Checklist - Voorlichting

Controleer of de instillatie plaats kan vinden
Voorafgaand aan de behandeling van alle blaasinstillaties is het van groot belang om een aantal vragen te stellen die een veilige toediening garanderen. [Games, 1996²³]

Vragen van verpleegkundige voorafgaand aan elke instillatie

• Hoe heeft u de vorige blaasinstillatie met mitomycine/BCG ervaren?
• Heeft u problemen met het urineren gehad? (denk aan blaasontsteking, pijn bij urineren, hoge mictiefrequentie) en zo ja, is dit nu nog zo?
• Heeft u last van huiduitslag?
• Bent u misselijk geweest?
• Heeft u koorts gehad? (boven 38,5ºC) Hoeveel dagen?
• Bij BCG: heeft u bloed bij de urine gehad en/of nog?
• Bent u sinds de vorige instillatie bij een andere arts geweest of heeft u nieuwe medicijnen voorgeschreven gekregen?

De patiënt dient de volgende regels te hanteren bij behandeling met BCG en mitomycine:

Voor de blaasinstillatie

• Drink niet. Bij blaasinstillatie geen tot beperkte vochtinname vier uur voorafgaand aan de instillatie tot twee uur na de instillatie. Dat is tot en met het uitplassen van de instillatievloeistof.
• Bij gebruik diuretica: neem diuretica na de behandeling en niet ervoor.

 

Tijdens de blaasinstillatie

• De instillatie moet twee uur in de blaas blijven.
• Drink niet.
• Hanteer wisselligging alleen bij immobiele patiënten. Buikligging is niet noodzakelijk.
• Bij morsen direct goed schoonmaken: bij BCG met hypochloriet, bij mitomycine met pH-neutrale zeep.
• Bij morsen op de huid: bij BCG de huid schoonmaken met verdunde hypochloriet, bij mitomycine spoelen met veel water en wassen met zeep.
• Zie ook Calamiteitenchecklist.

 

Na de blaasinstillatie (na het uitplassen)

• Drink ruime hoeveelheid.
• Zittend urineren (ook mannen).
• Spoel het toilet tweemaal door met het deksel dicht. Voeg bij BCG hypochloriet aan de urine toe.
• Was daarna de handen.
• Maak het toilet dagelijks schoon: bij BCG met hypochloriet, bij mitomycine met PH-neutrale zeep.
• Bij morsen direct goed schoonmaken: bij BCG met hypochloriet, bij mitomycine met pH-neutrale zeep.
• Bij morsen op de huid: bij BCG de huid schoonmaken met verdunde hypochloriet, bij mitomycine spoelen met veel water en wassen met zeep.
• Bij gebruik diuretica: neem diuretica na de behandeling en niet ervoor.
• Koorts boven 38,5ºC, twee of meer dagen na de instillatie: direct contact opnemen met de afdeling urologie.
• Geslachtsgemeenschap: bij BCG gedurende een week na instillatie niet, of gebruik een condoom. Bij mitomycine gedurende twee dagen niet, of gebruik een condoom.
• Zie ook Calamiteitenchecklist.

[Arbocatalogi Cytostatica⁵, 1B-tekst BCG¹, 1B tekst mitomycine²]