Medisch specialistische revalidatie bij oncologie

Initiatief: VRA Aantal modules: 27

Medisch specialistische revalidatie bij oncologie - Intake

Aanbeveling

Uitgangsvraag
Waar moet de intake voorafgaand aan gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische revalidatie bij oncologie uit bestaan om te bepalen welke invulling van de revalidatiebehandeling het meest geschikt is voor die specifieke patiënt?

Aanbevelingen
De werkgroep is van mening dat voorafgaand aan gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische revalidatiezorg bij oncologie een gestructureerde intake uitgevoerd dient worden door of onder supervisie van een revalidatiearts met expertise op het gebied van de oncologie. De volgende vragen dienen tijdens de gestructureerde intake beantwoord te worden:

  1. Is er een beperking/bedreiging van het inspanningsvermogen in relatie tot het gewenste functioneren?
  2. Is er een indicatie voor behandeling van vermoeidheid (Lastmeter, VAS vermoeidheid ≥ 4, anamnestisch)?
  3. Is er op de Lastmeter sprake van emotionele problemen en/of heeft de patiënt behoefte aan ondersteuning op psychisch/emotioneel gebied (CES-D ≥ 16 )?
  4. Is er een verstoring/bedreiging van het sociaal functioneren in het arbeidsproces/huishoudelijke taken, relatie, sociale relaties/rol gezin en vrije tijdsbesteding afgezet tegen de situatie voorafgaand aan de ziekte?

De werkgroep is van mening dat, na de beslissing dat een patient geschikt is voor medisch specialistische revalidatie, in overleg met de patiënt en overige zorgverleners aan de hand van het intakeproces beschreven in de beslisboom ‘Medisch specialistische revalidatie bij oncologie’

  • Doelen van revalidatie geformuleerd dienen te worden,
  • Een revalidatiebehandeling op maat geselecteerd dient te worden, waarbij fysieke activiteiten (bewegen) tijdens alle fasen onderdeel moeten zijn van de medisch specialistische revalidatie .
  • De patiënt verwezen dient te worden naar één of meer interventies binnen de medisch specialistische revalidatie.

De werkgroep is van mening dat op indicatie onderstaande testen en vragenlijsten gebruikt dienen te worden ter ondersteuning van de intake:

Inspanningsvermogen:

  • Op indicatie diagnostische maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse.
  • Indien een maximale inspanningstest niet mogelijk is, adviseert de werkgroep voor het verkrijgen van een indruk van het duurvermogen de shuttle run- of wandeltest.

Spierkracht:

  • Indirecte 1-Repetitie Maximum meting (1-RM)

Lichaamssamenstelling:

  • Body Mass Index (BMI), buikomvang en huidplooimeting

Specifieke fysieke, activiteiten en sociale problemen:

  • Patiënt Specifieke Klachtenlijst (PSK)

Vermoeidheid:

  • Multidimensionele Vermoeidheids Index (MVI & Scoringstool)

Distress:

  • Center for Epidemiologic Studies Depression Scale, voor het meten van depressieve symptomen
  • 10-item State Trait Anxiety Inventory (STAI) voor het meten van angst

Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:

  • European Organisation for Research and Treatment of Cancer Quality of Life Questionnaire- C30, (EORTC-QLQ-C30)

De werkgroep is van mening dat de revalidatiearts zorg moet dragen voor frequent contact met de primair behandelaar (internist-oncoloog, chirurg, radiotherapeut, etc.), (gespecialiseerd) verpleegkundig(e), (specialist), physician assistant, huisarts en/of bedrijfsarts), om informatie te verstrekken of om af te stemmen over het verloop en de afronding van de revalidatiebehandeling. De revalidatiearts met expertise op het gebied van de oncologie adviseert de verwijzers over de mogelijkheden bij terugval op lange termijn.

De werkgroep is van mening dat een gestructureerde interdisciplinaire verslaglegging na de intake en na afronding van gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische revalidatie zorg van de behandeldoelen en de interventies nodig is voor onderlinge afstemming met betrokken primaire oncologische behandelaars (internist-oncologen, chirurgisch oncologisch behandelaars en radiotherapeut oncologen), (gespecialiseerd) verpleegkundig(en) (specialisten), physician assistants, huisartsen en/of bedrijfsartsen.

De werkgroep is van mening dat na afloop van gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische (revalidatie) zorg het behaalde resultaat samen met de patiënt geëvalueerd dient te worden. Indien nodig en gewenst moet verdere behandeling gestart worden.

Overwegingen

Indien er een vermoeden is van verscheidene complexe en samenhangende functioneringsproblemen op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en/of zingeving, waarbij mogelijk de betrokkenheid van meerdere disciplines en een onderling afgestemd behandelplan wenselijk is (gecoördineerde interdisciplinaire (revalidatie) zorg), adviseert de werkgroep om een gestructureerde intake medisch specialistische revalidatie uit te voeren door of onder supervisie van een revalidatiearts met expertise op het gebied van de oncologie. De intake medische specialistische revalidatie zal allereerst een antwoord moeten geven op de vraag of er inderdaad een indicatie is voor interdisciplinaire medisch specialistische revalidatie.

Bij de intake voor medisch specialistische revalidatie is het niet nodig en ongewenst om uitgebreid medisch technische diagnostiek te verrichten. De metingen en diagnostische bepalingen bij de intake zijn gericht op de optimale keuze voor revalidatie. Bij de verwijzing voor een intake medisch specialistische revalidatie bij oncologie zal de primaire behandelaar rekening houden met bekende afwijkingen of contra-indicaties zoals bijvoorbeeld cardiotoxiciteit bij chemotherapie, botmetastasen en infectierisico. De primaire behandelaar zal pas verwijzen als er medisch technisch gezien een situatie is, waarbij de patiënt verantwoord en veilig kan deelnemen aan medisch specialistische revalidatie De revalidatiearts zal waar nodig wel aanvullend onderzoek (laten) uitvoeren voor zover nodig om antwoord te kunnen geven op de vragen die bij de intake centraal staan.

Daarnaast dienen de volgende vragen bij de intake beantwoord te worden om zorg op maat te kunnen geven:

  1. Is er een beperking/bedreiging van het inspanningsvermogen in relatie tot het gewenste functioneren?
  2. Is er een indicatie voor behandeling van vermoeidheid (Lastmeter, VAS vermoeidheid ≥ 4, anamnestisch)?
  3. Is er op de Lastmeter sprake van emotionele problemen en/of heeft de patiënt behoefte aan ondersteuning op psychisch/emotioneel gebied (CES-D ≥ 16 )?
  4. Is er een verstoring/bedreiging van het sociaal functioneren in het arbeidsproces/huishoudelijke taken, relatie, sociale relaties/rol gezin en vrije tijdsbesteding afgezet tegen de situatie voorafgaand aan de ziekte?

Als op basis van de intake blijkt dat er inderdaad sprake is van complexe en verscheidene samenhangende functioneringsproblemen (meervoudig), op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en/of zingeving, waarbij de betrokkenheid van meerdere disciplines en een onderling afgestemd behandelplan wenselijk is, is er een indicatie voor medisch specialistische revalidatie. In dat geval is de werkgroep van mening dat in overleg met de patiënt en overige zorgverleners, aan de hand van het intakeproces beschreven in de beslisboom Medisch specialistische revalidatie bij oncologie :

  • De doelen van revalidatie te geformuleerd dienen te worden.
  • Een interdisciplinaire revalidatiebehandeling op maat geselecteerd dient te worden.
  • De patiënt verwezen dient te worden naar meerdere disciplines voor interventies binnen medisch specialistische revalidatie.

Oncologische medisch specialistische revalidatie kan plaatsvinden tijdens en na afloop van de in opzet curatieve behandeling en tijdens de palliatieve fase. De intake medische specialistische revalidatie heeft tot doel om:

  1. (in alle fasen van de behandeling) actuele functioneringsproblemen op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en/of zingeving en de bijbehorende hulpvraag van de patiënt te vertalen naar een behandelvoorstel, rekening houdend met de tumor- en behandelspecifieke tijdelijke of blijvende functiestoornissen;met als uitgangspunt de toewijzing aan passende interventies binnen medisch specialistische revalidatie
  2. (voorafgaand en tijdens de medische behandeling) een inschatting te maken van de bedreiging van functioneringsproblemen op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en zingeving als gevolg van de behandeling en te beoordelen of deze bedreiging verminderd kan worden door de inzet van gecoördineerde interdisciplinaire revalidatie; teneinde te komen tot de toewijzing aan passende interventies binnen medisch specialistische revalidatie.  

De beslisboom ‘Medisch specialistische revalidatie bij oncologie' is gebaseerd op de beslisboom uit de richtlijn Hartrevalidatie  (2).

Tijdens de intake voor medisch specialisatie revalidatie bij oncologie dient allereerst een inventarisatie van door ziekte of behandeling ontstane beperkingen plaats te vinden of in geval van revalidatie tijdens de behandeling, het risico op complicaties en/of een vertraagd of afwijkend herstel. Daarbij worden de aangrijpingspunten voor verbetering op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en/of zingeving vastgesteld. Tevens dient het huidige sociaal functioneren en het gewenste sociaal functioneren met de patiënt te worden besproken. Op basis van deze informatie kan in overleg met de patiënt een revalidatieplan op maat vormgegeven worden.

De werkgroep adviseert op indicatie onderstaande testen en vragenlijsten te gebruiken ter ondersteuning van de intake. De keuze van de door de werkgroep aanbevolen vragenlijsten en testen die –op indicatie- gebruikt kunnen worden bij de intake (zie aanbevelingen) is gebaseerd op de klinimetrische eigenschappen van deze instrumenten, zoals beschreven in de module Effectevaluatie, voor zover deze betrekking hebben op de hoofdvragen van de intake. Omdat voor klinische besluitvorming een grotere mate van validiteit noodzakelijk kan zijn dan voor effectevaluatie of voor het aansturen van een trainingsprotocol, komen de aanbevelingen voor meetinstrumenten voor de intake niet één op één overeen met de instrumenten, zoals vermeld in de module Effectevaluatie. Waar nodig kunnen de hieronder aanbevolen meetinstrumenten, afhankelijk van de specifieke situatie van de patient, worden aangevuld met andere, probleem- en disciplinespecifieke, meetinstrumenten. Een uitputtende beschrijving meetinstrumenten voor elk denkbaar probleem valt buiten het bestek van deze richtlijn.

Algemeen inspanningsvermogen:
Op indicatie diagnostische maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse. Een maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse kan geindiceerd zijn op basis van riscio op een cardiovasculair event. Deze indicatie bestaat met name voor patiënten die met meer dan matige inspanning getraind zullen worden en die cardiovasculaire metabole of renale aandoeningen hebben of symptomen die daar op wijzen (3). De risicostratificatie volgens het ACSM is te vinden in figuur 1.

Figuur 1.

 

Voor oncologische patiënten kunnen daarnaast problemen zoals onderstaand, die al bij aanvang aanwezig kunnen zijn of pas tijdens training naar voren kunnen komen, indicatie zijn voor een maximale inspanningstest:

  • Overmatige vermoeidheid/zwakte, gerelateerd aan normwaarden of situatie voor ziekte/behandeling, zonder duidelijke verklaring
  • Hart- of longcomplicaties ten gevolge van de kanker(behandeling) of de verdenking daarop (bijvoorbeeld longembolie, longmetastase)

Een maximale inspanningstest en ECG met ademgasanalyse kan ook geindiceerd zijn als men ten behoeve van klinische besluitvorming een valide meting wil verkrijgen van het maximale zuurstofopname vermogen. De test wordt beschouwd als de gouden standaard voor bepaling van het maximale inspanningsvermogen (4) (5) (6).

Er zijn internationaal geaccepteerde normwaarden voor het inspanningsvermogen bij een gezonde populatie (n=50.000) beschikbaar (3). Aangezien de gezonde populatie een ruime spreiding in ademgasanalyse laat zien, is het naast relateren aan normwaarden ook nodig om per patiënt een vergelijking met de fysieke conditie voor de ziekte en de vereiste fysieke conditie voor functioneren in het arbeidsproces, gezin e.d. te maken. Het vereiste zuurstofopname vermogen bij allerlei activiteiten is bekend, waardoor het maken van een vertaalslag van conditie naar activiteiten in dagelijks leven en/of sport mogelijk is. Zie de American College of Sports Medicine (ACSM) guidelines for exercise testing and prescription voor informatie (3) en Ainsworth (7).

Voordat men verwijst voor een maximale inspanningstest is het raadzaam om navraag te doen of er door de medisch specialist al (recent) een maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse is afgenomen. Van deze testresultaten kan gebruik gemaakt worden. Wanneer bij bovenstaande indicaties de maximale inspanningstest niet eerder is verricht, bestaan er afhankelijk van de lokale situatie naar mening van de werkgroep twee mogelijkheden:

  • De primaire behandelaar wordt gevraagd deze test alsnog te laten verrichten,
  • De medisch specialist met expertise op het gebied van medisch specialistische revalidatie verwijst zelf voor een maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse.

Wanneer er om logistieke of inhoudelijke redenen besloten wordt geen maximale inspanningstest met ECG en ademgasanalyse af te nemen, maar wel een goede indruk van het duurvermogen verkregen moet worden is naar mening van de werkgroep de shuttle wandeltest of de shuttle run test een bruikbaar alternatief bij patiënten zonder hoog risicoprofiel voor cardiovasculaire events (NVVC 2010).

Spierkracht:

  • Indirecte 1-Repetitie Maximum meting (1-RM)

 Lichaamssamenstelling:

  • Body Mass Index (BMI), buikomvang en huidplooimeting

Specifieke fysieke, activiteiten en sociale problemen:

  • Patiënt Specifieke Klachtenlijst (PSK) (niet gevalideerd voor oncologische patiënten)

Vermoeidheid:

  • Multidimensionele Vermoeidheids Index (MVI & Scoringstool)

Distress:

  • Center for Epidemiologic Studies Depression Scale, handleiding, instructie (CES-D) voor het meten van depressieve symptomen
  • 10-item State Trait Anxiety Inventory (STAI) voor het meten van angst

Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:

  • European Organisation for Research and Treatment of Cancer Quality of Life Questionnaire- C30, Scoringstool (EORTC-QLQ-C30)

De revalidatiearts werkt als betrokken medisch specialist nauw samen met het multidisciplinair oncologisch behandelteam. Frequent contact met de primair behandelaar (internist-oncoloog, chirurg, radiotherapeut, etc.), (gespecialiseerd) verpleegkundig(e) (specialist), physician assistant, huisarts en/of bedrijfsarts), is daarbij nodig om informatie te verkrijgen over de (consequenties van) de oncologische behandeling, en om informatie te verstrekken of om af te stemmen over het verloop en de afronding van de revalidatiebehandeling. De revalidatiearts met expertise op het gebied van de oncologie adviseert de verwijzers bovendien over de mogelijkheden bij terugval in het fysiek/psychisch/sociaal/etc. functioneren op lange termijn.

De werkgroep is van mening dat een gestructureerde interdisciplinaire verslaglegging na de intake en na afronding van gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische revalidatiezorg van de behandeldoelen en de interventies nodig is voor onderlinge afstemming binnen het revalidatieteam en met betrokken primaire oncologische behandelaars (internist-oncologen, chirurgisch oncologisch behandelaars en radiotherapeut oncologen), (gespecialiseerd) verpleegkundig(en) (specialisten), physician assistants, huisartsen en/of bedrijfsartsen.

De werkgroep is van mening dat na afloop van de gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische (revalidatiebehandeling het behaalde resultaat samen met de patiënt te geëvalueerd dient te worden. Indien nodig en gewenst moet behandeling kunnen worden voortgezet.

Tabel 1. Doelen voor medisch specialistische revalidatie bij oncologie 

Tijdens in opzet curatieve behandeling
Fysieke doelen

  • Stabiliseren/verbeteren fysieke conditie en activiteitenniveau
  • Preventie of verminderen van vermoeidheidsklachten

Optimaliseren/handhaven gewenste voedingstoestand

Psychische/Sociale doelen

  • Nieuw emotioneel evenwicht bereiken
  • Functioneel omgaan met de ziekte en beperkingen (optimaliseren van coping)
  • Zo optimaal mogelijk functioneren in werk/huishoudelijke taken
  • Zo optimaal mogelijk vervullen van rol in gezin/sociale relaties
  • Zo optimaal mogelijke invulling van vrije tijdsbesteding
  • Leren omgaan met nieuw perspectief (existentiële coping) 

Na afloop in opzet curatieve behandeling

Fysieke doelen

  • Optimaliseren fysieke conditie en activiteitenniveau
  • Leren omgaan met fysieke grenzen en beperkingen
  • Stimuleren tot (volhouden) actieve leefstijl

Optimaliseren/handhaven gewenste voedingstoestand

Psychische /Sociale doelen

  • Nieuw emotioneel evenwicht bereiken
  • Functioneel omgaan met de ziekte en beperkingen (optimalisatie van coping)
  • Optimale hervatting van werk/huishoudelijke taken
  • Optimale hervatting van rol in gezin/sociale relaties
  • Optimale hervatting vrije tijdsbesteding
  • Inzicht krijgen in en grip krijgen op de factoren die de klachten, zoals bijv. vermoeidheid, in stand houden of verergeren.
  • Functioneel omgaan met beschikbare energie
  • Leren omgaan met nieuw perspectief (existentiële coping)

 

(Ziekte- en symptoomgerichte) Palliatieve fase

Fysieke doelen

  • Handhaven/optimaliseren fysiek functioneren en hieraan gekoppelde kwaliteit van leven
  • Leren omgaan met fysieke beperkingen
  • Optimaliseren/handhaven gewenste voedingstoestand

Psychische/Sociale doelen

  • Inzicht krijgen in en grip krijgen op de factoren die de klachten, zoals bijv. vermoeidheid, in stand houden, verergeren
  • Functioneel omgaan met beschikbare energie
  • Leren omgaan met nieuw perspectief (existentiële coping)

 Professionals kunnen patiënten op diverse manieren stimuleren tot deelname aan revalidatie. Ervaringsdeskundigen en naasten van de patiënt kunnen erbij betrokken worden om de steun aan de patiënt te optimaliseren.

Effect-evaluatie
Door middel van tussentijdse evaluatie en afstemming tussen de betrokken behandelaars wordt het revalidatieplan, indien nodig, bijgestuurd. Hierbij wordt aanbevolen gebruik te maken van de meetinstrumenten zoals geadviseerd in het hoofdstuk ‘Effect-evaluatie'. Aan het einde van de revalidatie dient evaluatie met benoeming van de bereikte doelen plaats te vinden. De patiënt moet bij de evaluatie tevens geadviseerd worden om het bewegen/trainen voort te zetten binnen de reguliere sport/beweegmogelijkheden. Mocht er op dat moment bij de patiënt nog een hulpvraag actueel zijn dan dienen deze hulpvraag/klachten en gevolgen opnieuw goed in kaart te worden gebracht, waarna opnieuw een intake en verwijzing naar gecoördineerde interdisciplinaire medisch specialistische revalidatiezorg of een verwijzing naar monodisciplinaire zorg kan volgen. De behandelresultaten en, indien van toepassing, de nieuwe verwijzing worden terug gerapporteerd aan de verwijzer.

Onderbouwing

De werkgroep is van mening dat de intake voorafgaand aan gecoördineerde interdisciplinaire medisch gespecialistische revalidatiezorg bij oncologie vormgegeven zou moeten worden door gebruik te maken van andere revalidatierichtlijnen (bijvoorbeeld hartrevalidatie). Dit is conform het advies van Het Zorginstituut Nederland.
Niveau 4: D Zorginstituut Nederland (1)

Om zicht te krijgen op wat een intake dient te omvatten, is systematisch gezocht in de literatuur (zie aanverwante items voor de zoekverantwoording en evidencetabellen). Er is geen nieuwe literatuur gevonden, waarin evidentie aanwezig is, waarin beschreven is hoe de intake voorafgaand aan gecoördineerdeinterdisciplinaire medisch specialistische revalidatie zorg bij oncologie vormgegeven moet worden.

Het Zorginstituut Nederland adviseert gebruik te maken van andere revalidatierichtlijnen (bijvoorbeeld hartrevalidatie). 

In de richtlijn hartrevalidatie staan onderstaande vragen centraal:

  1. Is er een verstoring/bedreiging van het fysiek functioneren?
  2. Is er een verstoring/bedreiging van het psychisch functioneren?
  3. Is er een verstoring/bedreiging van het sociaal functioneren?
  4. Is er sprake van risicogedrag? 

Vervolgens worden aan de antwoorden behandeldoelen gekoppeld en een revalidatiebehandeling samengesteld .

De doelstellingen, de beslisboom en bijbehorende interventies zijn opgesteld op basis van de richtlijn hartrevalidatie en op basis van consensus in de richtlijnwerkgroep verder toegespitst op de oncologische context (zie overige overwegingen). De werkgroep heeft er voor gekozen dit overzicht niet te beperken tot interventies waarvan de effectiviteit/doelmatigheid door middel van wetenschappelijk onderzoek is aangetoond, maar mede te baseren op de ervaring en expertise in de dagelijkse praktijk.

  1. 1 - Adamina M, Gie O, Demartines N et al. Contemporary perioperative care strategies. The British journal of surgery. 2013;100(1):38-54 [link]
  2. 2 - van Engen-Verheul M, de Keizer N, Hellemans I et al. Design of a continuous multifaceted guideline-implementation strategy based on computerized decision support. Studies in health technology and informatics. 2010;160(Pt 2):836-40 [link]
  3. 3 - Riebe D, Franklin BA, Thompson PD et al. Updating ACSM's Recommendations for Exercise Preparticipation Health Screening. Medicine and science in sports and exercise. 2015;47(11):2473-9 [link]
  4. 4 - Jones LW, Eves ND, Haykowsky M et al. Cardiorespiratory exercise testing in clinical oncology research: systematic review and practice recommendations. The lancet oncology. 2008;9(8):757-65 [link]
  5. 5 - Lucia A, Earnest C, Perez M. Cancer-related fatigue: can exercise physiology assist oncologists? The lancet oncology. 2003;4(10):616-25 [link]
  6. 6 - Wasserman KH, J.E. Exercise testing and Interpretation, 5th Revised edition: Lippincott Williams And Wilkins; 2011 [link]
  7. 7 - Ainsworth BE, Haskell WL, Herrmann SD et al. 2011 Compendium of Physical Activities: a second update of codes and MET values. Medicine and science in sports and exercise. 2011;43(8):1575-81 [link]

3. Evidence Report Intake

     

 

Om zicht te krijgen op wat een intake dient te omvatten, is systematisch gezocht in de literatuur met steekwoorden als oncologische revalidatie, problemen van patiënten met kanker, intake op fysieke en psychosociale problematiek, minste uitval of beste effecten van revalidatie (zie  methodology report hieronder). Dit resulteerde in een uitgebreide database: namelijk in totaal 778 artikelen. Na ontdubbeling bleven er 751 artikelen over. De verkregen literatuur is beoordeeld, waarbij reviews of originele artikelen met als onderwerp kanker en informatie over inspanningstolerantie en/of beperkende (fysieke of psychosociale) factoren als potentieel relevant geclassificeerd werden. Studies waarbij uit het abstract evident werd dat ze geen relevante informatie over de intake verschaften of die methodologisch onvoldoende waren (case reports) of die over een ander onderwerp gingen of die kinderen als doelgroep hadden vielen af. Na deze selectie bleven 3 potentieel relevante artikelen over. Deze artikelen werden op full tekst verder beoordeeld en vielen vervolgens alsnog af, omdat er geen vorm van intake werd onderzocht (2 studies) of omdat het ging over de behandeling van neuropathie.

Methodology report

Waar moet de intake uit bestaan om te bepalen welke vorm van revalidatie het meest geschikt is voor die specifieke patiënt?

 

 

Met de eerder gebruikte zoekvraag werd via Ovid gezocht in Medline naar literatuur m.b.t. vraag 8. Er werd gezocht naar artikelen gepubliceerd in 2009 t/m 1 juni 2015.

 

De zoekvraag werd als volgt opgebouwd:

 

PICO

Alle soorten oncologische revalidatie (zie P: let op onderscheid curatieve en palliatieve fase) Problemen van patiënten met kanker (verschillende per fase): rijtje G. Schep

Intake op fysieke en psychosociale problematiek

C

Minste uitval, beste effecten (van revalidatie)

 

Pp, kanker en patiënten in alle kankerfasen (curatief, palliatief, overlevenden)

Pp

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

exp Neoplasms/

exp Radiotherapy/

Bone Marrow Transplantation/

OR

(cancer$ or tumo?r$ or oncolog$ or neoplasm$ or malignan$ or carcino$ or sarcoma$ or leuk?emi$ or neutropeni$ or adenocarcino$ or lymphom$).ti,ab.

(radioth$ or radiat$ or irradiat$ or radiochemo$ or chemotherap$).ti,ab.

(bone marrow adj5 transplant$).ti,ab.

2

Survivors/

OR

((disease-free or disease free) adj3 surviv$).tw.

3

 

1 AND 2

 

4

   

((cancer or tumo?r or neoplasm$ or carcino$ or leuk?emi$ or sarcoma$ or adenocarcino$ or lymphom$ or oncolog$) adj3 surviv$).tw.

5

 

3 OR 4

 

6

palliative care/ or exp terminal care/

Terminally Ill/

OR

(palliative adj (treatment$ or care or caring)).ti,ab.

7

 

1 AND 6

 

8

   

(advanc$ adj2 (cancer or tumo?r or neoplasm$ or carcino$ or leuk?emi$ or sarcoma$ or adenocarcino$ or lymphom$ or oncolog$)).tw.

9

 

7 OR 8

 

10

exp treatment outcome/

OR

(curative adj3 (treatment$ or care or caring)).ti,ab.

11

 

1 AND 10

 

12

   

((cancer or tumo?r or neoplasm$ or carcino$ or leuk?emi$ or sarcoma$ or adenocarcino$ or lymphom$ or oncolog$) adj3 treat$).tw.

13*

 

11 or 12

 

14*

 

1 OR 5 OR 9 OR 13

 

*Aangepast t.o.v. de vorige keer

Pr, soorten revalidatie

Pr

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

exp Rehabilitation/

exp Exercise Therapy/

exp Psychotherapy/

Meditation/

OR

rehabilitat$.ti,ab.

(interval train$ or sport$ or movement therap$).tw.

stretch$.tw

(dance adj2 (therap$ or exercis$)).tw.

(tai ji or tai chi or tai?ji or tai?chi or walk$ or yoga).tw.

(psychosocial adj3 (interven$ or therap$ or train$ or activ$ or exercis$)).tw.

((exercise$ or physical$ or resistance or strenght or flexibility or endurance) adj6 (train$ or program$ or interven$ or exercis$)).tw.

((resistance or aerobic$ or endurance$) adj3 (exercis$ or train$ or program$ or interven$ or therap$)).tw.

(physical$ adj3 (activ$ or therap$ or train$ or exercis$ or interven$ or program$)).tw.

psychotherap$.tw.

(behavio?r$ adj3 (train$ or program$ or exercis$ or interven$ or therap$or activ$)).tw.

(cognitive adj3 (train$ or program$ or exercis$ or interven$ or therap$or activ$)).tw.

(relax$ adj3 (train$ or program$ or exercis$ or interven$ or therap$or activ$)).tw.

relaxation.ti,ab.

(weight adj3 (train$ or program$ or exercis$ or interven$ or therap$ or activ$)).tw.

exercise.ti,ab.

mindfulness.tw.

meditation.ti,ab.

((person or client) adj3 (intervention or therap$ or treatment or program$)).ti,ab.

Filter voor systematic reviews en meta-analyses

Fsysrev

trefwoorden

operator

woorden in affiliatie (af), publicatietype (pt) of tekst (tw)

1

 

OR

meta analysis.pt.

meta-anal*.af.

metaanal*.af.

(quantitativ* adj10 review*).tw.

(quantitativ* adj10 overview*).tw.

(systematic* adj10 review*).tw.

(systematic* adj10 overview*).tw.

(methodologic* adj10 review*).tw.

(methodologic* adj10 overview*).tw.

medline.tw. and review-.pt.

(pooled adj3 analy*).tw.

If interventie, d.i. functionele testen (voor fysieke onderdeel van de vraag)

If

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

Exercise Test/

exp Respiratory Function Tests/

Oxygen Consumption/

exp Muscle Strength/

Cachexia/

Lymphedema/

OR

(exercise adj3 (test$ or measur$ or evaluat$ or physolo$ or assessment)).ti,ab.

(respirator$ adj5 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment)).ti,ab.

(cardiorespirator$ adj5 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment)).ti,ab.

(oxygen adj3 (consumption or uptake)).ti,ab.

(muscle adj3 strength adj3 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment)).ti,ab.

((weight or muscle) adj3 loss).ti,ab.

((neuromuscular or neuropath$ or paresthes$) adj3 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment or scale)).ti,ab.

(lymph?edema or (shoulder adj3 (problem$ or pain or dysfunction$ or function) adj3 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment or scale))).ti,ab.

Ip interventie, d.i. functionele testen (voor psychosociale onderdeel van de vraag)

Ip

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

Questionnaires/

"Quality of Life"/

OR

((psychological or psychosocial or social) adj3 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment or scale)).ti,ab.

((depression or anxiety or fear or self-efficacy or selfefficacy or self-esteem or selfesteem or distress or mental stress or cognitive or fatigue) adj5 (test$ or measur$ or evaluat$ or assessment or scale)).ti,ab.

(coping or mental adjustment or competence or social support or motivation).ti,ab.

quality of life.ti,ab.

((sexual or relation$) adj3 problem$).tw.

S, psychosociale schalen

S

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

 

OR

(responses adj3 stress questionnaire$).ti,ab.

mental adjustment to cancer scale.tw.

(basic documentation adj3 (psycho-oncology or psychooncology)).tw.

distress thermometer.tw.

(hospital anxiety and depression scale).tw.

patient questionnaire for assessment of rehabilitation motivation.tw.

O, outcome d.w.z. het voorkomen/verbeteren van klachten en de beste effecten van de revalidatie

O

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

Patient Satisfaction/'

"Quality of Life"/

"Activities of Daily Living"/

OR

(satisfact$ adj4 (cancer$ or tumo?r$ or oncolog$ or neoplasm$ or malignan$ or carcino$ or sarcoma$ or leuk?emi$ or neutropeni$ or adenocarcino$ or lymphom$) adj4 patient$).ti,ab

quality of life.ti,ab.

((less or few$ or reduc$ or diminish$) adj3 (complain$ or pain or fatigue)).ti,ab.

((improv$ or better or enhanc$) adj3 (function$ or perform$ or abilit$ or able)).ti,ab.

De opbrengst is ingeperkt met deze zoekstrategie:

G

trefwoorden

operator

woorden in titel (ti), abstract (ab) of tekst (tw)

1

   

(cancer$ or tumo?r$ or oncolog$ or neoplasm$ or malignan$ or carcino$ or sarcoma$ or leuk?emi$ or neutropeni$ or adenocarcino$ or lymphom$ or exercise or program$ or rehabilitat$).ti.

 

Limiteringen: geen artikelen uitsluitend over dieren, alleen artikelen in de Nederlandse, Engelse of Duitse taal, artikelen over kinderen (tot 18 jaar) uitgesloten en alleen artikelen vanaf 2009 tot en met 2015.

 

Resultaten van deze search, t.o.v. de vorige search. (Alle artikelen zijn opgeslagen in Endnote-bestand ‘RL Onc Rev-2.enl.)

Er werden ten opzichte van de vorige keer ongeveer twee keer zoveel referenties gevonden, namelijk in totaal 778 artikelen. Na ontdubbeling bleven er 751 artikelen over.

 

database

bijgewerkt tot:

aantal treffers

Medline

28 augustus 2009

227

Medline

1 juni 2015

383

Medline

28 augustus 2009

18

Medline

1 juni 2015

36

Medline

28 augustus 2009

110

Medline

1 juni 2015

223

Medline

28 augustus2009

80

Medline

1 juni 2015

134

 

Van deze 751 artikelen werd op basis van titel en abstract bekeken in hoeverre zij de vraag konden beantwoorden, volgens de PICO.

 

Artikelen werden geëxcludeerd wegens:

  • Geen intake onderzocht (veruit de meesten)
  • Kinderen als doelgroep
  • Case studie
  • Ander onderwerp (bijvoorbeeld geriatric assessment)

 

Uit deze selectie op titel en abstract bleven 3 potentieel relevante artikelen over (zie de onderstaande tabel). Op de full tekst van deze artikelen werd verder beoordeeld in hoeverre zij de vraag konden beantwoorden, volgens de PICO. Alle drie de artikelen vielen vervolgens af.

 

Tabel 1: Beoordeling op full tekst.

Auteur

Titel

Tijdschrift

Inclusie/exclusie

Reden van exclusie

Smith EMBakitas MAHomel PPiehl MKingman LFadul CEBookbinder M.

Preliminary assessment of a neuropathic pain treatment and referral algorithm for patients with cancer.

 

 

J Pain Symptom Manage. 2011

Ex

Gaat alleen over behandeling van neuropathie.

Hutchison NA

Cancer rehabilitation

Minn Med. 2010

Ex

Geen intake onderzocht

Stubblefield MD

Cancer rehabilitation

Semin Oncol. 2011

Ex

Geen intake onderzocht

 

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  :

Laatst geautoriseerd  : 01-03-2018

Geplande herbeoordeling  :

Actualisatie

Voorwaarden voor revisie en beoordelingsfrequentie zijn vastgelegd in de richtlijn. De geldigheidstermijn voor de richtlijn (maximaal 5 jaar na vaststelling) wordt vanuit het Integraal Kankercentrum Nederland bewaakt. Om verscheidene redenen kan actualisatie eerder dan beoogd nodig zijn. Zo nodig zal de richtlijn tussentijds op onderdelen worden bijgesteld.

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen
Geautoriseerd door:
  • Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie
  • Nederlandse Internisten Vereniging
  • Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen
  • Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie
  • Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie en Oncologie
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland
  • Nederlandse Vereniging voor Psychosociale Oncologie
  • Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde

Algemene gegevens

Er komen in de dagelijkse oncologische praktijk problemen voor op lichamelijk, cognitief, emotioneel of sociaal vlak en/of met betrekking tot rolfunctioneren en/of zingeving. Deze problemen kunnen aanleiding geven, na signalering en bespreking, tot verwijzing van de desbetreffende patiënt met kanker of die kanker heeft gehad. De (ex-)patiënt kan verwezen worden voor verdere diagnostiek, een leefstijladvies, behandeling door één psychosociale of paramedische zorgverlener, door zorgverleners van verschillende disciplines, of naar medisch specialistische revalidatie. De richtlijn beschrijft hoe tot goede verwijzing naar medisch specialistische revalidatie bij oncologie te komen.

Daarnaast beschrijft de richtlijn:

  • Klachten na curatieve behandeling en in de palliatieve fase
  • Voorspellende factoren voor een gezonde levensstijl
  • Het intakeproces voorafgaand aan medisch specialistische revalidatie bij oncologie
  • Revalidatie(-interventies)
  • Meetinstrumenten voor effectevaluatie
  • Empowerment van de patiënt
  • Ondersteuning/adviezen/(verpleegkundige) interventies gericht op arbeid
  • Kosteneffectiviteit
  • Organisatie van zorg
  • Signalering en nazorg/revalidatiezorg bij kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker

Doel en doelgroep

De richtlijn richt zich op patiënten van 18 jaar en ouder. Dit betreft patiënten tijdens of na afronding van de in opzet curatieve behandeling en tijdens de palliatieve fase van alle oncologische aandoeningen. Voor de patiënten in de palliatieve fase, de fase die intreedt wanneer duidelijk wordt dat er geen zicht meer is op genezing, richt de richtlijn zich op patiënten in de ziektegerichte- en symptoomgerichte palliatieve fase en expliciet niet op de fase van terminale palliatie.

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
De richtlijn is bedoeld voor zowel primaire oncologische behandelaars (internist-oncologen, chirurgisch oncologisch behandelaars en radiotherapeut oncologen), (gespecialiseerd) verpleegkundig(en) (specialisten), physician assistants, huisartsen en bedrijfsartsen als voor professionals in de psychosociale, paramedische en revalidatiezorg. Voor primaire oncologische behandelaars (internist-oncologen, chirurgisch oncologisch behandelaars en radiotherapeut oncologen), (gespecialiseerd) verpleegkundig(en) (specialisten), physician assistants, huisartsen en bedrijfsartsen die signaleren en verwijzen zijn vooral de uitgangsvragen over klachten na curatieve behandeling en in de palliatieve fase, signalering, bespreking en verwijzing en de modules over kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker van belang. Voor professionals in de psychosociale, paramedische en medisch specialistische revalidatiezorg (revalidatieartsen, fysiotherapeuten, psychologen, maatschappelijk werkers, ergotherapeuten, etc.) zijn alle uitgangsvragen van belang.

Samenstelling werkgroep

Alle werkgroepleden zijn afgevaardigd namens wetenschappelijke verenigingen en hebben daarmee het mandaat voor hun inbreng. Bij de samenstelling van de werkgroep is geprobeerd rekening te houden met landelijke spreiding, inbreng van betrokkenen uit zowel academische als algemene ziekenhuizen/instellingen en vertegenwoordiging van de verschillende verenigingen/ disciplines. De patiëntenvereniging is eveneens vertegenwoordigd en in het geval er literatuuronderzoek is gedaan, is er een methodoloog of literatuuronderzoeker betrokken.

Belangenverklaringen

Aan alle werkgroepleden is gevraagd een belangenverklaring in te vullen, waarin ze hun banden met de industrie aangeven bij de start en einde van het richtlijntraject. De werkgroepleden hebben verklaard op dit moment of in de laatste drie jaar geen activiteiten te hebben ontplooid op uitnodiging van of met subsidie/ sponsoring van de industrie.

Inbreng patiëntenperspectief

De richtlijnwerkgroep bestaat uit zorgverleners van verschillende psychosociale en (para)medische disciplines en patiëntvertegenwoordigers van de Nederlandse Federatie van Kankerpatientenorganisaties.

Methode ontwikkeling

Evidence based

Zoekverantwoording

Zoekacties zijn opvraagbaar. Neem hiervoor contact op met de Richtlijnendatabase.

Volgende:
Revalidatie(-interventies)