Algemene inleiding

De prevalentie van hallux valgus varieert tussen 2 en 44%, afhankelijk van de bestudeerde populatie en diagnostische criteria. Hallux valgus neemt toe met de leeftijd; ongeveer één derde van de volwassenen heeft enige mate van een hallux valgus standsafwijking. In de huisartsenpraktijk is de incidentie bij patiënten van 15 jaar en ouder 1 per 1000 patiënten per jaar, waarbij in 80% pijn de voornaamste klacht is. Hallux valgus ontstaat meestal unilateraal maar ontwikkelt zich vaak tot een bilaterale afwijking. Hallux valgus komt vaker voor bij vrouwen (Barg, 2008). In de richtlijn uit 2015 werd de behandeling van zowel de conservatieve als operatieve hallux valgus belicht. Er werd een indeling gemaakt in ernst van de hallux valgus en er werden handvatten gegeven voor de te kiezen chirurgische techniek. Aangezien er zeer veel technieken in de literatuur zijn beschreven, werden alleen in Nederland gangbare technieken met elkaar vergeleken.

 

Aanleiding voor het herzien van de richtlijn hallux valgus

Sinds het verschijnen van de vorige versie van de richtlijn (2015) zijn er op verschillende vlakken belangrijke ontwikkelingen geweest. Zo zijn er in de conservatieve behandeling van de hallux valgus meer aanknopingspunten waar de behandeling op zou kunnen aangrijpen en welke conservatieve behandelmogelijkheden zinvol is. Daarnaast is het duidelijker geworden dat bepaalde groepen patiënten mogelijk een slechtere uitkomst hebben na hallux valgus chirurgie. Ook wordt er steeds meer gebruik gemaakt van minimaal invasieve technieken, waarvoor in de eerdere richtlijn nog nauwelijks wetenschappelijke onderbouwing was.

 

Het doel van de behandeling van de hallux valgus blijft een functioneel belastbare, pijnvrije en schoeibare voet. Het doel van de richtlijn is het verbeteren van de kwaliteit van de behandeling van hallux valgus door meer uniformiteit aan te brengen in diagnostiek, en in indicatiestelling voor respectievelijk conservatieve therapie en operatief ingrijpen. Door meer uniformiteit op medisch-technisch gebied is het de bedoeling dat de behandeling van hallux valgus meer doelmatig en tijdsefficiënt wordt. In deze herziening van de richtlijn wordt beschreven hoe de individuele patiënt beter behandeld kan worden. Er worden meer specifieke handvatten gegeven voor de verwachtte uitkomst en bij welke patiënten een operatie wellicht een hoog risico vormt. Complicaties kunnen zo mogelijk worden voorkomen en waar nodig op tijd worden herkend en behandeld.

 

Afbakening van de richtlijn

Onderwerp van de richtlijn is de primaire behandeling van de idiopathische en verworven hallux valgus bij volwassenen en adolescenten (exclusief iatrogene hallux valgus).

 

Bij ieder medisch handelen zijn uitkomstmaten die voor de patiënt relevant zijn veruit het belangrijkste. In deze richtlijn betreft dat het verminderen van pijn, het opheffen van schoenpasproblemen en beperkingen in dagelijkse activiteiten, werk en sport. Daarnaast zijn ook het voorkomen of vroegtijdig herkennen van complicaties van de behandeling die zorgen voor klachten op de langere termijn of heringreep nodig maken, belangrijk.

 

Beoogde gebruikers van de richtlijn

Deze richtlijn is bedoeld voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de behandeling van patiënten met een hallux valgus.

 

Literatuur

Barg EC, Eekhof JAH, Knuistingh Neven A. Hallux valgus. Huisarts en Wetenschap, 2008, 51(2): 96-8.