Algemene inleiding

Aanleiding voor het maken van de richtlijn

Appendicitis is de een van meest voorkomende acute aandoeningen in de buik zowel bij volwassenen als kinderen. De incidentie is 77 tot 89 per 100.000 mensen en de kans om in het leven appendicitis te krijgen is ongeveer 9% (Anderson, 2012; Ceresoli, 2016). Er worden in Nederland ongeveer 15.000 appendectomieën per jaar verricht voor acute appendicitis (Nederlandse Zorgautoriteit, 2014 tot 2018). Ondanks de frequentie van de aandoening zijn er variaties in zorg tussen ziekenhuizen en behandelaars onderling.

 

De vorige richtlijn is uitgebracht in 2010, waarbij de actualiteit en relevantie dienen te worden gereviseerd naar aanleiding van nieuwe inzichten. Ten aanzien van diagnostiek en behandelstrategie zijn er in de loop der jaren zijn veranderingen opgetreden waarbij de oude richtlijn (deels) herzien dient te worden. Onderwerpen die aan bod komen zijn:

 

Doel van de richtlijn

Deze richtlijn is bedoeld om een evidence-based beleid voor de zorg voor patiënten met acute appendicitis in de tweede lijn op te stellen. De richtlijn beschrijft wat volgens de huidige maatstaven de beste diagnostiek en behandeling is bij patiënten met een acute appendicitis.

 

Afbakening van de richtlijn

Appendicitis kan op elke leeftijd voorkomen, zowel bij mannen als vrouwen. Wel is er een piek te zien in de incidentie bij jongvolwassenen. Aangezien het om een frequent voorkomende aandoening gaat met name bij mensen in werkzame fase van het leven is het van groot belang een adequate behandeling gericht op snel functioneel herstel na te streven.

 

De standaardbehandeling van acute appendicitis is een appendectomie (het verwijderen van de appendix). Dit kan zowel laparoscopisch als ‘open’ worden gedaan, waarbij de laparoscopische techniek inmiddels de overhand heeft gekregen (van Rossem, 2016). De laatste jaren is tevens onderzoek gedaan naar antibiotische behandeling voor beginnende appendicitis in plaats van een operatie.

 

De vorige richtlijn (2010) adviseert bij iedere patiënt die verdacht wordt van appendicitis (op basis van anamnese, lichamelijk onderzoek en laboratoriumonderzoek) radiologische beeIdvorming te doen om de kans op onjuiste diagnose (appendix sana) tijdens operatie te verkleinen. Dit is nadien in Nederland standaard beleid geworden en heeft het aantal onnodige appendectomieën sterk verlaagd (van Rossem, 2016).

 

De belangrijkste uitkomstmaten voor de patiënt zijn: ziekenhuisopnameduur, herstel tot normaal functioneren (school/werk), complicaties, pijnklachten na de operatie en succes van de behandeling.

 

Beoogde gebruikers van de richtlijn

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met acute appendicitis, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Dit zijn onder andere chirurgen, kinderchirurgen, radiologen, kinderartsen, gynaecologen en SEH-artsen. Een secundaire doelgroep zijn zorgverleners uit de eerste lijn die betrokken zijn bij de zorg rondom patiënten met acute appendicitis, waaronder de huisarts, verpleegkundig specialist en physician assistant.

 

Definities en begrippen

De gebruikte terminologie in de literatuur betreffende de in de richtlijn besproken ziektebeelden is niet consistent. Daarom heeft de werkgroep definities opgesteld voor de in de richtlijn besproken ziektebeelden:

 

Acute appendicitis:

Een acute ontsteking van de appendix vermiformis, een ‘waar’ divertikel van het coecum. Histologisch wordt acute appendicitis gedefinieerd als leucocytaire infiltratie door de gehele wand of pus in het lumen.

 

Simpele appendicitis:

Flegmoneuze appendicitis zonder necrose of perforatie, ook wel ‘ongecompliceerd’ genoemd. Deze variant is weinig progressief en mogelijk reversibel (Bhangu, 2015).

 

Complexe appendicitis:

Ernstiger, progressieve variant met necrose en/of perforatie van de appendix, ook wel ‘gecompliceerd’ genoemd (Bhangu, 2015).

 

Daarnaast wordt er in deze richtlijn de CT scan genoemd. Overal waar CT staat wordt een CT scan met contrast bedoeld, conform het ‘Scanprotocol CT Abdomen standaard’ voor de vraagstelling appendicitis.

 

Literatuurlijst

Anderson JE, Bickler SW, Chang DC, Talamini MA. Examining a common disease with unknown etiology: trends in epidemiology and surgical management of appendicitis in California, 1995-2009. World J Surg. 2012 Dec;36(12):2787-94. doi: 10.1007/s00268-012-1749-z. PubMed PMID: 22948195.

Ceresoli M, Zucchi A, Allievi N, Harbi A, Pisano M, Montori G, Heyer A, Nita GE, Ansaloni L, Coccolini F. Acute appendicitis: Epidemiology, treatment and

outcomes- analysis of 16544 consecutive cases. World J Gastrointest Surg. 2016 Oct 27;8(10):693-699. PubMed PMID: 27830041; PubMed Central PMCID: PMC5081551.

van Rossem CC, Bolmers MD, Schreinemacher MH, van Geloven AA, Bemelman WA; Snapshot Appendicitis Collaborative Study Group. Prospective nationwide outcome audit of surgery for suspected acute appendicitis. Br J Surg. 2016 Jan;103(1):144-51. doi: 10.1002/bjs.9964. Epub 2015 Oct 28. PubMed PMID: 26509648.

Bhangu A, Søreide K, Di Saverio S, Assarsson JH, Drake FT. Acute appendicitis:modern understanding of pathogenesis, diagnosis, and management. Lancet. 2015 Sep 26;386(10000):1278-1287. doi: 10.1016/S0140-6736(15)00275-5. Review. Erratum in: Lancet. 2017 Oct 14;390(10104):1736. PubMed PMID: 26460662.

Nederlandse Zorgautoriteit, Open data van de Nederlandse Zorgautoriteit 2014-2018. URL: www.opendisdata.nl