Terugkoppeling schriftelijke knelpuntenanalyse

Uitgenodigd voor het aandragen van knelpunten: IGJ, NFU, NHG, NVZ, Patiëntenfederatie Nederland, STZ, V&VN, ZiNL, ZKN, ZN, NAPA, NOV, NVvR, NVR, NVA, VRA, KNGF, ReumaNederland, ReumaZorgNederland, Poly-artrose Vereniging, Nefemed.

 

Organisatie

1. Zijn er wat u betreft knelpunten rondom de schouderprothese die nog niet geadresseerd worden in het raamwerk?

2. Zijn er concept uitgangsvragen opgenomen in het raamwerk waar u zich niet in kan vinden?

Reactie werkgroep

NHG

Geen aanvullingen

 

 

Reuma Nederland

1-Patienteninformatie en communicatie, 2-gedeelde besluitvorming waar het gaat om ingreep, type, soort ingreep, et cetera,3-werk en sportbelasting bij schouderprothese.

-

Er wordt een module over patiëntvoorlichting en communicatie ontwikkeld, waarin gedeelde besluitvorming een belangrijke plaats heeft. Verder zal patiëntinformatie worden ontwikkeld voor Thuisarts.

Werk en sportbelasting bij een schouderprothese is niet door de werkgroep geprioriteerd maar kan mogelijk tijdens een herziening worden toegevoegd.

ReumaZorg Nederland

1. Wat zijn de indicaties voor het plaatsen van een schouderprothese? Hierin is het belangrijk om ook een verwijzing te maken naar het conservatie behandeltraject dat aan de indicatie vooraf gaat (medicatie, injectie, oefentherapie enzovoort) Hierin ook een verwijzing maken naar het belang van 'samen beslissen' tussen arts en patiënt bij het komen tot een indicatie om te opereren.

4.1 en 4.2 de zoekterm 'een patiënt met glenohumerale artrose of reuma' is wellicht niet helemaal duidelijk. Glenohumerale artrose kan verschillende oorzaken hebben zoals een blessure of een ongeluk maar ook slijtage (artrose) of ontsteking (artritis). Wellicht de term 'een patiënt met glenohumerale artrose of reuma' veranderen in 'een patiënt met glenohumerale artrose als gevolg van een blessure/ongeluk, slijtage of ontsteking.' Reuma is een veelomvattende aandoening waarvan er meer dan 200 soorten bestaan. Goed om dit begrip 'reuma' nader te specificeren in de zoektermen.

7. Wat is de optimale fysiotherapeutische behandeling na plaatsing van een schouderprothese? Wellicht is het ook goed om een antwoord te vinden op de vraag wat de optimale fysiotherapeutische behandeling is voorplaatsing van een schouderprothese.

8. Is er een relatie tussen preoperatieve verwachtingen van de patiënt en het succes van een schouderprothese?

Dit is een zeer relevante vraag. Van onze achterban hoort RZN vaak verhalen van mensen die een prothese hebben gekregen en er eigenlijk meer van hadden verwacht. Ze hebben last van complicaties die ze niet hadden ingecalculeerd en zijn teleurgesteld. Wellicht deze vraag nog aanvullen met: Wat is hierin de invulling van een heldere communicatie tussen arts en patiënt voorafgaand aan de operatie?

9. Hoe dient de zorg voor patiënten met een schouderprothese te worden georganiseerd? Een zeer relevante vraag. Wellicht een idee om deze vraag op de splitsen in fases van het zorgproces: voor, tijdens en na de schouderprothese ingreep.

9.1 Welke disciplines zijn betrokken bij de behandeling van schouderprothese? Welllicht is het een idee om deze vraag aan te vullen met een onderdeel 'Communicatie' tussen orthopeed en andere disciplines (met name bij de nazorg): Waar kan een orthopeed goed naar doorverwijzen na afloop van een schouder ingreep? Zorgverleners die betrokken zijn in de nazorg van operatieve protheses handelen wel eens langs elkaar heen en weten elkaar niet altijd te vinden.

 

1. Er zal worden gespecificeerd dat een schouderprothese niet geplaatst wordt voordat conservatieve behandeling is geprobeerd. Samen beslissen is vanzelfsprekend uitermate relevant en zal in de richtlijn worden benoemd. Er wordt een module over patiëntvoorlichting en communicatie ontwikkeld, waarin gedeelde besluitvorming een belangrijke plaats heeft.

De vraagstellingen in de richtlijn, waaronder 4.1. en 4.2 zijn aangepast, zodat de conditie van de schouder in de vraagstelling naar voren komt, zonder daarbij te specificeren wat de onderliggende oorzaak is.

7. Fysiotherapeutische behandeling voorafgaand aan plaatsing van een schouderprothese is benoemd als knelpunt, maar is uiteindelijk door de werkgroep niet geprioriteerd. Wel wordt het behandeld in de module voorlichting.

8. Er wordt een aparte module patiëntvoorlichting en communicatie uitgewerkt om richting te geven aan de communicatie tussen arts en patiënt voorafgaand aan de operatie, en om de patiëntverwachtingen te bespreken.

9 en 9.1 Deze suggesties zullen worden meegenomen.

Wright

* Optimale diagnostiek voor het plaatsen van een Reversed schouderprothese.

* Tevens zal de revisie schoudermarkt ook een plek in de richtlijnen moeten gaan krijgen.

* Wat zeker een belangrijke rol gaat spelen in de diagnostiek, de juiste implantaat keuze maken, het correct plaatsen van de prothese en het monitoren van de nazorg is het gebruik van schouderprothese planningsystemen met daarin ook het gebruik van optionele Patient Specific Instrumentation.

Alle uitgangsvragen nu geformuleerd zijn zeker van belang bij het maken van een richtlijn.

 

* De omgekeerde prothese zal worden vergeleken met andere prothesetypen in diverse modules. Daarnaast wordt er specifiek een module uitgewerkt over de optimale diagnostische work-up voor een schouderprothese.

* Revisie valt buiten de scope van deze richtlijn, het gaat om primaire protheses. Revisie en prothesesurvival zullen als uitkomstmaten meegenomen worden bij de vergelijking tussen verschillende prothesetypen.

*Er zal een module worden uitgewerkt waarin de indicaties voor de verschillende typen schouderprothese aan bod komen. Daarnaast wordt voor verschillende indicaties uitgezocht welk type prothese het meest geschikt is. Het gebruik van PSI is aangedragen als knelpunt, maar uiteindelijk niet door de werkgroep geprioriteerd. Wel zal er een module over chirurgische benaderingswijzen bij plaatsing van een omgekeerde schouderprothese worden opgenomen, een module over steelloze versus gesteelde fixatie en een module over gecementeerde versus ongecementeerde glenoïd componenten.

Lima Corporate

Er is een breed scala aan schouderprotheses in de markt (anatomische, hemi, reversed, gecementeerd- ongecementeerd, stemless, revisieprothese). Dit eventueel verder te specificeren in type prothese. Daarnaast is er een verdere specificatie te maken van indicatie versus type prothese?

-

 

 

 

Er zullen in diverse modules vergelijkingen worden gemaakt tussen de anatomische totale prothese, de hemiprothese en de omgekeerde schouderprothese. De indicaties voor de verschillende prothesetypen zullen daarnaast in een aparte module worden uitgewerkt. Tevens wordt een module uitgewerkt over steelloze versus gesteelde fixatie en worden gecementeerde versus ongecementeerde glenoïd componenten vergeleken.

Johnson & Johnson

Standaardisatie van mid- en long term follow up na 10 jr. Tevens meenemen van de registers inclusief LROI om de effectiviteit van de schouderprotheses met elkaar te vergelijken.

De vraagstelling wat is de optimale schouderprothese, dient scherper geformuleerd te worden om zodoende ook de juiste vergelijking te kunnen maken. Dit is zeer patiënt en indicatie afhankelijk. Voorbeelden van vragen die eerder als subvraag uitgewerkt zouden moeten worden zin: Pijn, ROM, revision rate, complicaties, short term/long term, klinisch economische aspecten, Proms

De vraag wat de optimale schouderprothese is, zal worden beantwoord door het vergelijken van relevante protheseontwerpen per indicatie. Pijn en functie zijn centrale uitkomstmaten om de effectiviteit van de verschillende prothese ontwerpen te evalueren. PROMS, complicaties en prothesesurvival/revisie zullen ook worden meegenomen als uitkomstmaten. In de richtlijn zullen in iedere module de kosten worden behandeld.

KNGF

1. Welke (prognostische) factoren spelen een rol bij het functioneel herstel na een schouderprothese? 2. Voorlichting en advies in de preoperatieve fase (en de rol van de fysiotherapeut hierin)

De huidige zoekvraag met betrekking tot fysiotherapie is erg breed. Wij stellen voor dit op te delen in subvragen, zoals: 1) wat is de aanbevolen fysiotherapeutische behandeling in de klinische fase, 2) wat is de aanbevolen fysiotherapeutische behandeling in de postklinische fase, Hierbij te denken aan: a) wat is de aanbevolen intensiteit en duur van de behandeling, en welke factoren zijn van invloed?, b) welke fysiotherapeutische interventies worden aanbevolen in welke postoperatieve fasen?, c) welke invloed heeft de gekozen prothese op het revalidatietraject, d) welke invloed heeft de benaderingswijze op postoperatieve fysiotherapie, e) Wat is de aanbevolen immobilisatieperiode (en -houding) voor elk type schouderprothese en welke factoren zijn hierop van invloed, f) welke klinimetrie is aanbevolen postoperatief

In de module over fysiotherapie zal een onderscheid worden gemaakt in de verschillende fasen van het traject, waarbij zo veel mogelijk concreet richting zal worden gegeven aan de aard van de behandeling en in het bijzonder aan de communicatie tussen de verschillende disciplines en de patiënt specifieke behoeften. Voorlichting en advies in de preoperatieve fase wordt behandeld in de module ‘voorlichting en communicatie’. Prognostische factoren van herstel zijn uiteindelijk niet geprioriteerd, wellicht kan dit een plek krijgen bij de herziening van deze richtlijn.