Startpagina - Luchtwegmanagement bij vitaal bedreigde patiënt buiten de operatiekamer
Wat is nieuw? | Publicatiedatum |
---|---|
Startpagina - Luchtwegmanagement bij vitaal bedreigde patiënt buiten de operatiekamer | 24-02-2025 |
Screening van de moeilijke luchtweg | 24-02-2025 |
Preoxygenatie | 24-02-2025 |
Peroxygenatie | 24-02-2025 |
Spontaan ademend intuberen | 24-02-2025 |
Medicatie | 24-02-2025 |
Hoofd- en lichaamspositie | 24-02-2025 |
Stylet versus bougie | 24-02-2025 |
Videolaryngoscopie | 24-02-2025 |
Hemodynamische ondersteuning | 24-02-2025 |
eFONA | 24-02-2025 |
Aanwezigheid van naaste | 24-02-2025 |
Randvoorwaarden (Organisatie van zorg) | 24-02-2025 |
Checklist en luchtwegalgoritme | 24-02-2025 |
Multidisciplinaire afstemming | 24-02-2025 |
Waar gaat deze richtlijn over?
Deze richtlijn heeft als doel om, op basis van wetenschappelijke onderzoek, het proces van luchtwegmanagement bij vitaal bedreigde patiënten te optimaliseren om de kans op mortaliteit en morbiditeit als gevolg van deze procedure te minimaliseren. De richtlijn beschrijft het proces van luchtwegmanagement bij de (bijna) volwassen vitaal bedreigde patiënt in het ziekenhuis in een niet-OK setting. Het betreft hier veelal patiënten met een fysiologisch moeilijke luchtweg die geïntubeerd moeten worden op locaties buiten de OK (bijvoorbeeld op de intensive care of spoedeisende hulp).
In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Screening met de MACOCHA score
- Methode van pre-oxygenatie
- Methode van per-oxygenatie
- Intubatie met behoud van spontane ademhaling
- Medicatie tijdens inductie
- Hoofd- en lichaamspositie
- Gebruik van stylet of bougie
- Videolaryngoscopie
- Hemodynamische ondersteuning
- eFONA technieken
- Aanwezigheid van een naaste bij de procedure
- Randvoorwaarden voor luchtwegmanagement
Voor wie is deze richtlijn bedoeld?
Deze richtlijn is geschreven voor zorgverleners in de tweede (en derde) lijn die betrokken zijn bij de zorg voor vitaal bedreigde patiënten die geïntubeerd moeten worden buiten de OK-setting.
Voor patiënten
Wanneer een patiënt niet goed meer zelf kan ademen, het te veel kracht kost of als hij buiten bewustzijn is, is kunstmatige beademing nodig met de hulp van een beademingsapparaat. Bij invasieve beademing wordt een tube in de luchtpijp geplaatst. Dit heet intubatie. Intubatie vindt onder andere plaats op de intensive care en de spoedeisende hulp. Meer informatie voor patiënten is te vinden op de website van IC Connect.
Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?
Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Vereniging voor Intensive Care. De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire werkgroep met vertegenwoordigers vanuit de intensivisten, anesthesiologen, internisten en spoedeisende hulpartsen. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door inbreng van de patiëntenvereniging FCIC/IC Connect.
Verantwoording
Autorisatiedatum en geldigheid
Laatst beoordeeld : 23-02-2025
Laatst geautoriseerd : 23-02-2025
Geplande herbeoordeling : 23-02-2028