Implementatieplan

Module

Aanbeveling

Tijdspad voor implementatie:
<1 jaar,

1-3 jaar of

>3 jaar

Verwacht effect op kosten

Randvoorwaarden voor implementatie (binnen aangegeven tijdspad)

Mogelijke barrières voor implementatie1

Te ondernemen acties voor implementatie2

Verantwoordelijken voor acties3

1.1. Multidisciplinaire samenwerking

De verpleegkundige heeft bij het identificeren en behandelen van patiënten met postoperatieve pijn een centrale rol. Dit gebeurt in afstemming en onder supervisie van de hoofdbehandelaar en in het kader van de pijnservice onder supervisie van de anesthesioloog.

Leg lokaal vast en evalueer duidelijke taakverantwoordelijkheden en bevoegdheden binnen de gemeenschappelijke multidisciplinaire verantwoordelijkheid over de uitvoer van de postoperatieve pijnbehandeling.

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

1.2. Afspraken

Leg onderling gemaakte afspraken over de uitvoer van postoperatieve pijnbehandeling

vast in een protocol. Dit protocol bevat tenminste een handleiding voor de verpleegkundige aan het bed. Hou daarbij ruimte voor beargumenteerd afwijken van bestaande protocollen in het geval dat dit in de zorg voor de individuele patiënt nodig is.

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/ zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

1.3. Scholing van professionals en patiënten

Bied een jaarlijkse scholing over postoperatieve pijn aan aan betrokken disciplines, met name de afdelingsverpleegkundigen en afdelingsartsen.

 

Sluit bij het geven van educatie aan patiënten en naasten dient aan bij diens niveau, waarden, normen en wensen, zodat optimaal sprake kan zijn van shared-decision.

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

 

Afstemming met scholingsactiviteiten rondom  opioïdenprogramma

NVA

NVA

1.4. Standaard postoperatieve pijnbehandeling

De standaardbehandeling van postoperatieve (nociceptieve) pijn volgt de pijnladder van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

1.5. Opioïden

De toediening van opioïden:

•                Operatiekamer, verkoever of PACU:

o                Intraveneus, titratie op geleide van pijn en eventuele bijwerkingen (inclusief monitoring)

o                Gebruik op indicatie intrathecale toediening van zeer lage doses morfine (operatiekamer)

•                Verpleegafdeling:

o                Eerste keus: orale toediening van opioïden

o                Indien niet oraal belastbaar: eventueel subcutane toediening van morfine of piritramide

o                Overweeg tevens het gebruik van Patient Controlled intravenous Analgesia (PCA)

•                Gebruik bij voorkeur geen intramusculaire toediening

•                Gebruik bij voorkeur geen transdermale toediening

 

Zie generieke module gepast gebruik opioïden

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

1.6. Pijnservices

Elk ziekenhuis dient te zorgen voor een georganiseerde APS waarbij verpleegkundigen, snijdend specialisten, anesthesiologen en een pijnconsulent betrokken zijn. Complexe technieken van postoperatieve pijnbestrijding en complexe patiënten dienen door de APS gecontroleerd te worden.

 

De APS dient zodanig georganiseerd te worden dat deze in de organisatiestructuur van het ziekenhuis past. De APS dient de richtlijnen en randvoorwaarden zoals beschreven in figuur 1 te handhaven.

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/zorg

-

-

Afstemmen met TPS

-

Verspreiden richtlijn

NVA

2. Transitionele Pijn Service

Transitionele Pijn Service (TPS)

 

Implementeer een TPS voor operatieve patiënten met daarin tenminste de volgende elementen:

•                Afspraken over de identificatie en het doorverwijzen van risicopatiënten die voor begeleiding door de TPS in aanmerking komen.

•                Identificatie vindt bij voorkeur preoperatief plaats maar kan ook in een latere fase (postoperatief) gebeuren.

•                Multidimensionele invulling van de TPS: naast aandacht voor adequate pijnmedicatie, juist ook psychosociale begeleiding en advies over niet-medicamenteuze behandelingen

•                Organiseer regelmatig follow-up momenten voor TPS-patiënten na ontslag om het proces te kunnen bijsturen indien nodig.

•                Indien nodig, verwijs door naar de chronische pijnpoli.

•                TPS is in nauw contact met huisarts en hoofdbehandelaar.

•                Een PDCA-cyclus om intern en extern de TPS te blijven optimaliseren

•                Afstemming met opioïdenprogramma

 

Zie bijlage voor een voorbeeld over hoe TPS op lokaal niveau zou kunnen worden toegepast.

 

Samenstelling TPS

 

De samenstelling van de TPS is multidisciplinair en omvat tenminste een anesthesioloog/pijnspecialist en een verpleegkundige (pijnconsulent) met ervaring in de behandeling van acute én chronische pijn.

 

Zorg voor laagdrempelig overleg met psycholoog, fysiotherapeut en apotheker.

 

Leg de taken en verantwoordelijkheden vast van zowel de APS en TPS en streef naar een intensieve samenwerking tussen beide pijn services.

 

1-3 jaar

Kosteneffectiviteit onbekend; kostenbesparing in VS.

Dit TPS-model vereist een aanzienlijke investering in personeel en tijd, dus het kan moeilijk zijn om het bij andere ziekenhuizen te reproduceren zonder wijziging van de vergoedingsnormen.

 

Verspreiden richtlijn

 

Afstemming met scholingsactiviteiten rondom  opioïdenprogramma

NVA

NVA

3.1 Pijndiagnostiek

1. Zelfrapportage

Gebruik bij voorkeur een gevalideerd unidimensioneel pijnmeetinstrument aangepast aan de situatie en aan het type patiënt.

 

Stel daarnaast vast of de pijn acceptabel is voor de patiënt en in hoeverre pijn het lichamelijk functioneren beïnvloedt.

 

2. Pijnobservatie

Voer een pijnbeoordeling via een pijnobservatieschaal regelmatig uit bij patiënten met een uitingsbeperking.

 

Kies hiervoor een geschikte beoordelingsschaal afhankelijk van de situatie en het type patiënt en interpreteer deze in overeenstemming met de klinische toestand van de patiënt.

 

3. Neuropathische pijn

Beoordeel neuropathische pijn bij patiënten op indicatie met behulp van een geschikte beoordelingsschaal afhankelijk van de situatie en het type patiënt in overeenstemming met de klinische toestand van de patiënt.

 

4. Positieve gespreksvoering en comfortscores

Overweeg het gebruik van positieve gespreksvoering teneinde nocebo-opwekkende bewoordingen te vermijden. Gebruik voor pijndiagnostiek echter de gangbare meetinstrumenten.

<1 jaar

Is geen nieuwe aanbeveling/zorg

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

3.2 Frequentie en duur van pijndiagnostiek

Meet minimaal elke acht uur pijn bij chirurgische patiënten waarbij pijn redelijkerwijs een te veronderstellen probleem zou kunnen zijn, voor zo lang als klinisch noodzakelijk wordt geacht.

<1 jaar

-

-

-

Verspreiden richtlijn

NVA

4. Niet-medicamenteuze interventies

Overweeg het gebruik van niet-medicamenteuze interventies ter aanvulling op de postoperatieve pijnbehandeling, ter vermindering van angst en vergroting van comfort en de patiënt tevredenheid.

 

Overweeg binnen de lokale instelling een aantal aanvullende, niet-invasieve technieken te faciliteren als niet-medicamenteuze opties ter postoperatieve pijnbehandeling.

1-3 jaar. Sommige interventies kunnen op korte termijn geïmplementeerd worden. Evt opleiding (massage, positief taalgebruik) duurt langer.

Kosteneffectiviteit onbekend. Kosten afhankelijk van opleiding medewerkers en materiaal

Voorkeur patiënt; kennis zorgverleners; communicatie naar patiënt; training/scholing

Voorkeur patiënt en kliniek, kosten tav opleiding en materiaal

Verspreiden richtlijn

Keuze voor niet medicamenteuze interventie (afh voorkeur kliniek/patiënt), informatieverstrekking betrokken personeel

NVA:

Implementatie vanuit anesthesiologie / acute pijn service / verplegend personeel / behandelend specialist

5. Buikwandblokken

Wanneer er voor een buikwandblok wordt gekozen, overweeg om het Quadratus lumborum (QL) blok of erector spinae plane (ESP) blok te prikken in plaats van het transversus abdominal plane (TAP) blok.

<1 jaar

Geen verschil in kosten

Scholing; beschikbaarheid materiaal

 

Verspreiden richtlijn

NVA

6. Borstwandblokken mammachirurgie

Overweeg PECS II (pectoserratus plane block) en SAP als voorkeurs borstwandblok bij mammachirurgie.

<1 jaar

Geen verschil in kosten

Scholing; beschikbaarheid materiaal

 

Verspreiden richtlijn

NVA

7. Intrathoracale borstwandblokken

Geef een lichte voorkeur aan een continue paravertebrale blok boven een epiduraal voor thoracotomieën en VATS.

<1 jaar

Geen verschil in kosten

Scholing; beschikbaarheid materiaal

 

Verspreiden richtlijn

NVA

8. Continue wondinfusie

Overweeg continue wond infusie (CWI) als eerste keuze voor abdominale ingrepen in plaats van epidurale anesthesie.

 

Overweeg voorkeur te geven aan een pre-peritoneale / pre-fasciale plaatsing van een CWI door de operateur.

 

Overweeg voorkeur te geven aan een epiduraal voor patiënten met chronische pijn.

1-3 jaar

Kosten scholing/training maar kostenreductie door verwachtte kortere opnameduur

Scholing/training; informatievoorziening/communicatie (overtuiging) CWI boven EA

Operateur en anesthesioloog moeten geschoold zijn en achter het gebruik staan

Verspreiden richtlijn

Meer algemene bekendheid gebruik en scholing

NVA

NVA en NVvH

9. Cryoanalgesie

Overweeg de introductie van cryoanalgesie in de zorg voor adolescenten/jongvolwassenen die een Nuss operatie ondergaan.

 

Leg het proces en het zorgtraject vast in een lokaal protocol bij gebruik van cryoanalgesie in deze situatie.

 

Gebruik geen cryoanalgesie bij volwassenen die een open thoracotomie ondergaan (als toegevoegde behandeling of een op zichzelf staande pijnbehandeling ten opzichte van epiduraal danwel i.v. morfine).

1-3 jaar

Kosten apparatuur; kostenreductie door wegvallen epiduraal en bijbehorende (zorg)kosten

Haalbaarheid voor Nuss operaties wetenschappelijk aangetoond

Operateur en anesthesioloog moeten geschoold zijn en achter het gebruik staan

Verspreiden richtlijn

NVA

10.1 Dexamethason

Overweeg de eenmalige intraveneuze toediening van dexamethason intra-operatief.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; goedkoop middel; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

Geen; geen extra inzet/materiaal, scholing, beschikbaarheid

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.2 Gabapentinoïden

Overweeg het preoperatief toedienen van gabapentinoïden voor postoperatieve pijnbestrijding wanneer matige tot ernstige postoperatieve pijn wordt verwacht. Gebruik hierbij een eenmalige gift gabapentinoïden (150 mg pregabaline of 300 mg gabapentine)

 

Halveer de dosering van de eenmalige gift gabapentinoïde bij kwetsbare patiënten met een verhoogd valrisico (75 mg pregabaline of 150 mg gabapentine).

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; middel geen kostenstijging; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

Geen evaluatie beschikbaar; geen extra inzet zorgverleners/materiaal

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.3 Ketamine

Overweeg het postoperatief continueren van esketamine tussen de 5-10 mg/uur (racemisch ketamine 0,06-0,25 mg/kg/uur) voor 24 tot 48 uur postoperatief voor pijnstilling wanneer matige tot ernstige postoperatieve pijn wordt verwacht.

 

Neem in de overweging van het postoperatieve gebruik van esketamine de eventuele extra belasting voor verplegend personeel/APS mee, alsook de noodzaak tot het handhaven van een infuus voor patiënt.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; middel geen kostenstijging; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

APS werkzaamheden

APS werkbelasting

Verspreiden richtlijn

NVA

10.4 Magnesium

Overweeg de toediening van magnesium intraveneus bij hemodynamisch stabiele patiënten.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; middel geen kostenstijging; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

Geen; middel al beschikbaar in operatiekamer

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.5 Methadon

Gebruik methadon als intra-operatief opioïde wanneer matige tot ernstige postoperatieve pijn wordt verwacht. Methadon heeft hierbij de voorkeur boven andere opioïden.

1-3 jaar

Kosteneffectief en tijdseffectief

Onderdeel FNA en bereid door ziekenhuisapotheken

Bij sommige centra waar parenteraal methadon momenteel geen onderdeel is van het assortiment, kan een implementatietraject benodigd zijn. In die centra dient nagegaan te worden of methadon in het assortiment moet worden opgenomen en hoe methadon dusdanig geïmplementeerd wordt, dat het veilig kan worden toegediend.

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.6 Esmolol

Overweeg esmolol intra-operatief toe te voegen aan de anesthesie bij hemodynamisch stabiele patiënten.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; kostenreductie procedure

Geen; middel al beschikbaar in operatiekamer

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.7a Clonidine

Overweeg het perioperatief toedienen van clonidine als bloeddrukverlaging en sedatie gewenst zijn. Geef in andere gevallen de voorkeur aan andere multimodale componenten.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

Geen; middel al beschikbaar in operatiekamer

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.7b Dexmedetomidine

Zet dexmedetomidine niet in als eerste keus voor pijnbehandeling.

 

Overweeg het intra-operatieve gebruik van dexmedetomidine i.v. alleen bij patiënten met relatief hoge hartfrequentie én hoge bloeddruk ondanks voldoende diepe anesthesie.

 

Houd rekening met de mogelijkheid van ernstige bradycardie. Begin met een lage dosering continu of een laag gedoseerde oplaaddosis.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend; geen inzicht in kosten vwb opnameduur

Geen evaluatie beschikbaar; geen extra inzet zorgverleners/materiaal

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.8 Lidocaïne

Overweeg het perioperatief toedienen van lidocaïne bij patiënten met een risico op chronische postoperatieve pijn.

 

Overweeg het perioperatief toedienen van lidocaïne als alternatief voor epidurale pijnbestrijding.

n.v.t.

Kosteneffectiviteit onbekend

Geen; beschikbaar op operatiekamer, geen scholing

 

Verspreiden richtlijn

NVA

10.9. Multimodale pijnbestrijding

Geef de voorkeur aan een combinatie van multimodale componenten.

 

Geneesmiddelen die als monotherapie geen klinisch relevante effecten lijken te geven op analgesie, kunnen wel gebruikt worden als multimodaal component.

 

Maak lokale afspraken voor een integraal concept voor multimodale pijnbehandeling.

n.v.t.

 

 

 

Verspreiden richtlijn

NVA