Implementatieplan

Inleiding

Dit implementatieplan is een advies van de richtlijnwerkgroep aan het veld over hoe de richtlijn genetische diagnostiek en erfelijkheidsadvisering bij HCM te implementeren. De werkgroep heeft hiervoor nagedacht over mogelijke bevorderende en belemmerende factoren voor het naleven van de aanbevelingen. Vervolgens zijn adviezen geformuleerd over het tijdspad voor implementatie, de daarvoor benodigde randvoorwaarden en acties die door verschillende partijen ondernomen kunnen worden om de implementatie te faciliteren.

 

Werkwijze

De werkgroep heeft per aanbeveling geïnventariseerd:

• per wanneer de werkgroep verwacht dat de aanbeveling overal geïmplementeerd moet kunnen zijn;
• de verwachte impact van implementatie van de aanbeveling op de zorgkosten;
• randvoorwaarden om de aanbeveling te kunnen implementeren;
• mogelijk barrières (op het niveau van de professional, op het niveau van de organisatie (het ziekenhuis) of op het niveau van het systeem (buiten het ziekenhuis) om de aanbeveling te kunnen implementeren;
• mogelijke acties om de implementatie van de aanbeveling te bevorderen;
• verantwoordelijke partij voor de te ondernemen acties.

 

Voor iedere aanbevelingen is nagedacht over de hierboven genoemde punten. Echter niet voor iedere aanbeveling kon ieder punt worden beantwoord. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen “sterk geformuleerde aanbevelingen” en “zwak geformuleerde aanbevelingen”. In het eerste geval doet de richtlijncommissie een duidelijke uitspraak over iets dat zeker wel of zeker niet gedaan moet worden. In het tweede geval wordt de aanbeveling minder zeker gesteld (bijvoorbeeld “Overweeg om …”) en wordt dus meer ruimte gelaten voor alternatieve opties. Voor “sterk geformuleerde aanbevelingen” zijn bovengenoemde punten in principe meer uitgewerkt dan voor de “zwak geformuleerde aanbevelingen”.

 

Implementatietermijnen

Voor “sterk geformuleerde aanbevelingen” geldt dat zij zo spoedig mogelijk geïmplementeerd dienen te worden. Voor de meeste “sterk geformuleerde aanbevelingen” betekent dat dat zij komend jaar direct geïmplementeerd moeten worden.

 

Voor de aanbevelingen in de module “Indicaties voor DNA-diagnostiek naar HCM” en de aanbevelingen in de module “Voorwaarden voor DNA-diagnostiek naar HCM” met betrekking tot voorwaarden waar aanvragers van DNA-diagnostiek bij een patiënt met HCM moeten voldoen, verwacht de werkgroep dat een langere implementatietermijn van één tot drie jaar aangehouden dient te worden. Het zal enige tijd duren voordat aanvragers bekend zijn met de in de richtlijn gestelde voorwaarden en bekwaam kunnen worden geacht voor het aanvragen van DNA-diagnostiek naar HCM. Dit vereist veel voorlichting en educatie. Daarbij dienen (digitale) mogelijkheid gecreëerd te worden om deel te nemen aan MDO’s in samenwerking met academische ziekenhuizen.

 

Impact op zorgkosten

Het is voor de richtlijncommissie niet goed mogelijk om een inschatting te maken van de impact die deze richtlijn zal hebben op de zorgkosten.

Te ondernemen acties per partij

Hieronder wordt per partij toegelicht welke acties zij kunnen ondernemen om de implementatie van de richtlijn te bevorderen.

 

Alle direct betrokken wetenschappelijk verenigingen/beroepsorganisaties

(Nederlandse Vereniging voor Cardiologie, Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (sectie kindercardiologie), Vereniging Klinisch Genetische Laboratoriumdiagnostiek)

• Bekend maken van de richtlijn onder de leden.
• Publiciteit voor de richtlijn maken door over de richtlijn te publiceren in tijdschriften en te vertellen op congressen.
• Ontwikkelen, accrediteren en gratis aanbieden van een webinar waarmee (kinder)cardiologen en klinisch genetici zich kunnen bijscholen/trainen op de inhoud van de richtlijn, zodat zij zich bekwaam kunnen achten voor het aanvragen van DNA-diagnostiek bij patiënten met HCM.
• Ontwikkelen van patiënteninformatie op www.thuisarts.nl en eventueel aanpassen van reeds bestaande patiënteninformatie.
• Controleren van de toepassing van de aanbevelingen middels audits en de kwaliteitsvisitatie.
• Gezamenlijk afspraken maken over en opstarten van continu modulair onderhoud van de richtlijn.

 

De lokale vakgroepen/individuele medisch professionals

• Het bespreken van de aanbevelingen in de vakgroepsvergadering en lokale werkgroepen.
• Het volgen van de webinar die bij deze richtlijn ontwikkeld gaat worden.
• Aanpassen lokale patiënteninformatie op grond van de materialen die door de verenigingen beschikbaar gesteld zullen worden.
• Aansluiten bij regionale MDO’s, in samenwerking met academische ziekenhuizen.
• Afstemmen en afspraken maken met andere betrokken disciplines om de toepassing van de aanbevelingen in de praktijk te borgen.

 

De systeemstakeholders (onder andere zorgverzekeraars, (koepelorganisaties van) ziekenhuisbestuurders, IGJ)

Ten aanzien van de financiering van de zorg voor patiënten met HCM wordt van het bestuur van de ziekenhuizen verwacht dat zij bereid zijn om de nodige investeringen te doen om de aanbevelingen in deze richtlijn te kunnen implementeren, zoals voornamelijk het creëren van goede mogelijkheden om digitaal deel te nemen aan MDO’s. Afhankelijk van lokale afspraken kunnen samenwerkingsovereenkomsten tussen academische en perifere ziekenhuizen worden afgesloten, of bestaande overeenkomsten worden herzien. Daarnaast wordt van de bestuurders verwacht dat zij bij de betrokken medisch professionals blijven faciliteren om relevante bij- en nascholing te volgen en nagaan op welke wijze zij kennis hebben genomen van de nieuwe richtlijn en deze toepassen in de praktijk.

 

Van zorgverzekeraars wordt verwacht dat zij de zorg die in deze richtlijn wordt voorgeschreven zullen vergoeden. De “sterk geformuleerde aanbevelingen” in deze richtlijn kunnen, na verloop van de aangegeven implementatietermijnen door zorgverzekeraars worden gebruikt voor de inkoop van zorg.

 

Het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Toevoegen van richtlijn aan richtlijnendatabase. Daarbij opnemen van dit implementatieplan en het stroomschema (nog door de werkgroep te ontwikkelen) op een voor alle partijen goed te vinden plaats.