Begrippen- en afkortingenlijst

Begrippen

Anderhalve lijnszorg: Zorg op het grensvlak van complexe of chronische eerstelijnszorg en eenvoudige tweedelijnszorg. Toegankelijkheid van de eerste lijn wordt hier gecombineerd met specifieke kennis en diagnostiek van de tweede lijn.

Bekwaamheid: Het hebben van voldoende kennis, kunde en ervaring ten aanzien van bepaalde handelingen/werkzaamheden om deze naar behoren te kunnen verrichten.

Bevoegdheid: De kwaliteit of het recht om bepaalde behandeling(en) uit te voeren. De zorgverlener dient zijn of haar werkzaamheden uit te voeren binnen de grenzen van het wettelijk omschreven deskundigheidsgebied.

Co-morbiditeit: Het tegelijkertijd voorkomen van twee of meer aandoeningen of stoornissen bij één persoon.

Derde lijnszorg: Alle zorg die intramuraal, alleen op verwijzing mogelijk, en hoog gespecialiseerd is.

Eerste lijnszorg: Zorg waarvan de patiënt direct zonder verwijzing gebruik van kan maken.

Hoofdbehandelaar: Zorgverlener die, in reactie op de zorgvraag van een patiënt, bij de patiënt de diagnose stelt en door wie of onder wiens verantwoordelijkheid de behandeling plaatsvindt.

Ketenzorg: Samenwerking tussen verschillende zorgaanbieders in verschillende lijnen van zorg (bijvoorbeeld eerste en tweede lijn) om de kwaliteit van zorg voor patiënten te optimaliseren.

Kwaliteitsstandaard: Verzamelnaam voor richtlijnen, zorgmodules en zorgstandaarden die betrekking hebben op het gehele zorgproces of een deel van een specifiek zorgproces en die vastleggen wat goede zorg is. In de kwaliteitsstandaard staat het perspectief van de cliënt centraal.

Nulde lijnszorg: Zorg die gegeven wordt door mantelzorgers, vrijwilligers, familie.

Palliatieve zorg: Zorg die gericht is op verzachting of verlichting, toegepast als genezing niet (meer) mogelijk is.

Patiëntenperspectief: Het perspectief van mensen met een ziekte of aandoening.

Regiebehandelaar: De hoofdbehandelaar die de regie voert over het zorg- en behandelproces.

Richtlijn: Document met aanbevelingen ter ondersteuning van zorgprofessionals en zorggebruikers, gericht op het verbeteren van de kwaliteit van zorg, berustend op wetenschappelijk onderzoek aangevuld met expertise en ervaringen van zorgprofessionals en -gebruikers.

Tweede lijnszorg: Zorg van alle hulpverleners waarvoor een verwijzing nodig is.

Wondbehandeling: Het toepassen van bepaalde handelingen met als doel de wond te laten genezen.

Wondzorg: De zorg voor wonden in brede zin, waaronder de organisatie van zorg voor patiënten met een wond.

Zorgverlener: De voor een zorginstelling werkzame of vrijgevestigde beroepsbeoefenaar die met de patiënt/cliënt in het kader van de behandeling of begeleiding persoonlijk contact heeft.

Zorgechelon: Niveau binnen de gezondheidszorg.

 

Afkortingen

ALTIS: Aard, lokalisatie, tijd en tijdbeloop, intensiteit, samenhang

AVG: Arts voor Verstandelijk Gehandicapten

AVG: Algemene Verordening Gegevensbescherming

BIG: Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg

CZO: College ZorgOpleidingen

DICA: Dutch Institute for Clinical Auditing

DON: Dwarslaesie Organisatie Nederland

EAI, E/A: Enkel-armindex

EPD: Elektronisch Patiëntendossier

EWMA: European Wound Management Association

GGZ: Geestelijke Gezondheidszorg

HASP: Huisarts en specialist

HPN: Huidpatiënten Nederland

IGZ: Inspectie Gezondheidszorg

IKNL: Integraal Kankercentrum Nederland

KIDZ: Kwaliteit, Inzicht en Doelmatigheid in de medisch specialistische Zorg

KNMG: Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van Geneeskunde

MA ANP: Master Advanced Nursing Practice

NHG: Nederlands Huisartsen Genootschap

NIV: Nederlandse Vereniging voor Internisten

NPCF: Patiëntenfederatie Nederland

NVDV: Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie

NVH: Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten

NVPC: Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie

NVvDP: Nederlandse Vereniging van Diabetes Podotherapeuten

NVVH: Nederlandse Vereniging voor Heelkunde

NZa: Nederlandse Zorgautoriteit

PREM: Patient Reported Experience Measurement

PRO: Patient Reported Outcome

PROM: Patient Reported Outcome Measurement

RCT: Randomized controlled trial

SKMS: Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten

SKPC: Stichting Kwaliteitsgelden Patiënten Consumenten

TIME: Tissue, infection, moisture, edge

VRA: Vereniging van Revalidatieartsen

VWS: Volksgezondheid, welzijn en sport

V&VN: Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

WPN: Wondplatform Nederland

WCS: WCS Kenniscentrum Wondzorg

ZN: Zorgverzekeraars Nederland
ZiNL: Zorginstituut Nederland