Laparoscopische Hysterectomie voor benigne indicaties

Initiatief: NVOG Aantal modules: 28

Hoofdstuk 5 De verschillende vormen van LH

Inleiding

De LH kent verschillende subtypen en onderzoeken tonen aan, dat tussen deze subtypen ook mogelijk relevante verschillen bestaan (Roy et al. 2011;Twijnstra et al. 2012;Lethaby et al. 2012). Echter gezien het beperkt aantal randomized controlled trials (RCT’s) specifiek voor elk subtype, kan de Cochrane geen goed onderscheid maken tussen deze verschillende laparoscopische subtypen. Derhalve is besloten om in deze PICO een extra search te doen die specifiek kijkt naar de verschillen tussen de totale laparoscopische hysterectomie (TLH) versus de laparoscopische-geassisteerde vaginale hysterectomie (LAVH), de robot-TLH en de supracervicale laparoscopische hysterectomie (SLH).

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 08-12-2017

Laatst geautoriseerd  : 08-12-2017

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie
  • BeroepsBelangenCommissie
  • Werkgroep Gynaecologische Endoscopie

Samenstelling werkgroep

Samenstelling van de richtlijncommissie

•             Dr. P.M.A.J Geomini, gynaecoloog, Maxima Medisch Centrum, Veldhoven

•             Dr. W.J.K. Hehenkamp, gynaecoloog, VU Medisch Centrum, Amsterdam

•             Prof. Dr. F.W. Jansen, gynaecoloog, LUMC, Leiden

•             Drs. E.M. Sandberg, AIOS gynaecologie, LUMC, Leiden

•             Dr. A.R.H. Twijnstra, gynaecoloog, LUMC, Leiden (voorzitter)

 

Ondersteuning

•             Drs. J. W. Schoones, informatiespecialist, LUMC, Leiden

•             Drs. C.F la Chapelle, AIOS gynaecologie en epidemioloog, LUMC, Leiden

 

Werkgroep 1: Hoofdstuk 4 en 5

•             Dr. J.M. Briët, gynaecoloog, Medisch Spectrum Twente, Enschede

•             Dr. F.A. Groenman, gynaecoloog, VU Medisch Centrum, Amsterdam

•             Dr. H.S. Kok, gynaecoloog, Alrijne Ziekenhuis, Leiden

•             Dr. A. Vollebregt, gynaecoloog, Spaarne Gasthuis, Hoofdorp

•             Drs. S. Dedden, AIOS gynaecologie, Maxima Medisch Centrum, Veldhoven

Werkwijze

Voor meer informatie over de richtlijnmethodiek en de commentaar- en autorisatiefase van de oorspronkelijke richtlijn vindt u in Hoofdstuk 2 Methodiek modelprotocol ontwikkeling.

Volgende:
Hoofdstuk 6 Voorbehandelen