is het herstel onvolledig. Sommige patiënten houden langdurig klachten of krijgen in de loop der tijd nieuwe klachten gerelateerd aan de IC-opname. Deze zijn onder te verdelen in drie domeinen: fysiek, mentaal en cognitief. Bij fysieke klachten moet worden gedacht aan verminderde inspanningstolerantie, ondervoeding, ademhalingsproblemen, spierzwakte en pijn. Veelvoorkomende mentale klachten zijn onder meer angst, verdriet, somberheid, slecht slapen en herbelevingen. Mogelijke cognitieve klachten zijn bijvoorbeeld slechte concentratie, langzamer denken, moeite met dubbele taken en het slecht verdragen van prikkels en drukte. Deze klachten samen noemen we het Post Intensive Care Syndroom (PICS). De klachten hoeven niet allemaal tegelijk voor te komen.

 

Ook naasten kunnen mentale klachten die samenhangen met de IC-opname van hun naaste krijgen. Deze klachten samen worden Post Intensive Care Syndroom - Familie (PICS-F) genoemd. Dit betreft bijvoorbeeld nachtmerries, nare herinneringen, angst of paniek, sombere gedachten en/of depressieve gevoelens.

 

Deze richtlijn gaat over het voorkómen van PICS en PICS-F klachten, de herkenning en behandeling van PICS-klachten bij patiënten en de organisatie van de zorg met betrekking tot PICS tijdens en na de IC-opname.

 

Bij deze richtlijn wordt momenteel Thuisartsinformatie ontwikkeld (Thuisarts.nl).

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Initiatiefnemers voor deze richtlijn zijn de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA) en de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC). De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de revalidatieartsen, intensivisten, anesthesiologen, internisten, huisartsen (alleen module Behandeling van PICS), fysiotherapeuten, (IC-)verpleegkundigen, psychologen, Stichting Family and patient Centered Intensive Care (FCIC) en patiëntenorganisatie IC Connect.

 

Referenties 

Geense WW, Zegers M, Peters MAA, et al. New Physical, Mental, and Cognitive 

 Problems 1 Year after ICU Admission: A Prospective Multicenter Study. Am J Respir Crit Care Med. 2021;203(12):1512-1521.  

 

Griffiths J, Hatch RA, Bishop J, et al. An exploration of social and economic outcome and  

associated health-related quality of life after critical illness in general intensive care unit survivors: a 12-month follow-up study. Crit Care 2013;17:R100. 

 

Jackson JC, Pandharipande PP, Girard TD, et al. Depression, post-traumatic stress disorder, 

and functional disability in survivors of critical illness in the BRAIN-ICU study: a longitudinal cohort study. Lancet Respir Med 2014;2:369-79. 

 

Needham DM, Davidson J, Cohen H, et al. Improving long-term outcomes after discharge 

from intensive care unit: report from a stakeholders' conference. Crit Care Med 2012;40:502-9 

 

Nikayin S, Rabiee A, Hashem MD, et al. Anxiety symptoms in survivors of critical illness: a 

systematic review and meta-analysis. Gen Hosp Psychiatry 2016;43:23-9. 

 

Ohtake PJ, Lee AC, Scott JC, et al. Physical Impairments Associated With Post-Intensive Care 

Syndrome: Systematic Review Based on the World Health Organization's International Classification of Functioning, Disability and Health Framework. Phys Ther 2018;98:631-45. 

 

Parker AM, Sricharoenchai T, Raparla S, Schneck KW, Bienvenu OJ, Needham DM.  

Posttraumatic stress disorder in critical illness survivors: a metaanalysis. Crit Care Med 2015;43:1121-9. 

 

Rabiee A, Nikayin S, Hashem MD, et al. Depressive Symptoms After Critical Illness: A 

Systematic Review and Meta-Analysis. Crit Care Med 2016;44:1744-53. 

 

Stichting Nationale Intensive Care Evaluatie (Stichting NICE). Data in beeld. Basisgegevens IC  

units voor het jaar 2018. https://www.stichting-nice.nl/datainbeeld/public, geraadpleegd op 24-8-2020.

Onderbouwing

  1. Geense WW, Zegers M, Peters MAA, et al. New Physical, Mental, and Cognitive
    Problems 1 Year after ICU Admission: A Prospective Multicenter Study. Am J Respir Crit Care Med. 2021;203(12):1512-1521.
  2. Griffiths J, Hatch RA, Bishop J, et al. An exploration of social and economic outcome and
    associated health-related quality of life after critical illness in general intensive care unit survivors: a 12-month follow-up study. Crit Care 2013;17:R100.
  3. Jackson JC, Pandharipande PP, Girard TD, et al. Depression, post-traumatic stress disorder,
    and functional disability in survivors of critical illness in the BRAIN-ICU study: a longitudinal cohort study. Lancet Respir Med 2014;2:369-79.
  4. Needham DM, Davidson J, Cohen H, et al. Improving long-term outcomes after discharge
    from intensive care unit: report from a stakeholders' conference. Crit Care Med 2012;40:502-9
  5. Nikayin S, Rabiee A, Hashem MD, et al. Anxiety symptoms in survivors of critical illness: a
    systematic review and meta-analysis. Gen Hosp Psychiatry 2016;43:23-9.
  6. Ohtake PJ, Lee AC, Scott JC, et al. Physical Impairments Associated With Post-Intensive Care
    Syndrome: Systematic Review Based on the World Health Organization's International Classification of Functioning, Disability and Health Framework. Phys Ther 2018;98:631-45.
  7. Parker AM, Sricharoenchai T, Raparla S, Schneck KW, Bienvenu OJ, Needham DM.
    Posttraumatic stress disorder in critical illness survivors: a metaanalysis. Crit Care Med 2015;43:1121-9.
  8. Rabiee A, Nikayin S, Hashem MD, et al. Depressive Symptoms After Critical Illness: A
    Systematic Review and Meta-Analysis. Crit Care Med 2016;44:1744-53.
  9. Stichting Nationale Intensive Care Evaluatie (Stichting NICE). Data in beeld. Basisgegevens IC
    units voor het jaar 2018. https://www.stichting-nice.nl/datainbeeld/public,
    geraadpleegd op 24-8-2020.
Volgende:
Preventie van PICS