Lichen planus

Initiatief: NVDV Aantal modules: 19

Lokale behandeling bij genitale lichen planus

Uitgangsvraag

  • Welke lokale behandeling en in welke volgorde heeft bij patiënten met lichen planus de voorkeur?
  • Welke factoren zijn verantwoordelijk voor het falen van lokale behandeling bij patiënten met lichen planus?
  • Welke lokale behandeling heeft bij patiënten met lichen planus de voorkeur bij pijn?
  • Wat is bij patiënten met lichen planus de waarde van onderhoudsbehandeling?

Aanbeveling

Bij patiënten met genitale lichen planus is naast een emolliens een sterk tot zeer sterk werkend (klasse 3 of 4) lokaal corticosteroïd het middel van eerste keus, waarbij zalven de sterke voorkeur hebben boven crèmes.

 

Bij vaginale lichen planus zijn hydrocortison per zetpil (25 mg) of clobetasolpropionaat zalf, aangebracht met behulp van aan applicator of mini tampon, een optie.

 

Als alternatief voor dermatocorticosteroïden kan er gekozen worden voor een behandeling met een lokale calcineurineremmer waarbij tacrolimuszalf de voorkeur heeft boven pimecrolimuscrème. Voor vaginale toepassing is van de calcineurineremmers alleen tacrolimus geschikt.

Overwegingen

Lokale corticosteroïden

Clobetasolpropionaat

Clobetasol propionaat is het corticosteroïd waarmee in Nederland de meeste ervaring is opgedaan. Om te voorkomen dat er te veel bijwerkingen (zoals irritatie, atrofie, teleangiëctastieën (vooral van de omgevende huid), het Cushing-effect, hypertensie en osteoporose) ontstaan, wordt dit intermitterend toegepast. Dat ook bij intermitterend gebruik bijwerkingen kunnen optreden, moge blijken uit een door Mous et al. (2002) gepubliceerde casus. Wanneer een patiënt bij het aanbrengen van clobetasol irritatie ervaart, kan aan de zalf 3-5% lidocaïne worden toegevoegd. Dit geldt met name bij vulvaire toepassing. De omgevende huid kan worden beschermd met een emolliens. Voor vaginaal gebruik kan clobetasol op een mini-tampon worden aangebracht.

 

Hydrocortison

Met hydrocortison zetpillen bestaat in Nederland niet veel ervaring. Gezien de hoge dosis toegediende corticosteroïden (50 mg hydrocortison is equivalent aan 12,5 mg prednison) en de bijwerkingen die hierbij optreden (m.n. Cushing-effect, hypertensie en osteoporose) dient men hier zeer terughoudend mee te zijn. In de Verenigde Staten wordt deze behandeling vaker gegeven; het lijkt er op dat het middel daar meer wordt ingezet als een equivalent van de stootkuur prednison, die in Nederland wel als ultimum refugium (crisisinterventie) wordt toegepast.

Vrouwelijke patiënten kunnen zalf in de vagina aanbrengen met de vinger of met behulp van een applicator of mini tampon. Tevens kan met patiënte worden besproken om zalf met behulp van pelottes in de vagina in te brengen, wat tevens kan bijdragen om de vagina open te houden.

 

Calcineurineremmers

Tacrolimus

Tacrolimus kan lokaal irritatie en een branderig gevoel geven. Bij het voortzetten van de therapie verdwijnen deze klachten vaak geheel of gedeeltelijk.

 

Pimecrolimus

Er is geen direct vergelijkend onderzoek tussen pimecrolimus en tacrolimus bij genitale LP. Tacrolimus lijkt iets effectiever te zijn dan pimecrolimus. Deze bevinding is dus niet gebaseerd op onderling vergelijkende studie, maar eventueel te extrapoleren uit vergelijkingen bij andere aandoeningen zoals eczeem. Pimecrolimus heeft minder bijwerkingen. Tacrolimus is als zalf verkrijgbaar en pimecrolimus als crème. Het is mogelijk behandeling met tacrolimuszalf en clobestasolzalf te combineren. In het genitale gebied heeft een zalf de voorkeur. Tacrolimuszalf kan met behulp van een mini-tampon worden gebruikt gedurende de nacht.

Onderbouwing

De literatuur over behandeling van LP aan de genitaliën heeft voornamelijk betrekking op vrouwen. Bij mannen betreft het slechts enkele case reports. LP van de genitaliën heeft vaak een geprotraheerd beloop en is doorgaans moeilijk te behandelen. Hoewel de aandoening na de meeste behandelingen (en ook wel spontaan) op den duur zal verbeteren, geneest deze doorgaans niet volledig. Het is dan ook belangrijk dat de patiënt wordt uitgelegd dat het behandeldoel niet genezing is, maar het onder controle houden van de aandoening en trachten progressie te voorkomen.

Lokale corticosteroïden

Clobetasolpropionaat

Niveau 3

Clobetasolpropionaat lijkt effectief te zijn bij de behandeling van vulvaire lichen planus.

 

C Cooper 2006, Jensen 2004

 

Niveau 4

Empirische data wijzen erop dat bij sommige patiënten minder sterke glucocorticosteroïden beter werken.

 

D Ervaring werkgroep

 

Hydrocortison

Niveau 3

Hydrocortison per vaginale zetpil lijkt effectief te zijn bij de behandeling van vaginale lichen planus.

 

C Anderson 2002

 

Calcineurineremmers

Tacrolimus

Niveau 3

Tacrolimus lijkt effectief te zijn bij de behandeling van vulvaire lichen planus.

 

C Byrd 2004, Kirtschig 2002, Lotery 2003, Jensen 2004

 

Pimecrolimus

Niveau 3

Pimecrolimus lijkt effectief te zijn in de behandeling van vulvaire lichen planus.

 

C Lonsdale, 2004

Lokale corticosteroïden

Clobetasolpropionaat

Clobetasolpropionaat is een sterk werkend corticosteroïd. Ofschoon het een van de meest toegepaste middelen is bij genitale LP, is hiernaar opvallend weinig onderzoek gedaan. Cooper et al. (2006) verzamelden retrospectief 114 patiënten. De vrouwen waren afkomstig van meerdere vulvaklinieken in Engeland. Zij keken naar subjectieve klachten: jeuk, irritatie, dyspareunie en objectieve symptomen: erosies, architectuurverlies, erytheem en atrofie. Van hen kregen 89 een behandeling met 0,05% clobetasol propionaat zalf. Bij 84 (94%) hiervan trad verbetering op, van wie 63 (71%) symptoomvrij werden. Daarnaast werden 14 patiënten behandeld met een combinatie van 0,05% clobetasonbutyraat, 3% oxytetracycline en nystatine 100.000U/g. Dit was bij alle 14 patiënten effectief. Op één na waren zij geheel klachtenvrij. De overige 11 patiënten waren op uiteenlopende wijzen behandeld en blijven hier verder buiten beschouwing.

 

Jensen et al. (2004) legden 19 patiënten die waren behandeld met clobetasolproprionaat of tacrolimus, retrospectief een lijst met vragen voor die betrekking hadden op symptomen. 17 patiënten vulden de vragenlijst in. Tacrolimus werd door hen iets gunstiger beoordeeld dan clobetasol.

 

Hydrocortison

Anderson et al. (2002) beoordeelden bij 60 vrouwen (gemiddelde leeftijd 58 jaar) retrospectief de effectiviteit van lokaal toegepast hydrocortison. De behandeling bestond uit een vaginale zetpil hydrocortison van 25 mg, aanvankelijk 2 maal daags, later eenmaal daags en na enkele maanden afgebouwd tot 2x per week. Het branderig gevoel en vaginale afscheiding namen af, en in mindere mate gold dat ook voor de jeuk en dyspareunie. De seksuele activiteit nam echter niet toe. Er was ook verbetering van objectieve symptomen zoals vaginale stenose, erytheem en erosies.

 

Calcineurineremmers

Tacrolimus

Byrd et al. (2004) beschreven 16 patiënten die behandeld werden met tacrolimus zalf 0,1%. De patiënten kregen een vragenlijst voorgelegd. Bij 15 patiënten (94%) waren de symptomen verbeterd. Na stoppen van behandeling kwamen de klachten bij 10 patiënten binnen 6 maanden weer terug. Kirtschig et al. (2002) behandelden 2 vrouwen met tacrolimus zalf 0,1%. De een verbeterde geheel en de ander gedeeltelijk.

 

Lotery et al. (2003) gaven 3 vrouwen met vaginale en orale LP planus tacrolimus zalf 0,1%. Eén patiënte bereikte complete remissie en de overige 2 patiënten toonden een gedeeltelijke verbetering.

Jensen et al. (2004) legden 19 patiënten die waren behandeld met clobetasol of tacrolimus retrospectief een lijst met vragen voor die betrekking hadden op symptomen en VAS-score. 17 patiënten vulden de vragenlijst in. Tacrolimus werd door hen iets gunstiger beoordeeld dan clobetasol.

 

Pimecrolimus

Lonsdale et al. (2005) behandelden 11 patiënten met 1% pimecrolimus crème, 2 maal daags. Na 4 tot 6 weken hadden 2 patiënten een complete remissie en 7 patiënten een gedeeltelijke respons, 2 patiënten waren gestopt in verband met lokale irritatie door pimecrolimus. Na wat langere follow-up hadden 6 patiënten een complete respons en 3 patiënten een gedeeltelijke respons.

  1. Aguirre JM, Bagan JV, Rodriguez C, Jimenez Y, Martinez-Conde R, az de RF, et al. Efficacy of mometasone furoate microemulsion in the treatment of erosive-ulcerative oral lichen planus: pilot study. J Oral Pathol Med 2004 Aug;33(7):381-5
  2. Al-Mutairi N, El-Khalawany M. Clinicopathological characteristics of lichen planus pigmentosus and its response to tacrolimus ointment: an open label, non-randomized, prospective study. J Eur Acad Dermatol Venereol. 2010; 24(5): 535-40
  3. Anderson M, Kutzner S, Kaufman R.H. Treatment of vulvovaginal lichen planus with vaginal hydrocortisone suppositories. Obstet Gynecol 2002;100:359-62
  4. Bouloc A, Revuz J, Bagot M, Wechsler J, Natta P. KH 1060 for the treatment of lichen planus: a multicenter, randomized, double-blind, vehicle-controlled study. Arch Dermatol. 2000 Oct; 136(10): 1272
  5. Buajeeb W, Kraivaphan P, Pobrurksa C. Efficacy of topical retinoic acid compared with topical fluocinolone acetonide in the treatment of oral lichen planus. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod 1997 Jan;83(1):21-5
  6. Buajeeb W, Pobrurksa C, Kraivaphan P. Efficacy of fluocinolone acetonide gel in the treatment of oral lichen planus. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod 2000 Jan;89(1):42-5
  7. Byrd JA, Davis MDP, Roy MD, Rogers S. Recalcitrant symptomatic vulvar lichen planus, response to topical tacrolimus. Arch dermatol 2004;140:715-720
  8. Carbone M, Arduino PG, Carrozzo M, Caiazzo G, Broccoletti R, Conrotto D, et al. Topical clobetasol in the treatment of atrophic-erosive oral lichen planus: a randomized controlled trial to compare two preparations with different concentrations. Journal of oral pathology & medicine: official publication of the International Association of Oral Pathologists and the American Academy of Oral Pathology 2009;38:227-33
  9. Choonhakarn C, Busaracome P, Sripanidkulchai B, Sarakarn P. The efficacy of aloe vera gel in the treatment of oral lichen planus: a randomized controlled trial. The British journal of dermatology 2008;158:573-7
  10. Conrotto DC. Ciclosporin vs. clobetasol in the topical management of atrophic and erosive oral lichen planus: A double-blind, randomized controlled trial. British Journal of Dermatology 2006 Jan;154(1):Jan
  11. Cooper SM, Wojnarowska F. Influence of treatment of erosive lichen planus of the vulva on its prognosis. Arch Dermatol 2006; 142: 289-94
  12. Corrocher G, Di LG, Martinelli N, Mansueto P, Biasi D, Nocini PF, et al. Comparative effect of tacrolimus 0.1% ointment and clobetasol 0.05% ointment in patients with oral lichen planus. J Clin Periodontol 2008 Mar;35(3):244-9
  13. Donnellan F, Swan MP, May, GR, Kandel G, Marcon NE, Kortan PP. Fluticasone proprionate for treatment of esophageal lichen planus. A case series. Dis Esophagus 2011; 24: 211-4.
  14. Eisen D, Griffiths CEM, Ellis CN, Duell E, Voorhees JJ. Cyclosporine swish and spit improves oral lichen planus in a double-blind study. Clin Res 1990;38:624A
  15. Eisen DE. Effect of topical cyclosporine rinse on oral lichen planus. A double-blind analysis. N Engl J Med 1990; 323(5)
  16. Epstein JB, Truelove EL. Topical cyclosporine in a bioadhesive for treatment of oral lichenoid mucosal reactions: an open label clinical trial. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod 1996 Nov;82(5):532-6
  17. Gaeta GM, Serpico R, Femiano F, La-Rotonda MI, Cappello B, Gombos F, et al. Cyclosporin bioadhesive gel in the topical treatment of erosive oral lichen planus. Int J Immunopathol Pharmacol 1994;7:125-32
  18. Giustina TAS. Topical application of isotretinoin gel improves oral lichen planus. A double-blind study. Archives of Dermatology 1986;122(5):1986
  19. Glade CP, Van Der Vleuten CJ, van Erp PE, De Jong EM, van de Kerkhof PC. The epidermis of chronic idiopathic lichen planus during topical treatment with the vitamin D3 analogue KH 1060. Clin Exp Dermatol. 1998; 23(1): 14-8
  20. Gorouhi F, Solhpour A, Beitollahi JM, Afshar S, Davari P, Hashemi P, et al. Randomized trial of pimecrolimus cream versus triamcinolone acetonide paste in the treatment of oral lichen planus. Journal of the American Academy of Dermatology 2007;57:806-13
  21. Greenspan JS, Yeoman CM, Harding SM. Oral lichen planus. A double-blind comparison of treatment with betamethasone valerate aerosol and pellets. British dental journal 1978;144:83-4
  22. Guiglia R, Di LC, Pizzo G, Picone L, Lo ML, Gallo PD, et al. A combined treatment regimen for desquamative gingivitis in patients with oral lichen planus. J Oral Pathol Med 2007 Feb;36(2):110-6.
  23. Hegarty AM, Hodgson TA, Lewsey JD, Porter SR. Fluticasone propionate spray and betamethasone sodium phosphate mouthrinse: a randomized crossover study for the treatment of symptomatic oral lichen planus. Journal of the American Academy of Dermatology 2002;47:271-9
  24. Helgesen A.O.L., Gjersvik P, Jebsen P, Kirschner R, Tanbo T. Vaginal involvement in genital erosive lichen planus. Act Obstetricia et Gynecologica 2010; 89: 966-970
  25. Hersle K, Mobacken H, Sloberg K, Thilander H. Severe oral lichen planus: treatment with an aromatic retinoid (etretinate). Br J Dermatol 1982 Jan;106(1):77-80
  26. Irvine C, Irvine F, Champion RH. Long-term follow-up of lichen planus. Acta Derm Venereol. 1991; 71: 242-244
  27. Jensen JT, Bird M, Leclair CM. Patient satisfaction after the treatment of vulvovaginal erosive lichen planus with topical clobetasol and tacrolimus: a survey study. Am J Obstet Gynecol. 2004;190(6):1759-1763
  28. Kaliakatsou F, Hodgson TA, Lewsey JD, Hegarty AM, Murphy AG, Porter SR. Management of recalcitrant ulcerative oral lichen planus with topical tacrolimus. J Am Acad Dermatol 2002 Jan;46(1):35-41
  29. Kar HK, Parsad D, Gautam RK, Jain RK, Sharma PK. Comparison of topical tretinoin and betamethasone in oral lichen planus. Indian Journal of Dermatology, Venerology and Leprology 1996;62:304-5
  30. Kirtschig G, Meulen van der AJ, Ion Lipan JW, Stoof TJ. Successful treatment of erosive vulvovaginal lichen planus with topical tacrolimus. Brit. J. Dermatol 2002;147:625-626
  31. Laeijendecker R, Tank B, Dekker SK, Neumann HA. A comparison of treatment of oral lichen planus with topical tacrolimus and triamcinolone acetonide ointment. Acta Derm Venereol 2006;86(3):227-9.
  32. Lonsdale-Eccles AA, Velangi S. Topical pimecrolimus in the treatment of genital lichen planus: a prospective case series. Brit J of Dermatol 2005;153:390-394
  33. Lotery HE, Galask RP. Erosive lichen planus of the vulva and vagina. Am J. Obstet and Gynecol 2003;101:1121-5
  34. Lozada-Nur FI, Sroussi HY. Tacrolimus powder in Orabase 0.1% for the treatment of oral lichen planus and oral lichenoid lesions: an open clinical trial. Oral Surgery, Oral Medicine, Oral Pathology, Oral Radiology, and Endodontics 2006;102:744-9
  35. McGrath C, Hegarty AM, Hodgson TA, Porter SR. Patient-centred outcome measures for oral mucosal disease are sensitive to treatment. Int J Oral Maxillofac Surg 2003 Jun;32(3):334-6.
  36. Meijden van der W.I., Harmsel Ter W.A. Vulvapathologie. Van Gorum, 1e druk, 2007
  37. Meissner T, Becker J, Reichart PA. Local treatment of oral Lichen planus with Ciclosporin A. Deutsche Zahnarztliche Zeitschrift 1992;47:880-2
  38. Morrison L, Kratochvil FJ, III, Gorman A. An open trial of topical tacrolimus for erosive oral lichen planus. J Am Acad Dermatol 2002 Oct;47(4):617-20
  39. Mous HVH, Helmerhorst ThJM, Hollander, JC den, Meijden WI van der. Vulvovaginale klachten, dyspareunie en orale mucosa-afwijkingen: erosieve lichen planus. Ned Tijdschr Geneeskd. 2002;146:881-5
  40. Nolan A, Badminton J, Maguire J, Seymour RA. The efficacy of topical hyaluronic acid in the management of oral lichen planus. J Oral Pathol Med 2009 Mar;38(3):299-303
  41. Olivier V, Lacour JP, Mousnier A, Garraffo R, Monteil RA, Ortonne JP. Treatment of chronic erosive oral lichen planus with low concentrations of topical tacrolimus: an open prospective study. Arch Dermatol 2002 Oct;138(10):1335-8
  42. Podboy A, Sunjaya D, Smyrk TC, Murray JA, Binder M, Katzka DA, Alexander JA, Halland M. Oesophageal lichen planus: the efficacy of topical steroid-based therapies. Aliment Pharmacol Ther. 2017 Jan;45(2):310-318.
  43. Passeron T, Lacour JP, Fontas E, Ortonne JP. Treatment of oral erosive lichen planus with 1% pimecrolimus cream: a double-blind, randomized, prospective trial with measurement of pimecrolimus levels in the blood. Archives of Dermatology 2007;143:472-6
  44. Radfar L, Wild RC, Suresh L. A comparative treatment study of topical tacrolimus and clobetasol in oral lichen planus. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod 2008 Feb;105(2):187-93
  45. Rajar UD, Majeed R, Parveen N, Sheikh I, Sushel C. Efficacy of aloe vera gel in the treatment of vulval lichen planus. J Coll Physicians Surg Pak 2008; 18:612-4
  46. Rodstrom PO, Hakeberg M, Jontell M, Nordin P. Erosive oral lichen planus treated with clobetasol propionate and triamcinolone acetonide in Orabase: A double-blind clinical trial. J DERMATOL TREAT 1994;5:7-10
  47. Santegoets L.A.M. Dissertatie “Molecular and immunological mechanisms of epithelial disorders of the vulva”; 2011
  48. Sardella AD. Efficacy of topical mesalazine compared with clobetasol propionate in treatment of symptomatic oral lichen planus. Oral diseases 1998;4(4):1998
  49. Scardina GAM. A randomized trial assessing the effectiveness of different concentrations of isotretinoin in the management of lichen planus. International Journal of Oral and Maxillofacial Surgery 2006 Jan;35(1):Jan\
  50. Schauer F, Monasterio C, Technau-Hafsi K, Kern JS, Lazaro A, Deibert P, Hasselblatt P, Schwacha H, Heeg S, Brass V, Küllmer A, Schmidt AR, Schmitt-Graeff A, Kreisel W. Esophageal lichen planus: towards diagnosis of an underdiagnosed disease. Scand J Gastroenterol. 2019 Oct;54(10):1189-1198.
  51. Scheer M, Kawari-Mahmoodi N, Neugebauer J, Kubler AC. (Pimecrolimus (Elidel) for therapy of lichen ruber mucosae). Mund Kiefer Gesichtschir 2006 Nov;10(6):403-7
  52. Sieg P, Von DH, Von Z, V, Iven H, Färber L. Topical cyclosporin in oral lichen planus: a controlled, randomized, prospective trial. The British journal of dermatology 1995;132:790-4
  53. Sloberg K, Hersle K, Mobacken H, Thilander H. Topical tretinoin therapy and oral lichen planus. Arch Dermatol 1979 Jun;115(6):716-8
  54. Soria A, gbo-Godeau S, Taieb A, Frances C. Treatment of refractory oral erosive lichen planus with topical rapamycin: 7 cases. Dermatology 2009;218(1):22-5
  55. Swift JC, Rees TD, Plemons JM, Hallmon WW, Wright JC. The effectiveness of 1% pimecrolimus cream in the treatment of oral erosive lichen planus. Journal of Periodontology 2005;76:627-35.
  56. Thongprasom K, Chaimusig M, Korkij W, Sererat T, Luangjarmekorn L, Rojwattanasirivej S. A randomized-controlled trial to compare topical cyclosporin with triamcinolone acetonide for the treatment of oral lichen planus. Journal of oral pathology & medicine: official publication of the International Association of Oral Pathologists and the American Academy of Oral Pathology 2007;36:142-6
  57. Thongprasom K, Luangjarmekorn L, Sererat T, Taweesap W. Relative efficacy of fluocinolone acetonide compared with triamcinolone acetonide in treatment of oral lichen planus. J Oral Pathol Med 1992;21:456-8
  58. Thongprasom K, Luengvisut P, Wongwatanakij A, Boonjatturus C. Clinical evaluation in treatment of oral lichen planus with topical fluocinolone acetonide: A 2-year follow-up. Journal of Oral Pathology & Medicine 2003;32:315-22
  59. Tyldesley WR, Harding SM. Betamethasone valerate aerosol in the treatment of oral lichen planus. Br J Dermatol 1977 Jun;96(6):659-62
  60. Ungphaiboon S, Nittayananta W, Vuddhakul V, Maneenuan D, Kietthubthew S, Wongpoowarak W, et al. Formulation and efficacy of triamcinolone acetonide mouthwash for treating oral lichen planus. American journal of health system pharmacy: AJHP: official journal of the American Society of Health System Pharmacists 2005;62:485-91
  61. Volz TC. Pimecrolimus cream 1% in erosive oral lichen planus - A prospective randomized double-blind vehicle-controlled study. British Journal of Dermatology 2008 Oct;159(4):October
  62. Voute AB, Schulten EA, Langendijk PN, Nieboer C, Van dW, I. Cyclosporin A in an adhesive base for treatment of recalcitrant oral lichen planus. An open trial. Oral Surg Oral Med Oral Pathol 1994 Oct;78(4):437-41
  63. Voute ABE. Fluocinonide in an adhesive base for treatment of oral lichen planus: A double-blind, placebo-controlled clinical study. Oral Surgery Oral Medicine and Oral Pathology 1993;75(2):1993.
  64. Wu Y, Zhou G, Zeng H, Xiong CR, Lin M, Zhou HM. A randomized double-blind, positive-control trial of topical thalidomide in erosive oral lichen planus. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod. 2010 Aug;110(2):188-95
  65. Yoke PC, Tin GB, Kim MJ, Rajaseharan A, Ahmed S, Thongprasom K, et al. A randomized controlled trial to compare steroid with cyclosporine for the topical treatment of oral lichen planus. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol Endod 2006 Jul;102(1):47-55.
  66. Zorginstituut Nederland. GVS beoordeling budesonide orodispergeerbare tablet (Jorveza®). Referentie 2018061847. 12 december 2018

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 17-12-2021

Laatst geautoriseerd  : 17-12-2021

Geplande herbeoordeling  : 01-01-2027

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie
Geautoriseerd door:
  • Nederlands Huisartsen Genootschap
  • Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen
  • Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie
  • Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde
  • Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie
  • Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland
  • Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers
  • Nederlandse Vereniging voor Seksuologie
  • Nederlandse Vereniging voor Mond- Kaak- en Aangezichtschirurgie
  • Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging van Tandartsen
  • Nederlandse Vereniging voor Vulva Pathologie
  • Nederlandse Vereniging voor Bekkenfysiotherapie
  • Huid Nederland
  • Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten
  • Lichen Planus Vereniging Nederland

Algemene gegevens

De richtlijnontwikkeling werd gefinancierd vanuit de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS). De financier heeft geen enkele invloed gehad op de inhoud van de richtlijn.

Doel en doelgroep

Doel

Deze richtlijn is een document met aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. De richtlijn is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en discussie met  input van experts uit verschillende vakgebieden en patiëntvertegenwoordigers. De richtlijn geeft aanbevelingen over begeleiding en behandeling van patiënten met lichen planus.

 

Doelgroep

De richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met lichen planus, zoals dermatologen, gynaecologen, urologen, apothekers, kinderartsen, MDL-artsen, huisartsen, tandartsen, MKA-chirurgen, pathologen, seksuologen, bekkenfysiotherapeuten, verloskundigen, psychologen, verpleegkundigen en mondhygiënisten. Voor patiënten werd informatie op www.thuisarts.nl en een patiëntenfolder ontwikkeld.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijn werd in 2018 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld.

Bij het samenstellen van de werkgroep werd rekening gehouden met de geografische spreiding van de werkgroepleden en met een evenredige vertegenwoordiging van academische en niet-academische achtergrond. De werkgroepleden hebben onafhankelijk gehandeld en geen enkel lid ontving gunsten met het doel de richtlijnen te beïnvloeden.

Naast de afgevaardigden van de verschillende beroepsgroepen is er ook een

patiëntenvertegenwoordiger betrokken geweest bij de ontwikkeling van de richtlijn. Voor een volledig overzicht van voorgaande werkgroepen en alle betrokken partijen wordt verwezen naar tabel 2 en tabel 6 in bijlage 1.

 

Werkgroepleden – 2021

Affiliatie en vereniging

Drs. C.L.M. van Hees, voorzitter, dermatoloog

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Drs. M.L. Bandell, gynaecoloog, seksuoloog NVVS/FECSM

Albert Schweitzer Ziekenhuis, Dordrecht, Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie (NVVS)

E. Bol-van den Hil, mondhygiënist

 

Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten (NVM)

C.W.L. van den Bos, bekkenfysiotherapeut, MSPT

Nederlandse Vereniging voor Bekkenfysiotherapie (NVFB)

Drs. T. Breedveld, tandarts

­­­ Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging van Tandartsen (NWVT)

Dr. G.R. Dohle, uroloog

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam, Nederlandse Vereniging voor Urologie (NVU)

Dr. J.J.E. van Everdingen, dermatoloog n.p.

Directeur NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Drs. A. Glansdorp, huisarts en kaderhuisarts urogynaecologie

Leiden, Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG)

S. Groot, patiëntvertegenwoordiger, voorzitter Lichen Planus Vereniging Nederland

Lichen Planus Vereniging Nederland (LPVN)

Dr. W.A. ter Harmsel, gynaecoloog

Roosevelt Kliniek, Leiden, Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG)

J. Janssens, verpleegkundig specialist

Bravis Ziekenhuis, Bergen op Zoom en Roosendaal, Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN)

Dr. M.J. ten Kate-Booij, gynaecoloog

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam, Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG)

Dr. E.H. van der Meij, MKA-chirurg

Nederlandse Vereniging voor Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie (NVMKA)

Drs. E.J. Mendels, dermatoloog

 

Sophia Kinderziekenhuis - Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Dr. J.M. Oldhoff, dermatoloog

Universitair Medisch Centrum Groningen, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Drs. M.C. Raadgers, bekkenfysiotherapeut, bewegingswetenschapper

Nederlandse Vereniging voor Bekkenfysiotherapie (NVFB)

Drs. M.J. Ramakers, arts-seksuoloog NVVS/FECSM

Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging Voor Seksuologie (NVVS)

Drs. L.M.T. van der Spek-Keijser, dermatoloog

Bravis Ziekenhuis, Bergen op Zoom en Roosendaal, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

E. Swanborn, patiëntvertegenwoordiger, voorzitter stichting Lichen Sclerosus

Stichting Lichen Sclerosus (SLS)

Dr. R.A. Veenendaal

Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen (NVMDL)

Drs. H. Vermaat, dermatoloog

Spaarne Gasthuis, Haarlem, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV), Nederlandse Vereniging voor Vulva Pathologie (NVvVP)

Drs. A.H.I. Witterland, ziekenhuisapotheker

Nederlandse Vereniging van ZiekenhuisApothekers (NVZA)

Drs S.A.A. Wolt-Plompen, kinderarts

Universitair Medisch Centrum Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK)

Ondersteuning werkgroep

Vereniging

S.L. Wanders, MSc, arts-onderzoeker (secretaris) vanaf juli 2021

Bureau NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

E. de Booij, MSc, arts-onderzoeker (secretaris) t/m juni 2021

Bureau NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

L.S. van der Schoot, MSc, arts-onderzoeker (secretaris) t/m november 2019

Bureau NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

M. Hofhuis, MSc, arts-onderzoeker (secretaris) t/m oktober 2019

Bureau NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Dr. W.A. van Enst, epidemioloog

Bureau NVDV, Utrecht, Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV)

Belangenverklaringen

De KNMG-code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of zij in de laatste drie jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoeksfinanciering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatiemanagement, kennisvalorisatie) hebben gehad. Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in bijlage 2.

Inbreng patiëntenperspectief

In de huidige richtlijn wordt het belang onderschreven van het patiëntenperspectief in het algemeen en van behandeltevredenheid en kwaliteit van leven in het bijzonder. Veel van de aandachtspunten die de Lichen Planus Vereniging Nederland (LPVN) heeft aangedragen zijn verweven in deze richtlijn. Om het patiëntenperspectief meer kracht bij te zetten is er op verzoek van de LPVN een landelijk vragenlijstonderzoek uitgevoerd naar behandeltevredenheid en kwaliteit van leven bij patiënten met LP. In totaal werden 138 LP-patiënten door de LPVN aangeschreven voor deelname aan dit onderzoek, met een respons van 76,1% (88 patiënten). In dit onderzoek werden specifieke vragen gesteld over behandeltevredenheid. Bij de behandeling blijken patiënten effectiviteit het belangrijkste vinden, gevolgd door arts-patiënt relatie, veiligheid en informatieverschaffing. Ongeveer de helft van de patiënten (49,3%) is tevreden over de huidige behandeling, waarbij patiënten het meest tevreden waren over de arts-patiënt relatie, en het minst over effectiviteit van de behandeling. Tevens werden specifieke vragen gesteld over kwaliteit van leven. Uit het vragenlijstonderzoek kwam naar voren dat patiënten met LP een lichte tot middelmatige vermindering van kwaliteit van leven ervaren. De grootste vermindering wordt veroorzaakt door symptomen. Voor een volledig verslag van dit vragenlijstonderzoek zie bijlage 10. Tevens heeft de LPVN een lijst met aandachtspunten voor de zorgverlener aangedragen. Deze lijst geeft de zorgverlener in vogelvlucht een inzicht in de wensen van patiënten met lichen planus. Deze lijst met aandachtspunten is te vinden in bijlage 11.

Methode ontwikkeling

Evidence based

Werkwijze

Voor een overzicht van alle aspecten van de ontwikkeling van een richtlijn wordt verwezen naar bijlage 1.

Volgende:
Intralesionale corticosteroïden