Borstkanker

Initiatief: NABON / NIV Aantal modules: 145

Borstkanker - Lokale behandeling na mastectomie

Deze module is in 2017 redactioneel aangepast.

Hoewel sommige auteurs bij lokaal recidief na mastectomie alleen hoog gedoseerde radiotherapie geven [Aberizk, 1986; Jager, 1998; Deutsch, 1986; Hsi, 1998], is in de meeste series één of andere vorm van chirurgie voorafgegaan aan radiotherapie [Voogd, 2001; van Tienhoven, 1999; Mendenhall, 1988; Schwaibold, 1991; van der Sangen, 2003; Mora, 1996; Kamby, 1997; Willner, 1997; Nielsen, 2006]. Hiermee wordt een betere lokale controle bereikt [Schwaibold, 1991; Kurtz, 1989; Nielsen, 2006]. Verschillen in uitkomsten van deze retrospectieve studies moeten voorzichtig worden geïnterpreteerd, door verschillen in patiëntenpopulaties, in uitgevoerde therapie en therapietechnieken. Bovendien blijkt in 20-40% van de gevallen het lokale recidief niet resectabel [Voogd, 2001; van Tienhoven, 1999; Schwaibold, 1991]. Zo vroeg mogelijke detectie van het lokale recidief, zo mogelijk volledige chirurgische verwijdering en hoog gedoseerde radiotherapie op het gehele mastectomiegebied lijkt de beste behandelingsresultaten te geven. Met hoog gedoseerde radiotherapie wordt hier bedoeld: in geval van microscopisch complete excisie (R0) een dosis, equivalent aan 50 Gy in 5 weken, bij niet complete (R1 of R2) of géén excisie gevolgd door een boost.

Indien een geïsoleerd lokaal recidief optreedt in het litteken of regionaal in een voorheen bestraald gebied is hoog gedoseerde radiotherapie niet mogelijk. In dat geval is laag gedoseerde herbestraling met hyperthermie de behandeling van keuze [Vernon, 1996; Jones, 2005; Kapp, 1992; van der Zee, 1999; Hehr, 2001; Zagar, 2010]. Hiermee werd in een vijftal gerandomiseerde trials een significant betere lokale controle bereikt dan met herbestraling alleen [Vernon, 1996]. Een latere gerandomiseerde trial voor oppervlakkige tumoren bevestigde dit [Jones, 2005]. Ook voor deze situatie geldt dat de hoeveelheid tumor een belangrijke prognostische factor is. Er zijn aanwijzingen dat ook in deze situatie een betere lokale controle mogelijk is als het recidief eerst chirurgisch verwijderd wordt [Kapp, 1992; van der Zee, 1999; Hehr, 2001; Oldenborg, 2010].

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  :

Laatst geautoriseerd  : 13-02-2012

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nationaal Borstkanker Overleg Nederland
  • Nederlandse Internisten Vereniging
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Internisten Vereniging

Methode ontwikkeling

Evidence based

Volgende:
Gemetastaseerde borstkanker