Kennislacunes

Inleiding

Tijdens de ontwikkeling van de richtlijn Pancreascarcinoom is systematisch gezocht naar onderzoeksbevindingen die nuttig konden zijn voor het beantwoorden van de uitgangsvragen. Een deel (of een onderdeel) van de uitgangsvragen is met het resultaat van deze zoekacties te beantwoorden, een groot deel echter niet. Door gebruik te maken van de evidence-based methodiek (EBRO) is duidelijk geworden dat op het terrein van de diagnostiek en behandeling van Pancreascarcinoom nog lacunes in de beschikbare kennis bestaan.

De werkgroep is van mening dat (vervolg)onderzoek wenselijk is, om in de toekomst een duidelijker antwoord te kunnen geven op vragen uit de praktijk. De werkgroep heeft de drie belangrijkste lacunes in kennis geprioriteerd en bij sommige kennislacunes een voorstel gedaan voor vervolgonderzoek.

 

Geprioriteerde kennislacunes

  1. Wat zijn de (on)gunstige effecten van wel/geen resectie op de overleving, morbiditeit en kwaliteit van leven voor patiënten met een borderline resectabel of lokaal gevorderd pancreascarcinoom?
  2. Wat is de waarde van pancreassurveillance bij hoog-risico groepen? Wat is de beste surveillance strategie?
  3. Wat zijn de (on)gunstige effecten van de verschillende voedingswegen en voedingstypen in een onderlinge vergelijking of ten opzichte van placebo of ‘care as usual’ bij patiënten met pancreascarcinoom die chirurgie (hebben) ondergaan en last hebben van gastroparese, dumpingklachten, chyluslekkage, en/of galwegobstructie?

 

Overige kennislacunes

Diagnostiek:

 

Voeding:

 

Chirurgische behandeling:

 

Psychosociale begeleiding:

 

Stenting: