Implementatieplan

Toelichting:

Als eindproduct wordt bij richtlijnmodules met een sterk geformuleerde en voldoende onderbouwde aanbeveling een implementatietabel opgeleverd. Hierin wordt onder andere opgenomen:

Module Interventies gericht op psychische doelen

Aanbeveling

Bied individuele behandeling aan wanneer het gaat om een ernstig verstoord emotioneel evenwicht (afhankelijk van onderliggend substraat) of psychische problematiek volgend op doormaken van een cardiaal incident.

 

Bied groepsbehandeling ((E)PEP-module) wanneer er sprake is van een verstoord emotioneel evenwicht (afhankelijk van onderliggend substraat) dan wel risicofactoren op psychologisch vlak.

 

Bied in een psychologische groepsinterventie ((E)PEP-module) cognitief gedragstherapeutische technieken en technieken vanuit de mindfulness aan. Bied aanvullend daarop een bewegingsprogramma aan.

 

Bied patiënten met een subklinisch niveau van angst- of depressieve symptomen dan wel een angst- of depressieve stoornis na een cardiaal incident een individuele interventie (cognitieve gedragstherapie, relaxatie, mindfulness) en een bewegingsprogramma.

 

Schakel bij moeilijk te doorbreken angst- en/of stemmingsklachten de huisarts of psychiater in ter beoordeling van inzet van een aanvullende medicamenteuze behandeling;

  • TCA’s zijn gecontra-indiceerd als behandeling van depressieve stoornissen bij cardiaal belaste patiënten vanwege arrhythmische eigenschappen;
  • SSRI’s en mirtazapine zijn medicamenten van eerste keus ter behandeling van depressieve stoornissen bij cardiaal belaste patiënten.
  1. Wat was het onderliggende probleem om deze module/ uitgangsvraag uit te werken te stellen?

 

Nieuwe evidentie

 

Toelichting:

De literatuur waarop de eerdere richtlijn was gebaseerd, was gericht op alleen angst en depressie en op harde uitkomstmaten. Gezien het feit dat kwaliteit van leven in het chronische management van coronair lijden steeds belangrijker wordt, hebben we uitkomsten met kwaliteit van leven uitgebreid. Ook is de huidige PEP module niet alleen gericht op angst en depressie, maar ook op boosheid en irritatiemanagement en stress reductie. De wetenschappelijke onderbouwing van deze behandelingen was nog niet beschreven in de bestaande richtlijn.

  1. Maak een inschatting over hoeveel patiënten het ongeveer gaat waar de aanbeveling betrekking op heeft?

> 40.000

  1. Is er een implementatieprobleem?

 

Nee

  1. Maakt de aanbeveling deel uit van een set van interventies voor hetzelfde probleem?

 

Ja: hoe verhoudt deze aanbeveling zich tot de andere aanbevelingen uit deze module/ richtlijn of uit andere richtlijnen(modules)? Dient hier rekening mee gehouden te worden bij de implementatie of kan dit worden gezien als een losstaande aanbeveling?

Toelichting: Valt samen met de andere aanbevelingen uit deze module.

  1. Wat zou mogelijk de landelijke toepassing van de aanbeveling belemmeren?

 

  • De bereidheid van psychologen om hun eigen PEP module aan te passen aan de landelijke maatstaven (richtlijn)
  • De afkalving van aanbod door beperktere financieringsmogelijkheden van hartrevalidatiezorg
  • De aanbeveling dat dit zorgaanbod onder supervisie van een BIG-geregistreerde psycholoog aangeboden moet worden
  1. Wat zou mogelijk de landelijke toepassing van de aanbeveling bevorderen?

Presentatie en disseminatie van de richtlijn, communicatie naar de leden.

  1.  Welke personen/partijen zijn van belang bij het toepassen van de aanbeveling in de praktijk?

Professional, beroepsvereniging

  1. Wat zouden deze personen/ partijen moeten veranderen in hun gedrag of organisatie om de aanbeveling toe te passen?

Zie 6

 

Deze aanbeveling komt in aanmerking voor plaatsing op de Implementatie Agenda van het programma Zorg Evaluatie & Gepast Gebruik (ZE&GG). In het programma ZE&GG werken patiënten, zorgverleners, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en overheid samen aan de bewezen beste zorg voor de patiënt. Daarmee is ZE&GG een programma van alle betrokken partijen in de Medisch Specialistische Zorg. FMS is één van deze betrokken partijen.

 

De implementatieagenda van ZE&GG bevat onderwerpen over wat de bewezen beste zorg is en die in de dagelijkse zorgpraktijk geïmplementeerd zouden moeten worden.  Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ) hebben landelijke afspraken gemaakt over de implementatie van de onderwerpen van de implementatieagenda. Deze afspraken zijn onderdeel van de zorginkoopafspraken tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders.

 

Vanuit FMS worden sterke, goed onderbouwde aanbevelingen, getoetst op de behoefte aan een implementatie impuls aangedragen. Voor de beoordeling van onderwerpen uit richtlijnen wordt gekeken naar bovenstaande tabel voor een inschatting van de implementatie impuls. Met de ingevulde implementatietabel kunnen we vanuit FMS de andere HLA-MSZ partijen goed informeren om zo samen te beslissen of de aanbeveling daadwerkelijk op de implementatie agenda zal worden geplaatst.

 

Algemene implementatie van de richtlijn

Te ondernemen acties per partij

Hieronder wordt per partij toegelicht welke acties zij kunnen ondernemen om de implementatie van de richtlijn te bevorderen.

 

Alle direct betrokken wetenschappelijk verenigingen/beroepsorganisaties

De lokale vakgroepen/individuele medisch professionals

De systeemstakeholders (onder andere zorgverzekeraars, (koepelorganisaties van) ziekenhuisbestuurders, IGJ)

Van de bestuurders wordt verwacht dat zij bij de betrokken medisch professionals nagaan op welke wijze zij kennis hebben genomen van de nieuwe richtlijn en deze toepassen in de praktijk. Van zorgverleners wordt verwacht dat zij de zorg die in deze richtlijn wordt voorgeschreven zullen vergoeden.

 

Het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Toevoegen van richtlijn aan Richtlijnendatabase. Daarbij opnemen van dit implementatieplan op een voor alle partijen goed te vinden plaats.