Acne Vulgaris

Initiatief: NVDV Aantal modules: 8

Dieet - Acne Vulgaris

Uitgangsvraag

Welke voedingsadviezen kunnen gegeven worden aan patiënten met acne vulgaris?

Aanbeveling

Vertel patiënten dat er weinig bewijs is om specifieke diëten te volgen of voedingssupplementen te gebruiken voor de behandeling van acne.

 

Raad een gezond, uitgebalanceerd dieet aan. Zie overwegingen en richtlijn Gezonde voeding van de Gezondheidsraad.1

Overwegingen

De werkgroep beoordeelde het bewijs in vier gerandomiseerde onderzoeken naar de effectiviteit van een laag glycemisch dieet bij patiënten met acne vulgaris. Twee van deze studies laten een verbetering in bepaalde uitkomstmaten zien. Een kleine studie laat een klinisch relevante verbetering zien in het aantal acnelaesies. Ook zou het volgen van een laag glycemisch dieet onder begeleiding geassocieerd zijn met een klinisch relevante gewichtsreductie van 3,3 kg na 12 weken. Naast de gunstige effecten op acne en het voor sommigen gunstige effect van gewichtsverlies, kunnen veranderingen in het voedingspatroon lastig zijn door mogelijk hogere kosten van de vervangende voedingsmiddelen en de moeite en tijd die er mee gepaard gaat om op het dieet te letten. Daarnaast moet de algemene gezondheid in de relatief jonge populatie van acnepatiënten door een restrictief dieet niet in het gevaar komen, in het bijzonder vanwege het risico van het ontwikkelen van een eetstoornis in deze levensfase. Hierdoor beveelt de werkgroep een specifiek (restrictief) dieet niet aan als mogelijke behandelingsoptie, aangezien het beperkte bewijs van het voordeel daarvan niet opweegt tegen het risico.

 

De ervaring van de werkgroep is dat in individuele gevallen wel degelijk een effect van voeding te zien is. Bij bepaalde subgroepen (die nog niet bekend zijn) zou dit het geval kunnen zijn. De werkgroep is echter van mening dat het over het algemeen nuttig is om een gezond, uitgebalanceerd dieet te promoten, dus voegde ze een aanbeveling toe met een link naar de richtlijn Gezonde voeding van de Gezondheidsraad.1

 

Op de veelvoorkomende vraag of naast het volgen van een dieet ook voedingssupplementen een meerwaarde hebben in de behandeling van acne kan de werkgroep geen antwoord geven. Er zijn geen gerandomiseerde onderzoeken beschikbaar. Uit cohortonderzoeken of case series van zeer lage kwaliteit zijn er aanwijzingen voor een matig positieve associatie tussen inname van vitamine D en omega 3 rijke olie uit supplementen en acne vulgaris. Vitamine A en calcium lijken niet van invloed te zijn op acne vulgaris. Hoewel er weinig bewijs is voor, is de ervaring van de werkgroep dat spierversterkende middelen, zoals eiwitshakes, kunnen leiden tot (verergering van) acne. Om deze reden adviseert de werkgroep het gebruik van eiwitshakes af te raden. Gezien het beperkte bewijs is de werkgroep van mening dat op dit gebied verder onderzoek nodig is en doet een onderzoeksaanbeveling om dit te stimuleren.

Onderbouwing

Veel patiënten met acne vulgaris proberen door een verandering in het voedingspatroon de acne te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn een zuivelvrij dieet of een dieet met een lage glycemische index. De rol van voeding bij acne vulgaris is controversieel. De werkgroep constateert dat voedingsadviezen momenteel uiteenlopen en daarom zijn de aanbevelingen gericht op het standaardiseren van de dagelijkse praktijk.

De module is gebaseerd op de richtlijn van NICE, 2021. Voor het systematisch literatuuronderzoek wordt verwezen naar de NICE-richtlijn.2 Hier vindt u evidence-tabellen voor voedingsadviezen bij patiënten met acne vulgaris.

  1. Richtlijnen goede voeding 2015. https://www.gezondheidsraad.nl/documenten/adviezen/2015/11/04/richtlijnen-goede-voeding-2015 Geraadpleegd op 10 januari 2022.
  2. <a href="https://www.nice.org.uk/guidance/ng198/evidence/c-dietary-interventions-for-the-treatment-of-acne-vulgaris-pdf-9144159951.">https://www.nice.org.uk/guidance/ng198/evidence/c-dietary-interventions-for-the-treatment-of-acne-vulgaris-pdf-9144159951. Geraadpleegd op 10 januari 2022
  3. Bruinsma M, De Ruijter W, Jaspar AHJ, Van der Zee HH, Van Vugt SF, Verhoeven ICL, Verstappen V en Wiersma TJ. NHG-Standaard Acne (M15). Versie 4.0, april 2017.

Autorisatiedatum en geldigheid

Laatst beoordeeld  : 10-05-2022

Laatst geautoriseerd  : 10-05-2022

Geplande herbeoordeling  :

De Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) is regiehouder van dit richtlijn en eerstverantwoordelijke op het gebied van de actualiteitsbeoordeling van de richtlijn. De andere aan dit richtlijn deelnemende wetenschappelijke verenigingen of gebruikers van de richtlijn delen de verantwoordelijkheid en informeren de regiehouder over relevante ontwikkelingen binnen hun vakgebied.

Initiatief en autorisatie

Initiatief:
  • Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie
Geautoriseerd door:
  • Nederlands Huisartsen Genootschap
  • Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten
  • Huid Nederland

Algemene gegevens

Totstandkoming van de richtlijn
Op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie (NVDV) is de richtlijn Acne in 2022 herzien. Er is gekozen om gebruik te maken van de Britse richtlijn ‘Acne Vulgaris: management’ van het National Institute for Health and Care Excellence (NICE) als basisdocument.


Door NICE werd van 2019 tot en met 2021 gewerkt aan een update van de behandelrichtlijn voor acne vulgaris volgens dezelfde GRADE methodiek zoals die binnen de NVDV wordt gehanteerd. De geanalyseerde knelpunten kwamen grotendeels overeen met de Nederlandse situatie. Er was een zorgvuldige onderbouwing gedaan op basis van het literatuuronderzoek en consensus binnen de expertisegroep. Derhalve was het mogelijk om gebruik te maken van de grondige, uitvoerige literatuuranalyse zoals reeds door NICE verricht, om vervolgens de Britse NICE-richtlijn integraal te adapteren naar de Nederlandse situatie. Hierbij moet worden opgemerkt dat de NICE guideline zich richt tot het gehele veld van betrokken zorgverleners, en niet specifiek de dermatoloog.

 

Deze richtlijn bevat aanbevelingen voor de behandeling van acne met topicale middelen, orale middelen en huidverzorging, alsmede behandeling van acnelittekens. Overal waar in deze richtlijn de term ‘acne’ wordt genoemd wordt ‘acne vulgaris’ bedoeld.

 

Inleiding acne vulgaris
Acne vulgaris is een veelvoorkomende huidaandoening; naar schatting is 9,4% van de wereldbevolking aangedaan. Daarmee staat acne vulgaris op de 8e plaats van meest voorkomende aandoeningen wereldwijd. Acne vulgaris is een veel voorkomende aandoening die het gezicht, de borst en de rug kan aantasten. Het komt het meest voor bij adolescenten en jongvolwassenen; ongeveer 80% van de mensen tussen 11 en 30 jaar oud is aangedaan. Hoewel het voornamelijk voorkomt bij tieners en jongvolwassenen, heeft naar schatting 20 tot 40% van alle volwassenen in meer of mindere mate last van acne. 


Vooral vanwege de ingrijpende psychosociale gevolgen kan acne een groot probleem vormen. Dat heeft mede te maken met de lokalisatie in het gelaat en de leeftijdscategorie waarbij het voornamelijk gezien wordt. Onder 9570 adolescenten bleek 14,1% problematische acne te hebben. Tevens is aangetoond dat de emotionele en sociale implicaties van acne vergelijkbaar zijn met die van andere chronische aandoeningen als astma en epilepsie.


Acne kan een aanzienlijke impact hebben op de kwaliteit van leven, omdat de aanwezigheid van acne kan leiden tot emotionele stress en psychische problematiek, waaronder depressie en suïcidaliteit. Deze effecten correleren niet noodzakelijkerwijs met de ernst van acne. Zelfs een milde vorm kan een negatieve invloed uitoefenen op werk, sociale interacties en stemming. Daarnaast kan acne vulgaris permanente schade aan de huid veroorzaken, zoals littekenvorming en hyperpigmentatie.


Dat acne vulgaris, ook door zorgverleners, vaak beschouwd wordt als een onschuldige en self-limiting kwaal is derhalve onterecht. Ook patiënten ondersteunen dergelijke algemene opvattingen niet, zo blijkt uit bevindingen van de focusgroep acne, gehouden door de NHG in 2016, als input voor het patiëntenperspectief voor de NHG-Standaard Acne (herziening 2017). Patiënten gaven daarbij aan dat ‘betrokkenheid en serieus nemen wordt gewaardeerd; zeggen dat acne ‘normaal is’ en ‘wel een keer overgaat’ niet.’ Aandacht voor ideeën van de patiënt over het ontstaan, verergeren of verbeteren van acne, en aandacht voor de psychosociale beleving van acne, zijn van belang voor voorlichting op maat en kunnen de therapietrouw bevorderen.


De werkgroep is van mening dat acne vulgaris beschouwd dient te worden als huidziekte, waarvoor een behandeling door gecertificeerde (para)medisch geschoolde zorgverleners geïndiceerd is. Naast een behandeling op maat dient er aandacht te zijn voor een goede begeleiding van patiënten.

Doel en doelgroep

Deze richtlijn is een document met aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. Richtlijnen zijn vooral van belang bij zaken waar veel verwarring of onenigheid over bestaat en waar consensus kan bijdragen aan duidelijkheid. De richtlijn berust op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aansluitende meningsvorming gericht op het vaststellen van goed medisch handelen. De richtlijn en de daarvan afgeleide documenten geven aanbevelingen over begeleiding en behandeling van patiënten met acne vulgaris en schenken aandacht aan huidtherapie bij patiënten met acne.

De richtlijn is bedoeld voor alle betrokken beroepsgroepen. Voor huisartsen geldt primair de NHG-Standaard Acne Vulgaris. Als de huisarts bij patiënten met acne vulgaris niet meer met de NHG-Standaard uitkomt, kan de huisarts gebruikmaken van deze richtlijn. Voor patiënten zijn afgeleide producten gemaakt, zoals te vinden op de websites van de betrokken patiëntenvereniging(en) en Thuisarts.nl.

Samenstelling werkgroep

Voor het ontwikkelen van de richtlijn werd in 2020 een multidisciplinaire werkgroep ingesteld. Bij het samenstellen van de werkgroep werd rekening gehouden met de geografische spreiding van de werkgroepleden en met een evenredige vertegenwoordiging van academische en niet-academische achtergrond. De werkgroepleden hebben onafhankelijk gehandeld en geen enkel lid ontving gunsten met het doel de richtlijnen te beïnvloeden. Naast de afgevaardigden van de verschillende beroepsgroepen is er ook een patiëntvertegenwoordiger betrokken geweest bij de ontwikkeling van de richtlijn.

 

Werkgroepleden Richtlijn Acne

Vereniging

dr. R.J.B. Driessen (voorzitter), dermatoloog

NVDV

drs. F.A.A. Blok, dermatoloog

NVDV

dr. R.J. Borgonjen, dermatoloog

NVDV

drs. D. Appelen, dermatoloog i.o.

NVDV

dr. S.F. van Vugt, huisarts      

NHG

drs. F.M.C. de Vries, huidtherapeut/onderzoeker

-

M.E.M. Janssen, huidtherapeut

NVH

drs. T.P. Buters, arts-onderzoeker

-

F. Das, patiëntvertegenwoordiger

HN

Per december 2021

 

drs. S.A.E. Stadhouders-Keet, dermatoloog

NVDV

dr. H.H. van der Zee, dermatoloog

NVDV

 

 

 

Ondersteuning werkgroep Richtlijn Acne

Vereniging

drs. S.L. Wanders, arts-onderzoeker (vanaf juli 2021)

NVDV

drs. E. de Booij, arts-onderzoeker (tot juli 2021)

NVDV

dr. W.A. van Enst, klinisch epidemioloog

NVDV

Belangenverklaringen

De KNMG-Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling is gevolgd. Alle werkgroepleden hebben schriftelijk verklaard of ze in de laatste vijf jaar directe financiële belangen (betrekking bij een commercieel bedrijf, persoonlijke financiële belangen, onderzoek financiering) of indirecte belangen (persoonlijke relaties, reputatie management, kennisvalorisatie) hebben gehad. Een overzicht van de belangen van werkgroepleden en het oordeel over het omgaan met eventuele belangen vindt u in onderstaande tabel. De ondertekende belangenverklaringen zijn op te vragen bij het secretariaat van de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie.

 

 

Werkgroep

lid

Hoofdfunct-

ie(s)

Nevenfunctie(s)

Persoonlijke financiële belangen

Persoonlijke relaties

Extern gefinancierd onderzoek

Intellectuele belangen en reputatie

Overige belangen

Getekend op

Acties

dr. R.J.B. Driessen

Dermatoloog

Domeingroep Inflammatoire dermatosen

Cursorisch Onderwijs Commissie (COCOM))


Richtlijnwerkgroep Hidradenitis suppurativa

Geen

Geen

Galderma (vergoedingen werden rechtstreeks aan de instelling betaald)

Geen

Spreker/ medisch adviseur: Abbvie, Janssen, Galderma, Novartis

(vergoedingen werden rechtstreeks aan de instelling betaald) 

06-08-2018

 

(update 12-2021)

Geen

drs. F.A.A. Blok

Dermatoloog

Commissie Normstelling

Richtlijnwerkgroep Handeczeem

Vanuit Skinconsult

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

dr. R.J. Borgonjen

Dermatoloog

Commissie Autorisatie

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

drs. S.A.E. Stadhouders-Keet

Dermatoloog

Domeingroep Kinderdermatologie

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

13-12-2021

Geen

dr. H.H. van der Zee

Dermatoloog

Medisch adviseur HPV (hidradenitis patiënten vereniging) Probono

Geen

Geen

Spreker/

medisch adviseur: Abbvie, Novartis, InflaRx, Galderma, betaald

Geen

Geen

14-12-2021

Geen

drs. D. Appelen

Dermatoloog in opleiding

Richtlijnwerkgroep Rosacea

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

dr. S.F. van Vugt

Huisarts

Richtlijnwerkgroep NHG standaard Acne

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

drs. F.M.C. de Vries

Onderzoeker en huidtherapeut

 

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

M.E.M. Janssen

Huidtherapeut

 

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

drs. T.P. Buters

Arts-onderzoeker

 

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

18-11-2021

Geen

F. Das

Patiëntvertegenwoordiger

 

Geen

Geen

Geen

Geen

Geen

06-08-2018

Geen

Inbreng patiëntenperspectief

Er is aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door de zitting neming van een patiënt in de werkgroep en de opname van een module over patiëntenvoorlichting. Het concept richtlijn is tevens voor commentaar voorgelegd aan de patiëntenverenigingen Huid Nederland.

Methode ontwikkeling

Evidence based

Implementatie

In de verschillende fasen van de ontwikkeling van de richtlijn is rekening gehouden met de implementatie van de richtlijn en de praktische uitvoerbaarheid van de aanbevelingen. Daarbij is uitdrukkelijk gelet op factoren die de invoering van de richtlijn in de praktijk kunnen bevorderen of belemmeren. De richtlijn wordt via het internet verspreid onder alle relevante beroepsgroepen en ziekenhuizen en er zal in verschillende specifieke vaktijdschriften aandacht worden besteed aan de richtlijn. Tevens zal een samenvatting worden gemaakt.

Werkwijze

Knelpuntenanalyse
In de voorbereidingsfase heeft een bijeenkomst plaatsgevonden waarvoor alle belanghebbenden zijn uitgenodigd. In deze bijeenkomst zijn knelpunten aangedragen door de werkgroepleden; NVDV, Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten (NVH) en Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuis Apothekers (NVZA). Tevens werden uitgenodigd Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Nederlandse Vereniging Ziekenhuizen (NVZ), Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG) en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU).  Volledig overzicht van deelnemende partijen.

 

Uitgangsvragen en uitkomstmaten
Op basis van de uitkomsten van de knelpuntenanalyse heeft de werkgroep uitgangsvragen opgesteld. Daarbij inventariseerde de werkgroep per uitgangsvraag welke uitkomstmaten voor de patiënt relevant zijn, waarbij zowel naar gewenste als ongewenste effecten werd gekeken.


Strategie voor zoeken en selecteren van literatuur
Er is gekozen om de richtlijn Acne Vulgaris van het National Institute for Health and Care Excellence, beter bekend als NICE, te adapteren naar de Nederlandse situatie. Het literatuuronderzoek is verricht door de NICE-werkgroep. Zij gebruiken hiervoor een standaardprocedure. Voor volledige informatie wordt verwezen naar de evidence pagina van de NICE-richtlijn.

 

Randvoorwaarden (Organisatie van zorg)
In de knelpuntenanalyse en bij de ontwikkeling van de richtlijn is expliciet rekening gehouden met de organisatie van zorg: alle aspecten die randvoorwaardelijk zijn voor het verlenen van zorg (zoals coördinatie, communicatie, (financiële) middelen, menskracht en infrastructuur). Randvoorwaarden die relevant zijn voor het beantwoorden van een specifieke uitgangsvraag maken onderdeel uit van de overwegingen bij de bewuste uitgangsvraag. Meer algemene, overkoepelende, of bijkomende aspecten van de organisatie van zorg worden behandeld in
de module Organisatie van zorg.

 

Indicatorontwikkeling
Er werden geen indicatoren ontwikkeld voor deze richtlijn. Deze werden niet relevant geacht.

 

Kennislacunes
Het literatuuronderzoek werd verricht door de NICE-werkgroep. Een overzicht van de onderwerpen waarvoor (aanvullend) wetenschappelijk onderzoek van belang wordt geacht, is als aanbeveling beschreven.


Juridische betekenis van richtlijnen
Richtlijnen zijn geen wettelijke voorschriften maar wetenschappelijk onderbouwde en breed gedragen inzichten en aanbevelingen waaraan zorgverleners zouden moeten voldoen om kwalitatief goede zorg te verlenen. Aangezien richtlijnen uitgaan van ‘gemiddelde patiënten’, kunnen zorgverleners in individuele gevallen zo nodig afwijken van de aanbevelingen in de richtlijn. Afwijken van richtlijnen is, als de situatie van de patiënt dat vereist, soms zelfs noodzakelijk. Een richtlijn beschrijft wat goede zorg is, ongeacht de financieringsbron (Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet langdurige zorg (Wlz), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), aanvullende verzekering of eigen betaling door de cliënt/patiënt). Opname van een richtlijn in een register betekent dus niet noodzakelijkerwijs dat de in de richtlijn beschreven zorg verzekerde zorg is.

 

Commentaar- en autorisatiefase
Het concept richtlijn is aan de betrokken (wetenschappelijke) verenigingen, (patiënt) organisaties en stakeholders voorgelegd ter commentaar. De commentaren zijn verzameld en besproken met de werkgroep. Naar aanleiding van de commentaren is het concept richtlijn aangepast en definitief vastgesteld door de werkgroep. Het definitieve richtlijn is aan de deelnemende (wetenschappelijke) verenigingen en (patiënt) organisaties voorgelegd ter autorisatie door hen geautoriseerd dan wel geaccordeerd.

 

Kwalitatieve raming van mogelijke financiële gevolgen in het kader van de WKKGZ

Bij de richtlijn is conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) een kwalitatieve raming uitgevoerd of de aanbevelingen mogelijk leiden tot substantiële financiële gevolgen. Bij het uitvoeren van deze beoordeling zijn richtlijnmodules op verschillende domeinen getoetst (gebaseerd op het stroomschema ontwikkeld door FMS).

 

Uit de kwalitatieve raming blijkt dat er waarschijnlijk geen substantiële financiële gevolgen zijn, zie onderstaande tabel.

 

Module

Uitkomst Raming

Toelichting

Huidverzorgingsadvies

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Dieet

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Behandeling van acne

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Recidief van acne

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Onderhoud

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Behandeling van aan acne gerelateerde littekens

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

Organisatie van zorg

Geen substantiële financiële gevolgen

Hoewel uit de toetsing volgt dat de aanbevelingen breed toepasbaar zijn (>40.000 patiënten), volgt uit de toetsing dat het geen nieuwe manier van zorgverlening of andere organisatie van zorgverlening betreft, het geen toename in het aantal in te zetten voltijdsequivalenten aan zorgverleners betreft en het geen wijziging in het opleidingsniveau van zorgpersoneel betreft. Er worden daarom geen financiële gevolgen verwacht.

 

Volgende:
Behandeling van acne