Herziene richtlijn Urine-incontinentie bij kinderen
De richtlijn voor functionele urine-incontinentie bij kinderen is herzien. De herziening bevat actuele aanbevelingen voor diagnostiek, behandeling en organisatie van zorg, op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten.
Inhoud van de richtlijn
De richtlijn beschrijft de laatste ontwikkelingen ten aanzien van de zorg voor kinderen en adolescenten met klachten van ongewild urineverlies, met of zonder urineweginfecties. Er wordt ingegaan op op de epidemiologie, diagnostiek onderzoeken, behandelopties en langetermijn follow-up. Ook is er aandacht voor kostenoverwegingen en de organisatie van zorg.
De herziene modules zijn niet langer ingedeeld op basis van type incontinentie, maar per thema. Er wordt daarbij de volgende onderverdeling gehanteerd:
- Anamnese, registratielijsten
- Uroflowmetrie, residubepaling, echo urinewegen en urodynamisch onderzoek
- Medicamenteuze behandeling, zoals antimuscarinica, mirabegron, Botuline Toxine A en methylfenidaat (giechelincontinentie)
- Urethrocystoscopie
- Neuromodulatie
- Urotherapie en kinderbekkenfysiotherapie
- Organisatie van zorg
Samenwerking
De richtlijn is herzien op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Urologie (NVU), in samenwerking met vertegenwoordigers van (kinder)urologen, kinderartsen (NVK), urotherapeuten (NVCK), kinderbekkenfysiotherapeuten (NVFB) en jeugdartsen (AJN). Het traject is begeleid door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten en gefinancierd door de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).