Implementatie

Het schrijven en vaststellen van deze richtlijn is veel werk geweest door weinigen. Het implementeren is relatief weinig werk voor velen. Deze richtlijn vraagt erom dat u consequent de aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag toepast. Het vraagt aandacht op twee niveaus: van de professional, en van de organisatie. Wij definiëren de implementatie van deze professionale richtlijn als volgt.

Implementatie is de procesmatige en planmatige invoering van vernieuwing of verandering van bewezen waarde met als doel deze een structurele plaats te geven in: (1) het individuele professionele handelen; (2) het functioneren van organisaties en in de structuur van de gezondheidszorg.

 

De professional

De professional die werkt met suïcidale patiënten, dient op de hoogte te zijn van de recente inzichten rond de diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag. Hij of zij dient de samenvatting van de richtlijn te kennen en de belangrijkste aanbevelingen toe kunnen passen in de praktijk. Het is aan te bevelen dat professionals deelnemen aan na- en bijscholingsactiviteiten waarbij de belangrijkste aanbevelingen worden overgedragen en getraind. Organisaties die na- en bijscholingsactiviteiten verzorgen wordt gevraagd geaccrediteerde scholingsactiviteiten aan te bieden voor alle professionals in de (geestelijke) gezondheidszorg die met suïcidale patiënten te maken hebben.

In de opleiding tot big-geregistreerde professional dient de kennis van de samenvatting van deze richtlijn en het leren van contact-, diagnostische en behandelvaardigheden in het curriculum opgenomen te worden. Het gaat om de volgende beroepsgroepen: psychiater, klinisch psycholoog, gz-psycholoog, psychotherapeut, huisarts, verpleegkundig specialist, verpleegkundige, sociaalpsychiatrisch verpleegkundige, seh-verpleegkundige, en seh-arts. Het is derhalve van belang dat al deze professionals van een team of zorgprogramma zich scholen of bijscholen in deze nieuwe richtlijn, en niet slechts een selectie van professionals. Als niet het hele multidisciplinaire team de nieuwe richtlijnen schraagt, is de kans groot dat het implementatieproces stokt.

 

Organisaties en de structuur van de gezondheidszorg

Instellingen in de gezondheidszorg die te maken hebben met patiënten met suïcidaal gedrag, adviseren wij om op verschillende niveaus te zorgen voor implementatie.

 

Handelen volgens WGBO en Bopz

Op instellingsniveau dient duidelijk te zijn hoe de zorg rond suïcidale patiënten georganiseerd is. Hiervoor bestaan wettelijke kaders (wgbo en Bopz) en daarmee kan de instelling via patiëntveiligheidsbeleid, professioneel statuut en andere interne regels tot een verantwoord beleid komen. Daarbij dient helder te worden afgesproken welke professional waar verantwoordelijk voor is, in overeenstemming met bijlage 5 over gezondheidsrecht en de hoofdstukken over suïcidaal gedrag in deze richtlijn.

 

Zorgprogramma’s

Instellingen die werken met zorgprogramma’s beschikken meestal over een acute/crisisdienst of spoedopname-unit. In dit programma dienen de inzichten over diagnostiek en eerste behandeling bij suïcidaal gedrag die in de richtlijn beschreven staan toegepast te worden. In de specifieke zorgprogramma’s (gerelateerd aan stoornissen) dient op een adequate wijze de stoornis en het suïcidale gedrag gediagnosticeerd en behandeld te worden. De richtlijn geeft daarover diverse aanbevelingen.

 

Afspraken met ketenpartners

In de richtlijn wordt aangesloten bij het Kwaliteitsdocument Ketenzorg suïcidaliteit (Hermens et al., 2010) waarin instellingen gestimuleerd worden regionale afspraken te maken voor de opvang en verwijzing van suïcidale patiënten. Goede afspraken tussen verschillende instellingen en tevens tussen behandelafdelingen van een instelling helpen voorkomen dat de suïcidale patiënt tussen wal en schip valt.

 

Verantwoordelijkheid voor implementatie bij herkenbare commissie

Het valt te overwegen de zorg voor een adequate implementatie in handen te leggen van een veiligheidscommissie in het kader van het veiligheidsbeleid, die toeziet op de kwaliteit van de zorg rond suïcidaal gedrag. In veel instellingen fungeert een dergelijke commissie al waar het gaat om de interne evaluatie van suïcides en bij de voorbereiding van meldingen van suïcide aan de Inspectie voor de gezondheidszorg. Teams kunnen ondersteund worden door speciaal opgeleide of op te leiden suïcideconsulenten die binnen de instelling teams en afdelingen bijstaan in het toepassen van de richtlijnen in hun beleid en bij patiënten met complex suïcidaal gedrag.

 

Beroepsorganisaties en cliëntenperspectief

De beroepsorganisaties Nederlands Huisartsen Genootschap (nhg),

Nederlands Instituut van Psychologen (nip), Nederlandse Vereniging voor

Psychiatrie (NVvP) en Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (v&vn) hebben deze richtlijn geaccordeerd. Ze zullen daarom een belangrijke rol spelen bij het toepassen van deze richtlijn door hun leden. De cliëntenorganisaties Ivonne van de Ven Stichting, Stichting Ex6, Stichting 113Online en Landelijk Platform ggz hebben eveneens een belangrijke bijdrage geleverd aan de totstandkoming van deze richtlijn. Cliëntenraden kunnen daarom ook behulpzaam zijn bij en toezien op het proces van implementatie.

 

Begeleiding bij implementatie

Uit het verleden is bekend dat implementatie van nieuwe richtlijnen soms moeizaam verloopt. Voor de multidisciplinaire richtlijnen voor diagnostiek en behandeling van angststoornissen en depressie is een organisatie opgericht die de implementatie van deze richtlijnen in de praktijk bevordert en toeziet op de naleving. Het Nederlands Kenniscentrum Angst en Depressie (Nedkad) organiseert werkbezoeken aan de aangesloten ggzcentra en beoordeelt en faciliteert de naleving van de richtlijnen. Bezien moet worden of een dergelijke organisatie opgericht moet worden voor de borging van deze richtlijn, of dat het Nedkad gevraagd kan worden haar expertisegebied te verruimen. In dat geval wordt het Nedkad gevraagd de naleving van de Multidisciplinaire richtlijn Diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag in hun werkbezoeken op te nemen.