Implementatieplan

Dit implementatieplan is opgesteld ter bevordering van de implementatie van de richtlijn Laboratoriumdiagnostiek van intestinale parasieten. Voor het opstellen van dit plan is een inventarisatie gedaan van de mogelijk bevorderende en belemmerende factoren voor het naleven van de aanbevelingen. Daarbij heeft de richtlijncommissie een advies uitgebracht over het tijdspad voor implementatie, de daarvoor benodigde randvoorwaarden en de acties die door verschillende partijen ondernomen dienen te worden.

 

Werkwijze

De werkgroep heeft per aanbeveling geïnventariseerd:

 

Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen “sterk geformuleerde aanbevelingen” en “zwak geformuleerde aanbevelingen”. In het eerste geval doet de richtlijncommissie een duidelijke uitspraak over iets dat zeker wel of zeker niet gedaan moet worden. In het tweede geval wordt de aanbeveling minder zeker gesteld (bijvoorbeeld “Overweeg om …”) en wordt dus meer ruimte gelaten voor alternatieve opties. Voor “sterk geformuleerde aanbevelingen” zijn bovengenoemde punten in principe meer uitgewerkt dan voor de “zwak geformuleerde aanbevelingen”.

 

Implementatietermijnen

Voor “sterk geformuleerde aanbevelingen” geldt dat zij zo spoedig mogelijk geïmplementeerd dienen te worden. Voor de meeste “sterk geformuleerde aanbevelingen” betekent dit dat zes maanden na publicatie van deze richtlijn iedereen aan deze aanbevelingen dient te voldoen. Veel aanbevelingen zijn al onderdeel van de huidige praktijk en brengen daarom weinig of geen implementatieproblemen met zich mee.

 

Voor de volgende aanbevelingen dient een implementatietermijn van 5 jaar aangehouden te worden, wat dus betekent dat vijf jaar na publicatie van deze richtlijn iedereen aan deze aanbevelingen dient te voldoen:

 

Gebruik DNA-diagnostiek (PCR) om Giardia lamblia, Cryptosporidium en Entamoeba histolytica aan te tonen.

 

Voor de volgende aanbevelingen dient een implementatietermijn van 2 jaar aangehouden te worden, wat dus betekent dat twee jaar na publicatie van deze richtlijn iedereen aan deze aanbevelingen dient te voldoen:

 

De competentie van analisten, vakinhoudelijk en medisch verantwoordelijken voor het verrichten van parasitologisch onderzoek moet voldoen aan NEN-EN-ISO 15189.

 

Het laboratorium draagt zorg voor de opleiding en professionele ontwikkeling van analisten, vakinhoudelijk en medisch verantwoordelijken voor het verrichten en interpretatie van parasitologisch onderzoek .

 

Indien binnen laboratoria een achteruitgang in de kwaliteit van diagnostische vaardigheden wordt vastgesteld verdient concentratie van onderzoek in regionale expertise centra de voorkeur.

 

Bovenstaande aanbevelingen kunnen niet direct worden ingevoerd vanwege een gebrek aan middelen, expertise en/of juiste organisatie, en hebben daarom een langere implementatietermijn. Bij de resultaten van deze handelingen kan sprake zijn van een leercurve. Daarnaast is aanwezigheid van en afstemming tussen professionals en faciliteiten nodig om de handelingen op betrouwbare wijze te kunnen uitvoeren.

 

Impact op zorgkosten

Veel aanbevelingen brengen geen of nauwelijks gevolgen met zich mee voor de zorgkosten. Een aantal aanbevelingen doet dit echter wel. In onderstaande tabel wordt per module beschreven welke aanbevelingen een mogelijk effect met zich meebrengen op de zorgkosten en welk effect dit is.

 

Aanbeveling

Verwachte impact op zorgkosten

  • Indicaties voor fecesonderzoek naar intestinale parasieten bij patiënten met klachten/symptomen zijn:
    • volwassenen met buikpijn en/of diarree klachten die langer dan 10 dagen bestaan (niet-reiziger en niet-migrant; reizigers; migranten; immuungecompromitteerde patiënten).
    • kinderen met diarree klachten die langer dan 10 dagen bestaan (niet-reiziger en niet-migrant; reizigers; migranten; immuungecompromitteerde patiënten);

Geen diagnostiek naar intestinale parasieten bij een klachtenduur < 10 dagen voorkomt een grote maat van overdiagnostiek.

  • Gebruik DNA-diagnostiek (PCR) om Giardia lamblia, Cryptosporidium en Entamoeba histolytica aan te tonen.

Het verschil in tarieven van microscopische beoordeling versus PCR. Bij “state of the art” microscopisch onderzoek moeten meerdere monsters worden onderzocht terwijl bij PCR één monster volstaat.

 

Te ondernemen acties per partij

Hieronder wordt per partij toegelicht welke acties zij kunnen ondernemen om de implementatie van de richtlijn te bevorderen.

 

Alle direct betrokken wetenschappelijk verenigingen/beroepsorganisaties (NVMM, NIV, NVIB, NHG, NVK, SKML, NVP)

 

De lokale vakgroepen/individuele medisch professionals

 

De systeemstakeholders (onder andere zorgverzekeraars, (koepelorganisaties van) ziekenhuisbestuurders, IGJ)

Ten aanzien van de financiering van laboratoriumdiagnostiek van intestinale parasieten wordt van het bestuur van de ziekenhuizen verwacht dat zij bereid zijn om de nodige investeringen te doen om de aanbevelingen in deze richtlijn te kunnen implementeren. Daarnaast wordt van de bestuurders verwacht dat zij bij de betrokken medisch professionals nagaan op welke wijze zij kennis hebben genomen van de nieuwe richtlijn ‘Laboratoriumdiagnostiek van intestinale parasieten’ en deze toepassen in de praktijk. Het verzorgen van een goed ingericht ziekenhuisinformatiesysteem kan bijdragen aan de implementatie van de aanbevelingen die betrekking hebben op de verslaglegging de uitslagen van het parasitologisch onderzoek.

 

De initiërende wetenschappelijke vereniging zorgt ervoor dat: