Algemene inleiding

Aanleiding voor het maken van de richtlijn

Anterieure kniepijn is zoals de naam aangeeft, pijn aan de voorzijde van de knie. Anterieure kniepijn is een zeer veel voorkomend probleem bij werkenden en sporters die een beroep of sport beoefenen met een hoge patellofemorale belasting (zoals hardlopen, hockey, volleybal) of hoge trekkrachten aan de patellapees (zoals volleybal, basketbal, voetbal). Beroepen met een verhoogd risico zijn beroepen waarbij men veel moet knielen, hurken, traplopen, springen van verhoging of zwaar tillen (zoals tegelzetter, straatmaker, loodgieter). Daarnaast is anterieure kniepijn ook een veelvoorkomend probleem bij adolescenten zonder duidelijke (over)belasting. Twee veel voorkomende niet-traumatische oorzaken zijn patellofemorale pijn (PFP) en patella tendinopathie (PT).

 

In 2010 is er door de Vereniging voor Sportgeneeskunde een monodisciplinaire richtlijn patellofemoraal pijnsyndroom gepubliceerd. Er is in de jaren na het gereedkomen van de richtlijn nieuwe literatuur verschenen, wat maakt dat deze richtlijn aan een herziening toe was. Daarnaast was een belangrijke tekortkoming dat deze alleen ging over patellofemorale pijn. Dit werd als een beperking ervaren, omdat een andere veel voorkomende oorzaak van anterieure kniepijn, patella tendinopathie, buiten beschouwing werd gelaten. Beide diagnoses lijken op elkaar, maar vragen een andere behandeling. Door beide diagnoses te beschrijven kan duidelijk worden gemaakt hoe de diagnoses van elkaar te onderscheiden zijn, en welke consequenties dat heeft voor het beleid. Met de herziening en uitbreiding van de richtlijn wordt de invalshoek dus beduidend breder en sluit deze beter aan op de praktijk van de (sport)arts.

 

In 2016 en 2018 zijn er internationale consensus statements verschenen over patellofemorale pijn. Deze consensus statements en andere recente publicaties zijn met deze herziening meegenomen.

 

Doel van de richtlijn

Deze multidisciplinaire richtlijn over de diagnostiek en behandeling van anterieure kniepijn, in het bijzonder patellofemorale pijn en patella tendinopathie, beoogt richting te geven aan de dagelijkse zorgpraktijk in de eerste en tweede lijn. Doelen zijn een hogere kwaliteit en meer uniformiteit in behandelingsstrategie en het optimaliseren van behandeling als dat mogelijk is. Het behalen van bovenstaande doelen moet uiteindelijk leiden tot het overkoepelende doel, namelijk het verminderen van pijn en verbeteren van de functie en activiteitenniveau bij patiënten met patellofemorale pijn en patella tendinopathie door het optimaliseren van de zorg. Het identificeren van kennislacunes zal richting geven aan toekomstig wetenschappelijk onderzoek en innovatie.

 

Afbakening van de richtlijn

Deze richtlijn kijkt naar de diagnostiek en behandeling van patiënten met anterieure kniepijn veroorzaakt door patellofemorale pijn of patella tendinopathie. De richtlijn richt zich op de door de huisarts verwezen patiënten en sluit aan op de NHG standaard Niet traumatische knieklachten. (https://richtlijnen.nhg.org/standaarden/niet-traumatische-knieklachten) waarbij wordt geadviseerd om gedurende een tot twee maanden pijnuitlokkende (sport)activiteiten te verminderen. Naast patellofemorale pijn en patella tendinopathie zijn er diverse andere oorzaken van pijn aan de voorzijde van de knie. Deze diagnoses moeten ook overwogen worden bij de behandeling van patiënten die zich presenteren met anterieure kniepijn:

Deze maken uitdrukkelijk GEEN onderdeel uit van deze richtlijn.