Mannelijke niet-neurogene LUTS

Initiatief: NVU Aantal modules: 9

Startpagina - Mannelijke niet-neurogene LUTS

Waar gaat deze richtlijn over?

De richtlijn gaat over de diagnostiek, behandeling, en nazorg van mannen, boven de 40 jaar, met niet-neurogene Lower Urinary Tract Symptoms (LUTS).

De belangrijkste knelpunten in de praktijk waarvoor deze Nederlandse richtlijn aanbevelingen geeft, zijn:

 

Voortraject

  • welke afwegingen maakt de huisarts vooraf aan verwijzing

Diagnostiek

  • hoe ziet de initiele diagnostiek eruit
  • welke aanvullende onderzoeken zijn aangewezen

Behandeling

  • welke conservatieve of medicamenteuze behandeling kan worden gegeven
  • hoe kan medicamenteuze therapie zo veilig mogelijk worden voorgeschreven aan ouderen
  • welke chirurgische behandeling het beste kan worden toegepast bij patiënten met lower urinary tract symptoms op basis van blaasuitgangsobstructie
  • bij welke patiënten die een urineretentie hebben doorgemaakt en nog altijd een transurethrale verblijfskatheter hebben, is het peroperatief plaatsen van een suprapubische verblijfskatheter tegelijk met een desobstruerende ingreep geïndiceerd, omdat ze na de ingreep mogelijk niet tot spontane mictie zullen komen.

Nazorg/controle/follow-up

  • welke patiënten met LUTS, kunnen na het instellen van een conservatieve behandeling, worden terugverwezen naar de huisarts.

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor mannelijke personen van 40 jaar en ouder met LUTS.

De richtlijn is primair bedoeld voor urologen en is dus een leidraad voor de tweede- en derdelijnszorg voor patiënten met mannelijke LUTS in Nederland. Ook andere medisch specialisten, huisartsen, verpleegkundigen en patiënten kunnen kennisnemen van de inhoud.

 

Voor patiënten

Deze richtlijn gaat over de behandeling van plasklachten bij mannen boven de 40 jaar. Plasklachten worden in het Engels “Lower urinary tract symptoms” genoemd, kortweg LUTS.  Daarom heet de richtlijn die hierover is gemaakt de richtlijn niet-neurogene LUTS. ‘Niet-neurogeen’ betekent dat het hier niet om plasklachten gaat die worden gezien bij een neurologische ziekte (ziekte van de zenuwstelsel).

In deze richtlijn wordt beschreven wat voor onderzoek er bij de uroloog wordt gedaan, wanneer een mannelijk patiënt met plasklachten hier naartoe wordt verwezen. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de verschillende behandelingen voor plasklachten: leefstijladviezen, medicijnen, of een operatie van de prostaat. Tot slot wordt er beschreven hoe de nazorg van aan behandeling bij de uroloog eruit dient te zien.

 

Zie ook de patiënteninformatie (klik) bij deze richtlijn.

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

De evidence-based richtlijn Diagnostiek en behandeling van LUTS/BPH uit 2006 werdgezien als een belangrijke richtlijn voor de Nederlandse Vereniging voor Urologie (NVU). De Commissie Kwaliteit heeft de werkgroepen gevraagd welke richtlijnen een update zouden moeten krijgen. Vanuit de werkgroep Functionele Urologie (FURU) van de NVU is aangegeven dat het zeer wenselijk wordt geacht dat de richtlijn Diagnostiek en behandeling van LUTS/BPH geactualiseerd wordt, mede aan de hand van de meest recente Europese richtlijn: de EAU Guideline.

Bovendien noemt het rapport Duiden van praktijkvariatie rond indicatiestelling BPH uit 2014, destijds opgesteld in opdracht van Regieraad Kwaliteit van Zorg, in de conclusie onder andere als verbeterpunt het herzien van de richtlijn Diagnostiek en behandeling van LUTS/BPH uit 2005.

Volgende:
Traject voorafgaande aan verwijzing LUTS