Borstkanker

Initiatief: NABON / NIV Aantal modules: 145

Borstkanker - Palliatie

Aanbeveling

De werkgroep is van mening dat met patiënt (indien mogelijk), de naasten en de betrokken zorgverleners, inclusief vrijwilligers, besproken moet worden dat de stervensfase is aangebroken.

 

Start het Zorgpad Stervensfase zoals dat gebruikelijk is op de plaats waar de patiënt overlijdt.

Onderbouwing

Ziektegerichte palliatie

Door de sterk verbeterde behandeling van (metastasen van) borstkanker is de levensverwachting van patiënten met borstkanker toegenomen. Ziektegerichte palliatie beoogt de kwaliteit van leven te handhaven of te verbeteren door de onderliggende ziekte te behandelen.

De zorgverleners die verantwoordelijk zijn voor de zorg voor patiënten in de palliatieve fase moeten zich realiseren wanneer de ziekte-gerichte behandeling haar grenzen bereikt heeft en het beter is om zich te beperken tot uitsluitend symptoomgerichte palliatie.

 

Symptoomgerichte palliatie

Symptoomgerichte palliatie is uitsluitend gericht op het handhaven of verbeteren van de kwaliteit van leven en richt zich primair op de symptomen van de patiënt, al dan niet in combinatie met ziektegerichte palliatie. De prioriteiten van de patiënt zijn leidend bij de keuze van de behandeling.

 

Een symptoom is te definiëren als ‘een door de patiënt aangegeven klacht op lichamelijk, psychosociaal of existentieel gebied als uiting of gevolg van een onderliggende ziekte' [Vissers 2010]. In deze definitie ligt het subjectieve karakter van een symptoom besloten: de patiënt bepaalt waar hij last van heeft en hoe erg dat is. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de klachten van de patiënt (symptomen) en de objectief waarneembare tekenen of uitingen van een symptoom. Via www.pallialine.nl - de database met richtlijnen voor de palliatieve zorg van IKNL - is een uitgebreide set van landelijk opgestelde multidisciplinaire richtlijnen en handreikingen over specifieke symptomen te vinden.

 

Goede diagnostiek en behandeling van symptomen vergen een gestructureerde en multidimensionele benadering; dat wil zeggen een benadering waarbij alle dimensies aandacht krijgen. Symptoommanagement heeft betrekking op het proces van analyse en behandeling van symptomen, op de evaluatie van het effect en op het zo nodig bijstellen van het beleid [De Graeff 2010]. Om beslissingen in de palliatieve fase verantwoord te nemen, worden ze bij voorkeur in teamverband genomen. In de praktijk betekent dit dat de beslissingen in overleg met het hele team, de patiënt en diens naasten genomen worden en dat daarover consensus bestaat.

 

Palliatie in de stervensfase

In de stervensfase verschuift de focus van de symptoomgerichte palliatie van het streven naar handhaven van de kwaliteit van leven naar het streven naar een zo goed mogelijke kwaliteit van sterven. Er zijn geen scherpe criteria voor het markeren van de start van de stervensfase. In de praktijk betreft het de laatste dagen (of hooguit de laatste 1-2 weken) voor het overlijden, waarin duidelijk is dat het overlijden onafwendbaar dichtbij is (zie richtlijn Zorg in de stervensfase).In de stervensfase wordt getracht de symptomen te controleren, waarbij het behoud van cognitieve functies soms niet meer haalbaar of niet wenselijk is. In deze fase kunnen de behandelmethodes ingrijpend zijn, bijv. palliatieve sedatie. Aanleiding hiervoor zijn ernstige klachten die niet op een andere manier te behandelen zijn en refractair genoemd worden. De intentie van deze behandelingen is de last te verminderen en niet om levensverkorting te bewerkstelligen. Het begeleiden van de naasten tijdens en na het sterven en het bieden van ondersteuning bij hun rouwproces is een belangrijk aspect van de zorg.

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  :

Laatst geautoriseerd  : 01-07-2018

Geplande herbeoordeling  :

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nationaal Borstkanker Overleg Nederland
  • Nederlandse Internisten Vereniging
Geautoriseerd door:
  • Nederlandse Internisten Vereniging

Methode ontwikkeling

Evidence based

Volgende:
Zwangerschap en fertiliteit