Stroomschema diagnostiek met toelichting

Stroomschema diagnostiek koemelkallergie

 

Samenvatting / Toelichting bij het stroomschema

 

Overzicht van symptomen die kunnen wijzen op KMA

Directe symptomen

Vertraagde symptomen

Meest voorkomende niet-allergische oorzaken

Huid

Jeuk

Jeuk

 

Erytheem

Erytheem

Infectie

Acute urticaria: lokaal of gegeneraliseerd

 

Infectie (meestal viraal), idiopathisch, contacturticaria, aspecifieke oorzaken zoals koude, warmte, zon en druk

Acuut angio-oedeem (lippen, gelaat, rondom ogen)

Toename van constitutioneel eczeem

(Vluchtig) exantheem,

seborrhoïsch eczeem,irritantia, temperatuurwisselingen, luchtvochtigheid, bacteriële infecties (Staphylococcus aureus)

 

Rash, flushing

Vluchtige periorale roodheid tijdens of na het eten

Gastro-intestinaal

Angio-oedeem van lippen, tong en gehemelte

 

 

Jeuk in de mond

 

 

Krampende buikpijn

Buikpijn

Kolieken bij zuigelingen

 

 

Ouder-kindinteractie, refluxziekte, obstipatie, verkeerde drinktechniek, infectie, invaginatie, verzorgingsfouten: te weinig voeding

Misselijkheid, spugen

Misselijkheid, spugen

 

Voedingsfouten (te veel of te snel voeden, verkeerde voedingssamenstelling), regurgitatie, refluxziekte, invaginatie, pylorushypertrofie, pylorusstenose, infecties (o.m. urineweginfecties), aversie

Diarree

Frequente stoelgang van afwijkende consistentie

Gastro-enteritis en andere infecties, coeliakie, giardiasis, cystische fybrose, voedingsfouten

 

Bloed en/of slijm bij de ontlasting

Gastro-enteritis, invaginatie, divertikel

 

Obstipatie

Functioneel, ziekte van Hirschsprung, voedingsfouten

Bovenste en onderste luchtwegen (vaak in combinatie met huid- of gastro-intestinale symptomen)

Bovensteluchtwegklachten: Jeuk aan de neus, niezen, loopneus, verstopte neus (met of zonder conjunctivitis)

 

Virale infecties

Inspiratoire stridor (bij

larynxoedeem)

 

Virale of bacteriële infectie, aspiratie corpus alienum

Lagereluchtwegklachten: hoesten, dyspneu, piepen, benauwdheid

 

Virale of bacteriële infecties, viral induced wheeze, aspiratie corpus alienum

Cardiovasculair 

Symptomen van anafylaxie:

tachycardie, slap worden, hypotensie, acute gedragsverandering, verminderd bewustzijn en andere gegeneraliseerde symptomen

 

Bacteriële en virale infecties (sepsis, meningitis), insectenallergie, infectie, vergiftiging, epilepsie, hypoglykemie, metabole aandoening, geneesmiddelovergevoeligheid (zeldzaam)

Overigen

Voedselweigering

Voedselweigering

Infectie, overvoeding, psychosociale factoren

 

Bleekheid en moeheid

 

 

Afbuigende groei in combinatie met gastro-intestinale symptomen (met of zonder ernstig constitutioneel eczeem

Opzoeken van de groeicurve,

voedingsfouten, malabsorptie, coeliakie, giardiasis, cystische fibrose

 

Huilen, onrust

Verkeerde drinktechniek, verzorgingsfouten: te weinig voeding, te veel prikkels. Verstoord slaap-waakritme

 

Belangrijkste symptomen die kunnen wijzen op KMA:

Directe symptomen van de huid (rode uitslag, jeuk, zwelling, urticaria), maag en darmen (spugen, diarree) en luchtwegen (benauwdheid, piepen, rinitis) in relatie tot de inname van koemelk en zonder andere verklaring.

Vertraagde symptomen, bestaande uit toename van matig tot ernstig constitutioneel eczeem (TIS-score ≥ 3), bloederige ontlasting, voedselweigering en afbuigende groei.

 

Denk vooral aan KMA bij: 

•           Persisterende klachten waarbij twee of meer orgaansystemen zijn betrokken;

•           Duidelijk atopische symptomatologie (uitgebreid constitutioneel eczeem, hooikoorts, astma, vooral bij jonge kinderen en bij een anamnese van directe reacties op andere voedingsmiddelen);

•           Zuigelingen en jonge kinderen met matig tot ernstig constitutioneel eczeem, direct reagerend op koemelk met urticaria, erytheem, jeuk of andere acute klachten;

•           Symptomen die direct na het gebruik van koemelk ontstaan;

•           Reproduceerbare symptomen die bij herhaling optreden na inname van koemelk;

•           Het ontstaan van allergische symptomen bij de overgang van borstvoeding naar kunstvoeding (expert opinion);

•           Het voortbestaan van de klachten ondanks adequate maatregelen, terwijl er geen andere verklaring voor de klachten is (expert opinion).

Overweeg ook de mogelijkheid van KMA bij patiënten: 

•           Met persisterend matig (Three Item Severity Score = TIS-score 3-5) tot ernstig (TIS-score ≥ 6) constitutioneel eczeem, niet adequaat onder controle te krijgen m.b.v. lokale corticosteroïden van klasse 2 of 3 (d.w.z. terugkerend zonder andere uitlokkende factoren ondanks adequate behandeling gedurende een paar weken en goede therapietrouw);

•           Met persisterende refluxziekte die niet adequaat reageert op adequate behandeling, d.w.z. verdikken van de voeding of zuurremmende medicatie, afhankelijk van het klachtenpatroon.op medicamenteuze behandeling;

•           Met persisterende chronische gastro-intestinale symptomen, inclusief obstipatie.

 

In de (voeding)sanamnese worden de volgende factoren nagevraagd als de klinische symptomen wijzen op de mogelijkheid van KMA (verwijs zo nodig naar een diëtist met aandachtsgebied voedselovergevoeligheid):

rinoconjunctivitis, allergisch astma;

- De hoeveelheid ingenomen koemelk en/of de hoeveelheid en exacte aard van het

  ingenomen voedingsmiddel (bij samengestelde producten);

- Leeftijd bij aanvang van de symptomen;

- Het tijdsinterval tussen inname en symptomen ;

- Ernst en duur van de reactie;

- Plaats waar de reactie optreedt (school, thuis enz.);

- Reproduceerbaarheid van de symptomen;

- Eetgewoonten (vegetarisme, religie);

- Dieetverleden, vervangende kunstvoeding of dieet tijdens borstvoeding en het

  resultaat;

- Gebruik van medicatie voor deze symptomen;

- Volwaardigheid en evenwichtigheid van de voeding.

 

Sensibilisatieonderzoek

In de 1e lijn wordt een sIgE-bepaling voor koemelk of een ‘screeningtest voor voedselallergenen’ (een IgE-bepaling voor een mix van voedingsbestanddelen) afgeraden.

In de 2e en 3e lijn kan sensibilisatieonderzoek op indicatie worden uitgevoerd bij kinderen met een vermoeden van IgE-gemedieerde KMA, dus meestal directe symptomen, maar niet als indicator voor de aanwezigheid van KMA.

 

Diagnostisch koemelkvrij dieet

Kunstvoeding: Bij een koemelkvrij dieet wordt de standaardkunstvoeding (op basis van koemelkeiwit) vervangen door intensief gehydrolyseerde kunstvoedingen (eHF) op wei–eiwit (eHF-W) of caseïne (eHF-C).

Uitsluitend in de 2e of 3e lijn: Bij een beperkte groep kinderen met een sterk vermoeden van KMA en onvoldoende afname van klachten of achterblijvende groei bij gebruik van eHF, wordt in de diagnostische fase overgegaan op AA, aanvankelijk voor een proefperiode van ongeveer 3 maanden.

 

Onder de leeftijd van 1 jaar worden kunstvoedingen op basis van soja (SF) niet geadviseerd voor de vervanging van standaardkunstvoeding. Aan kinderen tussen 6 en 12 maanden kunnen sojaproducten in beperkte mate worden voorgeschreven als aanvulling op een eHF of AA.

 

Borstvoeding: De moeder volgt een koemelkvrij dieet voor ten minste 4 weken. Overige sterk allergene voedingsmiddelen worden niet weggelaten door de moeder. Zuivelproducten kunnen worden vervangen door calciumverrijkte rijstemelk, maar niet door sojaproducten in de

diagnostische fase.

 

Verwijs zogende moeders naar een diëtist (bij voorkeur iemand met specifieke deskundigheid in voedselallergie:

    • Als een diagnostisch koemelkvrij dieet wordt gestart voor langer dan 4 weken;

    • Als er twijfel is over de volwaardigheid van het huidige dieet van de moeder;

    • Als de moeder ongewenst gewicht verliest of als de borstvoeding terugloopt

      (naast overige maatregelen om de borstvoeding op gang te houden);

    • Bij de kans op stoppen van de borstvoeding omdat het dieet voor de moeder te

      complex is;

    • Bij een hulpvraag van de moeder zelf.

 

Verwijzing 2e lijn tijdens eliminatiefase: 

Bij complexe problematiek wordt verwezen naar de gespecialiseerde 2e lijn of 3e lijn met aandachtsgebied voedselallergie.

 

Effect koemelkvrij dieet

Als de klachten na 4 weken niet sterk zijn afgenomen kan koemelk weer worden geïntroduceerd in het dieet.

Een voedselprovocatie moet worden voorafgegaan door een koemelkvrij dieet gedurende 4 weken resulterend in het verdwijnen of een sterke afname van de symptomen.

 

Provocaties in de 1e lijn (huisartsenpraktijk en CB)

In de 1e lijn worden uitsluitend laagrisicoprovocaties met koemelk uitgevoerd.

 

Exclusiecriteria voor provocaties in de 1e lijn worden strikt toegepast. Deze kinderen worden verwezen naar de 2e of 3e lijn:

Kinderen met een verhoogd risico op ernstige reacties, namelijk

1.         Ernstige en levensbedreigende reacties na ingestie van of contact met koemelk:

-           anafylactische reactie van Muellerstadium 3 of 4;

-           ademhalingsproblemen zoals astmatische klachten, stridor bij

                        inademen, zwelling in de keel etc.;

-           wegraken of shock;

-           ernstige gastro-intestinale klachten bij ingestie;

2.         Andere dan in Tabel 1 genoemde symptomen;

3.         Angio-oedeem;

4.         Astma-achtige klachten; gebruik van onderhoudsmedicatie of regelmatig of recent (korter dan 6 weken geleden) gebruik van Ventolin vanwege

bronchusobstructie;

5.         Ernstig constitutioneel eczeem met TIS-score ≥ 6, niet adequaat onder controle te krijgen m.b.v. lokale corticosteroïden klasse 2 of 3 (d.w.z. terugkerend constitutioneel eczeem na het staken van de behandeling gedurende een paar weken, zonder andere uitlokkende factoren en met goede therapietrouw);

Overige redenen:

6.         Late reacties bij herhaalde inname, of onduidelijke reacties;

7.         Ouders die niet in staat of bereid zijn tot het doorlopen van het gehele traject;

8.         Ouders die zich niet willen conformeren aan de uitslag van de test;

9.         Kinderen ouder dan 1 jaar (op het CB) voor de initiële diagnostiek.

 

Voor de diagnostiek van KMA in de 1e lijn wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van de DBPGVP. Bij een positieve test is de diagnose KMA gesteld. Als een DBPGVP in de 1e lijn niet haalbaar is wordt als op een na beste test de OVP uitgevoerd. Bij een negatieve test is de diagnose KMA verworpen. Bij een positieve OVP is de diagnose nog niet gesteld.

 

Alleen in huisartsenpraktijken en op grotere CB’s, waar aan de voorwaarden wordt voldaan om provocaties veilig uit te voeren, worden laagrisico DBPGVP’s en OVP’s op locatie uitgevoerd. Op deze CB’s komen antihistamica en epinefrine auto injectoren beschikbaar.

Deze voorwaarden zijn:

  1. De patiënt wordt geobserveerd tot 2 uur na de laatste dosis, en kan adequaat worden behandeld bij eventuele allergische reacties;

2.         Men beschikt over ervaren personeel;

3.         Er is adequate honorering voor het uitvoeren van provocatie onderzoek op het CB

           of in de huisartsenpraktijk;

4          Er wordt voor de testvoeding gebruik gemaakt van kant-en-klare provocatiekits;

5.         Het kind kan bij late reacties buiten kantooruren door de jeugdarts, huisartsenpost

           of spoedeisende hulp worden gezien. Hiervoor worden lokale afspraken gemaakt.

 

OVP’s (als op een na beste test) in de 1e lijn kunnen ook, geïnitieerd door alle CB’s, ten dele thuis worden uitgevoerd na een goede instructie aan de ouder t.a.v. observatie en notitie van eventuele symptomen. DBPGVP’s worden niet thuis uitgevoerd.

 

Provocaties in de 2e en 3e lijn

Hoogrisicoprovocaties met koemelk zijn voorbehouden aan ervaren 2e en 3e lijns centra, waar aan de benodigde veiligheidseisen wordt voldaan. Hoogrisicoprovocaties zijn provocaties bij kinderen met anafylactische reacties in het verleden of met twee van de volgende kenmerken: (neiging) tot astma, kinderen ouder dan 5 jaar en anamnestische reacties op geringe hoeveelheden koemelk.

 

In de 2e en 3e lijn vinden provocaties met koemelk op locatie (in het ziekenhuis) plaats, mits aan de voorwaarden wordt voldaan om provocaties veilig uit te voeren. Verlengde provocaties met koemelk worden thuis uitgevoerd.

 

Voor de (initiële) diagnostiek van KMA in de 2e en 3e lijn wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de DBPGVP. Bij een positieve test is de diagnose KMA gesteld.

 

Een OVP kan worden gebruikt voor het verwerpen van de diagnose KMA; op indicatie na een negatieve DBPGVP, voor de introductie van koemelk in het dieet; en op langere termijn voor herevaluatie van het persisteren van KMA na een positieve DBPGVP.