Acute, primaire schouderluxaties

Initiatief: NVVH Aantal modules: 11

Startpagina

Waar gaat deze richtlijn over?

Deze richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is voor patiënten met een schouderluxatie en welke onderwerpen belanghebbenden het belangrijkst vonden om in de richtlijn besproken te hebben. In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:

  • De primaire diagnostiek rondom primaire, anterieure schouderluxaties;
  • Prognostisch factoren van een re-luxatie na een acute, primaire schouderluxatie;
  • De optimale repositietechniek voor het reponeren van de schouder na een acute, primaire schouderluxatie;
  • Pijnstilling bij het reponeren van de schouder na een acute, primaire schouderluxatie;
  • De effectiviteit van een chirurgische behandeling ten opzichte van een conservatieve behandeling van een acute, primaire schouderluxatie;
  • Immobilisatie van de schouder na een acute, primaire schouderluxatie;
  • De effectiviteit van fysiotherapeutische behandeling na een acute, primaire schouderluxatie;
  • De organisatie van zorg rondom een acute, primaire schouderluxatie.

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

Deze richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij tweede- en derdelijns zorg voor patiënten met een primaire, acute schouderluxatie.

 

Voor patiënten

Een schouderluxatie is een veel voorkomende blessure en wordt zowel door traumachirurgen als orthopeden en/of SEH-artsen behandeld, waarbij er verschillende behandelingen mogelijk zijn. Dit schept onduidelijkheid. Door het opstellen van een richtlijn willen we richting geven en zorgdragen dat de patiënt een zo goed mogelijke/best passende behandeling krijgt. Een schouderluxatie kan gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven en in sommige gevallen ook leiden tot problemen met inzetbaarheid van de arm voor werk. Het is belangrijk voor de behandelaar om samen met de patiënt de juiste keuzes te maken ten aanzien van onderzoek en behandeling van dit letsel. Deze richtlijn is bedoeld om de behandelaar op basis van de meest recente inzichten een handvat te bieden voor een zo optimaal mogelijke behandeling en daarmee de gevolgen van dit letsel op korte en lange termijn zoveel mogelijk te beperken.

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH). De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de (trauma)chirurgen, orthopedisch chirurgen, radiologen, spoedeisende hulpartsen, fysiotherapeuten en de Patiëntenfederatie Nederland. Daarnaast bestond er een klankbordgroep met afgevaardigden vanuit de revalidatieartsen, de huisartsen en de anesthesiologen. Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief middels een knelpuntanalyse vanuit de achterban van de Patiëntenfederatie Nederland en door afvaardiging in de werkgroep van de Patiëntenfederatie Nederland ten aanzien van shared decision making.

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 13-10-2023

Laatst geautoriseerd  : 13-10-2023

Geplande herbeoordeling  : 01-01-2026

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Heelkunde
Volgende:
Primaire diagnostiek