Startpagina - Malaria Diagnostiek
Waar gaat deze richtlijn over?
Malaria is een infectie die voorkomt in de tropen en subtropen. Malaria wordt veroorzaakt door infecties met parasieten van vijf verschillende Plasmodium-soorten: P. falciparum, P. vivax en P. ovale, P. malariae en P. knowlesi, waarvan de twee eerste het meest gezien worden in Nederland als importziekte.
Infecties, vooral met P. falciparum, kunnen aanleiding geven tot ernstige morbiditeit met soms ernstige orgaanschade, waardoor de infectie een snel dodelijk beloop kan hebben. Bij een malaria infectie staat hoge koorts vaak op de voorgrond, echter klinisch is dit niet te onderscheiden van andere oorzaken van koorts. Om mortaliteit te voorkomen, en ernstige morbiditeit te kunnen verminderen, is snelle, betrouwbare en adequate diagnostiek, die 24/7 beschikbaar is, noodzakelijk en de huidige norm.
Tot op heden is conventionele microscopisch de gouden standard voor een betrouwbare diagnose die richting geeft aan de juiste behandelstrategie. In gespecialiseerde centra is ook de QBC geïntroduceerd als snelle screeningstest. Beide testen zijn betrouwbaar en sensitief en kunnen actief delende parasieten aantonen. Klassieke microscopie kan tevens gebruikt worden voor species determinatie en het vaststellen van de parasitemie met een zeer hoge specificiteit. Deze technieken vereisen specifieke deskundigheid van goed opgeleid analytisch personeel. Tegenwoordig wordt ook snel diagnostiek door middel van Antigeentest en LAMP ingezet. Deze technieken vereisen geen kennis van malaria gespecialiseerd analytisch personeel.
Het combineren van de juiste technieken en het borgen van malaria specifieke expertise in de verschillende laboratoria vereisten een nieuwe richtlijn die voorziet in aanbevelingen voor een adequate malariadiagnostiek in het tijdperk van automatisering en efficiëntere bedrijfsvoering.
Doel
Het doel van deze richtlijn is om diagnostische laboratoria richting te geven hoe de malariadiagnostiek adequaat uit kan worden gevoerd.
De malariadiagnostiek bestaat uit drie fases:
- Screening op de aanwezigheid, dan wel afwezigheid van malaria.
- Confirmatie van de aanwezigheid van malaria, waarbij species determinatie en parasitemie wordt vastgesteld.
- Vervolgonderzoek, waarbij het effect van de behandeling wordt vervolgd.
Vooral screening en confirmatie diagnostiek kent een hoge urgentie. Patiënten met malaria kunnen ieder uur verslechteren met risico op een fatale afloop. Snelheid van de uitslagen van screening en confirmatie bepalen de prognose van de patiënt.
Ook is het belangrijk om na te denken welke positie deze diagnostiek heeft binnen een regio. Malaria is een weinig voorkomende maar belangrijke diagnostische aanvraag, die snel verricht moet worden om adequate behandeling van patiënten met een Plasmodium-infectie te borgen.
De richtlijn bevat de volgende modules:
- Screening van malaria.
- Confirmatie; bepalen van de Plasmodium-soort en parasitemie.
- Vervolgonderzoek van malaria na starten van behandeling.
- Organisatie van malariadiagnostiek in Nederland.
Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de diagnostiek voor patiënten met (verdenking op) malaria en gecertificeerd zijn om malariadiagnostiek uit te voeren.
De richtlijn heeft betrekking op malariadiagnostiek in de 2é en 3é lijn van zorg in Nederland. Dit betreft de patiënt die zich meldt met mogelijk een actieve malaria infectie. Deze richtlijn gaat niet in op de behandeling van malaria. De behandeling van infectieziekten zoals malaria wordt in Nederland geregeld via de Stichting werkgroep Antibioticabeleid (SWAB) richtlijn en de therapierichtlijn van de Nederlandse Vereniging voor Parasitologie (NVP).
Voor patiënten
De richtlijn heeft betrekking op alle malariadiagnostiek in Nederland.
Toepassen
Er is een diagnostiek algoritme ontwikkeld behorende bij de gehele richtlijn.