Algemene inleiding

Waar gaat deze richtlijn over?

Het doel van de richtlijn is het bevorderen van een heldere dialoog tussen arts of andere betrokken zorgverlener, patiënt en zijn verzorger over stralingsrisico’s van beeldvorming met röntgenstraling of radioactieve stoffen en het verminderen van praktijkvariatie bij het gebruik van afscherming.

 

In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan de orde:

 

Buiten deze richtlijn vallen:

 

Voor wie is deze richtlijn bedoeld?

De richtlijn is geschreven voor medisch specialisten en andere relevante disciplines bij medische beeldvorming met ioniserende straling. De verwijzend persoon, medisch deskundige, laborant en klinisch fysicus zijn beoogd gebruiker van de richtlijn.

 

Voor patiënten

Onderzoeken of behandelingen met beeldvormende technieken in het ziekenhuis maken vaak gebruik van röntgenstraling of radioactieve stoffen. De meeste mensen hebben daar geen problemen mee, maar bij sommigen leidt dit tot zorgen of angst. Dit komt grotendeels door de onzichtbaarheid en het technologische karakter van straling en door onbekendheid met, of onzekerheid over de risico’s. De zorgen rondom straling spelen in versterkte mate bij zwangere patiënten en (ouders van) jonge patiënten. Het kan zijn dat een patiënt bij een verwijzend persoon voorlichting krijgt over beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld het gebruik van een loodschort, terwijl dit bij de uitvoering van het onderzoek of de behandeling niet wordt toegepast omdat het niet kan of niet nodig is. Het kan ook zijn dat de patiënt bij de ene zorgverlener hoort dat er geen risico’s zijn door straling, terwijl hij bij de andere zorgverlener of via de media verneemt dat die er wel zijn. Dit kan onnodige ongerustheid bij de patiënt of diens begeleiders teweegbrengen. Een eenduidige handelswijze die bekend is bij zowel verwijzende zorgverlener als de voor de uitvoering van de beeldvormingsprocedure eindverantwoordelijke zorgverlener (bijvoorbeeld radiologen of nucleair geneeskundigen) en de in de praktijk uitvoerende laboranten, in combinatie met een goede voorlichting en bespreking met de patiënt (en/of ouders), kan deze onrust voorkomen. Om mensen te informeren over de stralingsrisico’s is bij deze richtlijn ook informatie ontwikkeld voor op www.thuisarts.nl.

 

Hoe is de richtlijn tot stand gekomen?

Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van de Nederlandse Vereniging voor Klinische Fysica (NVKF). De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire werkgroep met vertegenwoordigers vanuit de klinisch fysici, radiologen, nucleair geneeskundigen, kinderartsen, gynaecologen, radiobiologen en laboranten. Daarnaast zijn een patiëntvertegenwoordiger en een risicocommunicatie-expert geconsulteerd.

 

Achtergrond

Dankzij de jarenlange en nauwe samenwerking tussen klinisch fysici, radiologen, nucleair geneeskundigen, radiotherapeut-oncologen en radiobiologen is bij deze wetenschappelijke verenigingen al veel bekend over de mogelijk schadelijke effecten van ioniserende straling, hoe daartegen te beschermen en over het nut van zowel straling als bescherming.

 

Desalniettemin wordt deze kennis lokaal anders geïnterpreteerd en toegepast bij patiënten die een onderzoek of behandeling ondergaan waarbij radiologische of nucleair geneeskundige beeldvorming met ioniserende straling wordt uitgevoerd. Hierdoor zijn er landelijk variaties in de inzet van beschermende maatregelen en de informatievoorziening over stralingsrisico’s. Het kan zijn dat een patiënt bij een verwijzend persoon voorlichting krijgt over beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld het gebruik van een loodschort, terwijl dit bij de daadwerkelijke procedure niet wordt toegepast omdat het niet kan of, sterker nog, niet nodig wordt geacht. Het kan ook zijn dat de patiënt bij de ene zorgverlener hoort dat er geen risico’s zijn door beeldvorming met ioniserende straling, terwijl hij bij de andere zorgverlener of via de media verneemt dat die er wel zijn. Dit kan onnodige ongerustheid bij de patiënt of diens begeleiders teweegbrengen.

 

Ook op Europees niveau wordt opgeroepen tot actie op het gebied van stralingsbescherming en medische beeldvorming. Deze richtlijn draagt bij aan de implementatie van met name actiepunten 7 en 12 van de Eurosafe Imaging Call for Action 2018. Actiepunt 7 betreft de stralingsbescherming van kinderen door met name de ontwikkeling van richtlijnen voor veilige beeldvorming en voor effectieve communicatie. Actiepunt 12 betreft onder andere het verbeteren van de informatie over mogelijke stralingsrisico’s. Zie http://www.eurosafeimaging.org/about/call-for-action voor meer informatie.