Erfelijk en Familiair Ovariumcarcinoom

Initiatief: NVOG Aantal modules: 51

Erfelijk en familiair ovariumcarcinoom - Counseling preventieve

Wat moet worden besproken tijdens counseling omtrent RRSO?

 

Bij counseling omtrent RRSO, de aard van de ingreep en de timing ervan wordt minimaal het volgende besproken:

  • Ovariële screening om ovariumcarcinoom in een vroeg-stadium op te sporen is niet effectief.
  • Om het risico op ovariumcarcinoom zo klein mogelijk te maken wordt RRSO geadviseerd voor het risico stijgt, mits kinderwens voltooid. Indien uitgevoerd voor de leeftijd van 35-40 jaar bij BRCA1 en 40-45 jaar bij BRCA2 is de effectiviteit ongeveer 96%; indien uitstel tot latere leeftijd neemt de effectiviteit af
  • De timing van de ingreep dient samen met patiënte te worden bepaald, afhankelijk van de persoonlijke situatie van patiënte, waarbij afgesloten kinderwens het belangrijkste is.
  • Adnexpathologie door middel van echoscopisch onderzoek dient pre-operatief te zijn uitgesloten.
  • De methode van opereren (in principe per laparoscopie, in dagbehandeling) wordt besproken,  evenals samenstelling van het operatieteam, wijze van anesthesie (algehele anesthesie), mogelijke complicaties en risico's en specifiek conversierisico naar laparotomie, afhankelijk van de voorgeschiedenis.
  • Restrisico op peritoneaal gelokaliseerd hooggradig sereus carcinoom wordt besproken (<1% of hoger, afhankelijk van leeftijd ttv RRSO), waarvoor screening niet effectief is.
  • Een RRSO is per definitie een electieve ingreep, derhalve kan na een zorgvuldige risico analyse besloten worden dat de risico's van de ingreep niet opwegen tegen het risico-reducerend effect op ovariumcarcinoom, zoals bij ernstige co-morbiditeit (ernstige COPD, extreme obesitas, hoge leeftijd etc.) en na uitgebreide abdominale chirurgie of in geval van gemetastaseerd mammacarcinoom.
  • De gevolgen van iatrogene vroege menopauze en de mogelijke preventieve maatregelen om overgangsklachten op korte en langere termijn te voorkomen en de indicatie voor hormonale substitutie bij vrouwen < 45 jaar (tenzij eerdere diagnose mammacarcinoom) worden besproken (zie hoofdstuk Korte en lange termijn effecten - na RRSO).

 

Hierbij is het van belang dat de patiënte het consult verlaat met het gevoel dat ze gesteund wordt en dat ze de nodige handvatten heeft om met de situatie om te gaan (‘empowerment'). Ook wordt nazorg aangeboden mbt climacteriele en/of seksuele klachten

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  :

Laatst geautoriseerd  : 15-06-2015

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie

Methode ontwikkeling

Evidence based

Volgende:
Erfelijk en familiair ovariumcarcinoom - Korte en langetermijneffecten na RRSO