Algemene inleiding

Wonden met acute etiologie, hierna ‘acute wonden’ genoemd, ontstaan na een trauma of chirurgische ingreep (Bijlage 1: Definities en afkortingen). Deze wonden zijn voor patiënten niet alleen het meest zichtbare overblijfsel van een trauma of ingreep, maar kunnen ook hun dagelijkse bezigheden, werkzaamheden en kwaliteit van leven belemmeren (Posnett 2009, Mahé 2006). In de Verenigde Staten behoort de ‘open wond’ tot de top 5 diagnoses op de Spoed Eisende Hulp (SEH) afdelingen (Nourjah 1999, Nawar 2005). Ook nationaal vinden er jaarlijks gemiddeld 420.000 SEH-behandelingen plaats na een oppervlakkig letsel, open wond, traumatische amputatie, brandwond of bevriezing (VeiligheidNL 2012). Daarnaast treedt in Europa bij 3,02% van de postoperatieve wonden een infectieuze complicatie op (Posnett 2009). Daarom is de behandeling van patiënten met deze wonden een omvangrijk probleem voor zowel eerste- als tweedelijns zorgverleners van diverse disciplines. Een eenduidig en optimaal wondbeleid is dan ook een minimale vereiste voor kwalitatief hoogstaande zorg aan deze patiënten.

Vele knelpunten belemmeren de zorg voor patiënten met acute wonden. Allereerst hebben zowel zorgverleners als patiënten te maken met een overweldigende markt met verschillende wondmaterialen en behandelingsmogelijkheden waarvan de effectiviteit vaak onduidelijk is (Collins 2010, Vaneau 2007, Vermeulen 2007 & 2004, Katz 1986). Daarbij schiet de benodigde deskundigheid van zorgverleners om deze materialen te gebruiken veelal tekort (Groven 2010, van Mierlo 2012 ). Daarnaast kunnen wonden lekkage of andere ongemakken voor de patiënt veroorzaken (zorginhoudelijk niveau). Ook kunnen de verschillende betrokken hulpverleners aanleiding geven tot ontevredenheid over gebrekkige of tegenstrijdige adviezen (zorgorganisatorisch niveau).

Gevolgen van deze knelpunten zijn suboptimale en variërende wondzorg voor patiënten met acute wonden (Howell 1992, Vermeulen 2007, Groven 2010, van Mierlo 2012). Er bestaan inmiddels (inter)nationale richtlijnen voor diverse complexe en chronische wonden (CBO 2005, V&VN 2011), maar nog geen nationale richtlijn voor de behandeling van wonden met acute etiologie.

In december 2011 is door een groot aantal partijen in de zorg een intentieverklaring onderschreven, gericht op het optimaliseren van de wondzorg vanuit een ketenzorg perspectief. De ontwikkeling van deze richtlijn wordt financieel ondersteund door de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde en ZonMw.

 

Literatuurlijst